ECLI:NL:RBGEL:2025:9016

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
14 augustus 2025
Publicatiedatum
28 oktober 2025
Zaaknummer
506705924
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van een man voor meerdere oplichtingen en diefstallen door zich voor te doen als politieagent

In deze zaak is een man veroordeeld tot een gevangenisstraf van 7 jaar voor het plegen van meerdere oplichtingen en diefstallen. De verdachte deed zich voor als politieagent en benaderde voornamelijk oudere slachtoffers via de datingsite Bullchat. Hij en zijn medeverdachten overtuigden de slachtoffers om hen binnen te laten onder het voorwendsel van een onderzoek naar kinderporno of andere strafbare feiten. Tijdens deze bezoeken werden de slachtoffers onder druk gezet om hun bankgegevens, pinpassen en contant geld af te geven. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen heeft gehandeld, waarbij hij gebruik maakte van intimidatie en dreiging. De slachtoffers hebben aanzienlijke financiële schade geleden, en de rechtbank heeft de verdachte ook aansprakelijk gesteld voor immateriële schade, gezien de impact van zijn daden op de slachtoffers. De rechtbank heeft de vorderingen van de benadeelde partijen grotendeels toegewezen, waarbij de verdachte hoofdelijk aansprakelijk is gesteld voor de schade.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05/067059-24
Datum uitspraak : 14 augustus 2025
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] ,
op dit moment gedetineerd in de P.I. [geboorteplaats] .
Raadsvrouw: mr. J.T. Brassé, advocaat in Amsterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op openbare terechtzittingen.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is, na toewijzing van een vordering tot wijziging van de tenlastelegging, ten laste gelegd dat:
1.
(Zaaksdossier 1)
hij op 10 januari 2024 te Arnhem, 1000 euro, in elk geval enig goed, dat/die geheel aan [slachtoffer 1] , althans aan een ander, toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen welke diefstal werd vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, door
- bij het verlaten van de woning die [slachtoffer 1] te duwen en/of weg te drukken waardoor die [slachtoffer 1] op de grond is gevallen en/of
- in de lift te worstelen met die [slachtoffer 1] , waardoor die [slachtoffer 1] naar achteren (tegen een leuning) is gevallen terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heef verschaft door middel van een vals kostuum, namelijk door zich ten overstaan van die [slachtoffer 1] voor te doen als iemand van de recherche en/of daarbij een politielegitimatie (althans gelijkend daarop) te tonen;
2.
Hij op een of meer tijdstippen in de periode van 10 augustus 2023 tot en met 22 februari 2024 te Arnhem en Baarn en Bemmel en Beuningen en Bergen (Limburg) en Berkel en Rodenrijs en Bilthoven en Breda en Cuijk en Didam en Duiven en Drunen en Elst en Gennep en Goor en ’s-Hertogenbosch en Houten en Krimpen aan den IJssel en Lissen en [adres 37] en Nijmegen en Oss en Renswoude en Scherpenzeel en Veldhoven en Zeist, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal met het oogmerk om zich en/of ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, een groot aantal slachtoffers, waaronder,
(Zaaksdossier 2)
op of omstreeks 18 november 2023 te Duiven, [slachtoffer 2] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 2] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 2] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 2] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat zij op zoek zijn naar een handlanger van [medeverdachte 1] . en te zeggen dat hij, verdachte en/of zijn mededader mee had/hadden gelezen met de chat via ‘Bullchat’ en zag/zagen dat die [slachtoffer 2] in contact was met deze vermeende handlanger van [medeverdachte 1] . en
- aan die [slachtoffer 2] te vragen om in te loggen op zijn internetbankieren om de kijken of er iets met de rekening van die [slachtoffer 2] was gebeurd en
- ( vervolgens) aan die [slachtoffer 2] te vragen of die [slachtoffer 2] zijn bankpas wilde afstaan (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 2] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 3)
op of omstreeks 27 oktober 2023 te Bemmel, [slachtoffer 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een of meer bankpas(sen) met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes en een contant geldbedrag van 3750 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 3] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat verdachte en/of zijn mededader in de wijk onderzoek doen naar een hacker en die (vermeende) hacker op heterdaad willen aanhouden en
- een formulier aan die [slachtoffer 3] te tonen met de tekst “HUISZOEKINGSBEVEL” en
- tegen die [slachtoffer 3] te zeggen dat de (vermeende) hacker gepakt kon worden als die [slachtoffer 3] zou inloggen op telebankieren en
- in te loggen op de telebankieren van die [slachtoffer 3] en aan de slag te gaan met die passen van [slachtoffer 3] en
- aan die [slachtoffer 3] mee te delen dat de hacker niet gevonden kan worden en dat het beter is dat die [slachtoffer 3] al zijn geld van zijn rekening kan halen (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek)
- ( vervolgens) met die [slachtoffer 3] naar een pinautomaat te rijden waardoor die [slachtoffer 3] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte(n);
en
(Zaaksdossier 4)
op of omstreeks 15 november 2023 te [adres 37] , [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en een contant geldbedrag van 50 euro door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 4] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 4] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 4] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat er problemen waren met de bank en dat mensen 1200,00 euro van de rekening van die [slachtoffer 4] probeerde te halen en dat die [slachtoffer 4] zijn pas moest deblokkeren en
- die [slachtoffer 4] te verzoeken contact geld en zijn bankpas in een envelop te stoppen en daarbij zijn pincode op te schrijven (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 4] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 5)
op of omstreeks 20 november 2023 te Goor, [slachtoffer 5] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en randomreader en rekeningafschriften door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 5] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 5] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 5] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende)
politiepas en
- mee te delen dat zij, verdachten, onderzoek doen naar criminele geldstromen en dat de bankrekening van die [slachtoffer 5] daarbij betrokken is en zij de rekeningafschriften moesten zien en
-mee te delen dat die [slachtoffer 5] meest moest werken en dat ze zaken in beslag zou nemen en een huiszoeking zouden doen en
- die [slachtoffer 5] te laten inloggen op zijn internetbankieren en zijn opnamelimiet te (laten) verhogen en die [slachtoffer 5] daartoe de bank te laten bellen en
- die [slachtoffer 5] mede te delen dat zijn geld veilig gesteld moest worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 5] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 6)
op of omstreeks 15 januari 2024 te Arnhem , [slachtoffer 6] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een of meer bankpas(sen) met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
-op het adres van die [slachtoffer 6] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat een 14 jarige jongen was gekidnapt en dat hij, verdachte, de bankrekening van die [slachtoffer 6] moest controleren omdat er losgeld betaald zou zijn en
- ( vervolgens) in te loggen op de internetbankieren van die [slachtoffer 6] en
- die [slachtoffer 6] mede te delen dat zijn bankpassen mee moesten (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 6] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 7)
op of omstreeks 1 december 2023 te Arnhem , [slachtoffer 7] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte een bankpas en/of met een bij de betreffende rekening horende inlogcodes door
- op het adres van die [slachtoffer 7] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat er mensen gescamd waren en dat hij, verdachte, moet kijken of de twee verdachten bij die [slachtoffer 7] binnen zijn en
-hij, verdachte, aan [slachtoffer 7] de pincode van haar pinpas vertelde en
- ( vervolgens) mee te delen dat de bankpas van die [slachtoffer 7] geblokkeerd moest worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 7] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 8)
op of omstreeks de periode van 16 november 2023 tot en met 17 november 2023 te Nijmegen,
[slachtoffer 8] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een of meer bankpas(sen) en een creditcard met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 8] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 8] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 8] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat die [slachtoffer 8] kinderporno op zijn computer zou hebben en dat zij, verdachten, dit moesten controleren op de computer van die [slachtoffer 8] en
- mede te delen dat de pinpassen en creditcard (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) moesten worden gecontroleerd en dat als [slachtoffer 8] het onderzoek zou hinderen die [slachtoffer 8] mee moest naar het politiebureau waardoor die [slachtoffer 8] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 9)
op of omstreeks de periode van 8 november 2023 tot en met en 9 november 2023 te Lisse,
[slachtoffer 9] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en een contant geldbedrag van 100 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 9] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat die [slachtoffer 9] kinderporno op zijn computer zou hebben en dat als die [slachtoffer 9] niet zou meewerken zij, verdachten, die [slachtoffer 9] zouden mee nemen en
- geld en een of meer pinpas(sen) uit de portemonnee van [slachtoffer 9] te halen en
- de pincode van die [slachtoffer 9] te vragen waardoor die [slachtoffer 9] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 10)
op of omstreeks de periode van 28 oktober 2023 tot en met 29 oktober 2023 te Elst,
[slachtoffer 10] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een jas, sjaal en pet en een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en een contant geldbedrag van 1800 euro door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 10] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 10] had gemaakt op het adres van die Van [slachtoffer 10] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een
(goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 10] had afgesproken was opgepakt en dat die [slachtoffer 10] kinderporno op zijn computer zou hebben en dat zij, verdachten, dit moesten controleren op de tablet van die [slachtoffer 10] en
- aan die [slachtoffer 10] te vragen of hij contant geld in huis had en (vervolgens) dat een contant geldbedrag en kledingstukken meegenomen moesten (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 10] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 11)
op of omstreeks 4 november 2023 te Nijmegen, [slachtoffer 11] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 11] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 11] had gemaakt op het adres van die Van [slachtoffer 11] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een
(goedgelijkende) politiebadge en
- mee te delen dat moest worden gecontroleerd of er met de computer van die [slachtoffer 11] was gezocht op kinderporno en/of dat iemand die [slachtoffer 11] wilde vermoorden en
- ( vervolgens) die [slachtoffer 11] hebben laten inloggen op de internetbankieren van die [slachtoffer 11] en
- zeiden dat er iets moest worden uitgezocht met zijn computer waardoor die [slachtoffer 11] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en/of
(Zaaksdossier 12)
op of omstreeks 16 september 2024 te Beuningen, [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 13] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een mondkapje en pet en bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en een contant geldbedrag van 370 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat ze, verdachten, die [slachtoffer 12] willen spreken over zijn activiteiten op Bullchat en dat die [slachtoffer 12] verdacht wordt van kinderporno en dat ze inzage willen in de computer van die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] en dat ze inzage willen hebben in de bankgegevens van die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] en
- die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] te laten inloggen in zijn computer en bankaccount en
- die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] gevraagd te hebben of hij contant geld heeft
waardoor die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 13)
op of omstreeks de periode van 6 september 2023 tot en met 7 september 2023 te Oss,
[slachtoffer 14] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen
van gegevens, te weten de afgifte van mutsen en (zonne)brillen en een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en een contant geldbedrag van 170 euro door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 14] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 14] had gemaakt (vervolgens) op het adres van die [slachtoffer 14] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en/of
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 14] had afgesproken verdacht werd van kinderporno en dat zij, verdachten, dingen moesten nakijken en
- aan die [slachtoffer 14] te vragen om zijn iPad en/of laptop te ontgrendelen en
- aan die [slachtoffer 14] zijn pinpas(sen) en bijbehorende pincodes te vragen en
- aan die [slachtoffer 14] te vragen of die [slachtoffer 14] mutsen en/of zonnebrillen en/of geld in huis had en/of dat zij, verdachten, voornoemde goederen moesten meenemen (ten behoeve van het
zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 14] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 15)
op of omstreeks 12 februari 2024 te Scherpenzeel, [slachtoffer 15] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een telefoon en een of meer passen en een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en een contant geldbedrag van 120 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 15] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat hij, verdachte, onderzoek deed naar kinderporno en naar de website Bullchat.com en dat hij, verdachte, de financiële gegevens en telefoon en computer van die [slachtoffer 15] wilde bekijken en
- aan die [slachtoffer 15] te vragen om zijn bankapp te openen en te vragen naar zijn pincode en contant geld en
-en die [slachtoffer 15] mede te delen dat de telefoon (met pasjes) en pinpas en telefoon meegenomen moesten worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 15] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 17)
op of omstreeks 14 februari 2024 te Drunen, [slachtoffer 16] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een telefoon en een of meer bankpas(sen) met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes en creditcard
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 16] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 16] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 16] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 16] had afgesproken is aangehouden wegens kinderporno en dat hij, verdachte, moest onderzoeken of die [slachtoffer 16] zich niet bezighield met kinderporno en
- ( ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) de bankpas(sen) en (bijbehorende) pincodes en telefoon van die [slachtoffer 16] te vragen waardoor die [slachtoffer 16] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 18)
op of omstreeks 19 februari 2024 te Baarn, [slachtoffer 17] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een telefoon en een of meer bankpas(sen) met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
- op het adres van die [slachtoffer 17] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- aan die [slachtoffer 17] mee te delen dat zij, verdachten, van een eenheid is die zich bezighouden met een oplichtersbende en
- die [slachtoffer 17] (ten behoeven van het zogenaamde onderzoek) in te laten loggen in zijn bankgegevens en
- handelingen te verrichten op de laptop van die [slachtoffer 17] en
- de bankpas(sen) van die [slachtoffer 17] mee te nemen (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 17] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 19)
op of omstreeks 13 februari 2024 te Nieuwengein, [slachtoffer 18] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een telefoon en een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en een contant geldbedrag van
50 euro door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 18] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die Van [slachtoffer 18] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 18] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 18] had afgesproken betrokken zou zijn bij een onderzoek naar kinderporno en
- tegen die [slachtoffer 18] te zeggen dat die [slachtoffer 18] mee moet werken, anders zou er een huiszoeking komen en zou die [slachtoffer 18] mee moeten naar het bureau en
- tegen die [slachtoffer 18] te zeggen dat de bankpas, telefoon en contant geld van die [slachtoffer 18] meegenomen moest worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 18] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 20)
op of omstreeks 18 februari 2024 te ’s-Hertogenbosch, [slachtoffer 19] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een telefoon en een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en een contant geldbedrag van 1500 euro door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 19] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 19] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 19] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat die [slachtoffer 19] op Bullchat.com deelnam aan een chat van een criminele organisatie met betrekking tot kinderporno en
- tegen die [slachtoffer 19] te zeggen dat de bankpas, telefoon en contant geld van die [slachtoffer 19] meegenomen moest worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 19] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 21)
op of omstreeks 22 februari 2024 te Cuijk, [slachtoffer 20] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een jas en telefoon en een of meer bankpassen met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 20] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 20] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 20] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 20] had afgesproken verdacht werd van kinderporno en
- die [slachtoffer 20] te laten inloggen op zijn bank en
- handelingen te verrichten op de computer van die [slachtoffer 20] en
- ( ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) die [slachtoffer 20] mede te delen die bankpassen en de jas en telefoon van die [slachtoffer 20] meegenomen moesten worden waardoor die [slachtoffer 20] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 22)
op of omstreeks 16 december 2023 te Arnhem , [slachtoffer 21] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een of meer bankpassen met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 21] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 21] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 20] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 21] had afgesproken kwade bedoelingen had en op heterdaad zou worden gearresteerd in de woning van die [slachtoffer 21] en
- ( ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) de pinpassen en bijbehorende codes van die [slachtoffer 21] te vragen en waardoor die [slachtoffer 21] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 23)
op of omstreeks 7 november 2023 te Berkel en Rodenrijs, [slachtoffer 22] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 22] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 22] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 22] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en zich te legitimeren met een (goedgelijkende)
politiepas en
- mede te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 22] had afgesproken was opgepakt en dat zij, verdachten, in de laptop van die [slachtoffer 22] moesten kijken in verband met kinderporno en
- die [slachtoffer 22] te laten inloggen op zijn bankaccount en/of die [slachtoffer 22] naar zijn bank te laten bellen om een overboeking van gelden te doen en
- mee te delen dat zij, verdachten, geld gingen pinnen en die [slachtoffer 22] dit de volgende dag terug zou krijgen en waardoor die [slachtoffer 22] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 24)
op of omstreeks 25 januari 2024 te Bilthoven, [slachtoffer 23] ( [geboortedatum] )
heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een mobiele telefoon en of meer bankpassen met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
- op het adres van die [slachtoffer 23] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat zij, verdachten, net iemand hadden aangehouden en er iets niet klopte met een ‘Tikkie’ en zij, verdachten, op die manier waren uitgekomen bij die [slachtoffer 23] en
- tegen die [slachtoffer 23] te zeggen dat die [slachtoffer 23] mee moet werken, anders zou die [slachtoffer 23] mee moeten naar het bureau en
- die [slachtoffer 23] te laten inloggen op zijn bankrekening(en) en die [slachtoffer 23] 1080 euro, althans enig geldbedrag te laten overboeken en
-mede te delen tegen die [slachtoffer 23] dat (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) de pinpas(sen) met bijbehorende codes en mobiele telefoon meegegeven dienden te worden waardoor die [slachtoffer 23] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 25)
op of omstreeks 9 september 2023 te Bergen (Limburg), [slachtoffer 24] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een ringdeurbelcamera en kledingstukken en twee mobiele telefoons en een of meer bankpassen met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
- op het adres van die [slachtoffer 24] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- die [slachtoffer 24] te verzoeken de ringdeurbelcamera te verwijderen en
- de limiet van de bankrekening te verhogen en geld over te boeken van de spaarrekening van die [slachtoffer 24] en
- met die [slachtoffer 24] naar boven te lopen om contant uit de geldkist van die [slachtoffer 24] te tellen en
- die [slachtoffer 24] om een trui met capuchon en een pet te vragen en
- mee te delen dat het geld moest worden nagekeken (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 24] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 26)
op of omstreeks 17 september 2023 te Krimpen aan den IJssel, [slachtoffer 25] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een (zonne)bril en een of meer bankpassen met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes en een
creditcard door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 25] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 25] had gemaakt en op het adres van die [slachtoffer 25] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- die [slachtoffer 25] mede te delen dat zij, verdachten, bezig zijn met een onderzoek naar kinderporno en dat zij, verdachten, de computer van die [slachtoffer 25] moeten nakijken en
- ( ten behoeven van het zogenaamde onderzoek) [slachtoffer 25] te vragen naar zijn bankpas(sen) en/of (bijbehorende) pincodes en (zonne)bril waardoor die [slachtoffer 25] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 27)
op of omstreeks de periode van 22 augustus 2023 tot en met 23 augustus 2023 te Veldhoven,
[slachtoffer 26] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas en creditcard met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 26] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 26] had gemaakt en op het adres van die [slachtoffer 26] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat zij, verdachten, bezig zijn met een onderzoek naar kinderporno en de man waarmee die [slachtoffer 26] een afspraak had zou zijn aangehouden voor bezit kinderporno en
- de laptop en telefoon en tablet en (bank)passen van die [slachtoffer 26] onderzocht moeten worden
waardoor die [slachtoffer 26] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 28)
op of omstreeks 19 februari 2024 te Houten, [slachtoffer 27] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een mobiele telefoon en of meer bankpas(sen) en creditcard met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
- op het adres van die [slachtoffer 27] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat die [slachtoffer 27] verdacht werd van een fraudemisdrijf en
- die [slachtoffer 27] te laten inloggen op zijn bankieren app en
-(ten behoeven van het zogenaamde onderzoek) de telefoon moest worden uitgelezen en onderzoek gedaan moest worden naar de rekeningen en passen waardoor die [slachtoffer 27] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 29)
op of omstreeks 2 december 2023 te Arnhem , [voorletters] . [slachtoffer 28] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas(sen) en creditcard met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes en een contant geldbedrag door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 28] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 28] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 28] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 28] een afspraak had verdacht werd van handel in kinderporno en
- de laptop en telefoon en rekeningen van die [slachtoffer 28] te onderzoeken en
- die [slachtoffer 28] om contant geld te vragen omdat die [slachtoffer 28] zou worden verdacht van witwassen en
- tegen die [slachtoffer 28] te zeggen dat die [slachtoffer 28] (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) zijn pincode van de pas(sen) moest geven en die [slachtoffer 28] naar diens bank te laten bellen waardoor die [slachtoffer 28] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 30)
op in of omstreeks de periode van 18 november 2023 tot en met 19 november 2023 te Didam,
[slachtoffer 29] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van een
contant geldbedrag van 1000 euro door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 29] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 29] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 29] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende)
politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 29] zou hebben afgesproken foute bedoelingen zou hebben en
- mee te delen dat die man waarmee die [slachtoffer 29] had afgesproken de telefoon van die [slachtoffer 29] zou hebben gehackt en geld zou kunnen pinnen en
- met die [slachtoffer 29] naar de pinautomaat te lopen en/of die [slachtoffer 29] 1000 euro te laten pinnen en mede te dele dat de persoon met wie [slachtoffer 29] had afgesproken is aangehouden en (vervolgens) mede te delen dat er een situatie was met een persoon met een vuurwapen waardoor die [slachtoffer 29] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 31)
op of omstreeks 10 augustus 2023 te Gennep, [slachtoffer 30] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes van de bankrekening van die [slachtoffer 30] door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 30] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 30] had gemaakt aan te bellen op het adres van die [slachtoffer 30] en zich voor te doen als inspecteur van ‘Red mijn kind’ en
- mede te delen dat die [slachtoffer 30] geld zou hebben overgemaakt naar een 12- jarige jongen en dat hij, verdachte of zijn mededader, hier onderzoek naar deed
- mee te delen dat de vader van voornoemde jongen ook mee is en er (vervolgens) een tweede man binnenkwam in de woning van die [slachtoffer 30] en
- verdachte of zijn mededader (vervolgens) die [slachtoffer 30] mede deelde toegang nodig te hebben tot de computer en/of telefoon van die [slachtoffer 30] waardoor die de [slachtoffer 30] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 32)
op of omstreeks 29 december 2023 te Arnhem , [slachtoffer 31] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van een contant geldbedrag van 300 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 31] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat hij, verdachte, wil controleren of er inbrekers in de woning van die [slachtoffer 31] zijn en
- die [slachtoffer 31] mede te delen dat contant geld van die [slachtoffer 31] gefotografeerd diende te worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 31] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 33)
op of omstreeks 17 februari 2024 te Breda, [slachtoffer 32] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van een contant geldbedrag van 3130 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 32] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- aan die [slachtoffer 32] te vragen of die [slachtoffer 32] contant geld in huis had en dat dit geld door de scanautomaat gehaald moet worden om te onderzoeken of dit geld afkomstig is van kinderporno
waardoor die [slachtoffer 32] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 34)
op of omstreeks 28 november 2023 te Zeist, [slachtoffer 33] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een mobiele telefoon en een contant geldbedrag van 580 euro door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 33] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 33] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 33] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 33] had afgesproken verdacht werd van kinderporno en
- tegen die [slachtoffer 33] te zeggen dat zij, verdachten (ten behoeve van het zogenoemde onderzoek) de telefoon van die [slachtoffer 33] moeten controleren
- die [slachtoffer 33] te vragen of hij contant geld had waardoor die [slachtoffer 33] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
3.
(Zaaksdossier 14)
Hij op of omstreeks 25 oktober 2023 te Leuth, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen, door het aannemen van een valse naam en van een valse hoedanigheid en door een of meer listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels,
[slachtoffer 34] , te bewegen tot afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode door op het adres van [slachtoffer 34] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en/of zich legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
-heeft medegedeeld dat hij, verdachte en of zijn mededader, kwam controleren of die [slachtoffer 34] kinderporno op zijn computer had en dat de bankgegevens van die [slachtoffer 34] gecontroleerd moesten worden
- hij, verdachte en of zijn mededader, de naam, pincode(s) en/of bankrekeningnummers aan die [slachtoffer 34] heeft gevraagd terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
4.
Hij op een of meer tijdstippen in de periode van 6 september 2023 tot en met 22 februari 2024 te Arnhem en Baarn en Bemmel en Beuningen en Bergen (Limburg) en Berkel en Rodenrijs en Bilthoven en Breda en Cuijk en Didam en Duiven en Drunen en Elst en Gennep en Goor en ’s-Hertogenbosch en Houten en Krimpen aan den IJssel en Lissen en [adres 37] en Nijmegen en Oss en Renswoude en Scherpenzeel en Veldhoven en Zeist, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meer devices en/of sierraden en/of kledingstukken en/of pas(sen) en/of contante geldbedragen, althans enig goed, waaronder
(Zaaksdossier 3)
een iPad en/of Iphone en/of een creditcard en/of 3750 euro, althans contant geld en/of een pet (weggenomen op 27 oktober te Bemmel en toebehorende aan [slachtoffer 3] )
(Zaaksdossier 4)
50 euro, althans contant geld (weggenomen op 15 november 2023 te [adres 37] en toebehorende aan [slachtoffer 4] )
Zaaksdossier 5
een of meerdere edelstenen (ter waarde van ongeveer 5935,00 euro) en/of een jas en/of een zilverbaar (weggenomen op 20 november 2023 te Goor en toebehorende aan [slachtoffer 5] )
(Zaaksdossier 9)
een Ipad en/of Iphone en/of 100 euro, althans contant geld en/of een jas (weggenomen op 8 november 2023 te Lisse en toebehorende aan [slachtoffer 9] )
(Zaaksdossier 10)
een mobiele telefoon, merk Nokia en/of 1800 euro, althans contant geld en/of een jas en/of sjaal en/of pet (weggenomen tussen 28 oktober 2023 en 29 oktober 2023 te Elst en toebehorende aan [slachtoffer 10] )
(Zaaksdossier 11)
Een computermuis en/of jas (weggenomen op 4 november 2023 te Nijmegen en toebehorende aan [voorletters] [slachtoffer 11] )
(Zaaksdossier 12)
370 euro, althans contant geld en/of een mondkapje en/of een pet en/of zonnebril (weggenomen op 16 september 2023 te Beuningen en toebehorende aan [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 13] )
(Zaaksdossier 13)
170 euro, althans contant geld en/of mutsen en/of (zonne)brillen (weggenomen tussen 6 september 2023 en 7 september 2023 te Oss en toebehorende aan [voorletters] [slachtoffer 14] )
(Zaaksdossier 15)
120 euro, althans contant geld en/of een telefoon en/of een kentekenbewijs en/of een ANWB pas en/of een rijbewijs (weggenomen op 12 februari 2023 te Scherpenzeel en toebehorende aan [slachtoffer 15] )
(Zaaksdossier 17)
Een mobiele telefoon, type Samsung S23 Ultra (weggenomen op 14 februari 2024 te Drunen en toebehorende aan [slachtoffer 16] )
(Zaaksdossier 19)
50 euro, althans contant geld en/of een telefoon, type Samsung A4 en/of een toegangspas (weggenomen op 13 februari 2024 te Nieuwegein en toebehorende aan [slachtoffer 18] )
(Zaaksdossier 20)
70 euro, althans contant geld (weggenomen op 18 februari 2024 te ’s-Hertogenbosch en toebehorende aan [slachtoffer 19] )
(Zaaksdossier 21)
Een mobiele telefoon, type Samsung, en/of jas en/of randomreader en/of identifier (weggenomen op 22 februari 2024 te Cuijk en toebehorende aan [slachtoffer 20] )
(Zaaksdossier 22)
Een pasjeshouder met inhoud, althans meerdere passen (weggenomen op 16 december 2022 te [geboorteplaats] en toebehorende aan [slachtoffer 21] )
(Zaaksdossier 24)
Een mobiele telefoon, type A57, (weggenomen op 25 januari 2024 te Bilthoven en toebehorende aan [slachtoffer 23] )
(Zaaksdossier 25)
1000 euro, althans contant geld en/of twee mobiele telefoons, types Samsung en/of een tablet, type Lenovo en/of een ringdeurbelcamera en/of zonnebril en/of een pet en/of een trui (weggenomen op 9 september 2023 te Bergen (Limburg) en toebehorende aan [slachtoffer 24] )
(Zaaksdossier 26)
Een zonnebril, type Morgan (weggenomen op 17 september 2023 te Krimpen aan den IJssel en toebehorende aan [slachtoffer 25] )
(Zaaksdossier 28)
Een mobiele telefoon, type Samsung S10 en/of kentekenbewijzen en/of identiteitsbewijs en/of rijbewijs en/of (ongeveer) 10 euro, althans contant geld (weggenomen op 19 februari 2023 te Houten en toebehorende aan [slachtoffer 27] )
(Zaaksdossier 29)
120 euro, althans contant geld (weggenomen op of omstreeks 2 december 2023 te Arnhem en toebehorende aan [voorletters] . [slachtoffer 28] )
(Zaaksdossier 32)
300 euro, althans contant geld (weggenomen op 29 december 2023 te Arnhem en toebehorende aan [slachtoffer 31] )
(Zaaksdossier 33)
3130 euro, althans contant geld (weggenomen op 17 februari 2024 te Breda en toebehorende aan [slachtoffer 32] )
(Zaaksdossier 34)
580 euro, althans contant geld (weggenomen op 28 november 2023 te Zeist en toebehorende aan [slachtoffer 33] )
in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen.
5.
hij op een of meer tijdstippen in de periode van 10 augustus 2023 tot en met 22 februari 2024 te Arnhem en Baarn en Bemmel en Beuningen en Bergen (Limburg) en Berkel en Rodenrijs en Bilthoven en Breda en Cuijk en Didam en Duiven en Drunen en Elst en Gennep en Goor en ’s-Hertogenbosch en Houten en Krimpen aan den IJssel en Lissen en [adres 37] en Nijmegen en Oss en Renswoude en Scherpenzeel en Veldhoven en Zeist, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meer geldbedrag(en),
waaronder
(Zaaksdossier 2)
-1250 euro (weggenomen op of omstreeks 18 november 2023 te Duiven en toebehorende aan [slachtoffer 2] ) en
(Zaaksdossier 3)
-1250 euro (weggenomen op of omstreeks 27 oktober 2023 te Bemmel en toebehorende aan [slachtoffer 3] ) en
(Zaaksdossier 5)
-5000 euro (weggenomen op of omstreeks 20 november 2023 te Goor en toebehorende aan [slachtoffer 5] ) en
(Zaaksdossier 6)
-3000 euro (weggenomen op of omstreeks 15 januari 2024 te [geboorteplaats] en toebehorende aan [slachtoffer 6] ) en
(Zaaksdossier 7)
-1000 euro (weggenomen op of omstreeks 1 december 2023 te [geboorteplaats] en toebehorende aan [slachtoffer 7] ) en
(Zaaksdossier 8)
-900 euro (weggenomen op of omstreeks 16 november 2023 te Nijmegen en toebehorende aan [slachtoffer 35] ) en
(Zaaksdossier 9)
-5000 euro (weggenomen op of omstreeks 8 november 2023 te Lisse en toebehorende aan [slachtoffer 9] ) en
(Zaaksdossier 10)
-1200 euro (weggenomen op of omstreeks 28 oktober 2023 te Elst en toebehorende aan [slachtoffer 10] ) en
(Zaaksdossier 11)
-5000 euro (weggenomen op of omstreeks 4 november 2023 te Nijmegen en toebehorende aan [slachtoffer 11] ) en
(Zaaksdossier 12)
-5000 euro (weggenomen op of omstreeks 16 september 2023 te Beuningen en toebehorende aan [slachtoffer 12] ) en
- 5000 euro (weggenomen op of omstreeks 16 september 2023 en toebehorende aan [slachtoffer 13] ) en
(Zaaksdossier 13)
-5000 euro (weggenomen op of omstreeks 6 september 2023 te Oss en toebehorende aan [slachtoffer 14] ) en
(Zaaksdossier 15)
-1000 euro (weggenomen op of omstreeks 12 februari 2023 te Renswoude en toebehorende aan [slachtoffer 15] ) en
(Zaaksdossier 17)
-1150 euro (weggenomen op of omstreeks 14 februari 2024 te Drunen en toebehorende aan [slachtoffer 16] ) en
(Zaaksdossier 19)
-5000 euro (weggenomen op of omstreeks 13 februari 2024 te Nieuwegein en toebehorende aan [slachtoffer 18] ) en
(Zaaksdossier 20)
-500 euro (weggenomen op of omstreeks 18 februari 2024 te ’s-Hertogenbosch en toebehorende aan [slachtoffer 19] ) en
(Zaaksdossier 21)
-1250 euro (weggenomen op of omstreeks 22 februari 2024 te Cuijk en toebehorende aan [slachtoffer 20] ) en
(Zaaksdossier 22)
-2000 euro (weggenomen op of omstreeks 16 december 2022 te Arnhem en toebehorende aan [slachtoffer 21] ) en
(Zaaksdossier 23)
-8650 euro (weggenomen op of omstreeks 7 november 2023 te Berkel en Rodenrijs en toebehorende aan [slachtoffer 22] ) en
(Zaaksdossier 24)
-2250 euro (weggenomen op of omstreeks 25 januari 2024 te Bilthoven en toebehorende aan [slachtoffer 23] ) en
(Zaaksdossier 25)
-5000 euro (weggenomen op of omstreeks 9 september 2023 te Bergen (Limburg) en toebehorende aan [slachtoffer 24] ) en
(Zaaksdossier 26)
-5500 euro (weggenomen op of omstreeks 17 september 2023 te Krimpen aan den IJssel en toebehorende aan [slachtoffer 25] ) en
(Zaaksdossier 27)
-3000 euro (weggenomen op of omstreeks 23 augustus 2023 te Veldhoven en toebehorende aan [slachtoffer 26] ) en
(Zaaksdossier 28)
-1400 euro (weggenomen op of omstreeks 19 februari 2023 te Houten en toebehorende aan [slachtoffer 27] ) en
(Zaaksdossier 29)
-1800 euro (weggenomen op of omstreeks 2 december 2023 te Arnhem en toebehorende aan [voorletters] . [slachtoffer 28] ) en
(Zaaksdossier 30)
-1000 euro (weggenomen op of omstreeks 18 november 2023 te Didam en toebehorende aan [slachtoffer 29] )
(Zaaksdossier 31)
-1530 euro (weggenomen op 10 augustus te Gennep en toebehorende aan [slachtoffer 30] )
en/of een of meer andere geldbedragen, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geldbedragen en/of goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (middels oplichting verkregen codes en/of inloggegevens)
-een of meer geldbedragen van een of meer spaarrekening(en) over te boeken naar lopende rekening(en) en/of
- ( vervolgens) (telkens) met (een) (middels oplichting) (even daarvoor ontvreemde) bankpas(sen) en/of creditcard te pinnen bij (verschillende) banken en/of (daarbij) de (middels oplichting) (even daarvoor ontvreemde) pincode(s) en/of inlogcodes te gebruiken, zonder toestemming van voornoemde rechthebbende(n) en/of rekeninghouder(s).

