ECLI:NL:RBLEE:2007:BC1680
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Partiële vernietiging van belastingbesluit inzake omzetbelasting en niet-ontvankelijkheid bezwaar
In deze zaak heeft eiser op 12 augustus 2005 een verzoek ingediend om teruggaaf van btw over de jaren 1998 tot en met 2004. De inspecteur van de Belastingdienst heeft dit verzoek aangemerkt als een bezwaarschrift tegen de aangiften omzetbelasting en de naheffingsaanslagen. Op 14 februari 2006 heeft de inspecteur het bezwaarschrift niet-ontvankelijk verklaard wegens termijnoverschrijding. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld bij de rechtbank, die op 12 september 2007 de zaak heeft behandeld. Eiser is niet verschenen, maar de inspecteur was vertegenwoordigd door mr. A. Lammers.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser zijn bezwaarschrift te laat heeft ingediend, maar heeft ook overwogen dat de brief van de inspecteur van 20 augustus 2004 als een uitspraak op het bezwaarschrift moet worden aangemerkt. Dit betekent dat de rechtbank zich onbevoegd verklaart voor de tijdvakken waarover al eerder is beslist. Voor de tijdvakken van 2004 heeft de rechtbank geoordeeld dat de inspecteur het verzoek van eiser terecht als een bezwaarschrift heeft aangemerkt, maar dat eiser zijn bezwaarschrift te laat heeft ingediend. De rechtbank heeft geen bijzondere omstandigheden gevonden die de termijnoverschrijding zouden rechtvaardigen.
De rechtbank heeft de uitspraak van de inspecteur voor zover deze betrekking heeft op de jaren 1998 tot en met 2003 vernietigd, omdat deze in strijd was met eerdere rechtspraak van de Hoge Raad. De rechtbank heeft geen proceskostenveroordeling uitgesproken en heeft de beslissing op 19 december 2007 openbaar gemaakt. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het gerechtshof te Leeuwarden.