2.De ontvankelijkheid van de officier van justitie

De standpunten
De raadsvrouw heeft aangevoerd dat de officier van justitie niet-ontvankelijk moet worden verklaard in de vervolging van verdachte. Hiertoe is aangevoerd dat het recht op een eerlijk proces ex artikel 6 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) is geschonden.
Het Openbaar Ministerie zou ontlastende informatie pas aan het dossier hebben toegevoegd, nadat daarvoor onderzoekswensen waren ingediend en bepaalde ontlastende informatie zou tot op heden ontbreken. De raadsvrouw heeft daarbij voorbeelden genoemd van (zo begrijpt de rechtbank) onherstelbare vormverzuimen als bedoeld in artikel 359a Wetboek van Strafvordering (Sv). De raadsvrouw noemt als voorbeelden dat na onderzoekswensen pas is geïnformeerd over de adressen die niet voorkwamen in de telefoon van verdachte; er geen proces-verbaal is opgemaakt over de beelden waarop verdachte niet is herkend op basis van “zijn loopje”; informatie ontbreekt over de MMA-melding in de zaak van aangever [slachtoffer 14] ; en informatie ontbreekt over een mogelijk dactyloscopisch spoor van een ander dan verdachte op bankbiljetten in de zaak van aangever [slachtoffer 1] . In dat kader is verwezen naar een arrest van de Hoge Raad van 1 december 2020 (ECLI:NL:HR:2020:1889).
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat – gelet op het arrest van de Hoge Raad van 19 december 1995 (ECLI:NL:HR:1995:ZD0328) – geen sprake is van een schending dan wel geen sprake van een zodanig ernstige schending van beginselen van een behoorlijke procesorde dat deze zou moeten leiden tot niet-ontvankelijkheid.
Beoordeling door de rechtbank
De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 30 maart 2004 een maatstaf geformuleerd met betrekking tot de niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie. Hieruit volgt dat een vormverzuim als bedoeld in artikel 359a Sv slechts in uitzonderlijke gevallen dit rechtsgevolg moet hebben.
Daarvoor is alleen plaats ingeval het vormverzuim daarin bestaat dat met de opsporing of vervolging belaste ambtenaren ernstige inbreuk hebben gemaakt op beginselen van een behoorlijke procesorde waardoor doelbewust of met grove veronachtzaming van de belangen van de verdachte aan diens recht op een eerlijke behandeling van zijn zaak is tekortgedaan (ECLI:NL:HR:2004:AM2533, r.o. 3.6.5.).
In het arrest van 1 december 2020 (ECLI:NL:HR:2020:1889) concretiseert de Hoge Raad de toepassing van voornoemde maatstaf. De strekking is dat in het geval dat een zodanig ernstige inbreuk op het recht van de verdachte op een eerlijke behandeling van zijn zaak is gemaakt dat geen sprake meer kan zijn van een eerlijk proces in de zin van artikel 6 EVRM, niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vervolging plaatsvindt. Het moet gaan om een onherstelbare inbreuk op het recht op een eerlijk proces, die niet op een aan de eisen van een behoorlijke en effectieve verdediging beantwoordende wijze is of kan worden gecompenseerd. Daarbij moet die inbreuk het verstrekkende oordeel kunnen dragen dat – in de bewoordingen van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens – ‘
the proceedings as a whole were not fair’.
In het uitzonderlijke geval dat op deze grond de niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vervolging in beeld komt, hoeft echter niet – in zoverre stelt de Hoge Raad de eerder gestelde maatstaf bij – daarnaast nog worden vastgesteld dat de betreffende inbreuk op het recht op een eerlijk proces doelbewust of met grove veronachtzaming van de belangen van verdachte heeft plaatsgevonden. Aanleiding voor niet-ontvankelijkverklaring op deze grond kan bijvoorbeeld bestaan in het geval dat de verdachte door een opsporingsambtenaar dan wel door een persoon voor wiens handelen de politie of het Openbaar Ministerie verantwoordelijk is, is gebracht tot het begaan van het strafbare feit waarvoor hij wordt vervolgd, terwijl zijn opzet tevoren niet al daarop was gericht (vgl. HR 29 juni 2010, ECLI:NL:HR:2010:BL0655), of waarin gedragingen van politie en justitie ertoe hebben geleid dat de waarheidsvinding door de rechter onmogelijk is gemaakt (vgl. HR 8 september 1998, ECLI:NL:HR:1998:ZD1239).
De rechtbank overweegt het volgende. De raadsvrouw heeft zich beklaagd over de gedragingen van politie en justitie en stelt dat deze ertoe hebben geleid dat de waarheidsvinding onmogelijk is gemaakt. De door de raadsvrouw aangedragen voorbeelden leiden naar het oordeel van de rechtbank niet – ook niet in onderlinge samenhang – tot de conclusie dat inbreuk is gemaakt op het recht van verdachte op een eerlijk proces dan wel dat grove veronachtzaming van zijn belangen heeft plaatsgevonden. Daarbij merkt de rechtbank op dat verdachte voorbeelden heeft genoemd waaruit zou blijken dat naast verdachte nog een andere persoon betrokken zou zijn of dat verdachte in andere (niet ten laste gelegde zaken) niet betrokken is. Het vermeend ontbreken van deze informatie ziet niet op het ontbreken van betrokkenheid van verdachte in de zaken, hetgeen de rechtbank hierna zal beoordelen. Voor zover in het onderzoek van justitie vormverzuimen hebben plaatsgevonden, is de verdediging naar het oordeel van de rechtbank op een aan de eisen van een behoorlijke en effectieve verdediging beantwoordende wijze gecompenseerd middels de eerder door de rechtbank bevolen onderzoekhandelingen.
De rechtbank verwerpt het ontvankelijkheidsverweer van de raadsvrouw.
3. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Feit 1 (zaaksdossier 1)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan diefstal met geweld.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft bepleit dat verdachte moet worden vrijgesproken, omdat het bewijs beperkt blijft tot DNA van verdachte op het aangetroffen geld, hetgeen geen daderspoor betreft.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 1] , woonachtig aan het [adres 1] te Arnhem , heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op woensdag 10 januari 2024, omstreeks 18:10 uur, was ik alleen thuis. (…) Ik zag dat er een man voor de deur stond. De riep tegen mij dat hij van de recherche was en zei dat ik geen vreemde mensen moest binnen laten. Hij toonde mij een legitimatiebewijs, een pasje van de politie. Ik heb deze pas niet goed gezien. Deze man was in burgerkleding. Ik zag dat de man geen handschoenen aan had.
(…)
De man vroeg mij hoe ik aan het geld in mijn portemonnee kwam. De man zei dat hij precies op de hoogte was wat ik op de bank zou hebben staan. De man zei dat hij mij geld wilde zien en dat hij daar een foto van wilde maken, omdat dit nodig was voor het onderzoek.
(…)
De man vroeg naar mijn bankpas en of hij in mijn computer mocht inloggen. Maar dat wilde ik niet. Ik heb ook geen bankpas aan hem afgegeven. Ik heb toen mijn portemonnee uit mijn kontzak gepakt en deze geopend. Ik had op dat moment voor 1000 euro aan contant geld in mijn portemonnee. Dit waren bankbiljetten van 50, 20 en tien euro. Onder de computer ligt nog een bankbiljet van twintig en tien euro. Deze zijn vermoedelijk uit mij portemonnee gevallen, toen ik deze uit mijn kontzak haalde. Ik pakte het geld uit mijn portemonnee en legde en moest dit geld op de salontafel in de woonkamer leggen. De man wild het geld pakken en daarop gaf ik de man, met mijn rechter vuist, een vuistslag tegen zijn mond. De man heeft uiteindelijk geen foto gemaakt van mijn geld. De man heeft toen mijn geld gepakt en dit geld verwisseld met andere bankbiljetten.
De man wilde de woonkamer uit naar de gang en ik ben toen voor hem gaan staan om de weg te belemmeren. De drukte mij weg waardoor ik tegen de grond viel. De man verliet de woning en ik liep hem achterna. Het portiek van de lift bevindt zich op ongeveer 10 meter afstand van mijn voordeur. De man stapte in de lift. Ik stapte ook in de lift en hield hem vast bij zijn benen. In de lift ontstond een worsteling en daardoor viel ik naar achteren met mijn ribbenkast tegen een leuning. Ik heb daar nu nog pijn aan. Ik heb daarbij diverse malen om hulp geroepen. De man riep nog een keer: “Je zit fout je schopt de politie.”
Toen de lift beneden was ging de lift deur open en heeft hij het portiek van de flat verlaten. De man heeft de woning omstreeks 19.00 uur verlaten. Hij is dus ongeveer vijftig minuten in mijn woning geweest. Hij heeft op meerdere plekken in woonkamer gezeten en gestaan. De man is iemand van buitenlandse komaf, maar volgens mij woont hij al jaren in Nederland. De man spreekt de Nederlandse taal en is iets kleiner dan ik ben. Ik ben 1.70cm lang. De man heeft kort zwart haar, donkere ogen en een vol gezicht. Verder heeft hij een stevig postuur. (…).” [2]
[slachtoffer 1] is op 11 januari 2024 door een arts onderzocht en deze heeft het volgende letsel vastgesteld: schaafwonden op beide benen, schaafwond op de rechterwang, schaafwond op de onderkant van de kin en een kneuzing van de ribben. De geschatte duur van genezing is enkele weken. [3]
Van het geld dat de man in de woning heeft achtergelaten is een bemonstering genomen. Uit deze bemonstering (SIN: AAQV3311NL) is een DNA-mengprofiel van minimaal 3 donoren verkregen, van wie ten minste één man. Uit dit DNA-mengprofiel kon een DNA-hoofdprofiel worden afgeleid. Het afgeleide DNA-profiel heeft een matchkans van kleiner dan één op één miljard. Het DNA-profiel van verdachte komt hiermee overeen. [4]
De rechtbank stelt op grond van de bewijsmiddelen het volgende vast. De man in de woning van [slachtoffer 1] heeft een geldbedrag van 1000 euro weggenomen door dit bedrag te verwisselen met buitenlandse geldbiljetten. Het DNA van verdachte is aangetroffen op de geldbiljetten die zijn achtergelaten in de woning. De rechtbank acht op basis van deze bewijsmiddelen bewezen dat het verdachte was die in de woning is geweest en het geldbedrag van 1000 euro heeft weggenomen. Het alternatieve scenario dat door verdachte is geschetst – dat een derde in de woning is geweest, het geld heeft weggenomen, deze derde vervolgens het geld aan verdachte heeft getoond en verdachte het geld enkel heeft vastgehouden – is niet nader concreet en verifieerbaar onderbouwd en acht de rechtbank ongeloofwaardig.
Bij de diefstal van het geldbedrag is geweld toegepast. Verdachte heeft [slachtoffer 1] weggedrukt, waardoor deze tegen de grond viel. Vervolgens ontstond in de lift een worsteling, waardoor [slachtoffer 1] naar achteren viel en met zijn ribbenkast tegen een leuning is gevallen. Hierbij heeft [slachtoffer 1] letsel opgelopen. De rechtbank is van oordeel dat verdachte geweld heeft toegepast om de vlucht mogelijk te maken en zich van het bezit van het geldbedrag te verzekeren.
Conclusie
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan een diefstal met geweld.
Feiten 2, 3, 4 en 5 (zaaksdossiers 2 t/m 34)
Inleiding
Naast de diefstal met geweld is aan verdachte een aantal oplichtingen en (gekwalificeerde) diefstallen tenlastegelegd. Vanwege de samenhang van deze feiten zal de rechtbank dit gezamenlijk bespreken.
Het beoordelingskader
Oplichting als bedoeld in artikel 326, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht (Sr) is het door aanwending van een oplichtingsmiddel (door het aannemen van een valse naam of van een valse hoedanigheid, door listige kunstgrepen of door een samenweefsel van verdichtsels) een ander bewegen tot bepaalde gedragingen, te weten de afgifte van een goed, het verlenen van een dienst, het beschikbaar stellen van gegevens, het aangaan van een schuld of het tenietdoen van een inschuld. Degene die zich aan oplichting schuldig maakt, handelt met het oogmerk om zichzelf of een ander wederrechtelijk te bevoordelen en bedient zich daartoe ten minste van één van de hiervoor genoemde oplichtingsmiddelen.
Voor een bewezenverklaring van oplichting is blijkens genoemd artikel vereist dat iemand door een oplichtingsmiddel wordt ‘bewogen’ tot de in die bepaling bedoelde handelingen. Van het in het bestanddeel ‘bewegen’ tot uitdrukking gebrachte causaal verband is sprake als voldoende aannemelijk is dat het slachtoffer mede onder invloed van de door het desbetreffende oplichtingsmiddel in het leven geroepen onjuiste voorstelling van zaken is overgegaan tot een van de hiervoor genoemde gedragingen.
Het antwoord op de vraag of in een concreet geval het slachtoffer door een oplichtingsmiddel dat door de verdachte is gebezigd, is bewogen tot de in artikel 326, eerste lid, Sr bedoelde handeling, is afhankelijk van alle omstandigheden van het geval. Tot die omstandigheden behoren onder meer de vertrouwenwekkende aard, het aantal en de indringendheid van de (geheel of gedeeltelijk) onware mededelingen in hun onderlinge samenhang, de mate waarin de in het algemeen in het maatschappelijk verkeer vereiste omzichtigheid degene tot wie de mededelingen zijn gericht aanleiding had moeten geven de onwaarheid te onderkennen of zich daardoor niet te laten bedriegen en de persoonlijkheid van het slachtoffer.
De rechtbank stelt aan de hand van het dossier en het onderzoek ter terechtzitting de volgende feiten en omstandigheden vast.
Het onderzoek Okapi omvat 33 aangiftes van oplichtingen, die hebben plaatsgevonden in de periode van 10 augustus 2023 tot en met 22 februari 2024. De aangevers wonen verspreid over Nederland. De rechtbank ziet zich voor de vraag gesteld of verdachte betrokken was bij deze oplichtingen.
In aanvulling op hetgeen hierna per zaak wordt besproken, gaat de rechtbank allereerst in op een aantal bewijsmiddelen dan wel bewijsoverwegingen die op verschillende zaken van toepassing zijn.
Modus operandi (zaken 2, 4, 5, 8, 10, 11, 12, 13, 15, 19, 20, 21, 22, 23, 26, 29, 30, 31, 33 en 34)
Uit het dossier volgt dat in een groot aantal zaken sprake is van een specifieke werkwijze. Aangevers zijn alleenstaande mannen op leeftijd. Bij aangevers komen in de avond één of twee mannen aan de deur die zich voordoen als politieagent(en). De man(nen) is/(zijn) in burger gekleed en legitimeren zich met een (al dan niet digitale) politiepas. De man/mannen vertellen ook dat zij van de politie zijn en aan de deur komen vanwege een onderzoek naar strafbare feiten. In een groot aantal gevallen hebben de aangevers voorafgaand aan de oplichting contact gehad met een persoon via de datingsite Bullchat en daarmee een afspraak gemaakt. Uit een aantal gebruikersnamen op website Bullchat bleek dat specifiek werd gezocht naar oudere mannen. Er werd een afspraak gemaakt bij aangever thuis. Vervolgens stond ten tijde van de gemaakte afspraak niet de verwachte date voor de deur, maar iemand die zich voordeed als agent. De nepagent hanteerde twee varianten van een verhaal om zich de toegang tot de woning van aangever te verschaffen. In de eerste variant zou de ‘date’ van aangever in verband zijn gebracht met een strafbaar feit, zoals het aantreffen van kinderporno of witwassen. In de tweede variant had aangever zelf zich schuldig gemaakt aan het plegen van een strafbaar feit. Ten behoeve van het onderzoek werden aangevers bewogen tot de afgifte van goederen en/of financiële gegevens. Ten slotte werd er geld van de rekening van de aangevers gepind.
De rechtbank stelt vast dat uit alle aangiftes in de zaken [
2, 4, 5, 8, 10, 11, 12, 13, 15, 19, 20, 21, 22, 23, 26, 29, 30, 31, 33 en 34] een herkenbare, specifieke en gelijksoortige modus operandi volgt, die voldoende uniek en onderscheidend is.
Hierna zal de rechtbank eerst ingaan op relevante aspecten inzake de telefoon van verdachte, de herkenning, de kleding en het medeplegen. Vervolgens zullen met betrekking tot elk zaaksdossier uit de tenlastelegging steeds onder het betreffende kopje de toepasselijke overige bewijsmiddelen worden besproken die in samenhang met deze modus operandi tot bewezenverklaring leiden.
Telefoon verdachte (alle zaken)
Bij de aanhouding van verdachte werd een telefoon, een iPhone 11, in beslag genomen. [5] De politie heeft deze iPhone onderzocht. Hieruit is het volgende gebleken.
In de telefoon werden verschillende afbeeldingen van identiteitsbewijzen en politielegitimatiebewijzen aangetroffen. Daarnaast werden verschillende zoektermen aangetroffen die vermoedelijk te maken hadden met de opsporing en vervolging van oplichting door middel van babbeltrucs. De politie trof in de telefoon meermaals de volgende zoektermen aan [6] :
Timestamp
Bron
Zoekterm
25-2-2024 23:52:46(UTC+0)
KnowledgeC
eis 10 jaar
25-2-2024 23:52:50(UTC+0)
KnowledgeC
babbeltruc dna
25-2-2024 15:19:03(UTC+0)
KnowledgeC
oplichting
De politie zag dat op de telefoon veel zoektermen stonden die vermoedelijk te maken hadden met het opnemen van contant geld:
Timestamp
Bron
Zoekterm
25-2-2024 15:23:28(UTC+0)
KnowledgeC
kort achter elkaar pinnen
25-2-2024 15:19:43(UTC+0)
KnowledgeC
oplichting
25-2-2024 15:28:20(UTC+0)
KnowledgeC
blokkade cash opnemen
25-2-2024 15:26:17(UTC+0)
KnowledgeC
blokkade
25-2-2024 16:00:23(UTC+0)
KnowledgeC
cash opnemen na overlijden
25-2-2024 15:28:34(UTC+0)
Safari
blokkade cash opnemen
De politie zag dat op de telefoon de volgende verwijderde zoektermen stonden [7] :
Timestamp
Bron
Zoekterm
Deleted
23-2-2024 01:27:01(UTC+0)
Safari
oplichting groot bedrag
Yes
23-2-2024 01:27:37(UTC+0)
Safari
cash geld ouderen
Yes
23-2-2024 00:37:25(UTC+0)
Safari
bullchat
Yes
6-2-2024 09:30:13(UTC+0)
Safari
nepagent
Yes
6-2-2024 09:30:12(UTC+0)
Safari
nepagent [geboorteplaats]
Yes
5-2-2024 15:52:19(UTC+0)
Safari
eis 12 jaar cel
Yes
Uit de gegevens op de telefoon kwam tevens naar voren dat was gezocht op adressen van aangevers. De politie heeft de tijdstempels (
timestamps) bij de verschillende zoekopdrachten onderzocht en vergeleken met de verschillende pleegdata. De politie heeft vastgesteld dat alle zoekopdrachten naar de adressen van de aangevers voor het incident hebben plaatsgevonden. [8]
Proces-verbaal van bevindingen herkenning (zaken 2, 3, 4, 5, 7, 8, 9, 11, 13 en 23)
De politie heeft in de maanden januari en februari van 2024 verschillende camerabeelden bekeken van frauduleuze pintransacties. De politie zag op diverse camerabeelden dezelfde – vermomde – man terug. Hierbij werden de volgende kenmerken van de man geconstateerd:
  • specifieke vorm van de (enigszins uitstaande) oren, met een knik tussen de oorlel en het bovenste gedeelte van het oor;
  • donkere, volle wenkbrauwen;
  • donkerbruine ogen;
  • licht getinte huidskleur.
De politie heeft de betreffende camerabeelden vergeleken met foto’s van verdachte in het onderzoeksdossier en in de politiesystemen. Verdachte werd herkend als de pinnende man in de volgende zaaksdossiers:
  • [straatnaam 1] , Goor (
  • [straatnaam 1] , [adres 37] (
  • [adres 2] , Bemmel (
  • [straatnaam 1] , Duiven (deels zichtbaar) (
  • [straatnaam 1] , Arnhem (deels zichtbaar) (
  • [straatnaam 1] , Nijmegen (
  • [straatnaam 1] , Berkel en Rodenrijs (
  • [straatnaam 1] , Lisse (deels zichtbaar) (
  • [straatnaam 1] , Nijmegen (
  • [straatnaam 1] , Oss (
De verbalisant heeft op de beelden gezien dat de pinnende man in veel gevallen een mondkapje of shawl droeg. Daarbij viel op dat de man tijdens het pinnen vaak op dezelfde manier met zijn hand aan het mondkapje/de shawl trok of voelde. Daarnaast werd veelal dezelfde lichaamslengte en hetzelfde postuur gezien; een niet al te grote man met een gemiddeld tot iets stevig postuur, met name stevig ter hoogte van de buik. Ook herkende de verbalisant telkens dezelfde lichaamshouding. Hierbij sprong vooral de stand van de schouders en de buik/rug in het oog. De pinnende man op de camerabeelden had vrij rechte, licht opgetrokken schouders, stond met de buik wat naar voren en het bovenste deel van de rug gebogen. De man droeg regelmatig een strakke jeans, waarbij steeds dezelfde vorm van de benen zichtbaar was. De man had enigszins stevige/gespierde bovenbenen en een lichte O-vorm in de onderbenen.
Verder viel aan zijn manier van lopen op dat de man de voeten (met name rechts) iets naar binnen plaatste en met beide voeten licht buitenom ‘zwenkte’ tussen de passen door.
De verbalisant zag dit ‘loopje’ terug in de volgende zaken:
  • [adres 2] , Bemmel (
  • [straatnaam 1] , Duiven (
  • [straatnaam 1] , Arnhem (
  • [straatnaam 1] . Weertsstraat, Arnhem (
  • [straatnaam 1] , Arnhem
  • [straatnaam 1] , Didam
  • [straatnaam 1] , Nijmegen (
  • [straatnaam 1] , Berkel en Rodenrijs (
  • [straatnaam 1] , Lisse (
  • [straatnaam 1] , Elst (
  • [straatnaam 1] , Nijmegen (
  • [straatnaam 1] , Beuningen (
  • [straatnaam 1] , Oss (
Verder heeft de verbalisant verdachte zien lopen toen hij werd opgehaald voor verhoor. De verbalisant herkende het loopje van verdachte als het loopje dat op de camerabeelden in de bovengenoemde zaken te zien was. [9]
Proces-verbaal van bevindingen kleding (zaken 2, 3, 6, 7, 8, 9, 11, 12 en 13)
- [adres 2] PL0600-2023499499
(Moncler trui en Dsquared broek)
(Zaaksdossier 3)
- [straatnaam 1] PL0600-2023534742
(Moncler trui en Dsquared broek)
(Zaaksdossier 2)
- [straatnaam 1] PL0600-2024030490
(Valentino schoenen)
(Zaaksdossier 6)
- [straatnaam 1] PL0600-2023555515
(Moncler bodywarmer, opvallend detail is dat de verdachte pinner de bodywarmer binnenstebuiten draagt waardoor de strip goed zichtbaar is)
(Zaaksdossier 7)
- [straatnaam 1] PL0600-2023531813
(Valentino schoenen en Dsquared broek)
(Zaaksdossier 8)
- [straatnaam 1] PL1500-2023351419
(Valentino schoenen en Dsquared broek)
(Zaaksdossier 9)
- [straatnaam 1] PL0600-2023501007
(Dsquared broek)
(Zaaksdossier 10)
- [straatnaam 1] PL0600-2023518080
(Valentino schoenen en Dsquared broek)
(Zaaksdossier 11)
- [straatnaam 1] PL0600-2023429031
(Valentino schoenen en Moncler polo)
(Zaaksdossier 12)
- [straatnaam 1] PL2100-203197653
(Valentino schoenen)
(Zaaksdossier 13)
Onder verdachte is kleding in beslag genomen. De politie heeft de inbeslaggenomen kleding vergeleken met de kleding die door de pinnende persoon werd gedragen, zoals in verschillende zaken is te zien op de camerabeelden van de Geldmaat. Hieruit bleek dat vergelijkbare kleding werd geconstateerd bij de volgende zaken [10] :
Voorafgaand aan de doorzoeking van de woning van verdachte ontving de politie een tweetal afbeeldingen van kleding die tijdens het pinnen met afhandig gemaakte bankpasjes werd gedragen. Op die afbeeldingen zag de politie een donkerkleurige trui met de tekst ‘MONCLER’ aan de voorzijde, ook in een donkere kleur. Daarnaast zag de politie ook het embleem van ‘MONCLER’ zitten. In de woning van verdachte trof de politie in de kledingkast op de slaapkamer een donkerblauwe trui aan met de letters ‘MONCLER’ aan de voorzijde, net als een ‘MONCLER’ logo. [11]
Medeplegen
In een aantal zaken heeft verdachte bekend te hebben gepind, direct nadat de oplichting in de woningen had plaatsgevonden (te weten in de zaken: 2, 3, 4, 5, 8, 11 en 12). De raadsvrouw heeft als verweer gevoerd dat in die zaken geen sprake is van medeplegen van (poging tot) oplichting of diefstal van de goederen uit de woning. De rechtbank overweegt dat sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen de persoon/personen aanwezig in de woning en verdachte (voor zover verdachte niet de persoon/een van de personen in de woning was), die in de kern bestaat uit een gezamenlijke uitvoering. Ook in de zaken waarin niet kan worden vastgesteld of verdachte zich in de woningen heeft bevonden, maar wel heeft gepind [7, 9, 11, 12, 13, 19, 20 en 23] is sprake van medeplegen van oplichting en diefstal van de verschillende goederen en/of geldbedragen. Immers, het handelen van de daders (en de door hen gevolgde modus operandi) vergde onderlinge afstemming en stond in dienst van het vergaren van een zo groot mogelijke buit. Zowel het naar de woning gaan als het vervolgens pinnen met een uit die woning gestolen of op andere wijze ontfutselde bankpas, leiden tot dat doel en zijn daar onderdeel van. Daarbij werden ook de uit de woning meegenomen goederen (zoals jassen of zonnebrillen) veelal door de pinner gebruikt. Hierbij weegt de rechtbank vaste jurisprudentie van de Hoge Raad mee, die erop neerkomt dat het voorhanden hebben van een gestolen goed kan bijdragen aan het bewijs van diefstal (of verkrijging door oplichting) van dat goed indien er korte tijd is verstreken tussen dat voorhanden hebben en de diefstal en/of oplichting en de verdachte geen (aannemelijke) verklaring kan geven voor het bij hem aantreffen van het gestolen goed.
De rechtbank zal – in aanvulling op de hiervoor genoemde bewijsmiddelen en overwegingen – het bewijs per zaak bespreken.
Zaaksdossier 2 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en diefstal door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van feit 2 verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat verdachte in de woning is geweest. Ten aanzien van feit 5 heeft de raadsvrouw geen bewijsverweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 2] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op zaterdag 18 november 2023, omstreeks 18.00 uur, was ik thuis en op dat moment werd aangebeld aan de voordeur. Ik deed open en zag een man staan. Deze man had een Marokkaans uiterlijk en volgens mij was hij ongeveer 30 jaar oud. De man (man 1) had een zonnebril op en donker krullend haar. Later zag ik dat de man donkere ogen had. De man was iets langer dan mij. (…) ik denk dat de man tussen de 175 en 180 cm lang was.
De man had een stevig postuur. De man droeg geen uniform. De man droeg een donkere spijkerbroek met grijze vlekken erop, een zwarte trui en donkere schoenen. De man had een bruin/zwart/donkergrijs tasje over zijn schouder voor zijn buik hangen. Het was een klein tasje. (…) De man vertelde mij dat hij van de politie Eenheid Rotterdam was en dat hij samen met collega's in de buurt was om een handlanger van ene [medeverdachte 1] . uit Amsterdam aan te houden. De man had een chat van mij meegelezen en hierdoor wist hij dat ik in gesprek was met die handlanger en daarom was hij naar mijn huis gekomen. Ik had inderdaad even hiervoor op een chat van Bullchat gezeten. Bullchat is een gay datingsite. (…) Even voor 18.00 uur sprak ik met iemand die zei dat hij rond 18 uur langs zou komen. Ik weet geen naam van de persoon met wie ik op de chat zat. Ik had die middag geen adres van mij doorgegeven maar de persoon zei dat hij mijn adres al had.
De 1e man vertelde mij dat zijn collega's van de politie in de buurt van mijn woning zouden staan. (…) De man liet mij een legitimatiebewijs zien. (…)
De man vertelde over de aanhouding van [medeverdachte 1] . in Amsterdam en over de handlanger
die ze nu zochten. De handlanger zou kwade bedoelingen met mij kunnen hebben vertelde
de man. De man vroeg of zijn collega ook even binnen mocht komen. Hij was expert in computers. Ik vond dat goed en liet de tweede man binnen. Deze man (2e man) had ook een Marokkaans uiterlijk, leeftijd tussen de 35 en 50 jaar oud, de man had kort, donker haar met de kleur grijs erdoor, een sikje in de kleur grijs, mager postuur en lengte tussen 180 en 185 cm lang. Deze 2e man droeg ook een zonnebril en een licht blauw petje. Ik zag geen logo op het petje. De man was donker gekleed, een zwarte spijkerbroek met gaten erin en donkere schoenen. Ik weet niet of het sneakers waren. De 1e man voerde met name het woord. De 2e man was vooral stil. De 2e man liet ook zijn legitimatiebewijs zien. (…) De 2e man heeft in mijn computer gekeken. (…) De 1e man vroeg aan mij om op mijn telefoon in te loggen via internetbankieren op mijn bank. Ik bankier bij de [slachtoffer 36] (…) Om in de rekening te komen moest ik mijn pincode invoeren. Ik merkte dat de 1e man over mijn schouder meekeek. Ik heb geprobeerd de code af te schermen door mijn hand voor de telefoon te houden.
De 1e man vroeg of hij mij bankpas even mee mocht nemen zodat hij deze pas kon scannen. De 1e man wilde er zeker van zijn dat er niets met mijn pas of mijn rekening gebeurd was. De 1e man zou dan even naar een politiebureau in de buurt gaan om dit te scannen. (…) Het zou ongeveer 20 tot 25 minuten duren voordat hij terug was. De 1e man ging weg met mijn bankpas en de 2e man bleef bij mij in de woning. (…) (…) Na ongeveer 20 minuten kwam de 1e man terug. (…) De 1e man vertelde dat er niets verkeerds was. De 1e man zei dat hij even wilde overleggen met de 2e man in de gang. (…) Ik heb ze niet weg horen gaan (…) Hierna heb ik de bank gebeld en deze vertelden mij dat er een bedrag van 1250 euro vanaf mijn rekening was gepind op zaterdag 18 november 2023 om 18.40 uur. Ik heb dit bedrag niet zelf gepind (…). Dit bedrag is gepind bij de Geldmaat aan de Dorth tot Medlerstraat in Duiven. [12]
De politie heeft camerabeelden van de Geldmaat aan [straatnaam 2] Duiven uitgekeken. Hierop zag de politie dat een man naar de automaat liep en handelingen verrichtte die leken op het pinnen van geld. Het signalement van de man werd als volgt omschreven:
  • Man
  • Getinte huidskleur
  • Gezet postuur
  • Ongeveer 180 centimeter lang
  • Bruine Engelse klassieke pet
  • Donkere zonnebril
  • Medische mondkap lichte kleur
  • Donkere sweater met opdruk ‘Moncler’ en wit ‘Moncler’ logo
  • Blauwe ripped jeans met scheuren aan de voorzijde van de broek en bij de kontzakken aan de achterzijde van de broek
  • Zwarte schoenen met lichtere/grijze vlakken.
Door de politie is het volgende opgemerkt. Bij de doorzoeking op het verblijfadres van verdachte zijn een spijkerbroek en een trui in beslag genomen die gelijkenissen vertonen met de broek en de trui van de man die zichtbaar was op de camerabeelden van de Geldmaat. [13]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van verdachte onderzocht. Uit de gegevens op de telefoon kwam naar voren dat gezocht was op de term: ‘ [adres 31] Duiven’ en dat een zoekslag is gemaakt naar de ‘ [straatnaam 2] te Duiven.’ Ook zijn op de telefoon van verdachte meerdere aanmeldingen op de website Bullchat.nl aangetroffen. [14]
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij alleen heeft gepind. [15]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met een ander [slachtoffer 2] heeft opgelicht. Verdachte en medeverdachte stonden voor de woning van [slachtoffer 2] in Duiven. Zij hebben zich als agenten voorgedaan en zijn de woning van [slachtoffer 2] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek naar (de handlanger van) [medeverdachte 1] . hebben zij [slachtoffer 2] bewogen om zijn pincode en bankpas af te geven. Diezelfde dag is er 1250 euro van de rekening van [slachtoffer 2] gepind.
In de telefoon van verdachte zijn het adres van [slachtoffer 2] en het adres van de gebruikte pinautomaat aangetroffen. Het signalement van een van de mannen in de woning van [slachtoffer 2] komt overeen met het signalement van de pinner, terwijl verdachte erkent te hebben gepind. In dit verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden zijn in onderlinge samenhang bezien echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte ook in de woning van [slachtoffer 2] is geweest.
Verdachte heeft als verweer aangevoerd dat niet hij – maar een ander met vergelijkbare uiterlijke kenmerken, zoals stevig en een getinte huidskleur – bij aangevers in de woning is geweest en hij enkel heeft gepind. Dit alternatieve scenario is niet nader concreet en verifieerbaar onderbouwd en acht de rechtbank ongeloofwaardig. Het dossier bevat geen enkel aanknopingspunt dat een derde – en niet alleen verdachte en de medeverdachte – in de woning van aangever is geweest. Ook in de hierna te bespreken zaken gaat dit verweer – om diezelfde redenen – niet op.
Conclusie
De rechtbank is van oordeel dat de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van een geldbedrag van 1250 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend kan worden bewezen.
Zaaksdossier 3 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en diefstal door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van feit 2 verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat verdachte in de woning is geweest. Ten aanzien van feit 5 heeft de raadsvrouw geen bewijsverweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 3] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op vrijdag 27 oktober 2023, omstreeks 19.00 uur, bevond ik mij in mijn woning aan de [adres 2] te Bemmel. Ik was alleen thuis. (…) Rond genoemd tijdstip hoorde ik dat er werd aangebeld. Ik liep naar de voordeur en opende deze. Ik zag twee mannen staan. Ik zag dat een (1) van hen pal voor de deur stond en dat de ander op mijn oprit stond, enkele meters verder. Ik hoorde dat de man (…) mij vertelde dat hij en zijn partner van de politie waren en dat zij doende waren met een groot onderzoek of een grote actie in de wijk. Ik hoorde dat hij mij vertelde dat dit onderzoek te maken had met een hacker. (…) Ik zag dat beide mannen in burgerkleding gekleed waren. (…). Ik zag dat de man die mij te woord stond zich legitimeerde met een blauw/paars-uitziend pasje. Ik zag daarop de tekst “POLITIE” staan. Verder zag ik een pasfoto en de nodige gegevens op dat pasje staan. (…) Naast een politielegitimatie lieten de mannen mij ook een formulier zien waarop het woord “HUISZOEKINGSBEVEL” stond.
Vervolgens vroeg de man die als eerste aan het woord was of hij en zijn partner binnen mochten komen. (…) Ik zag dat de tweede man bij binnenkomst ook een politielegitimatie, zoals omschreven, aan mij toonde.
(…) Ik zag en hoorde dat man 1 overduidelijk de leider van het stel was. Hij was ook het meeste aan het woord. (…) Vervolgens hoorde ik dat hij mij vertelde dat ze achter een hacker aan zaten en dat de wijk helemaal was dichtgezet met politie-eenheden in burger. Ik hoorde dat man 1 mij vertelde dat ze de hacker op heterdaad wilden pakken. Dat kon als ik via telebankieren zou inloggen op mijn bankaccounts, omdat ze dan konden zien of de hacker ook was ingelogd en waarvandaan. (…) Ik zag dat man 1 blauwe latex handschoenen aantrok en mij vertelde dat hij wilde inloggen op mijn telebankieren. (…) Hij ging aan de slag met mijn mobiele telefoon en mijn bankpassen, te weten mijn bankpas en randomreader van de [slachtoffer 36] , mijn bankpas van ABN AMRO en mijn creditcard van VISA. Terwijl man 1 hiermee bezig was, werd ik behoorlijk nerveus. Hierdoor gaf ik hem tot drie keer toe de verkeerde inlog van mijn ABN-rekening, waardoor de rekening blokkeerde. Ik zag dat man 1 vervolgens op een briefje schreef “ABN DEBLOKKEREN. (…).
Op een gegeven moment liep man 1 naar buiten. (…) Hij nam mijn ABN AMRO-bankpas mee. (…) Na, ik denk zo’n tien minuten later, zag ik dat man 1 terugkwam. Ik zag dat hij contant geld bij zich had, zo’n 1700 euro. Ik zag dat man 1 mij dat geld liet zien en ik hoorde dat hij zei dat ik dat geld zo zou terugkrijgen van hem. Vervolgens heb ik geld via telebankieren overgemaakt van mijn ABN AMRO-rekening naar mijn [slachtoffer 36] -rekening.
(…) Man 1 vertelde me dat het niet lukte om te achterhalen waar de hacker zat, dus hij vertelde me dat ik beter al mijn geld van de bank af kon halen. Zodoende zijn we op aanwijzing van man 1 alle drie met mijn auto naar het centrum van Bemmel gereden om daar geld op te nemen. (…)
Ik zag dat man 2 vervolgens op de hoek [adres 3] bleef staan. Ik zag dat man 1 op de [adres 4] , ter hoogte van het SNS-kantoor, bleef staan. Ik liep vervolgens alleen door naar de Geldmaat die naast de [bedrijfsnaam] is gevestigd. Daar pinde ik om 20.45 uur bij Geldmaat 1 een bedrag van 2000 euro. Vervolgens ben ik doorgeschoven naar Geldmaat 2, die direct daarnaast is gevestigd. Bij Geldmaat 2 pinde ik om 20.48 uur nog eens een geldbedrag van 1750 euro. (…) Nadat ik genoemde geldbedragen had gepind, liep ik terug naar man 1, die nog altijd op de [adres 4] stond te wachten op mij. Daar overhandigde ik hem op zijn advies en aandringen het totaal gepinde geldbedrag van 3750 euro. “Voor uw veiligheid houd ik het geld bij me”, hoorde ik man 1 tegen mij zeggen. (…) Vervolgens liepen man 1 en ik weer terug naar man 2 en hierna met z’n allen weer terug naar mijn auto. (…) en reden terug naar mijn woning aan de [adres 2] . (…) Binnen in mijn woning aangekomen vertelde man 1 mij dat hij en man 2 naar de commandopost van de politieactie moesten lopen om daar het geld te tellen en de zaak verder af te handelen. Ik hoorde dat man 1 mij vertelde dat zij binnen tien à vijftien minuten terug zouden zijn en mij het totaalbedrag zouden overhandigen. Dat bedroeg inmiddels 1700 euro (vermoed ik) + 2000 + 1750 = 5450 euro. De mannen verlieten hierna mijn woning en kwamen niet meer terug. Toen de mannen mijn woning verlieten, kwam ik tot de ontdekking dat zij de volgende goederen zonder mijn toestemming hebben meegenomen:
- Mijn Apple iPad, type en serienummer onbekend;
- Mijn Apple iPhone, type, serienummer en Imei-nummer onbekend;(…)
- Mijn bankpas van de ABN AMRO-bank, IBAN onbekend;
- Mijn bankpas van de [slachtoffer 36] , IBAN reeds vermeld;
- Creditcard Visa, nummer onbekend
- Een geldbedrag van minstens 5450 euro, mogelijk nog meer.
(…) Ik kan u verder nog wel vertellen dat man 2 op enig moment door mijn woning is gelopen.” [16]
Aangever heeft in een aanvullend verhoor verklaard dat na contact met de bank gebleken is dat de 1e man niet 1700 euro, maar 1250 euro heeft gepind, waardoor het totaal weggenomen geldbedrag 5000 euro bedraagt. [17]
De politie heeft camerabeelden van [bedrijfsnaam] aan de [adres 5] in Bemmel beschreven en vergeleken met het signalement en de inbeslaggenomen kleding van verdachte en merkt het volgende op:
“Op de beelden is een persoon te zien, vermoedelijk een man, die om 19:50:26 uur links vanuit het beeld komt aanlopen en rechts uit beeld verdwijnt om 19:50:34 uur. Door beelden van de omgeving te bekijken weet rapporteur dat hier rechts uit beeld een geldautomaat genaamd Geldmaat zit.
Omschrijving signalement:
De persoon op de beelden bedekt deels zijn gezicht met een mondkapje die hij lopend voor zijn gezicht doet. Ook draagt hij een baseballpetje op zijn hoofd. Ik kan hem als volgt omschrijven:
-gezet postuur
-donkergekleurd petje
-zwarte trui met lichtgekleurd vermoedelijk embleem linker
-blauwe spijkerbroek met witte vlekken en scheuren
-donkere schoenen
Vergelijking inbeslaggenomen kleding:
Voor dit onderzoek werd verdachte [verdachte] aangehouden. Er werd op zijn verblijfadres aan de
[adres 6]te Arnhem huiszoeking gedaan en kleding inbeslaggenomen. Er werd een zwarte trui van het merk Moncler en een blauwe spijkerbroek aangetroffen en in beslaggenomen.
Deze kleding vertoont grote gelijkenissen met de kleding van de persoon op de beelden. Dit vooral door het witte embleem op de zwarte trui en de vlekken en scheuren op de blauwe spijkerbroek die op dezelfde hoogte lijken zitten, zoals de scheur/gat op het rechterbeen ter hoogte van de knie van de persoon op beeld.
Beschrijving beelden:
Aan dezelfde [adres 5] te Bemmel zit Geldmaat met 2 camera’s.
(…)
Camera 1:
Op een gegeven moment komt dezelfde persoon aan lopen uit de richting van [adres 4] en loopt naar de pinautomaat. Te zien is dat hij in beide handen een pasje vasthoudt. 1 pasje daarvan vermoedelijk in de pinautomaat stopt en vervolgens nog 2 maal pasjes in de automaat steekt en er weer uit haalt. Daarna is te zien dat hij wegloopt in de richting waar hij ook vandaan kwam namelijk de [adres 4] te Bemmel.
Camera 2:
Zodra de persoon op de camera van [bedrijfsnaam] uit beeld verdwijnt wordt dezelfde persoon opgepikt op Camera 2 van Geldmaat. De persoon doet dezelfde handelingen zoals hierboven omschreven maar dan weergegeven vanuit een andere positie. Hij doet vier keer een pasje in de geldautomaat waarbij hij bij de eerste keer ook geld uit de automaat pakt.
Omschrijving signalement:
De persoon op de beelden bedekt deels zijn gezicht met een mondkapje die hij lopend voor zijn gezicht doet. Ook draagt hij een baseballpetje op zijn hoofd. Ik kan hem als volgt omschrijven:
  • gezet postuur
  • donkere wenkbrauwen
  • donkere ogen en wimpers
  • donkergekleurd petje
  • zwarte trui met de tekst Moncler voorzien van wit embleem van het merk Moncler
  • blauwe spijkerbroek met witte vlekken en scheuren
  • donkere schoenen
Vergelijking [verdachte] :
Ik merk op dat de volgende uiterlijke verschijningsvormen van de verdachte op de camerabeelden Geldmaat overeenkomen met de uiterlijke verschijningsvormen van [verdachte] op een foto genomen bij zijn aanhouding:
  • vorm van de rechteroorschelp
  • donkere wenkbrauwen
  • vorm van de wenkbrauwen
Vergelijking inbeslaggenomen kleding:
Als de persoon weg loopt bij camera 1, is er aan de achterzijde van de spijkerbroek ter hoogte van zijn rechterbroekzak een witte vlek te zien. Zo’n vlek is ook te zien op de inbeslaggenomen spijkerbroek en vertoont dus grote gelijkenissen.
De zwarte moncler trui die de persoon op camera 1 draagt toont ook grote gelijkenissen met de inbeslaggenomen zwarte moncler trui.” [18]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van verdachte onderzocht.
“Uit de gegevens op de telefoon kwam naar voren dat gezocht was op de term(en):
  • [adres 2] [nummer 3] Bemmel
  • [adres 2] [nummer 3] Bemmel
  • [adres 2] Bemmel
Op het adres [adres 2] te Bemmel komt naar voren dat er aangifte gedaan is ter zake oplichting.
Het signalement (man 1) dat door aangever is doorgegeven komt overeen met de uiterlijke kenmerken van verdachte [verdachte]
  • Tussen de 30 jaar en 35 jaar oud,
  • Midden-Oost of Noord-Afrikaans uiterlijk;
  • Getinte huidskleur;
  • Ongeveer 1.70 meter lang;
  • Een beetje een gezet postuur, maar niet echt dik;
  • Donker, kort haar, beetje opgeschoren;
  • Had een zogenoemd drie dagen-baardje;
  • Droeg een zwarte, gewatteerde bodywarmer met daaronder een shirt of trui met lange mouwen, eveneens zwart van kleur;
  • Droeg een zwarte spijkerbroek met meerdere scheuren erin;
  • Droeg stevige, zwarte schoenen, leek op wandelschoenen;
  • Droeg een zwart tasje bij zich ter grootte van een iPad. Deze hield hij continue vast;
  • Had geen opvallende uiterlijke kenmerken;
  • Sprak goed en accentloos Nederlands.
Kennelijk is door de verdachte(n) geld gepind en is een kwitantie aan de aangever overhandigd. (…) De datum en het tijdstip komen overeen met wat in de aangifte vermeld staat. Onderzoek naar de locatie van de pinautomaat wijst uit dat deze betreffende pinautomaat gevestigd zit aan de [adres 5] te Bemmel. Op de telefoon zijn zoektermen aangetroffen in de searched items (internet) die de tekst ‘ [adres 5] Bemmel’ bevatten.” [19]
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij alleen heeft gepind. [20]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 3] heeft opgelicht. Verdachte en medeverdachte stonden voor de woning van [slachtoffer 3] in Bemmel. Zij hebben zich als agenten voorgedaan en zijn de woning van [slachtoffer 3] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek naar een hacker in de wijk werd [slachtoffer 3] verzocht om in te loggen op telebankieren en zijn bankpassen af te staan. Verdachte en medeverdachte hebben [slachtoffer 3] medegedeeld dat de hacker niet gevonden kon worden en dat het beter was als [slachtoffer 3] al het geld van zijn rekening zou halen. Op deze manier is [slachtoffer 3] bewogen tot de afgifte van een geldbedrag van 3750 euro. Ook zijn er goederen uit de woning van [slachtoffer 3] weggenomen.
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 3] aangetroffen. Onder verdachte is dezelfde kleding in beslag genomen als te zien is op de camerabeelden van de pinner. Het signalement van de man in de woning van [slachtoffer 3] komt overeen met het signalement van de pinner, terwijl verdachte erkent te hebben gepind. In dit verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden zijn in onderlinge samenhang bezien echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte ook in de woning van [slachtoffer 3] is geweest.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting met betrekking tot een bedrag van 3750 euro, de diefstal van 1250 euro door middel van een valse sleutel en de diefstal van de iPad, de iPhone, de bankpassen en de creditcard, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 4 (feiten 2 en 4)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend kan worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en diefstal door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van feit 2 verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat verdachte in de woning is geweest. Ten aanzien van feit 4 heeft de raadsvrouw geen bewijsverweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 4] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op woensdag 15 november 2023, omstreeks 21:00 uur was ik thuis op mijn adres. Ik woon op de [adres 7] te [adres 37] . (…) Ik zag dat er een man bij de voordeur stond. Ik deed de voordeur open en een man stapte meteen naar binnen de gang in.
Ik omschrijf de man, hierna te noemen verdachte 1, als volgt:
- Lengte: Circa 178 centimeter lang.
- Postuur: Stevig en gespierd.
- Huidskleur: Licht getint, ik denk dat hij niet helemaal Nederlands was.
- Haarkleur: Zwart met een beetje grijs.
- Haardracht: Een scheiding naar links vanuit verdachte 1 gezien.
- Oogkleur: Bruine ogen.
- Leeftijd: Circa 45 jaar
- Schoenen: Onbekend
- Broek: Een donkere blauwe spijkerbroek met veel gaten. Achter deze gaten zat spijkerstof van een donkerdere kleur dan de broek zelf.
- Jack: Donkerkleurig soft shell jack met onbekende opdruk op de rechter borst.
- Bijzonderheden: Geen sieraden of tatoeages zover ik zag.
(…)
Ik zag dat de verdachte 1 met zijn linkerhand een zwart hoesje uit zijn broekzak haalde. Ik zag toen op het hoesje ''Politie'' staan. Ik hoorde de man zeggen dat hij van de politie was en dat hij wilde praten. Ik hoorde de man zeggen dat er problemen waren met de bank. (…) We liepen de woonkamer in en de ''politieman'' verdachte 1, vertelde mij dat er iets aan de hand was en dat mensen 1200 euro van mijn bankpas wilde halen maar dat deze bankpas geblokkeerd was. De man vertelde mij dat ik de bank moest bellen om de bankpas te deblokkeren. De voordeurbel ging vervolgens en de man vertelde dat dit zijn collega was. (…) Verdachte 1 vroeg mij om mijn bankpas met de pincode. Ik heb deze niet gegeven.
Verdachte 1 vertelde vervolgens dat er een collega in de auto buiten zat te wachten en dat deze collega een hogere functie had. Verdachte 1 vroeg mij om een enveloppe en om contant geld te pakken. Ik heb dit vervolgens gepakt. (…) In totaal 50 euro. Ik moest vervolgens de pincode van mijn bankpas aan de binnenzijde van de enveloppe opschrijven. (…) Ik heb ook het briefgeld in de enveloppe gedaan met de bankpas omdat verdachte 1 mij dit vroeg. (…) Verdachte 1 is toen met de enveloppe de woning uit gelopen. Verdachte 1 vertelde mij dat hij naar zijn collega ging die buiten in de wijk in een auto zat en in een half uur weer terug zou zijn. (…) Na ongeveer een half uur kwam verdachte 1 weer terug. (…) Verdachte 1 vertelde dat de bankpas geblokkeerd was. Ik kreeg een telefoonnummer van verdachte 1 en (…) Verdachte 1 vertelde dat ik moest bellen. Ik vond dit lastig en verdachte 1 vroeg mij om mijn telefoon te ontgrendelen. Ik zag dat verdachte 2, dikke donkerkleurige plastic handschoenen aan deed en mijn telefoon pakte en het telefoonnummer belde. Verdachte 2 gaf toen de telefoon aan mij. Ik kreeg de [slachtoffer 36] aan de telefoon en heb gezegd dat ik geld nodig had en dat ze mijn bankpas moeten deblokkeren. Ik hoorde van de bank dat dit niet meer mogelijk was op dit tijdstip. (…) Ik kreeg van verdachte 1 mijn bankpas terug. Ik hoorde verdachte 1 toen zeggen dat het briefgeld nog nodig was voor het onderzoek omdat er iets niet zou kloppen. (…) Er is geen geld van mijn rekening af geschreven. [21]
Ik ben op de site: Bull-chat gaan kijken en uiteindelijk terecht gekomen en gereageerd op een advertentie waarin stond: man 35 zoekt oudere man. Ik ben uiteindelijk in een chat gesprek gekomen met naar ik dacht een jonge man die seksueel contact met mij wilde. Ik had uiteindelijk met hem afgesproken dat hij afgelopen woensdag, 15 november 2023 omstreeks 21:00 uur, naar mijn woning toe zou komen. (…) Die woensdag omstreeks 21:00 uur stond er een man voor mijn deur die aanbelde en ik deed open. Deze man die verklaarde aan mij van de politie te zijn en wilde naar binnen in verband met een lopend onderzoek naar degene met wie ik afgesproken zou hebben via Bull-chat.” [22]
[slachtoffer 4] heeft verklaard dat de man een donkere spijkerbroek droeg met allemaal gaten erin waar je spijkerstof onder kon zien. [23]
De politie heeft camerabeelden van de Geldmaat aan het [adres 37] als beschreven en de persoon op de beelden vergeleken met het uiterlijk van verdachte:
“22:01:25 Er komt een persoon (verder genoemd NN1) in beeld met een mondkapje, pet en een capuchon op. De persoon heeft opvallend dikke wenkbrauwen.
22:01:31 NN1 zet het mondkapje wat vaster op de neus. Hierbij is te zien dat NN1 een donkerblauwe gewatteerde jas draagt met een vierkantjes patroon. De binnenzijde van de capuchon is geel/beige van kleur. NN1 heeft vrij grote handen.
22:02:34 NN1 kijkt recht in de camera en daarbij is te zien dat NN1donkerkleurige ogen heeft. Op de pet is de letter Y te zien (grijs omcirkeld). Het mondkapje heeft rondom een stiksel/plakpatroon van drie rijen vierkantjes (blauw omcirkeld). De capuchon is voorzien van 2 drukknopen aan de onderzijde.
(…)
22:05:28 NN1 komt opnieuw in beeld. NN1 heeft daarbij een wit voorwerp in zijn rechterhand. De vorm lijkt op een pasje of een smartphone. (…)
(…)
22:05:54 NN1 heeft een donkerkleurige schoen aan (…) en een blauwkleurige broek, waarbij opvalt dat op het kniestuk een lichtblauwkleurig stuk zit (…).
Omschrijving signalement
De persoon op de beelden heeft zijn hoofd geheel bedekt met een mondkapje, een pet en een
capuchon. Alleen zijn ogen, wenkbrauwen en kleine stukken gezichtsbeharing zijn zichtbaar.
Ik kan hem als volgt omschrijven:
  • Donkere wenkbrauwen,
  • Donkere ogen met donkere wimpers,
  • Vrij grote handen,
  • Donkerkleurige pet met de letter Y op de voorkant,
  • Blauwe gewatteerde winterjas met capuchon,
  • Binnenkant van de capuchon is geel/beige.
Vergelijking [verdachte]
Ik merk op dat de volgende uiterlijke verschijningsvormen van de verdachte zichtbaar op de camerabeelden Geldmaat overeenkomen met de uiterlijke verschijningsvormen van [verdachte] op een foto die staat geregistreerd in de politiesystemen:
  • Donkere grote wenkbrauwen,
  • Donkere ogen,
  • Stand van de ogen,
  • Grootte van het hoofd.”
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
  • [adres 38] ,
  • [adres 37] .
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij alleen heeft gepind. [26]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 4] heeft opgelicht. Verdachte en/of medeverdachte hebben via Bullchat contact gezocht met [slachtoffer 4] en bij hem thuis afgesproken in Lunteren. Verdachte en medeverdachte hebben zich (vervolgens) toen ze bij [slachtoffer 4] voor de deur stonden als agenten voorgedaan en zijn de woning van [slachtoffer 4] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek verzochten zij [slachtoffer 4] om een contant geldbedrag en zijn bankpas in een envelop te doen en daarbij zijn pincode op te schrijven. Op deze manier is [slachtoffer 4] bewogen tot de afgifte van zijn pinpas met bijbehorende pincode en een contant geldbedrag van 50 euro. Nu het geldbedrag van 50 euro is afgegeven en niet is weggenomen valt dit naar het oordeel van de rechtbank niet onder de ten laste gelegde diefstal, maar onder de ten laste gelegde oplichting. De rechtbank zal verdachte daarom vrijspreken van feit 4.
In de telefoon van verdachte zijn het adres van [slachtoffer 4] en het adres van de gebruikte pinautomaat aangetroffen. Onder verdachte is dezelfde kleding in beslag genomen als werd gezien bij de pinner. Het signalement van de man in de woning van [slachtoffer 4] komt overeen met het signalement van de pinner, terwijl verdachte erkent te hebben gepind. In dit verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden in onderlinge samenhang bezien zijn echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte ook in de woning van [slachtoffer 4] is geweest.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting in vereniging gepleegd wettig en overtuigend bewezen. Ten aanzien van feit 4 volgt vrijspraak.
Zaaksdossier 5 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van feit 2 en feit 4 verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat verdachte in de woning is geweest. Ten aanzien van feit 5 heeft de raadsvrouw geen bewijsverweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 5] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Ik woon aan de [adres 8] in Goor. (…) Op maandag 20 november 2023 omstreeks 19.30 uur bevond ik mij op het toilet. (…) Ik zag vervolgens dat er een voor mij onbekende man in de keuken stond. De man zei tegen mij dat hij van de politie was en liet mij een soort van ID-bewijs zien. Ik zag het woord politie in witte letters op een rode achtergrond met een foto van hemzelf. (…) De man vertelde mij dat hij van de politie was en onderzoek deed naar criminele geldstromen. Er waren aanwijzingen dat mijn bankrekening hier ook bij betrokken was. Vervolgens werd er aangebeld aan de voordeur en stond zijn zogenaamde collega aan de deur. Ik heb deze man binnengelaten. (…) Ik krijg van mijn bank papieren bankafschriften. Ik moest deze aan de beide mannen laten zien. Vervolgens moest ik inloggen op mijn computer. (…) Ik heb ingelogd bij de [slachtoffer 36] met mijn bankpas en randomreader. Ik vertrouwde dit helemaal niet en heb dit tegen beide mannen gezegd. Hierop veranderde de toon van beide mannen. De mannen gingen heel dicht bij mij staan en zeiden tegen mij op dreigende en heel indringende toon dat ik moest inloggen want anders zouden ze als politie maatregelen nemen en belemmerde ik het onderzoek. (…) Ik heb toen maar ingelogd en de beide mannen keken met mij mee. Na het inloggen moest ik op de bank gaan zitten en ging een van die mannen voor mij staan waardoor het zicht voor mij belemmerd werd. Ik noem de man die de hele tijd bij mij bleef staan verder in de aangifte NNI. De andere man die achter mijn computer plaats nam noem ik NN2. Vervolgens logde NN2 uit en zei dat hij even weg moest om alvast wat papieren in orde te maken en ging via de voordeur naar buiten.
NN.l is al die tijd bij mij gebleven. Na 10 minuten kwam NN.2 weer binnen en moest ik weer zelf inloggen op mijn computer. (…). Ik kon geen kant op. Ik heb in de woonkamer een vitrine met kostbare edelstenen. NN.l vroeg mij van alles over deze stenen. (…) Ondertussen liet NN2 mij zien dat er crimineel geld was bijgeboekt op mijn lopende rekening. Ik zag dat er een bedrag van 3500 euro was bijgeschreven op mijn lopende rekening. (…) Achteraf bleek dat de 3500 euro was overgeboekt van mijn spaarrekening naar mijn lopende rekening. Ook had NN.2 de opnamelimiet inmiddels verhoogd naar 5000,00 euro. Ik zag dat de bank mijn rekening inmiddels had geblokkeerd. Ik moest van deze mannen onder dwang met de bank bellen en de bank vertellen dat ik een auto ging kopen en daarom de limiet had verhoogd. Ik mocht absoluut niet aan de bank vertellen dat de politie in mijn woning aanwezig was. (…) Na mijn telefoontje heeft de bank mijn rekening weer gedeblokkeerd. NN.2 had intussen uitgelogd en weer ingelogd. Na het inloggen was mijn rekening weer gedeblokkeerd. Vervolgens is NN.2 met mijn bankpas en randomreader vertrokken uit mijn woning en hij zei dat het geld veiliggesteld moest worden. NN.l is al die tijd bij mij gebleven. Na ongeveer 20 minuten kwam NN.2 weer terug en zei dat het geld veiliggesteld was en alles in orde was. Vervolgens zei NN.2 dat ze allebei nu weggingen en nu de papieren in orde gingen maken zodat ik een deel van het geld terug zou krijgen. Omstreeks 21.15 uur zijn beide mannen vertrokken en hadden mijn bankpas en random reader nog in hun bezit. Ik heb beide mannen niet terug gezien net als mijn bankpas en randomreader. NN.2 is met mijn bankpas 20 minuten weggeweest (…) De bank vertelde mij dat er bij de Geldmaat aan [adres 39] de volgende bedragen zijn opgenomen van mijn rekeningnummer:
- 1000,00 euro (…)
- 2000,00 euro (…)
- 2000,00 euro (…)
Ook zag ik dat er 9 stuks edelstenen met een waarde van 5935,00 euro uit mijn vitrine zijn weggenomen. (…) De vitrine zit niet op slot en kan met een magneet op het deurtje opengemaakt worden. (…) Ik ben benadeeld voor een geldbedrag van 5000 euro. De weggenomen edelstenen hebben een waarde van 5935,00 euro. (…) Ook zag ik dat mijn winterjas uit mijn woning was weggenomen. Mijn winterjas hing aan de kapstok in de gang. Betreft een donkerblauwe winterjas met op de mouw witte strepen. De achterkant is wit. De voorkant donkerblauw.
(…)
Signalement NN2.
- Man
- Huidskleur: een licht getinte huidskleur
- Leeftijd: rond de 40 jaar
- Postuur: fors, beginnend buikje
- Lengte: 170-175 centimeter
- Haar: zwart haar, niet kort, niet lang, krullend haar, stoppelbaard
- Bijzonderheden kenmerken: geen zichtbare tatoeages of sieraden, sprak vloeiend Nederlands
- Hoofddeksel: donkere baseball cap zonder logo.
- Jas: zwarte jas
- Broek: zwarte egaal donkere broek.
- Schoeisel: witte gymschoenen met een airzool. Merk niet bekend.
Ik heb de mannen onderling in een Arabische taal horen praten. (…).” [27]
Aangever heeft op de vraag van de politie hoe hij werd gedwongen om bepaalde handelingen te doen, geantwoord: “Ik ben verbaal zwaar onder druk gezet. Mij werd verteld dat ik mee moest werken en dat er anders maatregelen nemen, ze zouden dingen in beslag nemen en een huiszoeking doen. Hierbij gingen ze erg dicht bij me staan en dwingend oogcontact zoeken.” [28]
Aangever heeft op vragen van de politie met betrekking tot Bullchat-afspraken in een aantal vergelijkbare zaken, verklaard dat het toch goed mogelijk is dat hij wel een afspraak had gemaakt. Hij had die middag voor het incident via zijn computer op Bullchat contact met iemand gehad. Hij had zijn adres via de chat aan deze persoon verstrekt en met hem afgesproken bij aangever thuis. [29]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen aan de [straatnaam 1] te Goor beschreven en het uiterlijk van de pinner vergeleken met het uiterlijk van verdachte:
“Omschrijving signalement
De persoon op de beelden heeft zijn hoofd geheel bedekt met een mondkapje en een pet. Alleen zijn ogen en wenkbrauwen zijn zichtbaar.
Ik kan hem als volgt omschrijven:
- Donkere wenkbrauwen
- Donkere ogen met donkere wimpers
- Gezet postuur
- Oogt niet heel groot
- Brede handen met vrij dikke vingers
- Witte pet
- Blauwe winterjas
- Vermoedelijk een [slachtoffer 36] pinpas (Goudkleurig)
Opmerking verbalisant: Nadat aangever de betreffende beelden van de Geldmaat had gezien verklaarde hij dat de verdachte op de beelden vermoedelijk zijn jas aan had.(…)
Vergelijking [verdachte]
Ik merk op dat de volgende uiterlijke verschijningsvormen van de verdachte zichtbaar op de camerabeelden Geldmaat overeenkomen met de uiterlijke verschijningsvormen van [verdachte] op een foto die staat geregistreerd in de politiesystemen:
- Knik in de onderzijde van de oorschelp
- Donkere wenkbrauwen
- Gemillimeterd kapsel aan de zijkanten van zijn hoofd.” [30]
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij alleen heeft gepind. [31]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
- [adres 8] . [32]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 5] heeft opgelicht. Verdachte en medeverdachte zijn de woning van [slachtoffer 5] in Goor ingegaan. Zij hebben zich als politieagenten voorgedaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek naar criminele geldstromen moest [slachtoffer 5] zijn rekeningafschriften laten zien, inloggen op zijn internetbankieren en zijn opnamelimiet verhogen. Op deze manier is [slachtoffer 5] bewogen tot de afgifte van zijn bankpas met bijbehorende pincodes en rekeningafschriften. Diezelfde dag is een geldbedrag van 5000 euro van de rekening van aangever gepind. Ook zijn edelstenen ter waarde van 5935 euro en een jas uit de woning van [slachtoffer 5] weggenomen. Dit alles met als gezamenlijk doel het vergaren van een zo groot mogelijke buit.
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 5] aangetroffen. Het signalement van de man in de woning van [slachtoffer 5] komt overeen met het signalement van de pinner. Verdachte heeft ook erkend te hebben gepind. In dat verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden in onderlinge samenhang bezien zijn echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte ook in de woning van [slachtoffer 5] is geweest.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting, de diefstal van de edelstenen en de jas en de diefstal van 5000 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 6 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak. Er kan niet worden vastgesteld dat verdachte in de woning van aangever is geweest. Daarnaast is op basis van de pinbeelden geen signalement vast te stellen.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat het dossier meerdere aanwijzingen bevat die enige betrokkenheid van verdachte suggereren. Voor het vaststellen van de aard en omvang van de betrokkenheid van verdachte bevat het dossier echter onvoldoende aanknopingspunten. Op basis van het dossier kan derhalve niet wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het (al dan niet in vereniging) plegen van oplichting en diefstal. De rechtbank spreekt verdachte van deze delen van de tenlastelegging vrij.
Zaaksdossier 7 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak. Er kan niet worden vastgesteld dat verdachte in de woning van aangever is geweest. Daarnaast is op basis van de pinbeelden geen signalement vast te stellen.
Beoordeling door de rechtbank
Aangeefster [slachtoffer 7] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op vrijdag 1 december 2023 tussen 18:30 en 19:15 uur werd er bij mijn woning, [adres 9] in Arnhem , aangebeld door een voor mij onbekende man. Ik hoorde de man zeggen dat hij van de politie was en ik zag dat hij mij een plastic pasje liet zien waar "politie" op stond en zijn foto op stond. Onder de foto stond nog een stukje tekst. (…) De man aan de deur zei dat er mensen waren gescamd en dat er twee verdachten op de vlucht waren en hij bij mij binnen wilde kijken of diegene bij mij binnen was. Ik hoorde dat de man de pincode van mijn pinpas noemde, dit klopte. Omdat hij zich voorstelde als politie en omdat hij mijn pincode wist vertrouwde ik hem en liet ik hem binnen. Ik zag dat hij mijn huis doorliep. De hele tijd liep ik met hem mee en hij heeft niets gepakt of gestolen. Af een toe belde de man met iemand en op een gegeven moment zei de man tegen mij dat er een verdachte van het scammen was gepakt. Ik hoorde de man zeggen dat hij voor de zekerheid mijn bankpas wilde blokkeren om zeker te weten dat ik niet zou worden gescamd. Ik pakte mijn tablet en startte de app van SNS-bank op. Recent is de app vernieuwd waardoor het mij niet lukte om in te loggen. (…) De man zei dat hij mijn pas mee wilde nemen om hem dan fysiek te blokkeren. Ik gaf de man mijn pinpas en hij liep naar buiten. Hij had nog gezegd dat zijn auto voor mijn huis stond maar die zag ik niet staan. Ik zag dat de man het fietspad overstak en het bruggetje over liep de [straatnaam 2] in.
Ik kan de man als volgt omschrijven:
  • man;
  • ongeveer 45 jaar oud;
  • getinte huidskleur;
  • normaal postuur;
  • buitenlands uiterlijk;
  • kort donker haar;
  • donkere kleding, ik weet niet meer precies wat, geen uniform;
  • sprak goed Nederlands.
Ik belde de politie omdat ik meer informatie wilde en even later kwamen jullie aan de deur. Jullie hebben mij geholpen met het bellen van de bank. De medewerker van de bank vertelde dat er precies om 19:30 uur een bedrag van 1000 euro was gepind bij de Geldmaat " [plaats] ", dit is Rijkerswoerd. 1000 euro is mijn daglimiet. Wij hebben de rekening geblokkeerd en een nieuwe pas aangevraagd. Mijn gestolen pas is van rekeningnummer [bankrekeningnummer] , het pasnummer weet ik niet.” [33]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen aan [plaats] in Arnhem beschreven en de kleding van de pinner vergeleken met de bij verdachte inbeslaggenomen kleding:
“Beschrijving beelden
Ik zie een persoon aan komen lopen naar het pinapparaat toe. Het lijkt een man te zijn. Hij heeft een bankpas in zijn hand die qua kleuren lijkt op de een pas van de SNS-bank (paars). Hij pint met zijn rechterhand, steekt de pas in het apparaat en toetst een code in. Met zijn linkerhand houdt hij zijn bodywarmer dicht. Opvallend is dat hij zwaar lijkt te ademen want zijn borst en buik gaan behoorlijk op en neer. Hij pinteen behoorlijke stapel biljetten. De man pakt de biljetten en stopt de pinpas wederom in het apparaat en toetst een code in. Te zien is dat hij de pincode intoetst en een paar keer zijn sjaal verder over zijn neus trekt. Zo ver dat er op een gegeven moment geen ogen meer zichtbaar zijn. Hij haalt de pinpas uit het apparaat maar er lijkt daarna geen geld meer te komen. De persoon loopt weg.
Omschrijving signalement
De persoon op de beelden heeft zijn hoofd geheel bedekt. Alleen zijn ogen zijn zichtbaar.
Ik kan hem als volgt omschrijven:
-Donkere ogen met donkere wimpers
-Gezet postuur
-Oogt niet heel groot
-Brede handen met vrij dikke vingers
-Een donkerblauwe trui (alleen mouwen zichtbaar)
-Een glimmende zwarte bodywarmer
-Een strip-label op de rechtervoorzijde
-Een rits boven het label
-Een zwarte muts
-Een zwarte sjaal over zijn gezicht
(…)
Vergelijking inbeslaggenomen kleding
(…)
Het onderzoeksteam gaf aan dat er een bodywarmer in beslag is genomen. (…) Dit label met daarop een stripverhaal of gelijkend en het type bodywarmer (zwart glimmend) komt volledig overeen met de inbeslaggenomen bodywarmer.” [34]
De politie heeft alle pinbeelden onderling vergeleken. De pinbeelden zijn vervolgens vergeleken met de foto’s van verdachte [verdachte] in het dossier en de politiesystemen. Op basis daarvan heeft de politie geconcludeerd dat verdachte de pinnende man is in deze zaak. [35]
De rechtbank komt tot het oordeel dat niet kan worden vastgesteld dat verdachte de persoon is geweest die in de woning van aangever is geweest. Het door [slachtoffer 7] gegeven signalement is daarvoor onvoldoende onderscheidend en sluit niet (voldoende) aan bij de uiterlijke kenmerken van verdachte.
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wel wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met in ieder geval één ander [slachtoffer 7] heeft opgelicht en in vereniging het bedrag van 1000 euro heeft weggenomen. De betrokkenheid van verdachte blijkt uit het volgende. In het kader van de oplichting heeft [slachtoffer 7] haar pinpas afgegeven aan de man in de woning. Vervolgens is met behulp van deze pinpas en de verkregen pincode een geldbedrag weggenomen van [slachtoffer 7] rekening. De politie heeft op de camerabeelden gezien dat de pinner een bodywarmer draagt met daarop een stripverhaal. Onder verdachte is eenzelfde bodywarmer in beslag genomen. De politie heeft de pinner geïdentificeerd als de verdachte. Verdachte heeft (vervolgens) het geldbedrag van 1000 euro weggenomen. Gelet op de voornoemde feiten en omstandigheden kan het niet anders dan dat er ten minste onderlinge afstemming (en daarmee een nauwe en bewuste samenwerking) is geweest tussen de mannen in de woning en verdachte.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van 1000 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 8 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van feit 2 verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat verdachte in de woning is geweest. Ten aanzien van feit 5 heeft de raadsvrouw geen bewijsverweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 8] , woonachtig aan de [adres 10] in Nijmegen, heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op 16 november 2023 had ik om 23:00 uur een afspraak met een man. Ik had deze afspraak gemaakt via de website Bullchat. (…) Op 16 november 2023 werd er omstreeks 23:00 uur aangebeld. (…) De man vertelde mij dat hij van de Politie was. De man liet mij tevens een politie legitimatiebewijs zien. (…) De man vertelde mij dat ze de man waar ik mee af had gesproken, zo dadelijk gingen aanhouden. Toen kwam er een tweede man bij, die werd als collega geïntroduceerd door de man die al voor de deur stond. De eerste man vertelde mij dat ik ervan werd verdacht dat ik kinderporno op mijn computer zou hebben. De tweede man zou een computerspecialist zijn. Ik heb beide mannen binnen gelaten. De tweede man vroeg naar mijn computer en ik liet hem toe om op mijn computer te kijken. De eerste man zei dat hij via mijn bank moest controleren of ik geen betaling had gedaan die met kinderporno te maken heeft. (…)
De eerste man vroeg naar mijn pinpassen en creditcard omdat de Officier van Justitie deze moest controleren. (…) De man zei tegen mij dat als ik het onderzoek zou hinderen dat ik dan mee moest naar het politiebureau (…) Ik heb de passen daarom gegeven. De eerste man ging weg en de tweede man bleef bij mij in huis.
Na ongeveer 20 minuten kwam de eerste man terug. Die man liet
mijnaar de bank bellen om mijn rekeningen te blokkeren. De man zei ook dat vreemden hadden geprobeerd 500 euro van mijn rekening af te halen. De man zei dat hij dit voorkomen had en dat hij de 500 euro op zak had. De man zei dat ik dat geld zou krijgen. De man liet mij dat geld ook zien. Ik zei tegen de man dat ik het geld wou hebben. De man zei dat er nog 40
euro was gepoogd te pinnen en dat ik het geld in zijn geheel terug zou krijgen.
Op 17 november 2023 om 00:55 uur is de eerste man weggegaan. Die zei dat hij naar [plaats] ging om voor mij te pinnen. De tweede man liep mee en zei dat hij naar huis ging. De mannen verlieten mijn woning.
Ik kan over het afschrijven van het geld het volgende verklaren. De eerste afschrijving is gedaan op 16 november 2023 om 23:35 uur gedaan bij de Geldmaat op [plaats] te Nijmegen. Het geld is afgeschreven van rekeningnummer [rekeningnummer 1] . (…) Dit betreft een bedrag van 500 euro. De tweede afschrijving is via mijn creditcard gedaan. Deze is gedaan op 17 november 2023. (…) Het bedrag bedraagt 400 euro. Ik ben in totaal voor 900 euro opgelicht. (…)
Signalementen onbekende personen
Persoonsaanduiding: Man 1
Leeftijd: De leeftijd was tussen 40 en 45 jaar
Lengte: Ongeveer 180 cm
Geslacht: Man
Huidskleur: Licht getint
Uiterlijk: Arabisch
Lichaamsbouw: Gezet, breed/gespierd
Haar: Zwart, krullend, kort
Kleding & accessoires: Spijkerbroek blauw, bodywarmer zwart/blauw gewatteerd shirt onbekende kleur
Gelaat: Bol, rond, baard, ongeschoren
Spraak: Hard
Taal: Nederlands: Oosters/Arabisch, dialect [36]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen aan het [plaats] in Nijmegen beschreven en de kleding die werd gedragen door de pinner vergeleken met de bij verdachte inbeslaggenomen kleding:
De man (…) in alle beeldbestanden was eenzelfde persoon. De afgebeelde man was een man met een normaal postuur waarbij de buikomvang, als te zien in het zijaanzicht, opvallend groot was. De man ging gekleed in een blauwe spijkerbroek met diverse beschadigingen, blauw met grijskleurige jas voorzien van capuchon en een streepmotief op de elastische band onderaan de zoom en aan de handopening en een brede strook over de volledige arm, hij droeg een donkerblauwe pet of cap met klep en een blauwkleurig mondkapje. De man droeg sportschoenen voorzien van een lichtkleurige bies, op de tong van de schoen was een opvallend vierkanten accent zichtbaar en op de hak was eveneens een opvallend lichtkleurig accent zichtbaar. Van de leeftijd en lengte van de afgebeelde man was, gezien de matige kwaliteit van de camerabeelden, geen inschatting te maken. De man heeft een blanke tot licht getinte huidskleur, donkere gezichtsbeharing bakkenbaard/ baard en wenkbrauwen.
(…)
De broek alsmede de schoenen van de afgebeelde persoon, bood overeenkomsten aan de broek en schoenen als in beslaggenomen tijdens de doorzoeking in de woning waar verdachte werd aangehouden.” [37]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens van de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
- [adres 10] . [38]
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij alleen heeft gepind. [39]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met een ander [slachtoffer 8] heeft opgelicht. Via Bullchat is contact gezocht met [slachtoffer 8] en bij hem thuis afgesproken in Nijmegen. Verdachte en een ander hebben zich (vervolgens) toen ze bij [slachtoffer 8] voor de deur stonden als agenten voorgedaan en zijn de woning van [slachtoffer 8] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek naar kinderporno op de computer hebben zij medegedeeld dat de pinpassen en creditcard van [slachtoffer 8] moesten worden gecontroleerd. Op deze manier is [slachtoffer 8] bewogen tot de afgifte van zijn pinpas en creditcard. In totaal is er 900 euro van de rekening van [slachtoffer 8] weggenomen.
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 8] aangetroffen. Onder verdachte is kleding in beslag genomen die overeenkomt met de kleding van de pinner. Het signalement van man 1 in de woning van [slachtoffer 8] komt daarnaast overeen met het signalement van de pinner. In dat verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast. Beide elementen hebben in principe een zwakke bewijskracht. De genoemde feiten en omstandigheden in onderlinge samenhang bezien zijn echter redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte ook in de woning van [slachtoffer 8] is geweest.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van 900 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 9 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak. Er kan niet worden vastgesteld dat verdachte in de woning van aangever is geweest. Daarnaast is op basis van de pinbeelden geen signalement vast te stellen.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 9] , woonachtig aan de [adres 11] , heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op woensdag 8 november 2023 omstreeks 21:00 uur werd er aangebeld bij mijn voordeur. (…) Ik zag dat er twee mannen voor de deur stonden. Ik zag dat ze een pas lieten zien waar politie op stond. Ik hoorde ze zeggen ''politie'', waarop ze direct naar binnen stapten. (…)
Ik dacht dat dit echte agenten waren omdat ze een politie legitimatie lieten ziet. Op deze ‘politie ID’ stond een foto, met grote letters ‘politie’ en wat losse tekst dat ik niet kon lezen.
(…)
Ze vroegen aan mij of ik kinderporno in mijn bezit had. Ik antwoorde dat ik dat niet had. Ik hoorde dat ze zeiden dat het wel zo was. Ik weet niet meer precies hoe de mannen eruitzagen, maar ik kan het volgende nog omschrijven.
Man 1: Blauwe spijkerbroek, geen jas aan, witte huidskleur, donkere stekeltjes haar en sprak Nederlands met een buitenlands accent, rond de 50 jaar en rond de 1,8 meter lang.
Man 2: Beige spijkerbroek, geen jas, witte huidskleur, sprak Nederlands met een Hollands accent, rond de 50 jaar en rond de 1,8 meter lang.
Verder kan ik me niks meer herinneren over uiterlijke kenmerken. Ik kan me niet herinneren of ze bijvoorbeeld tatoeages of oorbellen hadden.
(…)
Ik hoorde ze zeggen dat ze mijn iPpad en iPhone mee zouden nemen, die op de salontafel lagen. Ik heb ze hier geen codes van gegeven en ik heb deze niet ontgrendeld in de tijd dat ze bij mij thuis waren.
(…)
Ik zag dat man 1 mijn portemonnee pakte, deze lag ook op tafel. Ik zag dat de man hier mijn contant geld uit haalde, dit was denk ik 100,- euro, bestaande uit briefjes van 20,- euro. Het kan ook iets meer of minder zijn, dit weet ik eigenlijk niet. (…) Ik zag dat hij ook mijn pinpas van de ING pakte. Hij vroeg toen aan mij wat mijn pincode was. Deze heb ik hem toen gegeven, omdat ik bang was geworden. (…) Toen de man uit mijn portemonnee geld pakte realiseerde ik mij dat het foute boel was, en dat de mannen niet van de politie waren maar oplichters zijn. (…) Ze zeiden dat als ik niet mee zou werken ze mij mee zouden nemen. Toen ik mijn pinpas en code had gegeven is man 1 weg gegaan. Man 2 is achtergebleven (…) Ongeveer een half uur later kwam man 1 terug. Iets later is die weer weg gegaan, dit is denk ik ongeveer 20 minuten later geweest. Hierna is hij weer weg gegaan, om later weer terug te komen. Aansluitend zijn beide mannen weg gegaan. Ze vertelde mij toen dat ze om 23:00 uur terug zouden komen om mijn spullen terug te brengen.
Als de beide mannen samen in mijn huis waren, waren ze steeds aan het fluisteren, ik kon niet horen wat ze zeiden.
(…)
Ik heb 's middags met de bank gebeld, en die hebben mij verteld dat er van mijn rekening gepind is. Dit zijn de volgende tijden en bedragen geweest:
1e pintransactie, [plaats] , Geldmaat, 1000,-, 20:42 uur.
2e pintransactie, [plaats] , Geldmaat, 2000,-, 21:13 uur.
3e pintransactie, [plaats] , Geldmaat, 2000,-, 21:14 uur.
Op 9 november 2023 heb ik gezien dat mijn jas weg is. Dit is een zwarte parka jas, van het merk ''Cars'', al weet ik het merk niet zeker. De jas heeft een bondkraag.
(…)
Samenvattend ben ik nu de parka, ongeveer 100,- euro briefgeld, een Ipad, een Iphone en mijn bankpas kwijt.” [40]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen aan [plaats] als volgt beschreven:
“Omschrijving van NN1:
  • licht getinte huidskleur;
  • zwarte winterjas met bontkraag;
  • spijkerbroek met met gaten erin;
  • zwarte schoenen;
  • mannelijk postuur;
  • capuchon op.
Poging 1
Op beeld zag ik op 8 november 2023 op het tijdstip 20:42, rechts onder in het beeld, NN1 richting de Geldmaat lopen met in zijn rechterhand een voorwerp, welke mij bekend is als pas. Ik zag dat dit een pas was, omdat NN1 de pas in de geldmaat stopte. NN1 kwam vanaf de parkeerplaats schuin tegenover de Geldmaat gelopen. Ik zag dat NN1 de pas in de Geldmaat stopte. Terwijl NN1 dit deed hield hij zijn capuchon vast met zijn linkerhand. Met zijn rechterhand drukte hij op de knoppen van de Geldmaat, dit zag ik op de camerabeelden van de Geldmaat. Op beeld zag ik op het tijdstip 20:43 dat NN1 wegloopt bij de Geldmaat. NN1 hield zijn gezicht omlaag. Ik zag dat hij een wit mondkapje op had. In zijn rechterhand hield hij de pas vast. Hij liep rechts onder in het scherm het beeld uit.
Poging 2
Op beeld zag ik op 8 november 2023 op het tijdstip 21:12, rechts onderin hert beeld, NN1 richting de Geldmaat lopen met in zijn linkerhand een voorwerp, welke mij bekend is als pas. Ik zag dat dit een pas was, omdat NN1 de pas in de geldmaat stopte. NN1 kwam vanaf de parkeerplaats gelopen. NN1 had nog steeds hetzelfde signalement als eerder beschreven.
Ik zag dat NN1 met zijn linkerhand de pas in de Geldmaat stopte. Met zijn rechterhand hield hij zijn capuchon vast. Ik zag dat NN1 met zijn linker hand de knoppen indrukte van de Geldmaat, dit zag ik op de camerabeelden van de Geldmaat. Ik zag dat NN1 de pas uit de Geldmaat haalde en de pas vervolgens weer in de Geldmaat stak.
Op beeld zag ik op het tijdstip 21:14 dat NN1 biljetten uit de automaat pakt, welke lijken op biljetten. Ik herkende dit als biljetten, omdat NN1 het pakte uit de Geldmaat en ik de vorm herkende als biljetten. NN1 liep via rechts onder in het scherm het beeld uit.” [41]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen vergeleken met de inbeslaggenomen kleding en met verdachte. Zij hebben het volgende bevonden:
“Vergelijking in beslaggenomen kleding
Broek:
Op de camerabeelden zie ik dat de persoon die aan het pinnen is, een broek draagt met diverse beschadigingen. De beschadigingen op de aangetroffen broek en de beschadigingen op de broek van de persoon die aan het pinnen is, komen overeen.
Schoenen:
Op de camerabeelden zie ik dat de persoon die aan het pinnen is, schoenen draagt die qua model overeenkomt met de schoenen die zijn aangetroffen in de woning. Zo is de voorkant van schoen en het gedeelte van de veters voorzien van andere materiaal en dat zie ik ook terug op de foto's van de aangetroffen schoenen.
Vergelijking [verdachte]
Gezicht:
Op de camerabeelden zie ik dat de persoon die aan het pinnen is, een mondkapje draagt. Hierdoor zie je niet zijn volledige gezicht. Wel zie ik dat de persoon een onderkin heeft en zie ik dat de persoon donkere ogen heeft. Ik heb meerdere keren met [verdachte] in verhoor gezeten en ik herken de ogen en de blik als die van hem.” [42]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens van de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
  • [adres 11]
  • [plaats] .
De rechtbank komt tot het oordeel dat niet kan worden vastgesteld dat verdachte de persoon is geweest die in de woning van aangever is geweest. Het door [slachtoffer 9] gegeven signalement is daarvoor onvoldoende onderscheidend en sluit niet voldoende aan bij de uiterlijke kenmerken van verdachte.
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wel wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met in ieder geval één ander [slachtoffer 9] heeft opgelicht en in vereniging de verschillende goederen/geldbedragen heeft weggenomen. De betrokkenheid van verdachte blijkt uit het volgende. Als gevolg van de oplichting heeft [slachtoffer 9] een iPad, een iPhone, een pinpas met bijbehorende pincode en een geldbedrag van 100 euro afgegeven. Tijdens de oplichting is in de woning van [slachtoffer 9] een jas meegenomen. Vervolgens is met de afgegeven pinpas met pincode een geldbedrag van 5000 euro gepind van de rekening van [slachtoffer 9] . De politie heeft de pinner herkend als verdachte. Ook is in de telefoon van verdachte het adres van [slachtoffer 9] en het adres van de gebruikte pinautomaat aangetroffen. Gelet op de voornoemde feiten en omstandigheden kan het niet anders dan dat er ten minste onderlinge afstemming (en daarmee een nauwe en bewuste samenwerking) is geweest tussen de mannen in de woning en verdachte.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting, de diefstal van de iPad, iPhone en jas en de diefstal van 5000 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 10 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak. Er kan niet worden vastgesteld dat verdachte in de woning van aangever is geweest. Daarnaast is op basis van de pinbeelden geen signalement vast te stellen.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [voorletters] . [slachtoffer 10] , wonende aan de [adres 12] , heeft onder meer het volgende verklaard:
“Gisteravond, 28 oktober 2023, omstreeks 21.30 uur, zat ik op de website Bullchat. (…) Ik begon te chatten met iemand die zich voorstelde als [naam 1] , een jongen van 40 jaar oud. Ik sprak met hem af en gaf hem mijn adresgegevens. (…)
Op dezelfde dag, rond 22.30 uur, stonden twee mannen aan de deur. Zij deden zich voor als politieagenten en toonden een politiepasje. Ze vertelden dat ze van de politie waren en dat ze de jongen met wie ik had afgesproken hadden opgepakt. Ze wilden voor onderzoek op mijn tablet kijken of daar kinderporno op stond. (…) Voor het onderzoek hadden ze mijn tablet nodig. (…) Tijdens het gesprek vroegen ze of ik contant geld in mijn woning had. Dit moesten ze volgens de man controleren op echtheid. Hierop haalde ik het geld, in totaal 1800 euro, uit de kluis in mijn woning. De man vertelde mij dat hij de serienummers moest controleren in Nijmegen en dat dit ongeveer een uur zou duren. Hij vertelde me dat hij voor DNA-controle ook mijn jas, sjaal en pet mee moest nemen. De andere man bleef al die tijd bij mij in de woning. (…) Na ongeveer een uur kwam de man terug en belde aan bij de voordeur. Hierop liep de andere man ook naar buiten. (…) Ik kon de mannen echter niet meer vinden en heb dus niet gezien hoe ze zijn wegegaan.
Behalve de kleding en het geld, hebben de mannen ook mijn mobiele telefoon, merk Nokia, en mijn pinpas van de [slachtoffer 36] meegenomen. Beide mannen waren ongeveer 1.70 meter lang en hadden een lichtgetinte huidskleur. Ze stelden zich voor met een buitenlandse naam, maar spraken accentloos Nederlands. De eerste man was ongeveer 40 jaar oud en had een klein baardje. Hij droeg een zwarte jas, een spijkerbroek en petje. De andere man was ongeveer 20 jaar oud en had een ringbaardje.
Nadat de mannen weg waren na ik telefonisch contact op met de [slachtoffer 36] . De medewerker vertelde mij dat er 1200 euro was gepind. Ik heb geen pincode afgegeven, maar moest wel inloggen op de Rabo reader, toen de mannen voor hun zogenaamde onderzoek bezig waren op mijn tablet. Waarschijnlijk hebben ze toen meegekeken toen ik mijn pincode invoerde.” [44]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen aan de [straatnaam 1] als volgt beschreven:
“Op alle drie de beelden zie ik dat er een datum en tijd meeloopt in beeld. De datum en tijd komen op de drie verschillende beelden met elkaar overeen. Of het overeen komt met de daadwerkelijk datum en tijd dat weet ik niet. 2023-10-29 00.24.20 zie ik dat er een pinner aankomt bij genoemde pinautomaat. Ik zie dat hij zijn gezicht verborgen houdt doormiddel van een pet, sjaal en doordat zijn jas hoog opgetrokken is tot over zijn neus.
Ik zie dat de pinner handelingen doet bij de pinautomaat. Wat hij precies doet kan ik niet zien. Om 00.24.20 zie ik dat de pinner iets vast pakt vanuit de pinautomaat en met zijn linkerhand in zijn zak stopt. Wat het is kan ik niet zien. Vervolgens zie ik de pinner om 00.25.06 zich omdraaien en uit beeld weglopen.
Omschrijving signalement
Ik kan de pinner als volgt omschrijven:
  • Normaal tot een wat gezet postuur
  • Blank/lichte tint huidskleur
  • Donkere haargroei op zijn linkerhand
  • Opgeschoren haar rondom zijn oren
  • Groene jas met een donkerkleurige baan en witte rand over zijn armen
  • Donkere sjaal
  • Zwarte pet met een grijs/blauw kleurige cap en een witte knoop bovenop zijn pet
  • Blauwe spijkerbroek met meerdere gaten
  • Zwarte schoenen
Bij het wegdraaien van de pinner zie ik opvallende donkere wenkbrauwen. Door bovenstaande kenmerken acht ik het hoogstwaarschijnlijk dat de pinner een man is.
Vergelijking [verdachte]
Het onderzoeksteam heeft mij gevraagd om de pinner te vergelijken met [verdachte] . Tot mijn beschikking had ik foto’s van [verdachte] (…) De vergelijking die ik zie tussen de pinner en [verdachte] zijn:
  • Opgeschoren haar rondom zijn oren.
  • De donkere wenkbrauwen.
  • Huidskleur.
Vergelijking inbeslaggenomen kleding
Het onderzoeksteam heeft mij gevraagd om de gedragen kleding te vergelijken met de kleding die bij [verdachte] in beslag is genomen tijdens de zoeking in zijn slaapkamer. Ik zie dat de in beslag genomen spijkerbroeken zijn, blauw van kleur zijn en door de opvallende gaten in de broek. De gaten komen overigens met elkaar overeen op welke plek van de broek ze zitten.” [45]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er is gezocht op de volgende term(en):
- [adres 12] . [46]
De rechtbank acht op grond van voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met derden [slachtoffer 10] heeft opgelicht. Verdachte en/of een ander hebben via Bullchat contact gezocht met [slachtoffer 10] en bij hem thuis afgesproken in Elst. Verdachte en een derde hebben zich (vervolgens) toen ze bij [slachtoffer 10] voor de deur stonden als agenten voorgedaan en zijn de woning van [slachtoffer 10] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek moesten zij de tablet controleren op kinderporno. Ook werd gevraagd of [slachtoffer 10] contant geld in huis had en moesten kledingstukken worden meegenomen. Hierdoor is [slachtoffer 10] bewogen tot de afgifte van een aantal kledingstukken, een bankpas met bijbehorende pincode en een geldbedrag van 1800 euro. Diezelfde dag is er een Nokia uit de woning van [slachtoffer 10] weggenomen en is 1200 euro van zijn rekening gepind.
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 10] aangetroffen. Het signalement van de eerste man in de woning van [slachtoffer 10] komt overeen met het signalement van de pinner. Onder verdachte is dezelfde kleding in beslag genomen als die werd gezien bij de pinner. In dit verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden zijn in onderlinge samenhang bezien echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte in de woning van [slachtoffer 10] is geweest en het geldbedrag van 1200 euro van zijn rekening heeft gepind.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting, de diefstal van de Nokia en de diefstal van 1200 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 11 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van feit 2 verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat verdachte in de woning is geweest. Ten aanzien van feit 5 heeft de raadsvrouw geen bewijsverweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 11] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op zaterdag 4 november 2023 had ik via datingsite Bullchat een afspraak gemaakt met een man om 17:30 uur bij mijn woning gevestigd aan van [adres 13] . (…) Omstreeks 17:40 uur die dag werd er aangebeld. (…) Ik zag twee mannen bij staan. Ik hoorde dat de mannen mij vertelden dat ze van de Politie waren. Ze lieten een soort batch met een Politielogo zien. (…) Ik hoorde dat ze me vertelden dat ze alles kwamen controleren omdat ze hadden vernomen dat er op kinderporno sites was gekeken via mijn computer en dat iemand me wilde vermoorden. Iets van een handlanger moest beschermd worden. (…) Ik liet de mannen binnen. Ik kan de mannen als volgt beschrijven. Ik noem ze man 1 en man 2.
Man 1 zag er als volgt uit:
- Normaal tot gespierd postuur
- Getinte huidskleur, volgens mij van Marokkaanse afkomst
- Zwart kort krullend haar
- Ongeveer mijn lengte. Ik ben 1.87 meter lang
- Verzorgt uiterlijk, geen gezichtsbeharing of bril.
- Droeg een blauw kleurige trui en spijkerbroek.
- Sprak correct Nederlands
- Leeftijd 35-40 jaar.
Man 2:
- Blanke huidskleur, vermoedelijk van Nederlandse afkomst;
- Ongeveer mijn lengte. Ik ben 1.87 meter lang.
- Normaal postuur
- Leeftijd 40-45 jaar
- Blond grijs haar, kalend
- Verzorgd uiterlijk, geen gezichtsbeharing en geen bril dragend.
- Correct Nederlands sprekend
- Beige kleurige broek en jack dragend.
Ze vertelden me dat ze mijn computer in wilden zien. Ik moest inloggen op mijn Raborekening terwijl een van de mannen naast mij zat. Ze vertelden dat ze wilden zien welke transacties via mijn rekening waren gegaan. Ik logde in met de Raboscanner en pincode terwijl ze meekeken. Ik hoorde dat ze vertelden dat ze niets verdachts zagen.
Even later moest ik met man 2 naar de slaapkamer. Ik hoorde dat man 1 zei dat hij wat moest uitzoeken en zo terugkwam. Na ongeveer een kwartier kwam man 1 terug. Er moest weer wat uitgezocht worden op mijn computer. Ze vertelden me dat de het gelukt was de moordenaar die voor de deur had gestaan in te rekenen en gingen weg.
Ik was zo onder de indruk van alles en zo vermoeid. Ik woon op een appartement. Ik heb niet gezien welke richting de mannen opgingen. Ik heb ook niet gezien met welk vervoer ze eventueel vertrokken.
(…) De volgende zondag ochtend 5 november 2023 kwam mijn zus met haar zwager. Ik moest boodschappen doen maar kon mijn Rabo pinpas niet vinden. Ik keek verder. Ik miste nog een muis van de computer. De muis is van het merk BCC. Ook miste ik een blauwkleurige regenjas met oranjekleurige ritsen en capuchon. (…) We belden de [slachtoffer 36] . Ik hoorde van een medewerker van de [slachtoffer 36] dat de volgende transacties hadden plaatsgevonden:
Gepind van rekeningnummer [rekeningnummer 2] (…) bij de geldmaat [plaats] :
4/11/2023 18:34 uur Euro 1250
4/11/2023 19:23 uur Euro 3750.” [47]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen aan het [plaats] in Nijmegen beschreven en de kleding die gedragen werd door de pinner vergeleken met de onder verdachte in beslag genomen kleding:
“Op zowel de videobeelden van 18.34 en 19.23 uur is een persoon te zien, deze loopt naar een pinautomaat van geldmaat toe en lijkt vervolgens een pintransactie uit te voeren. (…) De pintransactie is zelf niet op beeld te zien.
(…) op de linker en middelste [afbeelding] hierboven is twee keer de verdachte te zien die aan komt lopen bij de pinautomaat op 4 november 2023 om 18.34 en 19.23 uur. De rechter [afbeelding] betreft een foto van een broek die is aangetroffen in de slaapkamer van verdachte [verdachte] tijdens de doorzoeking van zijn woning. Opvallend zijn de gaten en onregelmatigheden (scheuren en gaten) aan de voorkant van de broek van de verdachte op de videobeelden en de aangetroffen broek tijdens de doorzoeking.
Schoenen:
De bovenste vier afbeeldingen zijn van de pintransacties, de onderste afbeelding is een afbeelding van een paar schoenen aangetroffen tijdens de doorzoeking in de serre van de woning van [verdachte] . De lichtgekleurde bovenkant van de achterzijde van de schoen en de witte zijkant van de zool zijn overeenkomstig aan de afbeeldingen van de schoenen die verdachte op de afbeeldingen [twee rechter afbeeldingen]. Daarnaast zitten er op de schoenen aangetroffen bij de doorzoeking witte vlekken, deze witte lijken ook te zien op de vooraanzichten van de verdachte [twee linkerfoto’s]. Daarnaast lijkt er op de tong van de schoen (aangetroffen tijdens de doorzoeking) een lichtgekleurd label te zitten, deze is ook te zien op de afbeeldingen van de voorkant van de verdachte.
Jas:
De aangever verklaarde in de aangifte dat een blauw gekleurde regenjas met oranje ritsen en een capuchon mist. De jas die gedragen wordt op de afbeeldingen heeft een oranje rits op het borsvlak (links), is blauw van kleur en heeft een capuchon.” [48]
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij alleen heeft gepind. [49]
De rechtbank komt tot het oordeel dat op basis van de genoemde bewijsmiddelen niet kan worden vastgesteld dat verdachte de persoon is die in de woning van [slachtoffer 11] is geweest. Het door [slachtoffer 11] gegeven signalement is daarvoor onvoldoende onderscheidend en sluit niet (voldoende) aan bij de uiterlijke kenmerken van verdachte.
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wel wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 11] heeft opgelicht en, eveneens in vereniging, 5000 euro heeft weggenomen. De betrokkenheid van verdachte blijkt uit het volgende. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek heeft [slachtoffer 11] de nepagenten binnengelaten. Vervolgens is de pinpas van [slachtoffer 11] uit zijn woning weggenomen en is geld van zijn rekening gepind. Onder verdachte is kleding en schoeisel in beslag genomen dat overeenkomt met de kleding van de pinner. Verdachte heeft erkend te hebben gepind. Gelet op de voornoemde feiten en omstandigheden kan het niet anders dan dat er ten minste onderlinge afstemming (en daarmee een nauwe en bewuste samenwerking) is geweest tussen de mannen in de woning en verdachte.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 12 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft ten aanzien van feiten 2 en 4 verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat verdachte in de woning is geweest. Ten aanzien van feit 5 heeft de raadsvrouw geen bewijsverweer gevoerd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 12] , woonachtig aan de [adres 14] in Beuningen, heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op zaterdag 16 september 2023, omstreeks 19.15 uur, gaat de bel van de voordeur. Ik was op dat moment thuis met mijn partner [naam 2] . Ik opende de voordeur en ik zag dat er een man stond. Ik hoorde dat de man zich voorstelde dat hij van de politie was. Hij wilde met mij praten over mijn activiteiten op de datingsite "bullchat". (…) Ik hoorde dat hij naar binnen in mijn huis wilde komen omdat hij zaken met mij wilde bespreken die de buurt niet hoeft te horen. (…) Vervolgens kwam hij dreigde over en riep dat hij er collega's bij ging halen. Opdat moment kwam er een man met een grote donkere baard er bij staan. (…) ik liet de twee mannen binnen. (…) Ik stond met de man met baard in de woonkamer.
Ik hoorde dat ik mij niet agressief moest opstellen, anders werd ik opgehaald door collega's met het uniform. (…) Ik vroeg of de man zich wilde legitimeren. Ik zag dat de man een plaatje van een politiepas op zijn telefoon aan mij toonde. Ik zag dat deze man met baard dit vluchtig deed. (…) Ik hoorde dat ik verdacht werd van kinderporno. Ik dacht hoe kom je daarbij. (…) Ik hoorde dat de man met baard inzage wilde hebben in mijn computer, welke illegale activiteiten ik deed. Hij vertelde dat hij mijn bankgegevens van de afgelopen drie maanden wilden inzien. (…) Hij kwam nog steeds dreigend en intimiderend over op mij. (…) Ik heb ingelogd op mijn bank. Dit is de [slachtoffer 36] . Vervolgens heb ik plaats gemaakt en is de man met baard achter mijn computer gaan zitten.
Ik hoorde dat de man met baard vroeg of ik cash geld had. Ik vroeg hoezo. Ik hoorde dat ik weer te agressief was en dat ik rustig aan moest doen. (…) Ik heb een spaarpotje waar ik cash geld heb op zolder. Ik heb dit er uit gepakt en aan de man met baard gegeven. Dit was 370,00 euro. Ik zag dat de man met baard dit voor mij telde. Vervolgens werd ik naar benden gestuurd naar zijn collega. Ik zag dat de man met baard achter bleef op zolder achter mijn computer. Ik liet mijn bankpas achter. In de woonkamer zag ik dat Bas in gesprek was met die andere man. Ik hoorde dat hij ook inzage moest geven van zijn bank zaken. Ik hoorde dat de man buiten ging. Hij wilde iets gaan controleren in zijn busje.
Niet veel later kwam de man met baard naar beneden. (…) Toen de man terugkwam hoorde ik en mijn partner ons moesten melden morgen bij het politiebureau in Nijmegen.
Hierna zijn de mannen weggegaan. Ik weet niet welke kant op. (…) Ik controleerde mijn rekening en zag dat er 4000,00 euro was afgeschreven. Ik belde de medewerker van de [slachtoffer 36] en ik hoorde dat dit inderdaad zoveel was en dat er in Beuningen gepind was om 21.20 uur. Vervolgens hebben wij de politie gebeld.
Mijn [slachtoffer 36] gegevens [rekeningnummer 3] . Van dit rekeningnummer is 4000 euro afgehaald om 21.20 uur.
Signalement man
- Licht getint huidskleur (Marokkaans).
- tenger postuur.
- zijn lichaamslengte schat ik op 1.70 a 1.75 meter.
- leeftijd tussen 30 en 35 jaar.
- half lang steil donker haar en had een scheiding.
- Zijn gezicht was verzorgd.
- geen baard of piercing in zijn gezicht.
- wit shirt met lange mouwen. Er zat geen kraag op.
- donkere broek.
- schoenen weet ik niet.
- Sierraden weet ik niet.
- Nederlandse taal, maar wel met een Marokkaans accent. Het kwam op mij gebrekkig over.
Signalement man met baard:
- Licht getinte huidskleur (Marokkaans).
- vol postuur.
- Hij was groter dan de andere, maar kleiner dan mij. Ik ben 1.90 meter.
- donker krullen kort haar.
- donkere volle baard.
- leeftijd tussen 25 en 30 jaar.
- zwarte trui met een logo van een cirkel op zijn mouw, linkerkant van zijn mouw.
- zwart broek.
- zwarte schoenen.
- ik heb geen sierraden of tatoeages of piercings gezien.
- Nederlandse taal, maar wel met een Marokkaans accent. Het kwam op mij gebrekkig over.” [50]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen aan het [plaats] te Beuningen als volgt beschreven:
“Beschrijving beelden
Ik verbalisant zag een manspersoon aan komen lopen naar de pinautomaat toe. De persoon stopte een oranje gekleurde pinpas in de automaat. De persoon pinde drie keer. Er kwam drie keer geld uit de automaat en stopte dit in zijn linker broekzak. De persoon heeft ook nog twee andere pinpassen bij zicht, een grijze en een witte waar hij mee probeerde te pinnen maar er geen geld uit de automaat werd gehaald. (…)
Omschrijving signalement
Het gezicht van de persoon was niet goed zichtbaar. Hij droeg een baseballpet en een zonnebril. Ik kan de persoon als volgt omschrijven:
  • Gezet postuur
  • Stoppelbaard (grijzig)
  • Baseballpet grijs/beige van kleur.
  • Zwarte zonnebril, zo genoemde pilotenbril
  • Wit polo T-shirt met aan het einde van de mouwen op de de kraag een blauwe en rode dunnen streep.
  • Groene korte broek
  • Zwarte sokken met witte tekst op de bovenrand
  • Sportschoenen, zwart, blauw, wit gekleurd.
Vergelijking [verdachte]
Hieronder zijn de oren van de persoon die aan het pinnen was te zien. De bovenkanten van de oren staan iets naar buiten net als de oren van [verdachte] . De persoon die aan het pinnen was heeft een stoppelbaardje die grijzig van kleur is. [verdachte] heeft ook een grijzig stoppelbaardje.
(…)
Vergelijking inbeslaggenomen kleding
Van de aangever zijn een pet, zonnebril en mondkapje meegenomen door de verdachte. Mogelijk dat deze overeenkomen met de persoon die aan het pinnen is.
Het onderzoeksteam gaf aan dat er een T-shirt en schoenen in beslag zijn genomen tijdens de
doorzoeking. Hieronder worden de foto’s van het pinnen en het T-shirt en de schoenen weergegeven die met elkaar overeenkomen.
[afbeeldingen].” [51]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
- [adres 14] . [52]
Verdachte heeft ter terechtzitting verklaard dat hij alleen heeft gepind. [53]
De rechtbank komt tot het oordeel dat op basis van de genoemde bewijsmiddelen niet kan worden vastgesteld dat verdachte de persoon is die in de woning van [slachtoffer 12] is geweest. Het door [slachtoffer 12] gegeven signalement is daarvoor onvoldoende onderscheidend en sluit niet (voldoende) aan bij de uiterlijke kenmerken van verdachte.
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wel wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 12] heeft opgelicht en, eveneens in vereniging, een geldbedrag van 4000 euro heeft gestolen. De betrokkenheid van verdachte blijkt uit het volgende. In het kader van de oplichting heeft [slachtoffer 12] zijn mondkapje, pet, bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcode en een contant geldbedrag van 370 euro afgegeven. Vervolgens is een geldbedrag van 4000 euro weggenomen van [slachtoffer 12] rekening. Verdachte heeft erkend te hebben gepind. Ook is het adres van aangever aangetroffen in de telefoon van verdachte. Gelet op de voornoemde feiten en omstandigheden kan het niet anders dan dat er onderlinge afstemming (en daarmee een nauwe en bewuste samenwerking) is geweest tussen de mannen in de woning en verdachte.
Ten aanzien van feit 4 concludeert de rechtbank dat het geldbedrag van 370 euro niet is weggenomen, maar is afgegeven in het kader van de oplichting. De rechtbank zal verdachte daarom van feit 4 vrijspreken.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van 4000 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen. Ten aanzien van de diefstal van het geldbedrag van 370 euro (feit 4) volgt vrijspraak.
Zaaksdossier 13 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak. Niet kan worden vastgesteld dat verdachte in de woning van aangever is geweest. Daarnaast is op basis van de pinbeelden geen signalement vast te stellen.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 14] , wonende aan de [adres 15] in Oss, heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op woensdag 6 september 2023, tussen 11.00 uur en 12.00 uur, maakte ik op mijn laptop een afspraak via een online dating site. Het ging hier om de site bullchat.nl. De man waar ik een afspraak mee maakte deed zich voor als ene [naam 3] . (…) We spraken af dat hij tussen 21.00 uur en 21.30 uur bij mij langs zou komen die avond. Ik stuurde hem mijn adres, [adres 16] in Oss. (…) Op woensdag 6 september 2023, tussen 19.00 uur en 19.15 uur, hoorde ik de deurbel va mijn woning gaan. Ik zag dat er een man aan de deur stond die vertelde dat hij van het undercover rechercheteam in Rotterdam was. Hij vertelde dat er op een later moment nog een andere collega zou aansluiten. Ik hoorde dat de man goed Nederlands sprak.
Ik zag dat de man het volgende signalement had:
- getinte man
- ongeveer 1,75m lang
- zwart krullend haar
- sprak
- zwart T-shirt
- zwart jasje met een opdruk, van modenamen erop.
- tussen de 40 en de 50 jaar oud
- geen zichtbare tatoeages
- geen bril
- geen wapens, portofoon of andere politie uitrusting
Deze man zal in de aangifte als man 1 genoemd worden.
Man 1 legitimeerde met een foto op zijn telefoon. Ik zag dat de man een soort rijbewijs, met daarop 'politie', liet zien. (…) Deze man wist namelijk te vertellen dat ik een afspraak gemaakt zou hebben met [naam 3] . Ik hoorde dat hij zei dat er bij [naam 3] beelden van kinderporno zijn aangetroffen. Ik hoorde dat hij zei dat er om deze reden ook onderzoek bij mij verricht zou moeten worden. (…) Ik zag dat er buiten, aan de straat, een tweede man op en neer aan het lopen was. Ik zag dat de man die bij mij stond naar hem wuifde, met de bedoeling dat hij ook naar binnenkwam. De tweede man kwam daarom ook mijn woning binnen.
Ik zag dat de man het volgende signalement had:
- ongeveer 1,70m
- redelijk forse benen
- kort donker haar
- fors postuur
- driekwart korte broek
- sneakers
Deze persoon zal in de aangifte als man 2 genoemd worden.
Ik hoorde dat ze uitlegden dat ze voor het onderzoek een aantal dingen moesten nakijken. Ik hoorde dat man 1 zei dat hij wilde inventariseren welke elektronische apparaten ik gebruik (iPad, telefoon, laptop). Ze wilden mijn telefoon en laptop zien. Ik hoorde dat ze vroegen of ik bivakmutsen in huis had. Ik vertelde dat ik deze niet in huis had, maar dat ik wel andere mutsen in huis had. Deze mutsen gaf ik aan de mannen. Vervolgens vroegen ze of ik zonnebrillen in huis had. Ik gaf ze één bril van het merk playboy en nog een andere zonnebril. Ik hoorde dat ze vroegen of ik mijn telefoon, iPad en laptop voor hen wilde ontgrendelen, zodat zij hun onderzoek konden verrichten. (…) Tussentijds zag ik dat de mannen een aantal keer gaan overleggen met elkaar. Ik hoorde niet wat zij zeiden. Ik hoorde dat ze vroegen of ik contant geld in huis had. Ik haalde drie biljetten van vijftig en één biljet van twintig euro. Ik hoorde dat zij vroegen of ik nog meer geld had liggen. (…) Man 1 vertelde dat de spullen (het geld, de mutsen en de bril) met hem mee moesten, omdat er foto's van gemaakt moesten worden. De man vroeg of ik een plastic zakje voor hem had, waar de spullen in meegenomen konden worden. Tussen 21.00 uur en 23.30 uur is man 1 een langere tijd weggeweest. Dit was ongeveer anderhalf uur.
(…) Man 1 hield mij aan de praat en man 2 was degene die met de apparaten bezig was. We zijn door de avond heen door het huis heen op en neer gelopen. De mannen vertelde dat ze de mutsen en de brillen met zich meenamen om er foto’s van te maken. Ik hoorde dat de mannen zeiden dat de wijkagent de volgende ochtend rond 10.00 uur terug zou komen en de spullen (mutsen, brillen en geld) terug zou geven. (…) Omstreeks 00.30 uur vertrokken beide mannen uit mijn woning. Ik ben toen naar bed gegaan.
(…) Rond 10.15 uur had ik het vermoeden dat er iets niet goed was, omdat de wijkagent nog steeds niet langs was geweest. (…) Ik hoorde toen van de politie dat ik slachtoffer was geworden van oplichting. Ik sprak af dat ik eerst de bank zou bellen om alles te laten blokkeren. Toen ik met ING belde zeiden zij dat ze nog geen bijzonderheden konden benoemen. Ik belde daarna de [slachtoffer 36] en zij vertelden dat alles goed was. Ik belde later die ochtend de ING terug. Zij vertelden mij toen dat er vijfduizend euro gepind was van mijn rekening. Mijn rekeningnummer is [rekeningnummer 8] van ING.” [54]
Aanvullend op de aangifte heeft [slachtoffer 14] het volgende verklaard:
(…)
“V: Herken je de persoon die te zien is op de getoonde beelden?
A: Nee, ik denk dat dit een derde handlanger/verdachte is. Ik denk dit omdat zijn haar op de beelden gemillimeterd lijkt. Dit was bij de personen die bij mij thuis waren niet het geval. Echter herken ik wel mijn witte hoodie en mijn zonnebril. De zonnebril die de persoon op de beelden draagt, herken ik als mijn playboy zonnebril die ik ook in de aangifte benoemd heb. Ik denk dat het mondkapje wat hij draagt, het mondkapje is wat ik hem heb overhandigd bij mij thuis.” [55]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen beschreven en het signalement en de kleding van de pinner vergeleken met het signalement en de onder verdachte inbeslaggenomen kleding:
“Ik zag dat de beveiligingscamera van dit bestand zich bevond boven de pinautomaat. Ik zag dat de pinautomaat zich links in beeld bevond. Ik zag dat deze beveiligingscamera de pinautomaat, een deel van een terrein met een hek er omheen, het trottoir en een deel van de straat vast legde. Ik zag dat in beeld een datum en tijdsweergave stond van 2023-09-06 20:41:58 bij de start van beelden. Direct bij de start van de beveiligingsbeeldenbeelden zag ik een man staan welke later de pinner bleek te zijn. Ik zag dat deze man in de richting van de pinautomaat liep. Ik zag dat hij tijdens het lopen een mondkapje op zijn gezicht deed en deze over zijn mond en neus plaatste. Ik zag dat de man tijdens het lopen naar de pinautomaat de capuchon van zijn trui over zijn hoofd trok. Ik zag dat op tijdstip 20:42:24 de man naar de pinautomaat toe liep en dat hij op dat moment naast het mondkapje en de capuchon ook een zonnebril droeg.
Ik zag dat de man bij de pinautomaat met zijn rechterhand iets uit zijn rechterbroekzak haalde en vervolgens zijn rechterarm uit strekte naar de pinautomaat. Ik zag dat hij zijn arm uit stak naar de plek waar normaliter de gleuf zit om de pinpas in te stoppen. Vervolgens werden er door de man een aantal handelingen gedaan bij de pinautomaat die niet volledig te zien waren op de beelden. Omdat uit de pintransacties van de aangever bleek dat er op dat moment geld was opgenomen, is vast te stellen, dat de er door de man gepind werd. Ik zag dat de man vervolgens iets in zijn linker broekzak stopte. Ik zag dat de man via dezelfde weg weer wegliep van de pinautomaat. Ik zag dat de man na enkele meters lopen zijn capuchon af deed en verder liep.
(…)
Omschrijving signalement:
Ik kan de man als volgt omschrijven:
  • Man;
  • Licht getinte huidskleur;
  • Leeftijd 25 à 50 jaar oud;
  • Licht tot gezet postuur;
  • Lengte onbekend.
Ik zag dat de man de volgende kleren droeg:
  • Sportieve schoenen met meerdere vlakken verschillend donkere en blauwe stof;
  • Blauw tot donkerblauwe spijkerbroek met meerdere lichte slijtplekken;
  • Wit vest met op de capuchon de tekst ‘Cavallaro’. Het vest heeft donkere ritsen;
  • Volledig wit mondkapje;
  • Zonnebril
Vergelijking [verdachte]
Op de hierboven beschreven camerabeelden was te zien dat de man op de camerabeelden sterke overeenkomsten had met verdachte [verdachte] . De volgende punten tonen sterke overeenkomsten:
  • Postuur
  • Leeftijd
  • Opvallende wenkbrauw (…)
  • Opvallende haargrens (…)
Vergelijking in beslag genomen kleding:
Tijdens de huiszoeking bij [verdachte] werden diverse goederen in beslag genomen waaronder een paar schoenen. Ik, verbalisant, zag dat de schoenen die door de man op de camerabeelden werden gedragen overeenkomsten lijken te hebben met de in beslag genomen schoenen. Op de bewegende beelden zijn de schoenen duidelijker te zien dan op onderstaande screenshot.” [56]
- De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op het adres: [adres 15] . [57]
De rechtbank komt tot het oordeel dat op basis van de genoemde bewijsmiddelen niet kan worden vastgesteld dat verdachte de persoon is die in de woning [slachtoffer 14] is geweest. De rechtbank neemt daarbij in overweging dat aangever de verdachte ook niet herkent als de persoon die in zijn woning is geweest.
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wel wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 14] heeft opgelicht en in vereniging een geldbedrag is weggenomen van 5000 euro. De betrokkenheid van verdachte blijkt uit het volgende. In het kader van de oplichting heeft [slachtoffer 14] zijn pinpas met bijbehorende pincode, kleding en een zonnebril aan de mannen in de woning afgegeven. Vervolgens is een geldbedrag van 5000 euro weggenomen van [slachtoffer 14] bankrekening. De politie heeft op camerabeelden gezien dat de pinner de hoodie en de zonnebril van [slachtoffer 14] draagt. Onder verdachte zijn dezelfde schoenen in beslag genomen als die de pinner droeg op de camerabeelden. De politie identificeert de pinner als verdachte. Ook is het adres van [slachtoffer 14] aangetroffen in de telefoon van verdachte. Gelet op de voornoemde feiten en omstandigheden kan het niet anders dan dat er (ten minste) onderlinge afstemming (en daarmee een nauwe en bewuste samenwerking) is geweest tussen de mannen in de woning en verdachte.
Ten aanzien van feit 4 concludeert de rechtbank dat het geldbedrag van 170 euro niet is weggenomen, maar is afgegeven in het kader van de oplichting. De rechtbank zal verdachte daarom van feit 4 voor dit onderdeel van de tenlastelegging vrijspreken.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en diefstal van 5000 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 14 (feit 3)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan een poging tot oplichting.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft om vrijspraak verzocht, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die zich schuldig heeft gemaakt aan het ten laste gelegde feit.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat het dossier meerdere aanwijzingen bevat die enige betrokkenheid van verdachte suggereren. Voor het vaststellen van de aard en omvang van de betrokkenheid van verdachte bevat het dossier echter onvoldoende aanknopingspunten. Op basis van het dossier kan derhalve niet wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan een poging tot oplichting. De rechtbank spreekt verdachte vrij van feit 3.
Zaaksdossier 15 (feiten 2, 4, en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak. Niet kan worden vastgesteld dat verdachte in de woning van aangever is geweest. Daarnaast is op basis van de pinbeelden geen signalement vast te stellen.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 15] , woonachtig aan de [adres 17] te Scherpenzeel, heeft onder meer het volgende verklaard:
“Vandaag, 12 februari 2024, omstreeks 19.30 uur, hoorde ik de deurbel. Ik deed de voordeur open en ik zag een man staan.
Ik kan hem als volgt omschrijven:
- Man;
- Licht getint, beetje donker type;
- Sprak goed Nederlands, met een voor mij onbekend accent;
- Donkere kleding, een donker, leren jasje;
- Donker petje;
- Ik schat hem in de 40 jaar oud;
- Ik schat hem rond de 1,75 meter lang;
Hij liet een pasje zien welke om zijn nek hing. Het was een donker omhulsel met een pasje erin met een foto van hem. (…) Hij zei dat hij van de politie was en dat hij bezig was met een onderzoek. (…) Hij vertelde dat hij in burger was om mensen in de straat geen angst aan te jagen. Hij vertelde dat er verderop in de straat een onderzoek loopt over kinderporno. Hij zei dat ik op de website Bullshit (
de rechtbank begrijpt: Bullchat) zat en dat daar het onderzoek over ging. Het klopt dat ik op deze website zit. Hij zei dat ik daar aan gelinkt was door middel van een IP adres en dat ik daarin naar voren was gekomen. (…) Hij vroeg of ik daar iets mee te maken had en of ik foto's op mijn telefoon en computer had staan. Ergens in dit gesprek heb ik de man binnengelaten en op de bank plaats laten nemen. Hij wilde mijn financiële gegevens zien. Ik heb hem mijn bank app laten zien en ik ben daar doorheen gescrold. Hij heeft toen alleen meegekeken. Hij vroeg mij wat mijn pincode van de telefoon, de pincode van de bank app en de pincode van de bankpas waren. Hij wilde dit weten voor het verdere onderzoek. Deze heb ik alle drie verteld. Hij pakte mijn telefoon met daarin mijn ANWB pas, mijn kentekenbewijs en mijn rijbewijs mee. Hij pakte ook mijn bankpas mee. Deze wilden hij allemaal onderzoeken. (…) Ook vroeg hij mij naar contant geld. Ik had 120 euro in de portemonnee zitten, dus ik heb hem dit gegeven. Hij wilde de bankbiljetten controleren, of ze iets met deze zaak te maken hebben. Hij heeft het geld dus ook meegenomen. Hij zei bij het vertrekken dat hij toch onderzoek wilde doen naar mijn computer en de telefoon. Hij zei dat er een collega zou komen die verderop bezig was. Zij zouden samen nog op de telefoon verder kijken en over een kwartiertje terug komen om de computer te onderzoeken.
Daarna is de man vertrokken. Ik heb na zijn vertrek de deur dichtgetrokken, dus ik weet niet welke kant hij op is gegaan. (…) Ik heb in uw bijzijn om 22.00 uur met de bank ABN AMRO gebeld. Deze vertelde mij dat er 1000 euro is gepind, op [plaats] in Renswoude omstreeks 21.03 uur. Dit was mijn limiet, dus meer kan er niet gepind worden. Ik hoorde daarna dat er voor het pinnen, geld van mijn spaarrekening naar de bankrekening was overgemaakt. Dit heb ik zelf niet gedaan. Vanwege het limiet is er 1000 euro gepind.” [58]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen aan [plaats] beschreven en het uiterlijk van de pinner vergeleken met het uiterlijk van verdachte:
“Beschrijving beelden
Op alle twee de beelden zag ik dat er geen datum en tijd meeliep in beeld. Ik zag dat er een persoon/pinner aankwam bij genoemde pinautomaat. Ik zag dat hij zijn gezicht verborgen hield doormiddel van een muts en een sjaal die omhoog opgetrokken is tot over zijn neus. Ik zag dat de persoon verschillende handelingen verrichte bij de pinautomaat. Ik zag dat hij een groen kleurige pinpas gebruikte en er later meerdere briefjes van vijftig euro uithaalde. Ik zag dat hij daarna weer wegliep.
[afbeelding]
Omschrijving signalement
Ik kan de pinner als volgt omschrijven:
- Normaal tot een wat gezet postuur
- Blank/lichte tint huidskleur
- Geheel in het donker/zwart gekleed
- Donkere broek-schoenen-muts-sjaal en trui.
Vergelijking [verdachte]
Het onderzoeksteam heeft mij gevraagd om de pinner te vergelijken met [verdachte] . Tot mijn beschikking had ik foto’s van [verdachte] . Foto’s 1 tot en met 6 die ik als bijlage zal toevoegen. De vergelijking die ik zie tussen de pinner en [verdachte] zijn:
- Postuur
- Huidskleur.” [59]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
  • [adres 17]
  • [plaats] geldmaat Renswoude.
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 15] heeft opgelicht. Verdachte en een ander zijn de woning van [slachtoffer 15] in Scherpenzeel ingegaan. Zij hebben zich als agenten voorgedaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek naar kinderporno en de website Bullchat.com wilden zij de financiële gegevens, telefoon en computer van [slachtoffer 15] bekijken. Aan [slachtoffer 15] werd (vervolgens) gevraagd om zijn bankapplicatie te openen. Ook werd gevraagd naar zijn pincode en contant geld. Hierdoor is [slachtoffer 15] bewogen tot de afgifte van zijn telefoon (met pasjes) en pinpas.
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 15] aangetroffen en het adres van de gebruikte pinautomaat. Het signalement van de man in de woning komt overeen met het signalement van de pinner. In dat verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden in onderlinge samenhang bezien zijn echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte in de woning van [slachtoffer 15] is geweest en het geld van de rekening heeft gepind.
Ten aanzien van feit 4 concludeert de rechtbank dat het geldbedrag van 120 euro niet is weggenomen, maar is afgegeven in het kader van de oplichting. De rechtbank zal verdachte daarom van feit 4 vrijspreken.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van het geldbedrag van 1000 euro, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen. Ten aanzien van de diefstal van het geldbedrag van 120 euro (feit 4) volgt vrijspraak.
Zaaksdossier 17 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft om integrale vrijspraak verzocht, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat het dossier meerdere aanwijzingen bevat die enige betrokkenheid van verdachte suggereren. Voor het vaststellen van de aard en omvang van de betrokkenheid van verdachte bevat het dossier echter onvoldoende aanknopingspunten. Op basis van het dossier kan derhalve niet wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en diefstallen in vereniging. De rechtbank spreekt verdachte van dit deel van de tenlastelegging vrij.
Zaaksdossier 18 (feit 2)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 17] , woonachtig aan de [adres 18] te Baarn, heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op 19 februari 2024 omstreeks 19.30 uur hoorde ik dat er, bij de centrale ingang, op mijn huisnummer werd aangebeld. (…) Ik verwachtte die avond echter geen bezoek. Enkele ogenblikken later zag ik een, voor mij onbekend, persoon in de deuropening van mijn woning staan.
Ik kan de persoon als volgt omschrijven:
- Man;
- Blanke of licht getinte huidskleur;
- Normaal tot stevig postuur;
- Ongeveer 170 cm lang;
- Donkere haarkleur;
- Donker gekleed;
- Donkere muts;
- Geen opvallend accent tijdens praten.
Ik hoorde de man, toen hij in de deuropening van mijn woning stond, zeggen dat hij van de politie was en niet in uniform gekleed was, omdat mensen daar van kunnen schrikken. Ik zag dat hij zich legitimeerde aan de hand van een politiebadge die aan een ketting om zijn nek hing. (…) Ik hoorde hem zeggen dat hij van een speciale eenheid was, namelijk Rotterdam-Utrecht, en dat deze eenheid zich bezighield met het oprollen van een oplichtersbende. (…) Ik zag dat de man mijn woning naar binnen liep. Ik hoorde hem vervolgens zeggen dat ik door die bende bestolen zou worden en dat zij de pincode van mijn betaalpas van [slachtoffer 36] wisten. Ik hoorde hem daarop de juiste pincode zeggen. Ik weet niet hoe hij mijn pincode wist. Ik hoorde man vervolgens zeggen dat 'ze', hij bedoelde daarmee de eenheid waarvoor hij werkte, mij konden helpen om te voorkomen dat ik bestolen werd. Ik hoorde hem zeggen dat ik hen kon helpen om de bende op heterdaad te betrappen. (…) Ik hoorde de man zeggen dat ik moest inloggen op mijn iPad en internetbankieren. Ik heb daarop op mijn iPad en internetbankieren ingelogd. Toen ik eenmaal ingelogd was, hoorde ik de man aan mij vragen of ik veel contant geld in huis had. Ik antwoordde daarop dat ik slechts 35 (vijfendertig) euro in huis had liggen. Ik zag dat de man vervolgens tot ongeveer drie maanden terug in mijn internetbankieren keek. (…) Op dezelfde dag en datum, omstreeks 19.40 uur, ging opnieuw de deurbel. Ik deed opnieuw de toegangsdeur elektronisch open. Daarop zag ik dat er een tweede, voor mij onbekend, persoon bij mijn woning naar binnen liep.
Ik kan deze persoon als volgt omschrijven:
- Man;
- Blanke huidskleur;
- 22 jaar oud, dit heb ik gevraagd;
- Normaal tot slank postuur;
- Ongeveer 180 cm lang;
- Lichte haarkleur;
- De soort en kleur kleding is onbekend;
- Geen snor of baard;
- Geen opvallend accent tijdens praten.
Ik zag dat deze persoon geen politiebadge droeg. Daarop vroeg ik aan hem om zich te legitimeren. Ik hoorde hem zeggen dat hij zich niet kon legitimeren, omdat hij nog in opleiding was. (…) Ik zag dat deze man achter mijn laptop, van het merk Medion, plaatsnam. Ik hoorde hem zeggen dat hij mijn laptop ging scannen en nakijken en dat hij er een programma op ging zetten. (…) Na ongeveer drie minuten zag ik dat hij mijn laptop dichtklapte. Ik hoorde hem zeggen dat het gehele proces nog ongeveer dertig minuten zou duren. (…) Hierop volgend hoorde ik de mannen aan mij vragen hoeveel geld er op mijn andere rekening, die van ABN-AMRO, stond. (…) Ik zei daarom dat er circa 10.000 (tienduizend) euro op die rekening stond. Ik hoorde de mannen zeggen dat ik direct ABN-AMRO moest bellen met het verzoek om de daglimiet te verhogen naar 10.000 (tienduizend) euro. Ik hoorde de man zeggen dat dit nodig was om de bende, die het om mij gemunt hadden, uit te lokken waarna zijn eenheid hen op heterdaad kon betrappen. Ik heb opgeschreven wat ik moest zeggen, waarna ik ABN-AMRO gebeld heb. Ik hoorde de medewerker van ABN-AMRO zeggen dat de daglimiet niet direct kon worden verhoogd. Dit kon pas de eerstvolgende dag.
Op dezelfde dag en datum, omstreeks 19.50 uur, zag ik dat de mannen mijn bankpassen, van de [slachtoffer 36] , ABN-AMRO en SNS-bank, pakten en wegliepen. Ik hoorde hen zeggen dat ze over circa een kwartier terug zouden komen. (…) Ik heb de mannen tot op heden niet teruggezien.
Ik werd kort daarna door de [slachtoffer 36] , ABN-AMRO en SNS-bank op de hoogte gesteld dat ze mijn rekeningen en bankpassen geblokkeerd hadden in verband verdachte omstandigheden. Ik ontving van [slachtoffer 36] en SNS-bank een e-mail over deze verdachte omstandigheden. In deze e-mails zag ik het volgende staan:
- Dat op 19 februari 2024 om 20.03:15 uur met mijn bankpas van SNS-bank, met rekeningnummer [rekeningnummer 6] , geprobeerd is 1.000 (duizend) euro op te nemen bij geldautomaat Geldmaat [plaats] in Soest.
- Dat op 19 februari 2024 om 19.52:10 uur met mijn bankpas van [slachtoffer 36] , met rekeningnummer [rekeningnummer 5] , geprobeerd is 1.200 (twaalfhonderd) euro op te nemen bij geldautomaat Geldmaat [plaats] in Baarn.
Bovenstaande opdrachten werden door de genoemde banken geblokkeerd. Ik weet dat er met mijn bankpas van ABN-AMRO, met rekeningnummer [rekeningnummer 4] , ook geen geld is opgenomen. Ik heb dus geen financiële schade geleden.” [61]
De politie heeft de camerabeelden van de pogingen tot pinnen aan de [plaats] in Soest en aan [plaats] in Baarn beschreven. Een verbalisant heeft de bodywarmer die onder verdachte in beslag is genomen, vergeleken met de bodywarmer die te zien is op de camerabeelden van Soest en Baarn. De verbalisant heeft het volgende verklaard:
“Soest
Ik zag op de beelden dat de ‘pinner’ een bodywarmer droeg. Ik vermoed dat de bodywarmer binnenstebuiten gedragen werd. Ik vermoed dit omdat ik aan de buitenzijde van de bodywarmer witte labels zag zitten.
Als overeenkomst met de twee afbeeldingen hierboven zag ik:
  • Dat allebei de jassen gewatteerd zijn,
  • Dat allebei de jassen aan een (1) zijde zwart van kleur is en dat de andere zijde grijs van kleur is.
  • Dat allebei de jassen op het grijze gedeelte van de jas aan de onderkant een zwarte afwerkstrook/band hebben.
  • Dat allebei de jassen op het grijze gedeelte een witte label met een rood streepje er boven in de nek hebben.
  • Dat allebei de jassen op het grijze gedeelte twee witte labels aan de rechterzijkant hebben.
(…)
Baarn:
Ik zag op de beelden dat 'de pinner’ een bodywarmer droeg. Ik vermoed dat de bodywarmer binnenstebuiten gedragen werd. Ik vermoed dit omdat ik aan de buitenzijde van de bodywarmer witte labels zag zitten en doordat de drukknopen om de jas dicht te maken aan de binnenkant van de rits zouden zitten als je de rits zou sluiten.
Als overeenkomst met de twee afbeeldingen hierboven zag ik:
  • Dat allebei de jassen gewatteerd zijn,
  • Dat allebei de jassen aan een (1) zijde zwart van kleur is en dat de andere zijde grijs van kleur is.
  • Dat allebei de jassen op het grijze gedeelte een witte label in de nek hebben.
  • Dat allebei de jassen een label hebben met als basis kleur wit, dit ter hoogte van de zijkant' middel. Ik zag dat op dit label bij allebei de jassen iets is afgebeeld in de kleur oranje/roze.
  • Allebei de jassen een zwarte rits hebben.”
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 17] heeft opgelicht. Verdachte en/of een ander hebben zich toen ze voor de deur van [slachtoffer 17] stonden als agent voorgedaan en zijn de woning van [slachtoffer 17] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek naar een oplichtersbende hebben zij [slachtoffer 17] laten inloggen in zijn bankgegevens. Ook hebben zij handelingen verricht op de laptop van [slachtoffer 17] . Hierdoor is [slachtoffer 17] bewogen tot de afgifte van zijn bankpassen.
Onder verdachte is een zelfde bodywarmer in beslag genomen als door de pinner werd gedragen. Het signalement van de eerste man in de woning komt overeen met het signalement van de pinner. In dit verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden in onderlinge samenhang bezien zijn echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte in de woning van [slachtoffer 17] is geweest.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting in vereniging wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 19 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 18] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op dinsdag ochtend, 13 februari 2024 zat ik achter mijn computer op de sex-datingssite: Bullchat. (…) Op deze site ontmoette ik een man (…) in de chat noemde hij zichzelf: [schuilnaam] . (…) Ik had erg fijn contact met deze man en maakte daarom een afspraak met hem. Wij spraken diezelfde dag en datum om 19:00 uur af bij mijn woning. Ik woon op de [adres 19] in Nieuwegein.
Op diezelfde dag en datum omstreeks 19:00 uur zag ik dat er een man uit de richting van de T-splitsing met de [straatnamen] kwam aangelopen. Niet veel later hoorde ik dat mijn deurbel ging. Ik deed de voordeur van mijn woning open en zag een man staan.
Ik omschrijf de man als volgt:
Geslacht: man;
huidskleur: licht getint;
haardracht: zwart kort haar;
leeftijd: 35/40 jaar oud;
gezichtsbeharing: donkere baard;
kleding: donkere kleding, zwarte jas;
accent: geen, vloeiend Nederlands;
afkomst: vermoedelijk Marokkaans of Turks.
De man in de deuropening stelde zich voor als undercoveragent. Ik zag dat de man een blauw pasje vasthield waar het woord: politie op stond. Op dit pasje stond ook een foto. Ik hoorde dat de man zei dat hij onderzoek deed in een zaak naar kinderporno. Ik hoorde dat de man zei dat de persoon waarmee ik vanavond een afspraak had staan betrokken was bij deze kinderpornozaak. Ik hoorde dat de man zei dat hij even binnen wilde komen. Ik zag dat de man door de voordeur liep en in mijn woonkamer stond. Ik hoorde dat de man zei dat ik mijn telefoon en bankpas moest afgeven. (…) Ik hoorde dat de man zei dat als ik niet zou meewerken er een huiszoeking zou komen en ik anders mee zou moeten naar het politiebureau. Ik hoorde dat de man zei dat hij ook alle wachtwoorden, codes en pincode nodig had om uit te sluiten dat ik iets met de kinderporno te maken zou hebben. Ik gaf de man mijn mobiele telefoon en bankpas van de ING. Ik hoorde dat de man vroeg of ik nog contant geld in huis had. Ik zei tegen de man dat ik vijftig euro bij mij had. Ik hoorde dat de man zei dat hij dit geld mee moest nemen om te controleren welk nummer er op het biljet stond.
(…) Ik hoorde dat de man zei dat zijn collega in de auto de telefoon, bankpas en het vijftig euro biljet zou controleren en dat hij met vijf tot tien minuten terug zou zijn. (…) Ik zag dat de man naar mijn voordeur liep met dus mijn telefoon, bankpas en vijftig euro. Ik zag dat de man mijn voordeur uitliep en rechtsaf ging. Ik zag dat de man dus richting de T-splitsing met de Hermelijnweide en Marterweide liep. De man liep dus diezelfde kant op als waar hij bij aankomst vandaan kwam. Ik vertrouwde het niet en belde vervolgens met mijn huistelefoon 112.
Mijn telefoon is een zwarte Samsung A40 met een zwart kunststof klaphoesje. In dit hoesje zat enkel een toegangspas van het bedrijf waarvoor ik werk. Dit bedrijf is het busbedrijf [bedrijf] in Amersfoort. (…)
Mijn ING pas heeft het pasnummer: [nummer 1] en nummer [nummer 2] . De pas is geldig tot februari 2028 en staat op mijn naam: Dhr. [slachtoffer 18] .
(…) Ik belde het noodnummer van de ING om mijn bankpas te laten blokkeren. Ik hoorde dat de medewerker van de ING zei dat er 5000 euro van mijn rekening was gepind bij de Geldmaat aan [plaats] in Nieuwegein. Ik hoorde dat de medewerker van de ING zei dat er twee transacties hadden plaatsgevonden, om 19:50 uur en om 19:54 uur. [63]
De politie heeft camerabeelden van [plaats] te Nieuwegein beschreven en het uiterlijk van de pinner vergeleken met het uiterlijk van verdachte:
“Op alle twee de beelden zag ik dat er een datum en tijd meeloopt in beeld. De datum en tijd komen op de twee verschillende beelden met elkaar overeen. 2023-02-13 19.50 uur zag ik dat er een persoon aankomt bij genoemde pinautomaat. Ik zag dat hij zijn gezicht verborgen hield doormiddel van een pet en een sjaal die omhoog opgetrokken is tot over zijn neus.
[afbeelding]
Ik zag dat de persoon verschillende handelingen verrichte bij de pinautomaat. Ik zag dat hij een oranje/goud kleurige pinpas gebruikte en er later meerdere briefjes van vijftig euro uithaalde. Ik zag dat hij meerdere keren op zijn telefoon keek. Ik zag dat hij wegliep en naar links liep, gezien vanaf de camera.
[afbeelding]
Om 19.53 uur zag ik dat dezelfde persoon als hierboven benoemd, vanuit de camerabeelden gezien links weer in beeld kwam lopen. Ik zag dat hij nog steeds volledig bedekt was en onherkenbaar was. Ik zag dat hij een oranje/goud kleurige pinpas gebruikte. Ik zag dat hij twee keer pinde en twee keer een stapel met briefjes van vijftig euro uit de pinautomaat haalde. Ik zag dat hij om 19.55 uur wegliep links uit beeld.
Omschrijving signalement
Ik kan de pinner als volgt omschrijven:
- Normaal tot een wat gezet postuur
- licht getinte huidskleur
- Donkere ogen
- Geheel in het zwart gekleed - Zwarte broek-schoenen-muts-sjaal en trui. Op de trui staat
Givenchy/Paris gedrukt.
-Telefoon in een zwart/grijs hoesje
Vergelijking [verdachte]
Het onderzoeksteam heeft mij gevraagd om de pinner te vergelijken met [verdachte] . Tot mijn beschikking had ik foto’s van [verdachte] . Foto’s 1 tot en met 6 die ik als bijlage zal toevoegen. De vergelijking die ik zie tussen de pinner en [verdachte] zijn:
- Donkere ogen
- Postuur
- Huidskleur.” [64]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
  • [adres 19]
  • [plaats] .
De rechtbank komt tot het oordeel dat op basis van de genoemde bewijsmiddelen niet kan worden vastgesteld dat verdachte de persoon is geweest die in de woning van [slachtoffer 18] is geweest. Het door [slachtoffer 18] gegeven signalement is daarvoor onvoldoende onderscheidend.
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wel wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 18] heeft opgelicht en een geldbedrag van 5000 euro van diens bankrekening heeft gehaald door middel van een opname bij een Geldmaat. De betrokkenheid van verdachte bij de oplichting blijkt uit het volgende. In het kader van de oplichting heeft [slachtoffer 18] zijn bankpas, telefoon en contant geld afgegeven. Vervolgens is een geldbedrag weggenomen van de rekening van [slachtoffer 18] . De politie heeft de pinner herkend als verdachte. Ook is het adres van [slachtoffer 18] en het adres van de gebruikte pinautomaat aangetroffen in de telefoon van verdachte. Gelet op de voornoemde feiten en omstandigheden kan het niet anders dan dat er (ten minste) onderlinge afstemming (en daarmee een nauwe en bewuste samenwerking) is geweest tussen de mannen in de woning en verdachte.
Ten aanzien van feit 4 (diefstal in vereniging) oordeelt de rechtbank als volgt. [slachtoffer 18] heeft het geldbedrag van 50 euro afgegeven in het kader van de oplichting. De rechtbank zal verdachte daarom van dit deel van de tenlastelegging vrijspreken.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van 5000 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen. Ten aanzien van de diefstal in vereniging van 50 euro (feit 4) volgt vrijspraak.
Zaaksdossier 20 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 19] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op 17 februari 2024 leerde ik via Bullchat (een datingsite voor homofielen) een man kennen. Ik weet niet meer hoe hij zich noemde. (…) Ongeveer na een half uur met hem te hebben gechat, spraken we af om elkaar te ontmoeten. Hij stelde voor om bij mij thuis af te spreken. Ik gaf mijn adres aan hem, namelijk de [adres 20] in Den Bosch. (…) We spraken af op 18 februari 2024 om 18.30 uur. Om precies 18.30 uur werd er aangebeld. Ik deed open. Ik zag twee voor mij onbekende mannen voor de deur staan. Eén man had een donker uiterlijk. Ik denk Noord-Afrikaans. Hij sprak wel accentloos Nederlands. Deze noem ik verder man 1. De andere man was een blanke jongeman. Ik noem hem verder man 2.
Man 1 zei dat ik niet moest schrikken. Hij zei dat ze van politie waren. Hij liet op een afstand een pasje zien. Hij was helemaal in het zwart gekleed. Hij zei dat hij mijn chat op Bullchat gehackt had en dat ik in de chat deelnam aan een criminele organisatie met kinderporno. (…)
Ze gingen zitten. Man 2 wilde in mijn laptop zoeken, want hij zou expert zijn op het gebied van kinderporno. Hij ging achter de laptop zitten. Hij zei dat hij een zoekopdracht had gegeven. (…) Man 1 zei dat met het kinderpornonetwerk geld verdiend werd. Ik moest mijn pinpassen, pincodes en identiteitsbewijs aan man 1 geven omdat dit allemaal nagekeken moest worden.
Ik gaf hem mijn bankpas van de ING en die van de [slachtoffer 36] . Ik moest de goede pincodes 3 maal herhalen. Man 1 verliet vervolgens mijn woning met de pasjes. Man 2 bleef bij mij. Na ongeveer 20 minuten kwam man 1 terug. Hij gaf mij de bankpasjes en het identiteitsbewijs terug.
Man 1 vroeg of ik contant geld in huis had. Ik voelde mij onder druk gezet. Hij dreigde mij aan te houden. Ik gaf hem een envelop met 550 euro vakantiegeld. Hij telde het geld. Hij zei dat ik nog meer geld had. Ik had nog ergens vakantiegeld van 950 euro liggen. Dit gaf ik aan hem. Ook dit telde hij weer netjes en liet zien hoeveel het was aan mij. Hij vroeg of ik een kluis had. Die had ik wel boven maar deze stond open en er zat niets van waarde in. Man 1 wilde toch in de kluis kijken en ging met mij mee naar boven. Man 2 bleef beneden. Ik moest mijn mobiele telefoon aan man 2 geven. De telefoon moest ook gecheckt worden op kinderporno. (…) Beide mannen gingen weg met mijn 1.500 euro. Ze zeiden dat dit geld opnieuw geteld en gecheckt moest worden en dat ze later het geld weer terug zouden brengen. Man 1 zei dat hij goed nieuws voor mij had, want mijn date was op heterdaad aangehouden. De mannen gingen weg, maar kwamen niet terug. Ik weet niet of ze met de auto waren.
Na een half uur wilde ik de politie bellen. (…) De politie kwam ter plaatse. De politie belde de [slachtoffer 36] en de ING-bank. Beide bankpassen werden geblokkeerd. Bij de [slachtoffer 36] was er geen geld opgenomen. Bij de ING bleek er 500 euro afgeschreven te zijn. Dit was gepind bij de Geldmaat in Rosmalen [plaats] . Later ontdekte ik dat er 70 euro uit mijn portemonnee was weggenomen, die in de keuken lag. Ik vermoed dat man 2 dit geld heeft weggenomen terwijl ik met man 1 boven was.
Ik kan man 1 als volgt omschrijven:
- Noord-Afrikaans uiterlijk
- ongeveer 1.75 m
- kaal hoofd
- helemaal in het zwart gekleed
- ongeveer 40 a 45 jaar oud
- normaal postuur
Ik kan man 2 als volgt omschrijven:
- blank
- ongeveer 1.85 m
- blond half lang haar
- slank postuur
- ongeveer 25 jaar oud
- kleding onbekend.” [66]
De politie heeft de camerabeelden aan de [plaats] in Rosmalen als volgt beschreven:
“Ik, verbalisant, zag dat het beeld was opgenomen vanaf boven en met zicht op de geldautomaat. Ik zag dat er geen datum en tijdsnotatie aan de camerabeelden waren toegevoegd. Tevens zag ik dat de beelden in zwart/wit weergave waren opgenomen. Ik, verbalisant, zag dat de beeldkwaliteit van dit bestand slecht was. Ik zag dat de camerabeelden in zwart/wit weergave waren.
Ik zag dat er een persoon in beeld kwam lopen en voor de geldautomaat ging staan om kennelijk geld op te gaan nemen. Ik zag dat deze persoon ook daadwerkelijk handelingen uitvoerde die passen bij het opnemen van geld.
Ik kan persoon als volgt omschrijven;
Gezet postuur.
Ik zag dat deze persoon de volgende kleding droeg;
Bodywarmer;
Trui met opvallende lichte streep over de gehele mouw;
Bivakmuts.
Op basis van deze beelden was er geen herkenning mogelijk en zijn er slechts enkele uiterlijke kenmerken te omschrijven.
Omschrijving bodywarmer:
De bodywarmer leek aan de voorkant licht van kleur te zijn en de achterkant leek donker van kleur te zijn. Achter op de bodywarmer tussen de schouders in, leek een lichtkleurig label te zitten.” [67]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
- [adres 20] . [68]
De rechtbank komt tot het oordeel dat op basis van de genoemde bewijsmiddelen niet kan worden vastgesteld dat verdachte de persoon is geweest die in de woning van [slachtoffer 19] is geweest. Het door [slachtoffer 19] gegeven signalement is daarvoor onvoldoende onderscheidend en sluit niet (voldoende) aan bij de uiterlijke kenmerken van verdachte.
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wel wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 19] heeft opgelicht en eveneens in vereniging een geldbedrag van 500 euro heeft gestolen. In het kader van de oplichting heeft [slachtoffer 19] zijn pinpassen, pincodes en identiteitsbewijs afgegeven. Vervolgens is een geldbedrag weggenomen van [slachtoffer 19] rekening. Het adres van aangever is aangetroffen in de telefoon van verdachte. Gelet in het bijzonder op de steeds terugkerende modus operandi en de genoteerde uiterlijke kenmerken van de pinner, concludeert de rechtbank dat het niet anders kan dan dat het verdachte is geweest die het geldbedrag van de rekening van [slachtoffer 19] heeft gepind en er (ten minste) onderlinge afstemming (en daarmee een nauwe en bewuste samenwerking) is geweest tussen de mannen in de woning en verdachte.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van 500 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd.
Zaaksdossier 21 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 20] , woonachtig aan het [adres 21] in Cuijk, heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op donderdag 22 februari 2024 omstreeks 13.30 uur had ik via mijn computer chat contact via Bullchat. Ik trof daar een man (…) ik hoorde hem zeggen dat zijn naam [naam 4] is. Wij hebben in dat chat contact afgesproken om elkaar bij mij te ontmoeten op donderdag 22 februari 2024 om 19.00 uur.
(…)
Om 18.30 uur hoorde ik mijn deurbel gaan. Ik dacht dat het de persoon zou zijn waarmee ik eerder de dag contact had via Bullchat. Ik hoorde de persoon aan de deur zeggen dat hij van de politie was. Ik hoorde hem zeggen dat de persoon waarmee ik chatcontact had gehad en waarmee ik had afgesproken verdacht werd van kinderporno. De meneer aan de deur die zich voordeed als politieagent liet mij een identificatie van de politie zien. Ik heb niet gezien welke naam daar op stond. Dat ging heel snel. Ik vroeg aan hem of ik de identificatie kon zien, ik hoorde hem zeggen dat dat niet mocht binnen de politie. Ik hoorde hem tevens zeggen dat er nog een collega zou komen van de hackdienst. Ik hoorde hem zeggen dat hij hoopte dat ik mee zou werken met het onderzoek en ik zei tegen hem dat ik dat zou doen. Ik heb de persoon vervolgens binnengelaten. (…)
Ik zou de eerste man als volgt omschrijven:
  • Marokkaans/Turks uiterlijk.
  • vloeiend Nederlands sprekend.
  • 40-50 jaar.
  • ongeveer 1.80 meter groot, dat weet ik omdat de bar in mijn woning 1.50 meter is en ik zelf ben 1.85 meter.
  • zwart kort haar, recht naar voor gedragen, opgeschoren aan de zijkanten.
  • gezet postuur.
  • joggingsbroek donkerblauw van kleur.
  • nylon gewatteerde, bobbelende jas, zwart van kleur, merkloos.
  • stoppelbaard zwart van kleur.
  • blauwe medische handschoenen.
De tweede persoon nam plaats achter de computer. Ik hoorde hem zeggen dat hij een programma ging installeren om kinderporno te detecteren. Toen hij klaar was hoorde ik hem zeggen dat ik staande gehouden was, omdat hij twee kinderporno foto’s gevonden had op mijn computer. (…) Ik hoorde hem zeggen dat de persoon met wie ik had gechat via Bullchat die foto’s had toegestuurd. (…) Ik hoorde hem zeggen dat als ik niet mee zou werken dat de hele omgeving van mijn flat zou weten dat ik een pedofiel ben. Hij stelde mij daarnaast weer gerust dat dat niet zou gebeuren. Ik hoorde hem zeggen dat ik mee moest naar het politiebureau. De tweede persoon heeft ook de website van de [slachtoffer 36] en de ABN AMRO gezien.
Ik vond het opvallend dat de twee personen tot twee keer toe naar de gang gingen om iets te bespreken. Ik kon niet horen wat zij zeiden. Ik hoorde de eerste man zeggen dat hij mijn jas nodig had voor mijn DNA. Ik zei tegen hem dat zij mijn wangslijmvlies mochten afnemen maar ik hoorde hem zeggend dat het persé via de jas moet. Ik hoorde de eerste man zeggen dat hij buiten in de auto het DNA moest testen van mijn jas. Hij zei dat het ongeveer 30 minuten ging duren en dat hij ook mijn telefoon nodig had. (…) Ik werd in de tussentijd bewaakt door die tweede man. Ik was op dat moment alleen met hem. Ik denk dat hij met die jas gepind heeft bij het pinautomaat aan [plaats] te Cuijk. In de tussentijd heb ik gepraat met de tweede man. (…)
Na ongeveer 20 minuten kwam de eerste man weer terug. Ik denk dat het toen omstreeks 19.40 uur was. Ik denk namelijk dat de man omstreeks 19.20 is gegaan met mijn jas. (…) Toen de eerste man terug kwam en zij beiden weer aanwezig waren in mijn woning zei ik tegen hen dat ik er klaar mee was. Ik hoorde hen zeggen dat ik de [slachtoffer 36] moest bellen om mijn rekening te deblokkeren. Ik hoorde de eerste persoon zeggen dat mijn rekening was geblokkeerd. Die had duidelijk de leiding in het hele verhaal. Hij liet dat ook zien op mijn mobiele telefoon die hij mee had genomen naar buiten toen hij mijn jas op DNA moest testen. (…)
De eerste man ging op mijn computer zoeken naar het telefoonnummer van de [slachtoffer 36] . Op dat moment zag ik mijn kans en ben ik mijn woning uitgerend. De man kwam achter mij aan en ik schreeuwde dat ik werd overvallen. (…)
Toen de politie er was heb ik met de [slachtoffer 36] en met de ABN AMRO bank gebeld om mijn rekeningen te blokkeren. Ik hoorde dat er om 19.35 uur en om 19.36 uur gepind was met pinpassen van beide banken bij het pinautomaat aan de Smidstraat te Cuijk. Telkens als ik in gesprek was met de mannen en aangaf dat ik het niet vertrouwde werd de eerste man erg boos. Ik heb het idee dat hij de leider was.
Het volgende is gestolen uit mijn woning:
  • Samsung telefoon zwart van kleur.
  • [slachtoffer 36] pinpas, [rekeningnummer 7] .
  • ABN AMRO pinpas, rekeningnummer onbekend.
  • Winterjas groen van kleur, gewatteerd met een grote capuchon voorzien van een bontkraag.
Aangever [slachtoffer 20] heeft aanvullend het volgende verklaard. Uit zijn woning zijn een telefoon, twee pinpassen, een randomreader en een identifier weggenomen. Op 19:35 uur is bij de Geldmaat [plaats] in Cuijk van de [slachtoffer 36] rekening 750 euro en 500 euro afgeschreven.” [70]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen aan [plaats] in Cuijk beschreven en het uiterlijk van de pinner vergeleken met het uiterlijk van verdachte:
“Beschrijving beelden
Ik zie dat er een persoon bij de pinautomaat aan komt lopen en een pasje in de pinautomaat stopt. Ik kan niet zien wat voor een pasje dit is. Ik zie dat de pinner zijn gezicht verborgen houdt door middel van een capuchon, muts en gezicht bedekkende kleding.
Op een gegeven moment zie ik dat de pinner een stapeltje briefgeld uit de automaat haalt, dit dubbel vouwt en dit geld in zijn zak stopt. Vervolgens zie ik dat de pinner weer een pasje in zijn hand heeft en deze in de pinautomaat stopt. Of dit hetzelfde pasje is als de eerste keer of een ander pasje dat heb ik niet kunnen zien.
Vervolgens zie ik de pinner kort daarna het pasje er weer uithalen en er weer een in de automaat doen. Door de kwaliteit van beelden en snelheid kan ik niet zien welke handelingen de pinner precies doet en met welk pasje.
Na wat handelingen op het pinscherm zie ik de pinner het pasje weer uit de automaat halen en een stapeltje briefgeld uit de automaat halen. Ik zie dat hij dit geld bij zich stopt, omdraait en uit beeld wegloopt. Al met al heb ik de pinner dus twee keer geld uit de pinautomaat zien halen en is de pinner 2 minuten en 24 seconde bij de pinautomaat geweest.
Omschrijving signalement
Ik kan de pinner als volgt omschrijven:
  • Blanke/licht getinte huidskleur
  • Donkere pupillen
  • Groene winterjas met capuchon
  • Capuchon is voorzien van een bontkraag
  • Onder de capuchon en voor zijn (bijna gehele) gelaat zie ik donkerkleurige gezichtsbedekking
  • Donkerkleurige broek
Vergelijking [verdachte]
Het onderzoeksteam heeft mij gevraagd om de pinner te vergelijken met [verdachte] . (…) De mogelijke overeenkomst die ik zie tussen de pinner en [verdachte] zie is:
- Huidskleur
- Kleur pupillen
- Vergelijking kleding
Zoals te lezen in bovengenoemde aangifte is er bij aangever onder andere een jas weggenomen ten tijde van de oplichting/diefstal. De aangever verklaart:
- Winterjas groen van kleur, gewatteerd met een grote capuchon voorzien van een bontkraag.
Deze omschrijving van de jas komt overeen met wat ik zie op de camerabeelden dat de pinner draagt.” [71]
De politie heeft [slachtoffer 20] twee foto’s laten zien van een verdachte die geld aan het pinnen was. [slachtoffer 20] heeft verklaard dat hij de jas van verdachte herkent als zijn jas. [72]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de telefoon kwam naar voren dat gezocht was op de term:
- [adres 21] te Cuijk. [73]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 20] heeft opgelicht. Verdachte en/of een ander hebben via Bullchat contact gezocht met [slachtoffer 20] en bij hem thuis afgesproken in Cuijk. Verdachte en de ander hebben zich (vervolgens) toen ze bij [slachtoffer 20] voor de deur stonden als agenten voorgedaan en zijn de woning van [slachtoffer 20] binnengegaan. De man met wie [slachtoffer 20] had afgesproken zou worden verdacht van kinderporno. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek werd medegedeeld dat de bankpassen, jas en telefoon van [slachtoffer 20] moesten worden meegenomen. Hierdoor werd [slachtoffer 20] bewogen tot de afgifte van de voornoemde goederen. Diezelfde dag is er 1250 euro van de rekening van [slachtoffer 20] gepind.
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 20] aangetroffen. Onder verdachte is dezelfde jas in beslag genomen als de pinner. Het signalement van de eerste man in de woning van [slachtoffer 20] komt overeen met het signalement van de pinner. De politie identificeert de pinner ook als verdachte. In dit verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden zijn in onderlinge samenhang bezien echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte in de woning van [slachtoffer 20] is geweest en het geld van zijn rekening heeft gepind.
Ten aanzien van feit 4 concludeert de rechtbank dat de mobiele telefoon, de jas, de randomreader en identifier niet zijn weggenomen, maar zijn afgegeven in het kader van de oplichting. De rechtbank zal verdachte daarom van feit 4 vrijspreken.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van 1250 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen. Ten aanzien van de diefstal van de mobiele telefoon, de jas, de randomreader en identifier (feit 4) volgt vrijspraak.
Zaaksdossier 22 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, diefstal in vereniging en diefstal met een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 21] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op zaterdag 16 december 2023 omstreeks 22.00 uur kwam er een persoon bij mij aan de deur bij mijn woning gelegen aan de [adres 22] te Arnhem . Ik opende de deur. De man die voor de deur stond gaf aan dat hij van de politie was en dat liet een legitimatiebewijs zien (…)
Ik kan deze man als volgt omschrijven:
- man;
- ABN;
- tussen 30 en 40 jaar oud;
- Turks / licht getint:
- rond gezicht;
- kort donker haar;
- zijkanten opgeknipt
- lichte donkerkleurige baard;
- ongeveer 180 cm lang;
- gezet postuur;
- zwarte matte jas;
- stoffen trainingsbroek;
- zwarte schoenen;
- geen zichtbare tatoeages;
- geen sieraden.
Ik had een afspraak gemaakt via Bullchat met een onbekend persoon voor een date. (…) De man die bij mij aan de deur stond en zich voordeed als politieagent gaf aan dat de man met wie ik een date had door hen digitaal gevolgd werd en kwade bedoelingen had. Hij gaf aan dat ze de man op heterdaad wilden arresteren en dat ze dat vanuit mijn woning zouden doen. De man gaf aan dat hij alles moest checken doelende op mijn bankgegevens. Hij gaf aan dat de man met wie ik een afspraak had mogelijk al in het bezit was van mijn bankgegevens en dus uit zou zijn op mijn geld en spullen. Om het een en ander te checken had hij mijn bankpassen en bijbehorende pincodes nodig. De man noteerde mijn codes nadat ik hem deze desgevraagd had gegeven
Na enige tijd begon ik te twijfelen aan de echtheid van zijn politielkegitimatie en vroeg of ik deze nogmaals in mocht zien. De man wilde hier niet aan meewerken en gaf aan dat hij zijn collega’s zal gaan halen om te bewijzen dat hij van de politie was. De man liep mijn woning uit maar kwam niet meer terug. (…) Achteraf kan u vertellen dat de man mijn gehele pasjeshouder heeft meegenomen. Ik ben in totaal in ieder geval twee bankpassen (ABN amro), twee creditcards (ABN amro), bankpas ( [slachtoffer 36] ), identiteitskaart, rijbewijs, kentekenbewijs ( [kenteken] ) zorgpas (ditzo) en mijn museumjaarkaart kwijt.
Direct hierna belde ik de politie en begon ik met het blokkeren van mijn bankpassen en creditcards. Toen de politie er was zagen zij via mijn internetbankieren app dat er van twee van mijn rekeningen geld was weggenomen. In totaal ging dit op dat moment om een bedrag van 2000 euro.” [74]
De politie heeft de camerabeelden aan van de geldautomaat als volgt beschreven:
“Ik zag op de camerabeelden één persoon naar de geldautomaat lopen. Ik kan de persoon als volgt omschrijven:
  • gezet postuur
  • zwarte gezichtsbedekking
  • donkere jas met rood/wit/zwart embleem ter hoogte van de linker borst
  • donkere broek
  • donkere schoenen
Ik zag dat het gezicht van de persoon afgedekt was met zwarte gezichtsbedekking, wat leek op een muts en een sjaal. Ik zag dat hierdoor het gezicht van de persoon niet herkenbaar is. Ik zag dat de persoon handelingen verricht bij de geldautomaat, ik kan niet goed zien welke handelingen dit betreft. Ik zag dat de persoon 4 minuten en 10 seconden bij de geldautomaat stond.” [75]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
- [adres 22] te Arnhem . [76]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 21] heeft opgelicht. Verdachte en de ander zijn naar de woning van [slachtoffer 21] in Arnhem gegaan. Zij hebben zich als agenten voorgedaan. Volgens hen had de man met wie [slachtoffer 21] had afgesproken kwade bedoelingen en zou de man op heterdaad worden gearresteerd in de woning van [slachtoffer 21] . Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek werden de pinpassen van [slachtoffer 21] gevraagd. Op deze manier is [slachtoffer 21] bewogen tot de afgifte van zijn bankpassen. Diezelfde dag is een pasjeshouder met inhoud uit de woning weggenomen. Ook is een geldbedrag van 2000 euro opgenomen.
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 21] aangetroffen. Het signalement van de man in de woning van [slachtoffer 21] komt overeen met het signalement van de pinner. In dit verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden zijn in onderlinge samenhang bezien echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte in de woning van [slachtoffer 21] is geweest en het geldbedrag heeft gepind.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting, de diefstal van de pasjeshouder met inhoud en de diefstal van 2000 euro door middel van een valse sleutel, alle in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 23 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 22] , woonachtig aan de [adres 23] te Berkel en Rodenrijs, heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op dinsdag 7 november 2023, omstreeks 13.00 uur, keek ik op de datingwebsite Bull-CHAT.
(…) Ik ging het gesprek aan met de onbekende man via de chat. Het klikte en ik wilde afspreken met de man. Ik gaf mijn adres en de man zou dinsdag 7 november 2023 tussen 18.00 - 18.30 uur langskomen. De man was niet op het afgesproken tijdstip langsgekomen. Er werd om 18.45 uur aangebeld aan de voordeur. Ik liep naar de voordeur en deed zonder argwaan de voordeur open omdat ik de onbekende man verwachtte. (…) Ik zag dat er een onbekende man voor de deur stond. De man gaf zich uit als iemand van de undercover politie en liet een zogenaamde politiepas zien. Ik zag dat de man een plasticpasje met een politielogo met pasfoto liet zien aan mij. (…) gelijk liep de man door naar binnen. Ik hoorde dat de man zei "je verwachtte zeker iemand anders?". Ik zei dat ik inderdaad iemand anders verwachtte aan de deur.
Signalement van de undercover agent:
- donkere huidskleur;
- tussen de 35 en 40 jaar;
- ongeveer 170 lang;
- zwart krullend, kort haar;
- grof gezicht met een baard;
- was in het zwart gekleed, met een zwarte bodywarmer;
- had een politie pasje onder zijn bodywarmer zitten;
- zwarte schoenen, model laars;
- zwarte trui;
- wit mondkapje in zijn hand;
- zuidwester hoed, kleur zwart, zonder koord.
De man stelde mij gerust en zei dat de date niet zou komen omdat hij door de undercover politie was opgepakt. Ik schrok en ik was blij dat de politie dit had voorkomen. Ik zat op dat moment samen met de undercoveragent op de bank. Volgens de undercoveragent zou de man zijn slachtoffers drogeren om hen zo geld afhandig te maken. De voordeurbel ging en de undercoveragent zei dat zijn collega voor de deur stond, ik liep naar de voordeur. Ik zag dat er een blonde man voor de deur stond. Hij zei dat ze de date van vanavond hadden opgepakt. (…) De blonde man liep gelijk door naar de woonkamer. De blonde man zei dat hij in mijn laptop wilde kijken i.v.m. kinderporno. Ik overhandigde mijn laptop en ging weer bij de undercoveragent op de bank zitten. De blonde man zei dat alles oké was en ging daarna op de bank zitten. De undercoveragent nam het daarna over van de blonde man achter de laptop.
Signalement blonde man:
- blanke huidskleur;
- donkerblond haar;
- dikkig, dikke buik;
- tussen de 35 en 40 jaar;
- droeg een beige trui met een beige/bruin colbert;
- spijkerbroek kleur blauw;
- nette schoenen met 2 goudkleurige gespen aan zijkant met een rode zool;
De undercoveragent zei, dat de man die ze hadden opgepakt mogelijk een handlanger zou hebben die bij de bank werkzaam was. Ik moest van de undercoveragent inloggen op mijn bankaccount en mijn bankpas afgeven. Ik hoorde dat de undercoveragent zei: "is dat jouw nummer?" De undercoveragent noemde mijn pincode op van mijn bankpas. Ik weet niet hoe de undercoveragent aan mijn pincode is gekomen.
Ik moest mijn spaargeld overhevelen naar mijn privérekening. Ik zag dat de undercoveragent bezig was op mijn bankrekening. Ik heb helaas niet het rekeningnummer van mijn spaarrekening. Ik moest naar de ABN AMRO bank bellen. Ik moest aangeven dat ik een eenmalige overboeking moest maken in verband met aanschaffen van een nieuwe auto. De bank ging hiermee akkoord. Ik moest wel alles verifiëren en de bank zei dat ze de boeking zouden doorzetten. Ik werd door de undercoveragent gerustgesteld. Hij zei dat hij het geld zou gaan pinnen, om het de volgende dag weer terug te geven. Ik zei dat de dichtbij zijnde pinautomaten in Berkel en Rodenrijs en Bergschenhoek waren. Ik zag dat de undercoveragent omstreeks 20.10 uur weg liep naar buiten met mijn bankpas om te gaan pinnen. De blonde man bleef achter in de woning. De blonde man praatte over koetjes en kalfjes en vroeg of dat hij even naar de wedstrijd van Feyenoord mocht kijken. De undercoveragent kwam omstreeks 20.45 uur weer terug in de woning.
De undercoveragent had het geld van mijn bankrekening gepind en vroeg aan mij of ik het thuis wilde bewaren of het bij de politie wilde laten opslaan. (…) Ik zag dat beide mannen tussen 20.50-21.00 uur de woning verlieten. De undercoveragent zei dat ze de volgende dag zouden terugkomen omstreeks 15.00 uur. Ik zag dat ze de woning uitliepen naar rechts. Ik heb niet gezien met welke auto de daders zijn weggereden.
(…)
Ik ben 8650,- euro kwijtgeraakt door de oplichting.
Hierbij de transacties op dinsdag 7 november 2023:
- Geldmaat [plaats] , Bergschenhoek
- 20.25 uur, 1000,- euro
- 20.26 uur, 2000,- euro
- 20.27 uur, 2000,- euro
- 20.28 uur, 2000,- euro
- 20.29 uur, 1.650,00 euro.” [77]
De politie heeft de camerabeelden van de Geldmaat aan [plaats] te Bergschenhoek als volgt beschreven:
“Ik kreeg de beschikking over twee videobestanden. Een (1) beeld vanuit de pinautomaat zelf en een beeld (1) beeld van boven de pinautomaat schuin gericht op de automaat en een gedeelte van de openbare weg. Ik zag dat de datum en tijd rechtsonder in beeld meeliep.
2023-11 07 20.25.00zag ik dat er een persoon in beeld kwam lopen, voorbij de pinautomaat liep, zich omkeerde en richting de pinautomaat liep. Ik zag dat deze persoon iets uit zijn zak haalde en in de pinautomaat stopte.
2023 – 11-07 20.26.11zag ik de linkerhand van de pinner van de geldautomaat vandaan komen. Ik zag dat hij iets in zijn hand vast had. Ik zag dat hij dit stopte in zijn linker broekzak.
Ik zag dat deze handeling herhaald werd op
2023-11-07 20.27.06,
2023-11-07 20.28.31en op
2023-11 07 20.29.35.
2023-11-07 20.30.26Zie ik de pinner voor het laatst iets uit de pinautomaat pakken en vervolgens weglopen op uit beeld.
Ik zag dat de pinner donkere schoenen, een donkere/zwarte trui, een wit mondpakje en een donkerkleurig hoedje droeg. Zoals te lezen is in de aangifte zijn de kledingstukken van een (1) van de verdachte (in de aangifte omschreven als ‘de undercoveragent’) gelijkend op deze kledingstukken.” [78]
De politie heeft de screenshots van de pinner vergeleken met politiefoto’s van verdachte en geconcludeerd dat het om dezelfde persoon gaat. De verbalisant zag overeenkomsten in kenmerken van het gelaat tussen de persoon getoond op de screenshot en tussen verdachte, waaronder de wenkbrauwen, de binnenzijde van de oorschelp en het gezette gelaat. [79]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat was gezocht op de volgende term(en):
  • [adres 23] te Berkel en Rodenrijs (woning aangever);
  • [plaats] Bergschenhoek (pinautomaat Geldmaat).
De rechtbank komt tot het oordeel dat op basis van de genoemde bewijsmiddelen niet kan worden vastgesteld dat verdachte de persoon is geweest die in de woning van aangever is geweest. Het door [slachtoffer 5] gegeven signalement is daarvoor onvoldoende onderscheidend.
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wel bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 5] hebben opgelicht en van hem een bedrag van 8650 euro hebben bestolen. De betrokkenheid van verdachte bij de oplichting blijkt uit het volgende. In het kader van de oplichting heeft [slachtoffer 5] de inloggegevens bij zijn bank en zijn bankpas afgegeven. Vervolgens is een geldbedrag van 8650 euro weggenomen van [slachtoffer 5] rekening. De politie heeft de screenshots van het pinnen vergeleken en identificeert de pinner als verdachte. Ook is het adres van aangever en het adres van de gebruikte pinautomaat aangetroffen in de telefoon van verdachte. Gelet op de voornoemde feiten en omstandigheden kan het niet anders dan dat er ten minste onderlinge afstemming (en daarmee een nauwe en bewuste samenwerking) is geweest tussen de mannen in de woning en verdachte.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van 8650 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 24 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat het dossier meerdere aanwijzingen bevat die enige betrokkenheid van verdachte suggereren. Voor het vaststellen van de aard en omvang van de betrokkenheid van verdachte bevat het dossier echter onvoldoende aanknopingspunten. Op basis van het dossier kan derhalve niet wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en diefstal in vereniging. De rechtbank spreekt verdachte van dit deze delen van de tenlastelegging vrij.
Zaaksdossier 25 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling van de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat het dossier meerdere aanwijzingen bevat die enige betrokkenheid van verdachte suggereren. Op basis van het dossier kan niet wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en diefstallen in vereniging. De rechtbank spreekt verdachte van dit deze delen van de tenlastelegging vrij.
Zaaksdossier 26 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 25] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op zondag 17 september 2023 omstreeks 20.10 uur was ik thuis in mijn woning aan de [adres 24] in Krimpen aan den IJssel samen met mijn vrouw.
Er werd aangebeld door één persoon die ik als volgt kan omschrijven:
  • man,
  • klein,
  • Marokkaans uiterlijk,
  • ongeveer 35 jaar,
  • slank postuur,
  • halflang zwart krullend haar,
  • zwarte kleding, bruinkleurige schoudertas van vermoedelijk Louis Vuitton,
  • accentloos Nederlands sprekend.
Ik liet de man binnen omdat ik een afspraak met iemand had genaamd [naam 5] . Ik weet verder niets van [naam 5] . (…) Hij zei. "U heeft een afspraak met [naam 5] . Ik ben [naam 5] niet." Hij liet vervolgens op zijn telefoon een foto zien van een politielegitimatie. We liepen naar mijn slaapkamer. De man zei: "We zijn bezig met een kinderporno onderzoek waarin hij verdachte is en we gaan de contacten na die hij vandaag op Bullchat heeft gehad. Daarvoor willen wij uw computer controleren of er kinderporno op staat. Ook moeten wij uw bankrekeningen controleren of er transacties zijn gedaan in relatie tot deze zaak. Ik ga mijn collega erbij halen want hij is IT specialist." www.Bullchat com is een gay datingsite. (…) De gebruikersnaam van [naam 5] is voor mij onbekend. (…)
Ik zag dat er een tweede persoon bij kwam. Deze persoon kan ik als volgt omschrijven:
  • Man,
  • Turks uiterlijk,
  • corpulent postuur,
  • 1.80 tot 1.85 meter,
  • zwarte baard, ,
  • kort donker sluikhaar,
  • zwartkleurige joggingsbroek,
  • zwartkleurige hoodie.
Deze persoon liet ook een politielegitimatie zien op zijn telefoon. (…) De Marokkaanse man heeft continu het woord gedaan. Hij zei dat ik op bed moest blijven zitten en dat ik mee moest werken. Volgens meneer werkte ik niet mee terwijl ik dat wel deed. De Turkse man is achter mijn computer gaan zitten. Deze staat in mijn werkkamer. Hier had ik geen zicht op. De Marokkaanse man heeft om mijn bankpassen gevraagd omdat ze met de code’s van de bankpassen een register zouden moeten checken. Ik gaf mijn bankpassen. Het gaat om de volgende bankpassen:
  • 1x ABN AMBRO betaalpas (…)
  • 1x ABN AMBRO betaalpas (…)
  • 1x ICS ANWB Creditcard Visa Silver. (…)
  • 1x Regiobank betaalpas. (…)
De Marokkaanse man zei dat hij ook mijn pincodes nodig had en mijn online toegangscode. Hij gaf hier geen rede voor. Ik zei: "Die geeft ik liever niet." Hij zei dat ik mee moest werken omdat het ander onplezierig zou worden. Vervolgens gaf ik de gegevens. Hij vroeg om een pen en notitieblok en noteerde mijn gegevens. De Marokkaanse man kwam naast mij zitten en zei dat we moesten wachten tot alles gecontroleerd was. Dit zei hij op een dwingende toon. Ik heb meerdere malen gezegd dat ik het niet vertrouwde en dat ik een politieambtenaar in uniform wilde zien die kon bevestigen dat zij zedenrechercheurs zouden zijn. Alles bij elkaar zijn de twee personen ongeveer anderhalf uur mijn woning geweest. De Marokkaanse man zei dat hij op een foto zag dat iemand met een zonnebril, pet en mondkapje. Hij wilde weten of ik dit was. Ik liep naar beneden samen met de man en liet de bril zien. De man zei dat hij er een foto van moest maken. Daarna heb ik mijn zonnebril van het merk Morgan niet meer gezien. (…) De bril zelf vertegenwoordigd zelf een waarde van 800 tot 900 euro. De Turkse man kwam naar mijn slaapkamer en zei dat de controles waren uitgevoerd. (…) De Marokkaanse man is naar beneden gegaan en is ongeveer een half uur weggeweest. Ik weet niet waarheen. Hij belde vervolgens aan bij mijn woning. De Turkse man liep naar beneden en opende de voordeur. Ze zeiden dat ze nog een paar dingen moesten controleren. De Turkse man is vervolgens weggegaan. Ik vroeg aan de Marokkaanse man of hij met mijn vrouw had gesproken. Hij zei dat hij mijn vrouw had gesproken en dat hij nog een paar vragen voor haar had. De Marokkaanse man liep vervolgens naar beneden en verliet mijn woning.
Na enkele minuten liep ik naar beneden en zag dat de voordeur open stond. Dit was rond 22.10 uur. Ik werd gebeld op mijn huistelefoon door ICS. Zij zeiden dat er een ongewone transactie was gedaan. Er zou 500 euro opgenomen zijn van mijn pas 21.28 uur en 21.29 uur aan de geldmaat [plaats] in Krimpen aan den IJsel. (…) Ik hoorde van de ING dat er 4000 euro was overgemaakt via mijn IP adres naar mijn eigen regiobank rekening. De ING rekening is van DMMC consultants in Rotterdam. Ik hoorde van de regiobank dat er tussen 21.30 uur en 21.33 uur vijf keer duizend euro is opgenomen aan Geldmaat de Korf 1 in Krimpen aan den IJsel.” [81]
Aanvullend heeft aangever [slachtoffer 25] het volgende verklaard:
“V:U had een afspraak met [naam 5] . U zegt daar verder niks van te weten. Maar hoe heeft u de afspraak met [naam 5] gemaakt?
A:Ik had zondag via Bullchat een afspraak gemaakt met [naam 5] . Hij zou tussen 18.30 uur en 19.30 uur naar mij toekomen. Wij waren daar zaterdag over aan het chatten.” [82]
Bij de rechter-commissaris heeft [slachtoffer 25] verklaard dat hij verdachte bij de eerste regiezitting direct heeft herkend als de tweede man in zijn woning. Hij heeft verdachte herkend aan de vorm van zijn gezicht en aan zijn postuur. [83]
De politie heeft de camerabeelden aan [plaats] in Krimpen aan den IJssel beschreven en het uiterlijk van de pinner vergeleken met het uiterlijk van verdachte:
“(…)
17-09-2023 / 21:26:50 Man liep in beeld en was gekleed in een donkere broek en jas. Droeg een witte pet, een wit mondkapje en droeg blauwe schoenen. Onder de jas leek de man een groen shirt te dragen.
(De man op de camerabeelden zou overeen kunnen komen met het opgegeven signalement door aangever betreffende de Turkse man)
17-09-2023 / 21:26:52 De man liep naar de geldmaat. Op de stil was duidelijk te zien dat de man een ‘buikje’ had, kortgeschoren haardracht aan de achterzijde van het hoofd en een stoppelbaard.
17-09-2023 / 21:28:14 Te zien was dat de man diverse (bank)pasjes wisselt en in de geldmaat stopte.
(Het invoeren van diverse pasjes zou passen bij verklaring van aangever dat van diverse bankrekeningen geld was afgeschreven)
17-09-2023 / 21:52:52 Man ging voor de geldmaat staan en er was duidelijk te zien dat de man een witte pet droeg met opdruk 2XU, donkere bovenkleding en een zonnebril. Op de still blijkt dit niet duidelijk maar op de bewegende beelden is duidelijk te zien dat de man een stoppelbaard had.
17-09-2023 / 21:56:58 Op het beeld was duidelijk de vorm van het oor zichtbaar en was te zien dat de man kort geschoren haar aan de zijkant van het hoofd had.
17-09-2023 / 21:28:21 Te zien was dat de man verschillende keren om zich heen aan het kijken was. Op dit beeld was duidelijk te zien dat de man een ‘forser’ hoofd had en was de stoppelbaard duidelijk zichtbaar. De stoppelbaard lijkt een combinatie te zijn van donkere en lichte haren.
Onderzoek OKAPI
Onderzoek Okapi was opgestart naar aanleiding van diverse oplichtingszaken waarbij uiteindelijk verdachte [verdachte] in beeld was gekomen en uiteindelijk ook in werd aangehouden. Ik heb mij voor langere tijd beziggehouden met het onderzoek naar verdachte [verdachte] en ben bekend met de lichamelijke kenmerken van [verdachte] .
Lichamelijke kenmerken van [verdachte] en van de man bij de pinautomaat
De man die zichtbaar op beeld staat heeft overeenkomsten met de lichamelijke kenmerken die [verdachte] bezit.
Stoppelbaard
De persoon op de beelden heeft zichtbaar een stoppelbaard die duidt op zowel donkere als grijze haartjes. Het is mij ambtshalve bekend dat [verdachte] veelal een stoppelbaard heeft en dat de baard zowel donkere als grijze haren bevat.
Oor
Het oor van de man op de beelden heeft, qua vorm, sterke gelijkenissen met het oor van [verdachte] .
Onderkin
De man op de beelden heeft een duidelijk zichtbare onderkin. De onderkin van [verdachte] is ook zichtbaar aanwezig.” [84]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
- [adres 25] Krimpen aan den IJssel (woning van de aangever). [85]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 25] heeft opgelicht. Verdachte en/of een ander hebben via Bullchat contact gezocht met [slachtoffer 25] en bij hem thuis afgesproken in Krimpen aan den IJssel. Verdachte en de ander hebben zich (vervolgens) toen ze bij [slachtoffer 25] voor de deur stonden als agenten voorgedaan en zijn de woning van [slachtoffer 25] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek naar kinderporno werd aan [slachtoffer 25] gevraagd naar zijn bankpassen met bijbehorende pincodes en een zonnebril. Op deze manier is [slachtoffer 25] bewogen tot de afgifte van zijn bankpassen met bijbehorende pincodes en zonnebril. Ook is een geldbedrag van 5500 euro afgeschreven van de rekening van [slachtoffer 25] .
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 25] aangetroffen. Het signalement van een van de mannen in de woning van [slachtoffer 25] komt overeen met het signalement van de pinner en [slachtoffer 25] heeft verdachte ter terechtzitting herkend. De politie identificeert verdachte als de pinner. In dit verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden in onderlinge samenhang bezien zijn echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte in de woning van [slachtoffer 25] is geweest en het geldbedrag heeft gepind.
Ten aanzien van feit 4 concludeert de rechtbank dat de zonnebril niet is weggenomen, maar is afgegeven in het kader van de oplichting. De rechtbank zal verdachte daarom van dit deel van de tenlastelegging onder feit 4 vrijspreken.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van 5500 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen. Ten aanzien van de diefstal van de zonnebril volgt vrijspraak.
Zaaksdossier 27 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat het dossier meerdere aanwijzingen bevat die enige betrokkenheid van verdachte suggereren. Op basis van het dossier kan niet wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en diefstallen in vereniging. De rechtbank spreekt verdachte van dit deel van de tenlastelegging vrij.
Zaaksdossier 28 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank stelt vast dat het dossier meerdere aanwijzingen bevat die enige betrokkenheid van verdachte suggereren. Op basis van het dossier kan niet wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en diefstallen in vereniging. De rechtbank spreekt verdachte van dit deel van de tenlastelegging vrij.
Zaaksdossier 29 (feiten 2, 4 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting, de diefstal in vereniging en de diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [voorletters] . [slachtoffer 28] , woonachtig aan de [adres 26] in Arnhem , heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op zaterdag 2 december 2023 had ik via de site Bullchat een afspraak gemaakt met een man. Deze man zou om 18:00/18:30 uur bij mij thuiskomen. Om 18:15 uur werd er aangebeld en ik deed open. Ik zag een andere man staan dan met wie ik een afspraak had gemaakt. Deze man gaf aan van de politie te zijn en toonde mij zijn politiebadge die hij aan de binnenkant van zijn jas had zitten. Ik zag dat er een foto op zat en ik zag het woord Politie gedrukt staan. Hij liet mij het snel zien en de man begon mij gelijk te ondervragen. Hij gaf aan dat hij slecht nieuws had want de man met wie ik een afspraak had gemaakt werd door de politie gezocht vanwege criminele activiteiten. Het had te maken met handel in kinderporno. De man met wie ik een afspraak had was inmiddels al aangehouden.
De man die zich voorstelde als politieagent stapte gelijk langs mij heen de woning in.
De man gaf aan dat mijn computer en mijn telefoon onderzocht moesten worden. Dat kan ter plekke door hem gedaan worden of ik kon mee naar het bureau dan zou alles in beslag genomen worden. (…) De man ging achter mijn laptop zitten en wilde ook mijn telefoon hebben nadat hij even in mijn laptop had gekeken. Hij gaf aan dat er sporen van kinderporno waren aangetroffen en dat hij daarom ook mijn telefoon wilde.
Hij heeft niet lang achter mijn laptop gezeten want hij stuurde alles door naar het bureau, zei hij, zodat de collega’s op het bureau daar verder mee aan de slag konden.
Hij vroeg of ik contant geld had want ik werd ook verdacht van witwassen en de serienummers moesten gecheckt worden. Ik had 2 briefjes van 50 en 1 van 20 die ik hem gegeven heb. Aangezien ik toch mee naar het bureau moest kreeg ik het geld weer terug en moest ik het weer in mijn portemonnee stoppen. De man gaf aan dat ik met hem kon lopen en er zou een onopvallende politieauto ons oppikken om mij naar het bureau in Arnhem -Zuid te brengen waar de afdeling Zeden zou zitten.
Ik moest mijn portemonnee en sleutels meenemen, mijn telefoon had de man al in beslag genomen.
We zijn gaan lopen vanaf [plaats] naar Arnhem -Zuid. De politieauto kwam maar niet, (…)
Op een gegeven moment waren we voorbij de fietsbrug bij het Gelredome toen de man zei dat hij slecht nieuws had gekregen via zijn telefoon. Er waren beelden gevonden op mijn telefoon en laptop en ik werd gearresteerd. Ik moest mijn portemonnee en sleutels afgeven. Ook moest ik de eerste 2 cijfers van mijn pincode zeggen om de geldstromen te onderzoeken, daarna had hij ook de laatste 2 cijfers nodig. Ook moest ik de pincode van mijn Visa card geven. (…)
We stonden op een pleintje met een kunstbeeld. Hier liet de man mij even alleen om bij het politiebureau naar binnen te gaan, zo zei de man. De man bleef niet heel lang weg en toen hij terug kwam nam de man mij mee naar een andere stille plek. Ik moest van de man met de SNS bellen en tegen de SNS medewerker zeggen wat mij opgedragen werd door de man. Ik moest bevestigen dat ik 1000 euro op wilde nemen en dat er geen sprake was van fraude. (…) De man liet mij kort hierop weer alleen om na een paar minuten weer terug te komen. Ik kreeg toen goed nieuws van de man want ik bleek toch niets met de kinderporno te maken te hebben. Ik kreeg mijn portemonnee, sleutels en telefoon weer terug.
De man gaf aan dat hij de 120 euro uit de portemonnee had gehaald vanwege het onderzoek maar die zou ik snel weer terugkrijgen. Verder zaten alle pasjes in mijn portemonnee.
(…)
Toen ik thuis kwam zag ik dat er 1000,- euro was opgenomen van mijn betaalrekening (…), bij de geldautomaat op [plaats] op 02-12-23 om 20:56 uur.
(…) Ook is er 2 maal 400 euro gepind met de Bijenkorf Card, hiervan heb ik nog geen overzichten gekregen. De Bijenkorf card heet tegenwoordig ook anders, het is nu een gewone creditcard geworden.
Ik kan de man als volgt omschrijven:
- Man met iets getinte huidskleur, ik denk van Turkse afkomst
- Ik schat hem tussen de 30 en 40 jaar
- Hij was rond de 1.75 meter lang en had een iets gezet postuur maar zeker niet dik
- Hij had zwart haar, best een gedekt kapsel met wat slag.
- Hij droeg een zwart jack en een zwarte broek.
- Sprak Nederlands
Men heeft dus 1000,-- gepind met mijn SNS bankpas, men heet 2 x 400 euro opgenomen met de creditcard (voormalig Bijenkorf card) en men heeft de 120 euro weggenomen uit mijn portemonnee. In het totaal is er 1920 euro weggenomen. [86]
De politie heeft de camerabeelden van het pinnen aan [plaats] in Arnhem beschreven en het uiterlijk van de pinner vergeleken met het uiterlijk van verdachte:
“Beschrijving beelden
Ik zag een persoon aan komen lopen naar de pinautomaat toe. De persoon had in zijn rechterhand een pinpas en deed deze in de pinautomaat. De pinner pinde drie keer. Er kwam drie keer geld uit de automaat en stopte dit in zijn linker broek of jaszak. Dit was niet goed te zien.
Omschrijving signalement
Het gezicht van de persoon was niet goed zichtbaar. Het gehele gezicht was bedekt. Alleen zijn ogen zijn zichtbaar.
Ik kan de persoon als volgt omschrijven:
- Donkere ogen
- Gezet postuur/bollende buik
- Donker blauwe trui (alleen de mouwen zijn zichtbaar)
- Zwarte bodywarmer
- Zwarte muts met rechts een kleine label licht gekleurd.
- Zwarte sjaal over zijn gezicht
- Donkere broek
- Zwarte sportschoenen
(…)
Vergelijking [verdachte]
De donkere ogen en het gezette postuur, de bollende buik (…) komen overeen met [verdachte] .” [87]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er (enkele uren voor het pleegtijdstip van de ten laste gelegde feiten, zo constateert de rechtbank) was gezocht op de volgende term(en):
- [adres 27] . [88]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte [slachtoffer 28] heeft opgelicht. Verdachte heeft via Bullchat contact gezocht met [slachtoffer 28] en bij hem thuis afgesproken in Arnhem . Verdachte heeft zich (vervolgens) toen hij bij [slachtoffer 28] voor de deur stond voorgedaan als agent en is de woning van [slachtoffer 28] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek naar witwassen heeft verdachte [slachtoffer 28] verzocht om zijn pincode van zijn pinpas en creditcard te geven. Ook moest [slachtoffer 28] naar zijn bank bellen. Hierdoor werd [slachtoffer 28] bewogen tot de afgifte van zijn passen met bijbehorende pincodes. Bij [slachtoffer 28] is 120 euro contant geld weggenomen. Ook is 1800 euro van zijn rekening opgenomen.
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 28] aangetroffen. Het signalement van de man in de woning van [slachtoffer 28] komt overeen met het signalement van de pinner. In dit verband benadrukt de rechtbank dat enkelvoudige herkenning en het koppelen van een persoon aan een signalement met terughoudendheid moet worden toegepast, gelet op de zwakke bewijskracht van beide elementen. De genoemde feiten en omstandigheden zijn in onderlinge samenhang bezien echter voldoende redengevend voor het bewijs. Het kan naar het oordeel van de rechtbank niet anders dan dat verdachte in de woning van [slachtoffer 28] is geweest en het geldbedrag heeft gepind.
In dat verband merkt de rechtbank op dat op basis van de bewijsmiddelen niet kan worden vastgesteld dat verdachte samen met een ander heeft gehandeld. De rechtbank zal verdachte in dit zaaksdossier ten aanzien van feiten 2, 4 en 5 vrijspreken van het ten laste gelegde medeplegen.
Conclusie
De rechtbank acht de oplichting, de diefstal van 120 euro en de diefstal van 1800 euro door middel van een valse sleutel wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 30 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 29] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op zaterdag 18 november 2023 omstreeks 20:00 uur werd ik benaderend op "Bullchat" door manspersoon (…) Bullchat" is een platform voor met name homoseksuele mannen met betrekking tot het daten.
(…)
Ik kan deze manspersoon als volgt beschrijven:
- Manspersoon;
- Blanke huidskleur;
- Ongeveer 30 jaar oud;
- Stoppelbaard;
- Snor;
- Donker kort haar;
- Naam waarmee de manspersoon zich voorstelde was: [naam 6] .
De manspersoon stelde mij ook de volgende vraag:
- De manspersoon vroeg of ik camera’s rondom de woning had.
Aan het einde van het gesprek, dit was ongeveer 23:30 uur diezelfde dag, hebben wij samen een afspraak gemaakt dat de manspersoon morgen, zondag 19 november langs zou komen. De afspraak was bij mij thuis (…) De afspraak was gepland tussen 17:00 en 18:00 uur.
Op zondag 19 november 2023 (…) omstreeks 17:30 uur, werd er bij aangebeld. Ik zag direct dat het niet de manspersoon was waarmee ik had afgesproken.
Ik deed vervolgens mijn voordeur open en zag de volgende manspersoon staan:
- Turkse afkomst;
- donker kort haar;
- bruine ogen;
- ongeschoren;
- ongeveer 35 jaar oud;
- zwarte / grijze heuptas, lijkend op Louis Vuitton;
- blauwe joggingsbroek, zwarte glimmende bodywarmer, donkere trui, vest of t-shirt.
Tevens zag ik direct dat deze persoon zich legitimeerde met een politiepas. Ik zag dat er een foto aanwezig was, lijkend op de persoon die hierboven beschreven staat. Ik zag dat er politie op stond. Ik zag ook dat er het volgende stond: "Rotterdam en omstreken". (…) Vervolgens heb ik de manspersoon binnen gelaten en vertelde deze manspersoon mij het volgende: "Wij hebben de gespreken gelezen die u heeft gevoerd met de persoon op “Bullchat”. Ik ben hier niet alleen, maar met meerdere collega's in burger. De manspersoon waarmee u heeft afgesproken heeft foute bedoelingen. Wij zijn hier nu om deze persoon aan te houden voordat hij bij u binnenkomt".
Vervolgens begon de manspersoon over mijn bankrekening. De manspersoon waarmee ik zou hebben afgesproken zou mijn telefoon gehackt hebben en daardoor in mijn bankrekening kunnen en vervolgens geld pinnen. De manspersoon adviseerde mij om mijn limiet op te nemen bij de pinautomaat en het geld morgen weer terug te storen. De manspersoon wilde mij limiet van mijn bankrekening weten. Ik heb daarop mijn bankrekening geopend en mijn mobiele telefoon afgestaan. Ik zag dat de manspersoon mijn limieten wilde zien op de bankrekening. Ik weet zelf dat het 1000 euro betrof. De manspersoon heeft geen veranderingen aangebracht in mijn bankrekening.
Vervolgens zijn de manspersoon en ik samen naar de pinautomaat gelopen. De pinautomaat is gelegen aan de [plaats] te Didam. (…) Aldaar ben ik direct naar de pinautomaat gelopen. Ik zag dat de manspersoon ongeveer 15 meter achter mij ging staan. Ik hoorde de manspersoon het volgende zeggen: "De witte personenauto die daar staat, daar zit een collega van mij in". (…) Ik ben vervolgens 1000 euro gaan pinnen en heb dit direct in mijn broekzak gestopt. Nadat ik gepind had, zag ik dat het bovengenoemde voertuig wegreed in onbekende richting.
(…)
Vervolgens dezelfde route als bovenstaande teruggelopen naar mijn woning. In de woning zag ik stemming veranderde. Ik moest samen met deze manspersoon naar boven, 1e etage. De manspersoon vertelde mij dat er situatie gaande was met een persoon die was aangehouden met een vuurwapen. Ik moest al het gepinde geld afstaan aan de telefoon. Ik zag dat de manspersoon de geldbiljetten verifieerden met zijn mobiele telefoon. De manspersoon heeft drie bankbiljetten geverifieerd. Een van deze biljetten moest normaals worden geverifieerd in bus. Ik zag dat de manspersoon naar beneden liep. Ik zag dat de manspersoon de voordeur opendeed (…) De manspersoon is nooit meer teruggekomen noch mijn geld.” [89]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
- [adres 40] . [90]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 29] heeft opgelicht. Verdachte en/of een ander hebben via Bullchat contact gezocht met [slachtoffer 29] en bij hem afgesproken thuis in Didam. Verdachte heeft zich (vervolgens) toen hij bij [slachtoffer 29] voor de deur stond voorgedaan als agent en is de woning van [slachtoffer 29] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek werd [slachtoffer 29] verzocht om 1000 euro te pinnen. Hierdoor is [slachtoffer 29] bewogen tot de afgifte van dit geldbedrag. Gelet op de aangifte, de zoekslag in de telefoon van verdachte en de terugkerende modus operandi, concludeert de rechtbank dat het niet anders kan dan dat het verdachte is geweest die in de woning van [slachtoffer 29] is geweest en hem het geldbedrag heeft laten pinnen.
Nu [slachtoffer 29] het bedrag van 1000 euro als gevolg van de oplichting heeft afgegeven (en het bedrag niet is weggenomen), zal de rechtbank de verdachte vrijspreken van de diefstal in vereniging zoals onder feit 5 ten laste gelegd.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting in vereniging wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 31 (feiten 2 en 5)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging door middel van een valse sleutel.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 30] , woonachtig aan de [adres 28] te Gennep, heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op donderdag 10 augustus 2023 zat op de chatsite Bullchat. Dit is een chatsite voor homo’s. Ik kreeg contact met een man welke zich voorstelde als zijnde [naam 7] . (…) We (…) maakten (…) een date afspraak bij mij thuis. De afspraak stond gepland voor diezelfde avond om 21.00 uur bij mij thuis. (…) Diezelfde dag, omstreeks 21.05 uur ging de deurbel. Ik opende de deur en zag een man staan. (…) De man zei dat hij inderdaad [naam 7] was. Ik liet de man binnen. De man nam plaats op de stoel en ik ging zitten op de bank. De man vroeg aan mij of de overgordijnen dicht konden. Deze deed ik dicht. (…) Hij begon te vertellen dat ‘hij inspecteur was van Red mijn kind en dat hij zei dat ik geld over had gemaakt naar een jongen’. Hij zei dat hij hier onderzoek naar deed, hij zei dat ik het geld over had gemaakt naar deed, hij zei dat ik het geld over had gemaakt naar een jongen van 12 jaar. (…) Hij zei dat hij de vader van het kind bij zich had en of de vader binnen mocht komen. Ik liet dit toe (…) Ik zag dat de man een bericht stuurde naar de zogenoemde vader. Eigenlijk direct nadat de man het bericht had verstuurd ging de deurbel en stond de zogenoemde vader aan de deur. Ik liet de man binnen. De man zei direct ‘het stikt hier van de politie in Gennep.’ (…) De man die als eerste binnenkwam zei dat ik op mijn computer in moest loggen bij de [slachtoffer 36] om aan hem te kunnen tonen dat ik echt geen geld had overgemaakt naar een 12 jarige jongen. Ik heb ingelogd en gaf de man toestemming mijn bankzaken in te zien. De man nam plaats achter de computer en ik zag dat hij aan het scrollen was. (…) Toen de man in mijn bankgegevens aan het bekijken was zei die andere man (de zogenoemde vader) dat hij een poster had gezien en hij wilde boven kijken of er iets verdachts aan de muur hing wat wees op kinderporno. (…) ben ik met die man naar boven gelopen. De man achter de computer had dus even een moment alleen.
Ik ben denk ik ongeveer vijf minuten met die man boven geweest. (…) Toen ik beneden kwam vroeg die man die achter de computer zat waar al mijn geld heen ging. (…) Hij vroeg of ik contant geld had in huis. Ik had een klein potje met ongeveer 60 euro erin, een trouwring en nog een zilveren en gouden ring en gouden ketting. (…) De man achter de computer was nog even op de computer bezig en zei op een gegeven moment letterlijk: ‘ik geloof u maar ik moet uw telefoon hebben omdat ik deze moet scannen in de auto bij mijn collega”. Ik gaf mijn telefoon mee aan de man en omstreeks 21.55 uur liep de man naar buiten. De andere man (de zogenoemde vader) bleef bij mij om toe te zien dat ik van de computer af bleef. (…)
Ongeveer een kwartier later, dit is denk ik omstreeks 22.10 uur, kwam die man terug die met mijn telefoon weg was geweest. Hij zei dat hij mijn telefoon in de bovenste lade van het kastje welke in de gang staat gelegd had en hij zei dat ik mijn computer/laptop daar ook bij moest leggen. Hij zei dat ik daar een uur van af moest blijven omdat dit anders ‘het onderzoek in gevaar kon brengen en zij anders terug kwamen met de politie.’
(…) Ze verlieten de woning omstreeks 22.15 uur. (…) Ik zag dat ik een bericht had gekregen van de [slachtoffer 36] . Ik zag dat mijn limiet was verhoogd. Ik ben direct in gaan loggen op de [slachtoffer 36] en ik zag dat er 100 euro van mijn spaarrekening naar mijn lopende rekening/betaalrekening was overgemaakt en dat er diezelfde dag om 22.07 contant geld was gepind van een totaalbedrag van 1530 euro. Bij de pinautomaat in Gennep op [plaats] bij de [slachtoffer 36] automaat werd dit bedrag opgenomen. (…)
De man waarmee ik de afspraak had gemaakt en die zei dat hij [naam 7] volgt omschrijven:
- licht getinte huidskleur;
- zwart kort haar;
- breed postuur;
- lengte ongeveer 1.70 meter;
- leeftijd in de 40 jaar;
- ongeschoren baardje;
- geen bril;
- geen zichtbare tatoeages of piercings;
- zwart trainingsbroek;
- droeg een donkerkleurig jack;
- zwarte sportschoenen;
- droeg een zwartkleurig heuptasje;
- praatte zonder accent goed Nederlands;
- Marokkaans uiterlijk.
De man die als tweede persoon binnenkwam als zijnde de ‘vader’ kan ik als volgt omschrijven:
- Licht getinte huidskleur
- zwart kort gemillimeterd haar;
- normaal postuur;
- lengte 1.78 meter;
- leeftijd ongeveer 37 jaar;
- ongeschoren baardje;
- geen bril;
- geen zichtbare tatoeages of piercings;
- zwartkleurige joggingspak;
- zwarte sportschoenen;
- droeg een zwartkleurig heuptasje;
- praatte met een accent Nederlands;
- Marokkaans uiterlijk.” [91]
De verbalisant die een proces-verbaal van vergelijking/herkenning heeft opgemaakt naar aanleiding van camerabeelden ten aanzien van diverse andere zaken waarin verdachte heeft verklaard dat hij de pinnende persoon is [92] , zag op deze beelden veelal dezelfde lichaamslengte en hetzelfde postuur: een niet al te grote man met een gemiddeld tot iets stevig postuur, met name stevig ter hoogte van de buik. [93]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er (enkele uren voor het pleegtijdstip van de ten laste gelegde feiten, zo constateert de rechtbank) was gezocht op de volgende term(en):
  • [adres 28] Gennep
  • Arnhem Gennep KM (afstandsberekening in Google).
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 30] heeft opgelicht. Verdachte en/of een ander hebben via Bullchat contact gezocht met [slachtoffer 30] en bij hem thuis afgesproken in Gennep. Verdachte en de ander hebben zich voorgedaan als een inspecteur en een vader van Red mijn kind. Zij zijn de woning van [slachtoffer 30] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek moesten zij toegang krijgen tot de telefoon en/of computer van [slachtoffer 30] . Hierdoor werd [slachtoffer 30] bewogen tot afgifte van deze goederen. Diezelfde dag is er 1530 euro weggenomen van de rekening van [slachtoffer 30] .
De uiterlijke kenmerken van de persoon die als eerste binnenkwam, komen naar het oordeel van de rechtbank overeen met de uiterlijke kenmerken die zijn geverbaliseerd ten aanzien van verdachte in het hierboven genoemde proces-verbaal van bevindingen vergelijking/herkenning camerabeelden. In de telefoon van verdachte is niet alleen – op de dag van het ten laste gelegde, enkele uren voordat de feiten gepleegd werden – naar het adres van [slachtoffer 30] gezocht. Er is ook gezocht naar de afstand van Arnhem naar Gennep (de woonplaats van [slachtoffer 30] ). Mede gelet op de terugkerende modus operandi, concludeert de rechtbank dat het niet anders kan dan dat verdachte een van de mannen in de woning van [slachtoffer 30] is geweest en het geld van de rekening heeft gepind.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting en de diefstal van 1530 euro door middel van een valse sleutel, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 32 (feiten 2 en 4)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot vrijspraak, vanwege het ontbreken van voldoende wettig en overtuigend bewijs.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank spreekt verdachte van deze delendeel van de tenlastelegging vrij. Op basis van het dossier kan niet wettig en overtuigend worden bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan oplichting en diefstallen in vereniging.
Zaaksdossier 33 (feiten 2 en 4)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 32] , woonachtig aan de [adres 29] in Breda, heeft onder meer het volgende verklaard:
“Op zaterdag 17 februari 2024, omstreeks 20.15 uur, werd er bij mij aangebeld aan de voordeur van mijn woning. Ik zag een man staan en ik zag dat hij aan mij een politie legitimatiebewijs liet zien.
Ik zag dat de man er als volgt uit zag:
- Man
- 180 cm lang
- Turks uiterlijk
- Stevig postuur
- Ongeveer 40 jaar oud
- Zwarte wollen muts
- Nylon jack, zwart van kleur
- Sportschoenen, wit van kleur
Ik hoorde hem zeggen dat er vanavond iemand langs kwam en dat dit een oplichter was die ze wilde aanhouden. Dit omdat de man verdacht werd van kinderporno. Ik hoorde hem zeggen dat ik contact heb gehad met een meneer via bullchat en dat die meneer [naam 3] heette (…) Ik zei tegen de man dat er deze avond helemaal niemand langs kwam, omdat ik met niemand had afgesproken. Ik hoorde de man zeggen dat er wel iemand langs kwam en dat zijn collega hem in de gaten hield. Ik hoorde hem vragen of ik contant geld in huis had, want dit kan te maken hebben met kinderporno. (…) Ik hoorde hem zeggen dat hij het geld door een scan automaat zou halen zodat ze konden zien of het te maken had met kinderporno. (…) Ik hoorde hem vragen of ik de gordijnen dicht wilde doen en dit heb ik gedaan. Vervolgens heb ik het geld uit de kleding kast in mijn hal gepakt. Dit was een enveloppe met 3130 euro. De enveloppe met geld lag onder een stapeltje t-shirts in deze kast. (…) Ik heb dit geld aan de man gegeven. Ik heb een aantal keer tegen de man gezegd dat ik het niet vertrouwde. Ik hoorde de man zeggen dat ik zo meteen mee moest naar het politiebureau en dat ik voor nu op de bank moest blijven zitten met de gordijnen dicht. Ik hoorde de deurbel gaan. Ik hoorde dat de man zei dat dit zijn collega was. Ik heb deze man alleen horen smoezen maar niet gezien. Dit was omstreeks 20.25 uur. Ik zag dat de man die binnen in mijn woning stond de enveloppe met geld pakte en dat hij het geld telde, dit deed hij in mijn bijzijn. Ik vroeg of ik zijn politiepasje mocht zien, hij liet dit zien en ik zag ook dat er een watermerk op zijn pasje stond evenals een foto gelijkend op de man. Ik zag dat de man weg ging met de enveloppe. (…) Omstreeks 20.30 uur is de man weg gegaan. Ik heb om 20.45 de politie gebeld omdat ik het echt niet vertrouwde. De schade die ik heb geleden is de door de man afhandig gemaakte 3130 euro.” [95]
De verbalisant die een proces-verbaal van vergelijking/herkenning heeft opgemaakt naar aanleiding van camerabeelden ten aanzien van diverse andere zaken waarin verdachte heeft verklaard dat hij de pinnende persoon is [96] , zag op deze beelden veelal dezelfde lichaamslengte en hetzelfde postuur: een niet al te grote man met een gemiddeld tot iets stevig postuur, met name stevig ter hoogte van de buik. [97]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er was gezocht op de volgende term(en):
- [adres 29] Breda (woning aangever). [98]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 32] heeft opgelicht. Verdachte en de ander hebben zich toen ze bij [slachtoffer 32] voor de deur stonden als agenten voorgedaan en zijn de woning van [slachtoffer 32] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek werd [slachtoffer 32] verzocht om contant geld af te staan omdat dit moest worden gecontroleerd. Hierdoor is [slachtoffer 32] bewogen tot de afgifte van een geldbedrag van 3130 euro.
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 32] aangetroffen. Het in de aangifte genoemde signalement komt overeen met de uiterlijke kenmerken van verdachte die zijn geverbaliseerd in het hierboven genoemde proces-verbaal van bevindingen vergelijking/herkenning camerabeelden. Mede gelet op de terugkerende modus operandi, concludeert de rechtbank dat het niet anders kan dan dat verdachte in de woning van [slachtoffer 32] is geweest.
Nu [slachtoffer 32] het bedrag van 3130 euro als gevolg van de oplichting heeft afgegeven (en het bedrag niet is weggenomen), zal de rechtbank de verdachte vrijspreken van de diefstal in vereniging zoals onder feit 4 ten laste gelegd.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting, in vereniging gepleegd, wettig en overtuigend bewezen.
Zaaksdossier 34 (feiten 2 en 4)
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van oplichting en een diefstal in vereniging.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om integrale vrijspraak, omdat niet kan worden vastgesteld dat het verdachte is geweest die de ten laste gelegde feiten heeft gepleegd.
Beoordeling door de rechtbank
Aangever [slachtoffer 33] heeft onder meer het volgende verklaard:
“Dit heeft plaatsgevonden op dinsdag 28 november 2023 omstreeks 21.00 uur. Ik had contact met een man via de datingsite Bullchat. Ik had iets voor 21.00 uur afgesproken met een man. (…) Omstreeks 21.00 uur werd er bij mij aangebeld. Ik woon op bovenste verdieping van een appartementencomplex aan [adres 41] Zeist, ik woon op huisnummer [huisnummer] . Ik zag een man bij mijn voordeur staan.
Ik kan de man als volgt omschrijven:
- Man;
- ik denk van Turkse komaf;
- ongeveer 170 centimeter lang;
- ongeschoren stoppelbaard;
- schouder tas volgens mij van het merk Gucci;
- legitimeerde zich met een politiepas;
(…) Dit is vanaf nu man één.
Ik hoorde van deze man dat hij van de politie was. Ik zag dat hij mij een politiepas liet zien. (…) Ik hoorde dat hij mij vroeg of ik een afspraak had gemaakt via bullchat. Ik zag dat dit niet de man was die waar ik mee had afgesproken. Ik zei hem dat ik inderdaad een afspraak had gemaakt. Ik hoorde hem zeggen dat de politie mijn date zoekt. Ik hoorde dat ze wisten dat hij naar mijn woning zou komen. Vervolgens hoorde ik dat mijn date gezocht werd wegens kinderporno. Ik hoorde dat de man aan mij vroeg of ik ook in het bezit ben van kinderporno. Ik zei hem dat dit niet het geval was. Ik hoorde dat hij toch mijn telefoon wilde controleren. Toen zag ik een tweede man verschijnen. Ook dit was niet de man met wie ik had afgesproken.
Ik kan deze man als volgt omschrijven:
- Man;
- Ik denk van Marokkaanse komaf;
- Tussen de 180 en de 185 centimeter;
- Slank postuur;
- Trainingspak;
- Legitimeerde zich met een politiepas;
(…) Dit is vanaf nu man twee.
Ik hoorde man twee zeggen dat hij mijn telefoon zou uitlezen. Ik hoorde dat ik nergens meer aan mocht komen. Ik mocht niet meer aan mijn telefoon zitten. Ik hoorde dat gevraagd werd of ik geld had (…) ik heb ze het geld gegeven. Het was ongeveer 580 euro.
Op een zeker moment zag ik dat de Marokkaanse man weg was. Ik weet niet precies wanneer hij is weggelopen. (…) Ik zei dat ik mijn geld terug wilde hebben. Ik hoorde dat ik dit niet mocht hebben. (…) Ik heb toen hard geroepen dat ik werd beroofd. Ik zag dat man één hierbij schrok en wegrende richting de trappen. Ik hoorde van de buren dat beide mannen in een donkere Volkswagen stapte, en wegreden in de richting van de [straatnaam 2] in Zeist.” [99]
[slachtoffer 33] heeft aanvullend verklaard dat hij denkt dat de eerste man ongeveer 35 jaar is en de tweede man ongeveer eind 20. Ook had de eerste man een stoppelbaardje. [100]
De politie heeft de inbeslaggenomen telefoon van [verdachte] onderzocht. Uit de gegevens op de onderzochte telefoon kwam naar voren dat er (enkele uren voor het pleegtijdstip van de ten laste gelegde feiten, zo constateert de rechtbank) was gezocht op de volgende term(en):
- [adres 30] te Zeist. [101]
De rechtbank acht op grond van de voornoemde bewijsmiddelen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte in nauwe en bewuste samenwerking met anderen [slachtoffer 33] heeft opgelicht. Verdachte en/of medeverdachte hebben via Bullchat contact gezocht met [slachtoffer 33] en bij hem thuis afgesproken in Zeist. Verdachte en medeverdachte hebben zich (vervolgens) toen ze bij [slachtoffer 33] voor de deur stonden als agenten voorgedaan en zijn de woning van [slachtoffer 33] binnengegaan. Ten behoeve van het zogenaamde onderzoek wilden zij de telefoon van [slachtoffer 33] controleren. Ook werd aan [slachtoffer 33] gevraagd of hij contant geld had. Hierdoor werd [slachtoffer 33] bewogen tot de afgifte van deze goederen.
In de telefoon van verdachte is het adres van [slachtoffer 33] aangetroffen. Mede gelet op de terugkerende modus operandi, concludeert de rechtbank dat het niet anders kan dan dat verdachte een van de mannen in de woning van [slachtoffer 33] is geweest.
Nu [slachtoffer 33] het bedrag van 580 euro als gevolg van de oplichting heeft afgegeven (en het bedrag niet is weggenomen), zal de rechtbank de verdachte vrijspreken van de diefstal in vereniging zoals onder feit 4 ten laste gelegd.
Conclusie
De rechtbank acht de ten laste gelegde oplichting wettig en overtuigend bewezen. Ten aanzien van feit 4 volgt vrijspraak.
Resumé bewezenverklaring
De rechtbank acht – op grond van de hiervoor genoemde bewijsoverwegingen – de navolgende zaaksdossiers, met de daarbij behorende ten laste gelegde feiten, wettig en overtuigend bewezen:
  • Zaaksdossier 1 (feit 1);
  • Zaaksdossier 2 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 3 (feiten 2, 4 en 5);
  • Zaaksdossier 4 (feit 2);
  • Zaaksdossier 5 (feiten 2, 4 en 5);
  • Zaaksdossier 7 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 8 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 9 (feiten 2, 4 en 5);
  • Zaaksdossier 10 (feiten 2, 4 en 5);
  • Zaaksdossier 11 (feiten 2, 4 en 5);
  • Zaaksdossier 12 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 13 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 15 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 18 (feit 2);
  • Zaaksdossier 19 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 20 (feiten 2, 4 en 5);
  • Zaaksdossier 21 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 22 (feiten 2, 4 en 5);
  • Zaaksdossier 23 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 26 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 29 (feiten 2, 4 en 5);
  • Zaaksdossier 30 (feit 2);
  • Zaaksdossier 31 (feiten 2 en 5);
  • Zaaksdossier 33 (feit 2);
  • Zaaksdossier 34 (feit 2).

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
(Zaaksdossier 1)
hij op 10 januari 2024 te Arnhem , 1000 euro,
in elk geval enig goed, dat/die geheel aan [slachtoffer 1]
, althans aan een ander,toebehoorde, heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, welke diefstal werd
vergezeld en/ofgevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweldtegen die [slachtoffer 1] gepleegd met het oogmerk om
die diefstal gemakkelijk te maken, en/of om,bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf
hetzijde vlucht mogelijk te maken
enhet bezit van het gestolene te verzekeren, door
- bij het verlaten van de woning die [slachtoffer 1] te duwen en/of weg te drukken waardoor die [slachtoffer 1] op de grond is gevallen en/of
- in de lift te worstelen met die [slachtoffer 1] , waardoor die [slachtoffer 1] naar achteren (tegen een leuning) is gevallen
terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heef
tverschaft door middel van een vals kostuum, namelijk door zich ten overstaan van die [slachtoffer 1] voor te doen als iemand van de recherche en
/ofdaarbij een politielegitimatie (althans gelijkend daarop) te tonen;
2.
Hij op
een of meertijdstippen in de periode van 10 augustus 2023 tot en met 22 februari 2024 te Arnhem en Baarn en Bemmel en Beuningen
en Bergen (Limburg)en Berkel en Rodenrijs
en Bilthovenen Breda en Cuijk en Didam en Duiven
en Drunenen Elst en Gennep en Goor en ’s-Hertogenbosch
en Houtenen Krimpen aan den IJssel en
Lisseen [adres 37] en Nijmegen en Oss en Renswoude en Scherpenzeel
en Veldhovenen Zeist, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, meermalen
, althans eenmaalmet het oogmerk om zich en/of ander wederrechtelijk te bevoordelen door het aannemen van een valse naam en valse hoedanigheid en door listige kunstgrepen en door een samenweefsel van verdichtsels, een groot aantal slachtoffers, waaronder,
(Zaaksdossier 2)
op
of omstreeks18 november 2023 te Duiven, [slachtoffer 2] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed
en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode
en/of inlogcodesdoor
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 2] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 2] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 2] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat zij op zoek zijn naar een handlanger van [medeverdachte 1] . en te zeggen dat hij, verdachte en/of zijn mededader mee had/hadden gelezen met de chat via ‘Bullchat’ en zag/zagen dat die [slachtoffer 2] in contact was met deze vermeende handlanger van [medeverdachte 1] . en
- aan die [slachtoffer 2] te vragen om in te loggen op zijn internetbankieren om de kijken of er iets met de rekening van die [slachtoffer 2] was gebeurd en
- ( vervolgens) aan die [slachtoffer 2] te vragen of die [slachtoffer 2] zijn bankpas wilde afstaan (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 2] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 3)
op
of omstreeks27 oktober 2023 te Bemmel, [slachtoffer 3] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van
een of meer bankpas(sen) met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes eneen contant geldbedrag van 3750 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 3] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en
/ofzich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat verdachte en
/ofzijn mededader in de wijk onderzoek doen naar een hacker en die (vermeende) hacker op heterdaad willen aanhouden en
- een formulier aan die [slachtoffer 3] te tonen met de tekst “HUISZOEKINGSBEVEL” en
- tegen die [slachtoffer 3] te zeggen dat de (vermeende) hacker gepakt kon worden als die [slachtoffer 3] zou inloggen op telebankieren en
- in te loggen op de telebankieren van die [slachtoffer 3] en aan de slag te gaan met die passen van [slachtoffer 3] en
- aan die [slachtoffer 3] me
de te delen dat de hacker niet gevonden kan worden en dat het beter is dat die [slachtoffer 3] al zijn geld van zijn rekening kan halen (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek)
- ( vervolgens) met die [slachtoffer 3] naar een pinautomaat te rijden waardoor die [slachtoffer 3] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
(n
);
en
(Zaaksdossier 4)
op
of omstreeks15 november 2023 te Lunteren , [slachtoffer 4] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode
en/of inlogcodesen een contant geldbedrag van 50 euro door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 4] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 4] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 4] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat er problemen waren met de bank en dat mensen 1200,00 euro van de rekening van die [slachtoffer 4] probeerde te halen en dat die [slachtoffer 4] zijn pas moest deblokkeren en
- die [slachtoffer 4] te verzoeken contact geld en zijn bankpas in een envelop te stoppen en daarbij zijn pincode op te schrijven (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 4] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 5)
op
of omstreeks20 november 2023 te Goor, [slachtoffer 5] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte een bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en randomreader en rekeningafschriften door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 5] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 5] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 5] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende)
politiepas en
- mee te delen dat zij, verdachten, onderzoek doen naar criminele geldstromen en dat de bankrekening van die [slachtoffer 5] daarbij betrokken is en zij de rekeningafschriften moesten zien en
-mee te delen dat die [slachtoffer 5] meest moest werken en dat ze zaken in beslag zou nemen en een huiszoeking zouden doen en
- die [slachtoffer 5] te laten inloggen op zijn internetbankieren en zijn opnamelimiet te (laten) verhogen en die [slachtoffer 5] daartoe de bank te laten bellen en
- die [slachtoffer 5] mede te delen dat zijn geld veilig gesteld moest worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 5] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 6)
op of omstreeks 15 januari 2024 te Arnhem , [slachtoffer 6] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een of meer bankpas(sen) met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
-op het adres van die [slachtoffer 6] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat een 14 jarige jongen was gekidnapt en dat hij, verdachte, de bankrekening van die [slachtoffer 6] moest controleren omdat er losgeld betaald zou zijn en
- (vervolgens) in te loggen op de internetbankieren van die [slachtoffer 6] en
- die [slachtoffer 6] mede te delen dat zijn bankpassen mee moesten (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 6] werd bewogen tot bovengenoemde afgiften;
en
(Zaaksdossier 7)
op
of omstreeks1 december 2023 te Arnhem , [slachtoffer 7] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed
en het ter beschikking stellen van gegevens,te weten de afgifte een bankpas
en/of met een bij de betreffende rekening horende inlogcodesdoor
- op het adres van die [slachtoffer 7] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat er mensen gescamd waren en dat hij, verdachte, moet kijken of de twee verdachten bij die [slachtoffer 7] binnen zijn en
-hij, verdachte, aan [slachtoffer 7] de pincode van haar pinpas vertelde en
- ( vervolgens) mee te delen dat de bankpas van die [slachtoffer 7] geblokkeerd moest worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 7] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 8)
op
of omstreeksde periode van 16 november 2023 tot en met 17 november 2023 te Nijmegen,
[slachtoffer 8] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed
en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van
een of meerbankpas
(sen
)en een creditcard met bijbehorende pincode(s)
en/of inlogcodesdoor
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 8] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 8] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 8] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat die [slachtoffer 8] kinderporno op zijn computer zou hebben en dat zij, verdachten, dit moesten controleren op de computer van die [slachtoffer 8] en
- mede te delen dat de pinpassen en creditcard (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) moesten worden gecontroleerd en dat als [slachtoffer 8] het onderzoek zou hinderen die [slachtoffer 8] mee moest naar het politiebureau waardoor die [slachtoffer 8] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 9)
op
of omstreeksde periode van 8 november 2023 tot en met en 9 november 2023 te Lisse,
[slachtoffer 9] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode
en/of inlogcodesen een contant geldbedrag van 100 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 9] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat die [slachtoffer 9] kinderporno op zijn computer zou hebben en dat als die [slachtoffer 9] niet zou meewerken zij, verdachten, die [slachtoffer 9] zouden mee nemen en
- geld en een
of meerpinpas
(sen)uit de portemonnee van [slachtoffer 9] te halen en
- de pincode van die [slachtoffer 9] te vragen waardoor die [slachtoffer 9] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 10)
op
of omstreeksde periode van 28 oktober 2023 tot en met 29 oktober 2023 te Elst,
[voorletters] . [slachtoffer 10] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed
en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een jas, sjaal en pet en een bankpas met bijbehorende pincode
en/of inlogcodesen een contant geldbedrag van 1800 euro door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 10] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 10] had gemaakt op het adres van die Van [slachtoffer 10] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een
(goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 10] had afgesproken was opgepakt en dat die [slachtoffer 10] kinderporno op zijn computer zou hebben en dat zij, verdachten, dit moesten controleren op de tablet van die [slachtoffer 10] en
- aan die [slachtoffer 10] te vragen of hij contant geld in huis had en (vervolgens) dat een contant geldbedrag en kledingstukken meegenomen moesten (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 10] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 11)
op
of omstreeks4 november 2023 te Nijmegen, [slachtoffer 11] heeft bewogen tot
de afgifte van enig goed enhet ter beschikking stellen van gegevens, te weten
de afgifte van een bankpas met bijbehorendepincode
en/of inlogcodesdoor
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die
[slachtoffer 11]via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 10] had gemaakt op het adres van die
[slachtoffer 11]aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een
(goedgelijkende) politiebadge en
- mee te delen dat moest worden gecontroleerd of er met de computer van die [slachtoffer 11] was gezocht op kinderporno en
/ofdat iemand die [slachtoffer 11] wilde vermoorden en
- ( vervolgens) die [slachtoffer 11] hebben laten inloggen op de internetbankieren van die [slachtoffer 11] en
- zeiden dat er iets moest worden uitgezocht met zijn computer waardoor die [slachtoffer 11] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
/of
(Zaaksdossier 12)
op
of omstreeks16 september 2024 te Beuningen, [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 13] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een mondkapje en pet en bankpas met bijbehorende pincode en/of inlogcodes en een contant geldbedrag van 370 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 12] en
/ofdie [slachtoffer 13] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat ze, verdachten, die [slachtoffer 12] willen spreken over zijn activiteiten op Bullchat en dat die [slachtoffer 12] verdacht wordt van kinderporno en dat ze inzage willen in de computer van die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] en dat ze inzage willen hebben in de bankgegevens van die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] en
- die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] te laten inloggen in zijn computer en bankaccount en
- die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] gevraagd te hebben of hij contant geld heeft
waardoor die [slachtoffer 12] en/of die [slachtoffer 13] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 13)
op
of omstreeksde periode van 6 september 2023 tot en met 7 september 2023 te Oss,
[voorletters] [slachtoffer 14] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen
van gegevens, te weten de afgifte van mutsen en (zonne)brillen en een bankpas met bijbehorende pincode en
/ofinlogcodes en een contant geldbedrag van 170 euro door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 14] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 14] had gemaakt (vervolgens) op het adres van die [slachtoffer 14] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
/of
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 14] had afgesproken verdacht werd van kinderporno en dat zij, verdachten, dingen moesten nakijken en
- aan die [slachtoffer 14] te vragen om zijn iPad en
/oflaptop te ontgrendelen en
- aan die [slachtoffer 14] zijn pinpas
(sen
)en bijbehorende pincodes te vragen en
- aan die [slachtoffer 14] te vragen of die [slachtoffer 14] mutsen en
/ofzonnebrillen en
/ofgeld in huis had en
/ofdat zij, verdachten, voornoemde goederen moesten meenemen (ten behoeve van het
zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 14] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 15)
op
of omstreeks12 februari 2024 te Scherpenzeel, [slachtoffer 15] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een telefoon en een of meer passen en een bankpas met bijbehorende pincode en
/ofinlogcodes en een contant geldbedrag van 120 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 15] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat hij, verdachte, onderzoek deed naar kinderporno en naar de website Bullchat.com en dat hij, verdachte, de financiële gegevens en telefoon en computer van die [slachtoffer 15] wilde bekijken en
- aan die [slachtoffer 15] te vragen om zijn bankapp te openen en te vragen naar zijn pincode en contant geld en
-en die [slachtoffer 15] mede te delen dat de telefoon (met pasjes) en pinpas en telefoon meegenomen moesten worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 15] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 17)
op of omstreeks 14 februari 2024 te Drunen, [slachtoffer 16] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een telefoon en een of meer bankpas(sen) met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes en creditcard
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 16] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 16] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 16] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 16] had afgesproken is aangehouden wegens kinderporno en dat hij, verdachte, moest onderzoeken of die [slachtoffer 16] zich niet bezighield met kinderporno en
- (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) de bankpas(sen) en (bijbehorende) pincodes en telefoon van die [slachtoffer 16] te vragen waardoor die [slachtoffer 16] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 18)
op
of omstreeks19 februari 2024 te Baarn, [slachtoffer 17] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte
van een telefoon eneen of meer bankpas(sen) met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
- op het adres van die [slachtoffer 17] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- aan die [slachtoffer 17] mee te delen dat zij, verdachten, van een eenheid is die zich bezighouden met een oplichtersbende en
- die [slachtoffer 17] (ten behoeven van het zogenaamde onderzoek) in te laten loggen in zijn bankgegevens en
- handelingen te verrichten op de laptop van die [slachtoffer 17] en
- de bankpas(sen) van die [slachtoffer 17] mee te nemen (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 17] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 19)
op
of omstreeks13 februari 2024 te
Nieuwegein, [slachtoffer 18] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een telefoon en een bankpas met bijbehorende pincode
en/of inlogcodesen een contant geldbedrag van
50 euro door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 18] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die Van [slachtoffer 18] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 18] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 18] had afgesproken betrokken zou zijn bij een onderzoek naar kinderporno en
- tegen die [slachtoffer 18] te zeggen dat die [slachtoffer 18] mee moet werken, anders zou er een huiszoeking komen en zou die [slachtoffer 18] mee moeten naar het bureau en
- tegen die [slachtoffer 18] te zeggen dat de bankpas, telefoon en contant geld van die [slachtoffer 18] meegenomen moest worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 18] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 20)
op ofomstreeks 18 februari 2024 te ’s-Hertogenbosch, [slachtoffer 19] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een telefoon en een bankpas met bijbehorende pincode
en/of inlogcodesen een contant geldbedrag van 1500 euro door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 19] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 19] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 19] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en
/ofzich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat die [slachtoffer 19] op Bullchat.com deelnam aan een chat van een criminele organisatie met betrekking tot kinderporno en
- tegen die [slachtoffer 19] te zeggen dat de bankpas, telefoon en contant geld van die [slachtoffer 19] meegenomen moest worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 19] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 21)
op
of omstreeks22 februari 2024 te Cuijk, [slachtoffer 20] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed
en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een jas en telefoon en een of meer bankpassen
met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodesdoor
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 20] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 20] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 20] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 20] had afgesproken verdacht werd van kinderporno en
- die [slachtoffer 20] te laten inloggen op zijn bank en
- handelingen te verrichten op de computer van die [slachtoffer 20] en
- ( ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) die [slachtoffer 20] mede te delen die bankpassen en de jas en telefoon van die [slachtoffer 20] meegenomen moesten worden waardoor die [slachtoffer 20] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 22)
op
of omstreeks16 december 2023 te Arnhem , [slachtoffer 21] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een of meer bankpassen met bijbehorende pincode
(s
) en/of inlogcodesdoor
door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 21] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 21] had gemaakt op het adres van die
[slachtoffer 21]aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 21] had afgesproken kwade bedoelingen had en op heterdaad zou worden gearresteerd in de woning van die [slachtoffer 21] en
- ( ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) de pinpassen en bijbehorende codes van die [slachtoffer 21] te vragen en waardoor die [slachtoffer 21] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 23)
op
of omstreeks7 november 2023 te Berkel en Rodenrijs, [slachtoffer 22] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas met bijbehorende pincode
en/of inlogcodesdoor
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 5] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 5] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 5] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en zich te legitimeren met een (goedgelijkende)
politiepas en
- mede te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 5] had afgesproken was opgepakt en dat zij, verdachten, in de laptop van die [slachtoffer 5] moesten kijken in verband met kinderporno en
- die [slachtoffer 5] te laten inloggen op zijn bankaccount en
/ofdie [slachtoffer 5] naar zijn bank te laten bellen om een overboeking van gelden te doen en
- mee te delen dat zij, verdachten, geld gingen pinnen en die [slachtoffer 5] dit de volgende dag terug zou krijgen en waardoor die [slachtoffer 5] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 24)
op of omstreeks 25 januari 2024 te Bilthoven, [slachtoffer 23] (geboren 8 juni 1952)
heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een mobiele telefoon en of meer bankpassen met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
- op het adres van die [slachtoffer 23] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat zij, verdachten, net iemand hadden aangehouden en er iets niet klopte met een ‘Tikkie’ en zij, verdachten, op die manier waren uitgekomen bij die [slachtoffer 23] en
- tegen die [slachtoffer 23] te zeggen dat die [slachtoffer 23] mee moet werken, anders zou die [slachtoffer 23] mee moeten naar het bureau en
- die [slachtoffer 23] te laten inloggen op zijn bankrekening(en) en die [slachtoffer 23] 1080 euro, althans enig geldbedrag te laten overboeken en

-mede te delen tegen die [slachtoffer 23] dat (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) de pinpas(sen) met bijbehorende codes en mobiele telefoon meegegeven dienden te worden waardoor die [slachtoffer 23] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;

en
(Zaaksdossier 25)
op of omstreeks 9 september 2023 te Bergen (Limburg), [slachtoffer 24] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een ringdeurbelcamera en kledingstukken en twee mobiele telefoons en een of meer bankpassen met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
- op het adres van die [slachtoffer 24] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- die [slachtoffer 24] te verzoeken de ringdeurbelcamera te verwijderen en
- de limiet van de bankrekening te verhogen en geld over te boeken van de spaarrekening van die [slachtoffer 24] en
- met die [slachtoffer 24] naar boven te lopen om contant uit de geldkist van die [slachtoffer 24] te tellen en
- die [slachtoffer 24] om een trui met capuchon en een pet te vragen en
- mee te delen dat het geld moest worden nagekeken (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 24] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 26)
op
of omstreeks17 september 2023 te Krimpen aan den IJssel, [slachtoffer 25] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een
(zonne
)bril en een of meer bankpassen met bijbehorende pincode
(s
)en
/ofinlogcodes en een
creditcard door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 25] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 25] had gemaakt en op het adres van die [slachtoffer 25] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- die [slachtoffer 25] mede te delen dat zij, verdachten, bezig zijn met een onderzoek naar kinderporno en dat zij, verdachten, de computer van die [slachtoffer 25] moeten nakijken en
- ( ten behoeven van het zogenaamde onderzoek) [slachtoffer 25] te vragen naar zijn bankpas(sen) en/of (bijbehorende) pincodes en
(zonne
)bril waardoor die [slachtoffer 25] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 27)
op of omstreeks de periode van 22 augustus 2023 tot en met 23 augustus 2023 te Veldhoven,
[slachtoffer 26] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas en creditcard met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 26] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 26] had gemaakt en op het adres van die [slachtoffer 26] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat zij, verdachten, bezig zijn met een onderzoek naar kinderporno en de man waarmee die [slachtoffer 26] een afspraak had zou zijn aangehouden voor bezit kinderporno en
- de laptop en telefoon en tablet en (bank)passen van die [slachtoffer 26] onderzocht moeten worden

waardoor die [slachtoffer 26] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;

en
(Zaaksdossier 28)
op of omstreeks 19 februari 2024 te Houten, [slachtoffer 27] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een mobiele telefoon en of meer bankpas(sen) en creditcard met bijbehorende pincode(s) en/of inlogcodes door
- op het adres van die [slachtoffer 27] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)ren en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mede te delen dat die [slachtoffer 27] verdacht werd van een fraudemisdrijf en
- die [slachtoffer 27] te laten inloggen op zijn bankieren app en

-(ten behoeven van het zogenaamde onderzoek) de telefoon moest worden uitgelezen en onderzoek gedaan moest worden naar de rekeningen en passen waardoor die [slachtoffer 27] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;

en
(Zaaksdossier 29)
op
of omstreeks2 december 2023 te Arnhem , [voorletters] . [slachtoffer 28] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een bankpas
(sen
)en creditcard met bijbehorende pincode
(s
)en
/ofinlogcodes en een contant geldbedrag door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 28] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 28] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 28] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 28] een afspraak had verdacht werd van handel in kinderporno en
- de laptop en telefoon en rekeningen van die [slachtoffer 28] te onderzoeken en
- die [slachtoffer 28] om contant geld te vragen omdat die [slachtoffer 28] zou worden verdacht van witwassen en
- tegen die [slachtoffer 28] te zeggen dat die [slachtoffer 28] (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) zijn pincode van de pas(sen) moest geven en die [slachtoffer 28] naar diens bank te laten bellen waardoor die [slachtoffer 28] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
en
(Zaaksdossier 30)
op in
of omstreeksde periode van 18 november 2023 tot en met 19 november 2023 te Didam,
[slachtoffer 29] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van een
contant geldbedrag van 1000 euro door
-nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 29] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 29] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 29] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende)
politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 29] zou hebben afgesproken foute bedoelingen zou hebben en
- mee te delen dat die man waarmee die [slachtoffer 29] had afgesproken de telefoon van die [slachtoffer 29] zou hebben gehackt en geld zou kunnen pinnen en
- met die [slachtoffer 29] naar de pinautomaat te lopen en
/ofdie [slachtoffer 29] 1000 euro te laten pinnen en mede te dele
ndat de persoon met wie [slachtoffer 29] had afgesproken is aangehouden en (vervolgens) mede te delen dat er een situatie was met een persoon met een vuurwapen waardoor die [slachtoffer 29] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 31)
op
of omstreeks10 augustus 2023 te Gennep, [slachtoffer 30] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een
bankpas met bijbehorendepincode en/of inlogcodes van de bankrekening van die [slachtoffer 30] door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 30] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 30] had gemaakt aan te bellen op het adres van die [slachtoffer 30] en zich voor te doen als inspecteur van ‘Red mijn kind’ en
- mede te delen dat die [slachtoffer 30] geld zou hebben overgemaakt naar een 12-jarige jongen en dat hij, verdachte of zijn mededader, hier onderzoek naar deed
- mee te delen dat de vader van voornoemde jongen ook mee is en er (vervolgens) een tweede man binnenkwam in de woning van die [slachtoffer 30] en
- verdachte of zijn mededader (vervolgens) die [slachtoffer 30] mede deelde toegang nodig te hebben tot de computer en/of telefoon van die [slachtoffer 30] waardoor die de [slachtoffer 30] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 32)
op of omstreeks 29 december 2023 te Arnhem , [slachtoffer 31] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van een contant geldbedrag van 300 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 31] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en/of zich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat hij, verdachte, wil controleren of er inbrekers in de woning van die [slachtoffer 31] zijn en
- die [slachtoffer 31] mede te delen dat contant geld van die [slachtoffer 31] gefotografeerd diende te worden (ten behoeve van het zogenaamde onderzoek) waardoor die [slachtoffer 31] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 33)
op
of omstreeks17 februari 2024 te Breda, [slachtoffer 32] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, te weten de afgifte van een contant geldbedrag van 3130 euro door
- op het adres van die [slachtoffer 32] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtenaar en
/ofzich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- aan die [slachtoffer 32] te vragen of die [slachtoffer 32] contant geld in huis had en dat dit geld door de scanautomaat gehaald moet worden om te onderzoeken of dit geld afkomstig is van kinderporno
waardoor die [slachtoffer 32] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte;
en
(Zaaksdossier 34)
op
of omstreeks28 november 2023 te Zeist, [slachtoffer 33] heeft bewogen tot de afgifte van enig goed
en het ter beschikking stellen van gegevens, te weten de afgifte van een mobiele telefoon en een contant geldbedrag van 580 euro door
- nadat hij, verdachte of zijn mededader contact heeft gezocht met die [slachtoffer 33] via ‘Bullchat’ en een afspraak met die [slachtoffer 33] had gemaakt op het adres van die [slachtoffer 33] aan te bellen en zich voor te doen als politieambtena(a)r(en) en
/ofzich te legitimeren met een (goedgelijkende) politiepas en
- mee te delen dat de man waarmee die [slachtoffer 33] had afgesproken verdacht werd van kinderporno en
- tegen die [slachtoffer 33] te zeggen dat zij, verdachten (ten behoeve van het zogenoemde onderzoek) de telefoon van die [slachtoffer 33] moeten controleren
- die [slachtoffer 33] te vragen of hij contant geld had waardoor die [slachtoffer 33] werd bewogen tot bovengenoemde afgifte
n;
4.
Hij op
een of meertijdstippen in de periode van 6 september 2023 tot en met 22 februari 2024 te Arnhem
en Baarnen Bemmel
en Beuningenen Bergen (Limburg)
en Berkel en Rodenrijs en Bilthoven en Breda en Cuijk en Didam en Duiven en Drunenen Elst
en Gennepen Goor en ’s-Hertogenbosch
en Houten en Krimpen aan den IJsselen
Lisseen [adres 37] en Nijmegen
en Oss en Renswoude en Scherpenzeel en Veldhoven en Zeist, althans in Nederland,tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meer devices en/of
sieradenen/of kledingstukken en/of pas(sen) en/of contante geldbedragen, althans enig goed, waaronder
(Zaaksdossier 3)
een iPad en
/ofIphone en
/ofeen creditcard en
/of 3750 euro, althans contant gelden
/ofeen pet (weggenomen op 27 oktober te Bemmel en toebehorende aan [slachtoffer 3] )
(Zaaksdossier 4)
50 euro
, althans contant geld(weggenomen op 15 november 2023 te Lunteren en toebehorende aan [slachtoffer 4] )
Zaaksdossier 5
een ofmeerdere edelstenen (ter waarde van
ongeveer5935,00 euro) en
/ofeen jas
en/of een zilverbaar(weggenomen op 20 november 2023 te Goor en toebehorende aan [slachtoffer 5] )
(Zaaksdossier 9)
een Ipad en
/ofIphone en
/of100 euro, althans contant geld en
/ofeen jas (weggenomen op 8 november 2023 te Lisse en toebehorende aan [slachtoffer 9] )
(Zaaksdossier 10)
een mobiele telefoon, merk Nokia
en/of 1800 euro, althans contant geld en/of een jas en/of sjaal en/of pet(weggenomen tussen 28 oktober 2023 en 29 oktober 2023 te Elst en toebehorende aan [voorletters] . [slachtoffer 10] )
(Zaaksdossier 11)
Een computermuis en
/ofjas (weggenomen op 4 november 2023 te Nijmegen en toebehorende aan [slachtoffer 11] )
(Zaaksdossier 12)
370 euro, althans contant geld en/of een mondkapje en/of een pet en/of zonnebril (weggenomen op 16 september 2023 te Beuningen en toebehorende aan [slachtoffer 12] en/of [slachtoffer 13] )
(Zaaksdossier 13)
170 euro, althans contant geld en/of mutsen en/of (zonne)brillen (weggenomen tussen 6 september 2023 en 7 september 2023 te Oss en toebehorende aan [voorletters] [slachtoffer 14] )
(Zaaksdossier 15)
120 euro, althans contant geld en/of een telefoon en/of een kentekenbewijs en/of een ANWB pas en/of een rijbewijs (weggenomen op 12 februari 2023 te Scherpenzeel en toebehorende aan [slachtoffer 15] )
(Zaaksdossier 17)
Een mobiele telefoon, type Samsung S23 Ultra (weggenomen op 14 februari 2024 te Drunen en toebehorende aan [slachtoffer 16] )
(Zaaksdossier 19)

50 euro, althans contant geld en/of een telefoon, type Samsung A4 en/of een toegangspas (weggenomen op 13 februari 2024 te Nieuwegein en toebehorende aan [slachtoffer 18] )

(Zaaksdossier 20)
70 euro
, althans contant geld(weggenomen op 18 februari 2024 te ’s-Hertogenbosch en toebehorende aan [slachtoffer 19] )
(Zaaksdossier 21)
Een mobiele telefoon, type Samsung, en/of jas en/of randomreader en/of identifier (weggenomen op 22 februari 2024 te Cuijk en toebehorende aan [slachtoffer 20] )
(Zaaksdossier 22)
Een pasjeshouder met inhoud
, althans meerdere passen(weggenomen op 16 december 2022 te Arnhem en toebehorende aan [slachtoffer 21] )
(Zaaksdossier 24)
Een mobiele telefoon, type A57, (weggenomen op 25 januari 2024 te Bilthoven en toebehorende aan [slachtoffer 23] )
(Zaaksdossier 25)
1000 euro, althans contant geld en/of twee mobiele telefoons, types Samsung en/of een tablet, type Lenovo en/of een ringdeurbelcamera en/of zonnebril en/of een pet en/of een trui (weggenomen op8september 2023 te Bergen (Limburg) en toebehorende aan [slachtoffer 24] )
(Zaaksdossier 26)
Een zonnebril, type Morgan (weggenomen op 17 september 2023 te Krimpen aan den IJssel en toebehorende aan [slachtoffer 25] )
(Zaaksdossier 28)
Een mobiele telefoon, type Samsung S10 en/of kentekenbewijzen en/of identiteitsbewijs en/of rijbewijs en/of (ongeveer) 10 euro, althans contant geld (weggenomen op 19 februari 2023 te Houten en toebehorende aan [slachtoffer 27] )
(Zaaksdossier 29)
120 euro
, althans contant geld(weggenomen op
of omstreeks2 december 2023 te Arnhem en toebehorende aan [voorletters] . [slachtoffer 28] )
(Zaaksdossier 32)
300 euro, althans contant geld (weggenomen op 29 december 2023 te Arnhem en toebehorende aan [slachtoffer 31] )
(Zaaksdossier 33)
3130 euro, althans contant geld (weggenomen op 17 februari 2024 te Breda en toebehorende aan [slachtoffer 32] )
(Zaaksdossier 34)
580 euro, althans contant geld (weggenomen op 28 november 2023 te Zeist en toebehorende aan [slachtoffer 33] )
in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen;
5.
hij op
een of meertijdstippen in de periode van 10 augustus 2023 tot en met 22 februari 2024 te Arnhem
en Baarnen Bemmel en Beuningen en Bergen (Limburg)
en Berkel en Rodenrijs en Bilthoven en Bredaen Cuijk
en Didamen Duiven
en Drunenen Elst en Gennep en Goor
en ’s-Hertogenbosch en Houtenen Krimpen aan den IJssel en
Lisseen Lunterenen Nijmegen en Oss en Renswoude
en Scherpenzeel en Veldhoven en Zeist, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, een of meer geldbedrag(en), waaronder
(Zaaksdossier 2)
-1250 euro (weggenomen op
of omstreeks18 november 2023 te Duiven en toebehorende aan [slachtoffer 2] ) en
(Zaaksdossier 3)
-1250 euro (weggenomen op
of omstreeks27 oktober 2023 te Bemmel en toebehorende aan [slachtoffer 3] ) en
(Zaaksdossier 5)
-5000 euro (weggenomen
op of omstreeks20 november 2023 te Goor en toebehorende aan [slachtoffer 5] ) en
(Zaaksdossier 6)
-3000 euro (weggenomen op of omstreeks 15 januari 2024 te Arnhem en toebehorende aan [slachtoffer 6] ) en
(Zaaksdossier 7)
-1000 euro (weggenomen op
of omstreeks1 december 2023 te Arnhem en toebehorende aan [slachtoffer 7] ) en
(Zaaksdossier 8)
-900 euro (weggenomen op
enomstreeks 16 november 2023 te Nijmegen en toebehorende aan [slachtoffer 35] ) en
(Zaaksdossier 9)
-5000 euro (weggenomen op
of omstreeks8 november 2023 te Lisse en toebehorende aan [slachtoffer 9] ) en
(Zaaksdossier 10)
-1200 euro (weggenomen op
of omstreeks28 oktober 2023 te Elst en toebehorende aan [voorletters] . [slachtoffer 10] ) en
(Zaaksdossier 11)
-5000 euro (weggenomen op
of omstreeks4 november 2023 te Nijmegen en toebehorende aan [slachtoffer 11] ) en
(Zaaksdossier 12)
-5000 euro (weggenomen op
of omstreeks16 september 2023 te Beuningen en toebehorende aan [slachtoffer 12] ) en
-5000 euro (weggenomen op
of omstreeks16 september 2023 en toebehorende aan [slachtoffer 13] ) en
(Zaaksdossier 13)
-5000 euro (weggenomen op
of omstreeks6 september 2023 te Oss en toebehorende aan [voorletters] [slachtoffer 14] ) en
(Zaaksdossier 15)
-1000 euro (weggenomen op
of omstreeks12 februari
2024te Renswoude en toebehorende aan [slachtoffer 15] ) en
(Zaaksdossier 17)
-1150 euro (weggenomen op of omstreeks 14 februari 2024 te Drunen en toebehorende aan [slachtoffer 16] ) en
(Zaaksdossier 19)
-5000 euro (weggenomen op
of omstreeks13 februari 2024 te Nieuwegein en toebehorende aan [slachtoffer 18] ) en
(Zaaksdossier 20)
-500 euro (weggenomen op
of omstreeks18 februari 2024
te ’s-Hertogenboschen toebehorende aan [slachtoffer 19] ) en
(Zaaksdossier 21)
-1250 euro (weggenomen op
of omstreeks22 februari 2024 te Cuijk en toebehorende aan [slachtoffer 20] ) en
(Zaaksdossier 22)
-2000 euro (weggenomen op
of omstreeks16 december 2022 te Arnhem en toebehorende aan [slachtoffer 21] ) en
(Zaaksdossier 23)
-8650 euro (weggenomen op
of omstreeks7 november 2023
te Berkel en Rodenrijsen toebehorende aan [slachtoffer 22] ) en
(Zaaksdossier 24)
-2250 euro (weggenomen op of omstreeks 25 januari 2024 te Bilthoven en toebehorende aan [slachtoffer 23] ) en
(Zaaksdossier 25)
-5000 euro (weggenomen op of omstreeks 9 september 2023 te Bergen (Limburg) en toebehorende aan [slachtoffer 24] ) en
(Zaaksdossier 26)
-5500 euro (weggenomen op
of omstreeks17 september 2023 te Krimpen aan den IJssel en toebehorende aan [slachtoffer 25] ) en
(Zaaksdossier 27)
-3000 euro (weggenomen op of omstreeks 23 augustus 2023 te Veldhoven en toebehorende aan [slachtoffer 26] ) en
(Zaaksdossier 28)
-1400 euro (weggenomen op of omstreeks 19 februari 2023 te Houten en toebehorende aan [slachtoffer 27] ) en
(Zaaksdossier 29)
-1800 euro (weggenomen op
of omstreeks2 december 2023 te Arnhem en toebehorende aan [voorletters] . [slachtoffer 28] ) en
(Zaaksdossier 30)
-1000 euro (weggenomen op of omstreeks 18 november 2023 te Didam en toebehorende aan [slachtoffer 29] )
(Zaaksdossier 31)
-1530 euro (weggenomen op 10 augustus
2023te Gennep en toebehorende aan [slachtoffer 30] )
en/of een of meer andere geldbedragen, in elk geval enig goed,dat/die geheel of ten dele aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s) toebehoorde(n) heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s)
zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft/hebben verschaft en/of dat/die weg te nemen geldbedragen
en/of goed(eren)onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door (
metmiddels oplichting verkregen codes en/of inloggegevens)
- een of meer geldbedragen van een of meer spaarrekening(en) over te boeken naar lopende rekening(en) en/of
- ( vervolgens) (telkens) met (een) (middels oplichting) (even daarvoor ontvreemde) bankpas(sen) en/of creditcard te pinnen bij (verschillende) banken en/of (daarbij) de (middels oplichting) (even daarvoor ontvreemde) pincode(s) en/of inlogcodes te gebruiken, zonder toestemming van voornoemde rechthebbende(n) en/of rekeninghouder(s).
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten in de bewezenverklaring verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
Ten aanzien van feit 1:
diefstal, gevolgd van geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren;
Ten aanzien van feit 2:
oplichting in vereniging, meermalen gepleegd;
Ten aanzien van feit 4:
diefstal door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd;
Ten aanzien van feit 5:
diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van valse sleutels, meermalen gepleegd.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 jaren.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht een straf op te leggen met een groot voorwaardelijk strafdeel met bijzondere voorwaarden, zodat verdachte kan worden geholpen met zijn gokprobleem.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan vele oplichtingen en diefstallen gedurende een lange periode. Verdachte en zijn mededader(s) maakten in veel gevallen via een datingsite (Bullchat) een afspraak met de slachtoffers. Vervolgens zijn de slachtoffers in hun eigen woningen in de avonduren geconfronteerd met de indringende mededeling dat zij contact hadden met iemand die van ernstige misdrijven werd verdacht, dat zij verdacht werden van bezit van kinderporno op hun computer, van witwassen of andere strafbare feiten. Verdachte en zijn mededader(s) deden zich hierbij telkens voor als agenten en benaderden doelbewust oudere slachtoffers, die zich veelal alleen in de woning bevonden. Ze maakten daarbij op slinkse wijze misbruik van kwetsbaarheden van de slachtoffers, waaronder hun leeftijd en fysieke gesteldheid, hun geaardheid, het private karakter van het gelegde contact en hun ontzag voor autoriteiten. Ze kwamen de woningen van de slachtoffers binnen en zetten de slachtoffers op intimiderende en soms dreigende toon onder druk om waardevolle goederen, geld en gegevens af te geven. Daarnaast hebben zij veelvuldig waardevolle goederen en geldbedragen uit de woningen weggenomen en met gestolen pinpassen gepind of zelfs laten pinnen door het slachtoffer. Bij een van de slachtoffers heeft verdachte bovendien geweld gebruikt toen het slachtoffer zich verzette.
Dat verdachte en zijn mededader(s) op deze manier de slachtoffers van hun bezittingen hebben bestolen, typeert de rechtbank als bijzonder laaghartig. Het getuigt van een compleet gebrek aan respect voor de persoonlijke integriteit van anderen, hun veiligheid en hun eigendommen. Verdachte heeft enkel gedacht aan zijn eigen financiële gewin. Slachtoffers van dergelijke feiten ondervinden vaak nog lange tijd de nadelige gevolgen van een gebeurtenis als deze, hetgeen ook is gebleken uit de verschillende verklaringen die de slachtoffers hebben gegeven; slachtoffers beschrijven dat zij na het incident zich niet meer veilig voelen in hun eigen woning en de deur niet meer open durven te doen. De rechtbank tilt er bovendien zwaar aan dat het vertrouwen dat mensen hebben in politieagenten, afneemt door de bewezen verklaarde feiten.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de Pro Justitia-rapportages van gezondheidszorgpsycholoog drs. T. ’t Hoen en psychiater C.J.F. Kemperman, die op verzoek van de verdediging zijn opgesteld. Verdachte heeft geen medewerking verleend aan de rapportages waar het Openbaar Ministerie opdracht toe heeft gegeven. De deskundigen hebben een gokprobleem bij verdachte vastgesteld, die in een antisociale persoonlijkheidsstoornis is ingebed. Dit zou enigszins van invloed zijn geweest op het plegen van de onderhavige feiten. Verdachte had financiële problemen vanwege het gokken en ervaart vanwege de gebrekkige gewetensfunctie beperkt schuld en spijt waardoor de drempel om tot het plegen van de feiten over te gaan, laag was.
De rechtbank heeft acht geslagen op het uittreksel justitiële documentatie d.d. 24 april 2025 van de verdachte, waaruit volgt dat de verdachte eerder met justitie in aanraking is gekomen. Voorafgaand aan de nu bewezen verklaarde feiten is verdachte in 2017 voor het laatst onherroepelijk veroordeeld ter zake van een soortgelijk feit. Deze veroordeling heeft hem er niet van weerhouden om zich opnieuw schuldig te maken aan een (soortgelijk) strafbaar feit. Na 2017 is verdachte overigens nog vele malen veroordeeld, maar deze veroordelingen zijn niet onherroepelijk zodat de rechtbank hiermee niet in strafverzwarende zin rekening zal houden.
Verder heeft de rechtbank kennisgenomen van de reclasseringsrapportages die zijn opgemaakt in onderhavige zaak. De reclassering concludeert: ‘ondanks de inzet van diverse interventies; detentiestraffen, voorwaardelijke veroordelingen met reclasseringstoezicht en ambulante behandeling, taakstraffen en een voorwaardelijke PIJ-maatregel, heeft dit niet tot gedragsverandering geleid en blijft betrokkene recidiveren.’ De reclassering adviseert daarom een straf zonder bijzondere voorwaarden, omdat in verschillende niet-onherroepelijke strafzaken aan verdachte deels voorwaardelijke straffen met bijzondere voorwaarden zijn opgelegd. Er wordt daarom op dit moment geen meerwaarde gezien in een opnieuw op te leggen reclasseringstoezicht.
De rechtbank acht, alles afwegende, een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 7 jaren passend. De tijd die verdachte in voorarrest heeft doorgebracht, zal hierop in mindering worden gebracht. De rechtbank komt tot een lagere straf dan door de officier van justitie gevorderd, omdat zij verdachte van een aantal zaken vrijspreekt. Voor een andere strafmodaliteit of een (gedeeltelijk) voorwaardelijke gevangenisstraf ziet de rechtbank geen ruimte.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat verdachte in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

8.De beoordeling van de civiele vorderingen

Vijfentwintig benadeelde partijen hebben in verband met de feiten een vordering tot schadevergoeding ingediend. De opgevoerde schadeposten betreffen materiële en/of immateriële schade. Zij vorderen nader te noemen bedragen, telkens vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
Standpunten
De officier van justitie heeft zich op de volgende standpunten gesteld:
  • De benadeelde partij [slachtoffer 31] moet niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering, gelet op het feit dat in zijn zaaksdossier tot vrijspraak is gerequireerd.
  • De vorderingen van de volgende benadeelde partijen kunnen in zijn geheel worden toegewezen, zowel materieel als immaterieel: [slachtoffer 1] , [slachtoffer 5] (hoofdelijk met medeverdachte [medeverdachte 2] ), [slachtoffer 7] , [slachtoffer 8] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 14] , [slachtoffer 15] , [slachtoffer 16] , [slachtoffer 18] , [slachtoffer 19] , [slachtoffer 20] , [slachtoffer 21] , [slachtoffer 22] , [slachtoffer 24] , [slachtoffer 26] , [slachtoffer 28] , [slachtoffer 32] , [slachtoffer 33] (hoofdelijk met medeverdachte [medeverdachte 2] ) en [slachtoffer 36] .
  • De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] is toewijsbaar voor een bedrag van € 1.000,00 aan immateriële schade. Voor een bedrag van € 60,48 aan materiële schade dient deze benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
  • De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 6] is toewijsbaar voor een bedrag van € 2.500,00 aan materiële schade. Voor een bedrag van € 500,00 aan materiële schade dient deze benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
  • De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 13] is toewijsbaar voor een bedrag van € 2.500,00 aan materiële schade en € 1.000,00 aan immateriële schade. Voor het overige dient deze benadeelde partij niet-ontvankelijk te worden verklaard in de vordering.
  • De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 25] is in zijn geheel toewijsbaar, inclusief een hoger bedrag aan immateriële schade, namelijk de gevorderde € 2.500,00, nu deze schade uitgebreid (medisch) is onderbouwd.
Alle vorderingen kunnen wat de officier van justitie betreft worden toegewezen met toekenning van de wettelijke rente en hij vordert telkens oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De verdediging heeft zich op de volgende standpunten gesteld:
- De vorderingen van de navolgende benadeelde partijen moeten worden afgewezen dan wel moeten die benadeelde partijen niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering, gelet op de bepleite vrijspraak (voor alle feiten, dan wel voor de oplichting en/of de diefstal), althans moeten die vorderingen worden afgewezen dan wel moeten deze benadeelde partijen niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering voor wat betreft de immateriële schade (voor zover gevorderd), nu geen sprake is van een situatie dat de aard en de ernst van de normschending meebrengen dat de in dit verband relevante nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelden zo voor de hand liggen, dat een aantasting in de persoon kan worden aangenomen, te weten voor de benadeelde partijen:
 [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 5] , [slachtoffer 6] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 8] , [slachtoffer 9] , [slachtoffer 10] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 13] , [slachtoffer 14] , [slachtoffer 15] , [slachtoffer 16] , [slachtoffer 18] , [slachtoffer 19] , [slachtoffer 20] , [slachtoffer 21] , [slachtoffer 22] , [slachtoffer 24] , [slachtoffer 25] , [slachtoffer 26] , [slachtoffer 28] , [slachtoffer 31] , [slachtoffer 32] en [slachtoffer 33] .
  • De vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer 24] en [slachtoffer 25] moeten (meer) subsidiair worden gematigd voor zover het de immateriële schade betreft.
  • De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 36] moet worden afgewezen dan wel moet deze benadeelde partij niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering voor zover het gaat om de posten die zien op de aangifte van de heer [slachtoffer 20] , gelet op de bepleite vrijspraak.
Inhoudelijk heeft de raadsvrouw (voor het overige) geen verweer gevoerd.
Overweging van de rechtbank
Vrijspraken
Nu verdachte is vrijgesproken van de feiten 2 en 5 ten aanzien van de benadeelde partij [slachtoffer 6] (zaaksdossier 6), van de feiten 2, 4 en 5 ten aanzien van de benadeelde partij [slachtoffer 16] (zaaksdossier 17), van de feiten 2, 4 en 5 ten aanzien van de benadeelde partij [slachtoffer 24] (zaaksdossier 25), van de feiten 2 en 5 ten aanzien van de benadeelde partij [slachtoffer 26] (zaaksdossier 27) en van de feiten 2 en 4 ten aanzien van de benadeelde partij [slachtoffer 31] (zaaksdossier 32), zal de rechtbank deze benadeelde partijen niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
Materiële schade
Uit het onderzoek ter terechtzitting is voldoende gebleken dat de (overige) benadeelde partijen als gevolg van het bewezen verklaarde handelen van verdachte rechtstreekse schade hebben geleden. Dit geldt voor de uit de woning weggenomen contante geldbedragen en de met de meegenomen bankpas en pincode gepinde geldbedragen. Dit geldt daarnaast ook voor de door [slachtoffer 36] uitgekeerde schadeloosstellingen aan haar klanten, die hun bankpas en pincode hebben moeten afstaan, waarmee daarna geldbedragen zijn gepind. Al deze schadeposten zijn voldoende onderbouwd, komen redelijk voor en zijn inhoudelijk niet betwist. Voor deze schade is verdachte naar burgerlijk recht aansprakelijk en deze zal de rechtbank dan ook telkens toewijzen.
Voor eventuele overige gevorderde schadeposten zal de rechtbank hieronder per benadeelde partij een nadere overweging opnemen.
Benadeelde partij [slachtoffer 2] (zaaksdossier 2)
De benadeelde partij [slachtoffer 2] heeft verzocht om vergoeding van een bedrag van € 60,48 ter zake van een beveiligingscamera. [slachtoffer 2] heeft onvoldoende onderbouwd gesteld dat deze kosten rechtstreekse schade betreffen die de benadeelde partij heeft geleden door de bewezen verklaarde feiten. De rechtbank zal deze vordering niet-ontvankelijk verklaren.
Benadeelde partij [slachtoffer 9] (zaaksdossier 9)
Namens de benadeelde partij [slachtoffer 9] heeft diens wettelijk vertegenwoordiger Bewindvoeringzorg naast het gevorderde bedrag van het weggenomen geld (€ 100,00) ook verzocht om vergoeding van een bedrag van € 847,01, bestaande uit € 674,95 ter zake van ‘IPhone SE’, € 134,66 ter zake van ‘IPad Air 2 128 GB’ en € 37,40 ter zake van ‘winterjas Cars Jeans’.
Deze kosten staan naar het oordeel van de rechtbank in direct verband met de bewezenverklaarde feiten, zijn voldoende onderbouwd, komen redelijk voor en zijn inhoudelijk niet betwist. Het gevorderde bedrag van € 847,01 zal daarom worden toegewezen.
Benadeelde partij [slachtoffer 13] (zaaksdossier 12)
De benadeelde partij [slachtoffer 13] heeft een bedrag van € 2.435,00 gevorderd voor therapie (‘diagnostiek en begeleiding bij concentratieproblemen’). Uit het verzoek tot schadevergoeding volgt dat deze kosten niet door de benadeelde partij, maar door de werkgever van de benadeelde partij, [bedrijf] zijn gemaakt. Het betreft hier dus verplaatste schade. De kosten die derden hebben gemaakt komen op grond van artikel 6:107 lid 1 onder a van het Burgerlijk Wetboek (BW) als verplaatste schade voor vergoeding in aanmerking, indien de benadeelde die kosten, als hij die zelf zou hebben gemaakt, zou kunnen vorderen. De rechtbank acht onvoldoende onderbouwd dat dit voor de therapiekosten het geval is. Bovendien volgt niet uit de vordering dat deze wordt ingesteld door de werkgever, de partij die stelt de schade te hebben geleden. De benadeelde partij zal daarom ten aanzien van deze post niet-ontvankelijk worden verklaard in de vordering.
Volgens de officier van justitie is een bedrag van € 2.500,00 toewijsbaar, omdat er € 5.000,00 van de rekening van [slachtoffer 13] is gepind en [slachtoffer 13] € 2.500,00 vergoed heeft gekregen van zijn bank. Uit het door [slachtoffer 13] ingevulde verzoek tot schadevergoeding blijkt echter niet dat hij dit bedrag vordert. De rechtbank zal daarom geen beslissing nemen op dit punt.
Benadeelde partij [slachtoffer 15] (zaaksdossier 15)
De benadeelde partij [slachtoffer 15] heeft naast het gevorderde bedrag van het uit de woning weggenomen geld en het met de meegenomen bankpas en pincode gepinde geldbedrag (€ 1.120,00) verzocht om vergoeding van een bedrag van € 89,00, bestaande uit € 37,90 ter zake van ‘kentekenbewijs auto’ en € 51,10 ter zake van ‘rijbewijs’.
Deze kosten staan naar het oordeel van de rechtbank in direct verband met de bewezenverklaarde feiten, zijn voldoende onderbouwd, komen redelijk voor en zijn inhoudelijk niet betwist. Het gevorderde bedrag van € 89,00 zal daarom worden toegewezen.
Benadeelde partij [slachtoffer 20] (zaaksdossier 21)
De benadeelde partij [slachtoffer 20] heeft een bedrag van € 209,65 gevorderd. Dit bedrag bestaat uit € 129,95 ter zake van ‘winterjas Parka’, € 69,75 ter zake van ‘Samsung Galaxy A41’, € 4,95 ter zake van ‘nieuwe betaalpas [slachtoffer 36] ’ en € 5,00 ter zake van ‘nieuwe betaalpas ABN AMRO’.
Deze kosten staan naar het oordeel van de rechtbank in direct verband met de bewezenverklaarde feiten, zijn voldoende onderbouwd, komen redelijk voor en zijn inhoudelijk niet betwist. Het gevorderde bedrag van € 209,65 zal daarom worden toegewezen.
Benadeelde partij [slachtoffer 25] (zaaksdossier 26)
De benadeelde partij [slachtoffer 25] heeft naast het gevorderde bedrag van de met de weggenomen bankpas en pincode gepinde geldbedragen (€ 5.000,00) verzocht om vergoeding van een bedrag van € 588,00, bestaande uit € 288,00 ter zake van ‘gestolen telefoon’ en € 300,00 ter zake van ‘gestolen zonnebril, type Morgan’.
Deze kosten staan naar het oordeel van de rechtbank in direct verband met de bewezenverklaarde feiten, zijn voldoende onderbouwd, komen redelijk voor en zijn inhoudelijk niet betwist. Het gevorderde bedrag van € 588,00 zal daarom worden toegewezen.
Benadeelde partij [slachtoffer 32] (zaaksdossier 33)
De benadeelde partij [slachtoffer 32] heeft een bedrag van € 3.150,00 gevorderd ter zake van het onder bedreiging afgeven van contant geld. Uit het proces-verbaal van aangifte blijkt dat het om een enveloppe ging met daarin € 3.130,00. Dit bedrag is ook in de tenlastelegging opgenomen. De rechtbank gaat er daarom van uit dat het weggenomen bedrag een bedrag van € 3.130,00 betreft. Dit bedrag staat in direct verband met de bewezenverklaarde feiten, is voldoende onderbouwd, komt redelijk voor en is inhoudelijk niet betwist. Dat bedrag zal daarom worden toegewezen. Ten aanzien van het meerdere (€ 20,00) zal de benadeelde partij niet-ontvankelijk worden verklaard in zijn vordering.
Benadeelde partij [slachtoffer 36]
De benadeelde partij [slachtoffer 36] heeft naast het gevorderde bedrag van de uitgekeerde schadeloosstellingen aan haar klanten (€ 14.500,00) verzocht om vergoeding van een bedrag van € 600,00, bestaande uit vijf x één uur onderzoekskosten à € 120,00 per uur.
Deze kosten staan naar het oordeel van de rechtbank in direct verband met de bewezenverklaarde feiten, zijn voldoende onderbouwd, komen redelijk voor en zijn inhoudelijk niet betwist. Het gevorderde bedrag van € 600,00 zal daarom worden toegewezen.
Conclusie materiële schade
De rechtbank zal de benadeelde partijen [slachtoffer 2] en [slachtoffer 13] niet-ontvankelijk verklaren in de vordering tot materiële schade.
De rechtbank zal de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 32] grotendeels toewijzen, zoals hiervoor overwogen, en deze benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
De rechtbank zal alle overige vorderingen van de benadeelden partijen ten aanzien van de gevorderde materiële schade toewijzen. Het gaat dan om de vorderingen van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 7] , [slachtoffer 8] , [slachtoffer 9] , [voorletters] . [slachtoffer 10] , [slachtoffer 12] , [voorletters] [slachtoffer 14] , [slachtoffer 15] , [slachtoffer 18] , [slachtoffer 19] , [slachtoffer 20] , [slachtoffer 21] , [slachtoffer 22] , [slachtoffer 25] , [voorletters] . [slachtoffer 28] , [slachtoffer 33] en [slachtoffer 36] .
Immateriële schade
De benadeelde partijen [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 5] , [slachtoffer 8] , [slachtoffer 9] , [voorletters] . [slachtoffer 10] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 13] , [slachtoffer 15] , [slachtoffer 18] , [slachtoffer 20] , [slachtoffer 21] , [slachtoffer 25] , [voorletters] . [slachtoffer 28] , [slachtoffer 32] en [slachtoffer 33] hebben een bedrag aan immateriële schade gevorderd, omdat zij – kort gezegd – door het handelen van verdachte op andere wijze in de persoon zijn aangetast.
De vordering van een benadeelde partij tot vergoeding van smartengeld (immateriële schade) dient te worden beoordeeld naar de maatstaven van artikel 6:106, aanhef en onder b, van het Burgerlijk Wetboek (BW). Bij delicten die geen lichamelijk letsel tot gevolg hebben gehad of waarbij de benadeelde niet in zijn eer of goede naam is aangetast, dient te worden bezien of sprake is van aantasting in de persoon op andere wijze. Volgens vaste jurisprudentie heeft in zo’n geval als uitgangspunt te gelden dat de benadeelde geestelijk letsel heeft opgelopen en dat dit letsel moet bestaan uit aan de hand van objectieve maatstaven vast te stellen psychische schade, daaronder begrepen een in de psychiatrie erkend ziektebeeld. Een enkel psychisch onbehagen of een zich gekwetst voelen is niet voldoende. De benadeelde zal concrete gegevens moeten verstrekken waaruit volgt dat deze psychische schade is ontstaan. Dat is slechts anders indien de aard en de ernst van de normschending meebrengen dat de nadelige gevolgen daarvan voor de benadeelde zo voor de hand liggen, dat een aantasting in de persoon kan worden aangenomen.
Naar het oordeel van de rechtbank brengen de aard en de ernst van de normschending in dit geval met zich dat de nadelige gevolgen daarvan voor alle genoemde benadeelde partijen zo voor de hand liggen, dat kan worden aangenomen dat sprake is van een aantasting in de persoon. Verdachte heeft op grove wijze inbreuk gemaakt op het persoonlijkheidsrecht van deze benadeelde partijen, in de meeste gevallen kwetsbare slachtoffers, die alleen wonen en op leeftijd zijn. In alle gevallen deed verdachte zich voor als politieagent en drong hij, vaak samen met een ander, op slinkse wijze de woning binnen. In de woning werden de benadeelde partijen vervolgens gedurende lange tijd geconfronteerd met verdachte, die op een dreigende, indringende en/of intimiderende manier verlangde dat zij zouden meewerken aan het ‘onderzoek’. In dat verband dienden zij het in de woning aanwezige contante geld en/of hun bankpas en inloggegevens af te geven, waarmee daarna bij een in de buurt zijnde geldautomaat werd gepind. Ook nam verdachte vaak andere goederen mee, zoals telefoons of kleding. Uit de schadevergoedingsformulieren en de door Slachtofferhulp Nederland opgestelde schade-onderbouwingsformulieren volgt dat het hele gebeuren grote impact heeft gehad op de benadeelde partijen. Zij voelden zich machteloos en werkten mee met verdachte uit angst voor eventuele gevolgen. Sinds het gebeuren ervaren zij spanning, angstgevoelens, gevoelens van onveiligheid in de eigen woning, slaapproblemen, concentratieproblemen, wantrouwen naar anderen toe en een geschonden vertrouwen in de medemens.
Het voorgaande maakt dat de benadeelde partijen recht hebben op vergoeding van smartengeld. De rechtbank houdt bij het bepalen van de hoogte daarvan rekening met de aard en de ernst van de feiten en de bedragen die Nederlandse rechters in vergelijkbare gevallen toewijzen. Naar maatstaven van billijkheid zal de rechtbank het smartengeld vaststellen op een bedrag van € 1.000,00 per benadeelde partij. Voor toewijzing van een hogere vergoeding aan smartengeld is het naar het oordeel van de rechtbank noodzakelijk dat sprake is van psychische schade, dat deze is opgelopen door het bewezenverklaarde en dat dit geestelijk letsel aan de hand van objectieve maatstaven is vastgesteld.
Ten aanzien van de volgende benadeelde partijen overweegt de rechtbank in aanvulling op het voorgaande het volgende.
Benadeelde partij [slachtoffer 1]
De benadeelde partij [slachtoffer 1] heeft een bedrag van € 1.500,00 aan immateriële schade gevorderd. Uit het onderzoek ter terechtzitting is de rechtbank voldoende gebleken dat [slachtoffer 1] als gevolg van het onder feit 1 bewezen verklaarde handelen van verdachte schade heeft geleden die valt binnen meerdere van de in artikel 6:106, aanhef en onder b, BW genoemde categorieën. Naast de hiervoor besproken aantasting in de persoon op andere wijze heeft [slachtoffer 1] ook lichamelijk letsel in de vorm van een schaafwond aan de zijkant van zijn hoofd en pijn aan zijn rechterbeen opgelopen. [slachtoffer 1] is geduwd en daardoor ten val gekomen. Even later is er in de lift een worsteling ontstaan en is hij opnieuw ten val gekomen, waarbij hij achterover tegen de leuning van de lift is gevallen. [slachtoffer 1] lag een tijd hulpeloos op de grond totdat er een voorbijganger langs kwam die hem overeind hielp. Op grond hiervan acht de rechtbank het door [slachtoffer 1] aan immateriële schade gevorderde bedrag billijk en zal zij het smartengeld vaststellen op een bedrag van € 1.500,00.
Benadeelde partij [slachtoffer 13]
De benadeelde partij [slachtoffer 13] heeft een bedrag van € 5.000,00 aan immateriële schade gevorderd. De rechtbank ziet geen aanleiding om in dit geval af te wijken van hetgeen hiervoor is overwogen ten aanzien van de immateriële schade. Ook ten aanzien van [slachtoffer 13] zal de rechtbank het smartengeld vaststellen op een bedrag van € 1.000,00. [slachtoffer 13] zal voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering worden verklaard. Hij kan dit deel nog aan de burgerlijke rechter voorleggen.
Benadeelde partij [slachtoffer 25]
De benadeelde partij [slachtoffer 25] heeft een bedrag van € 2.500,00 aan immateriële schade gevorderd. Ook in dit geval ziet de rechtbank geen aanleiding om af te wijken van hetgeen hiervoor is overwogen ten aanzien van de immateriële schade. Ten aanzien van [slachtoffer 25] zal de rechtbank het smartengeld derhalve eveneens vaststellen op een bedrag van € 1.000,00. [slachtoffer 25] zal voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering worden verklaard. Hij kan dit deel nog aan de burgerlijke rechter voorleggen.
Conclusie immateriële schade
De rechtbank zal de vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer 13] en [slachtoffer 25] toewijzen zoals hiervoor overwogen en deze benadeelde partijen voor het overige niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
De rechtbank zal alle overige vorderingen van de benadeelden partijen ten aanzien van de gevorderde immateriële schade toewijzen. Het gaat dan om de vorderingen van [slachtoffer 1] , [slachtoffer 2] , [slachtoffer 5] , [slachtoffer 8] , [slachtoffer 9] , [voorletters] . [slachtoffer 10] , [slachtoffer 12] , [slachtoffer 15] , [slachtoffer 18] , [slachtoffer 20] , [slachtoffer 21] , [voorletters] . [slachtoffer 28] , [slachtoffer 32] en [slachtoffer 33] .
Hoofdelijkheid
De rechtbank stelt vast dat verdachte de bewezen verklaarde feiten - met uitzondering van de feiten jegens [slachtoffer 1] en [voorletters] . [slachtoffer 28] - tezamen en in vereniging met een ander, medeverdachte [medeverdachte 2] dan wel een onbekend gebleven mededader, heeft gepleegd en dat zij derhalve naar civielrechtelijke maatstaven hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de schade. De rechtbank zal daarom de vorderingen, met uitzondering van de vordering van [slachtoffer 1] , hoofdelijk toewijzen, hetgeen betekent dat verdachte de schadevergoeding niet meer aan de benadeelde partij hoeft te betalen indien zijn medeverdachte of een onbekend gebleven mededader deze al heeft betaald, en andersom.
Schadevergoedingsmaatregel
Behoudens ten aanzien van [slachtoffer 36] ziet de rechtbank aanleiding om op grond van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht ten aanzien van alle (overige) benadeelde partijen de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte op te leggen. Met uitzondering van de benadeelde partijen [slachtoffer 1] en [voorletters] . [slachtoffer 28] zal dit hoofdelijk zijn. Verdachte wordt verplicht de aan de benadeelde partijen toegewezen bedragen aan de Staat te betalen. Eventueel toegekende proceskosten zijn daar niet bij inbegrepen. De rechtbank zal daarbij telkens bepalen dat bij niet betalen gijzeling kan worden toegepast.
Conclusie
De rechtbank is van oordeel dat de vorderingen voor zover zij in onderstaand schema zijn weergegeven kunnen worden toegewezen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum zoals in onderstaand schema is genoemd. Dit betreft telkens de datum waarop de schade is ontstaan, te weten de dag waarop verdachte in de woning van het slachtoffer is geweest en daar contant geld heeft weggenomen en/of met de daar meegenomen bankpas en pincode geld heeft gepind, en in het geval van [slachtoffer 36] de dag waarop de schadeloosstellingen zijn overgemaakt. De rechtbank veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partijen in deze strafprocedure hebben gemaakt en de kosten die de benadeelde partijen mogelijk nog moeten maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nihil.
Benadeelde partij materiële schade smartengeld rente per procesk.
[slachtoffer 1] € 1.000,00 € 1.500,00 10 januari 2024 nihil
[slachtoffer 2] - € 1.000,00 18 november 2023 nihil
[slachtoffer 5] - € 1.000,00 20 november 2023 nihil
[slachtoffer 7] € 1.000,00 - 1 december 2023 nihil
[slachtoffer 8] € 900,00 € 1.000,00 16 november 2023 tav € 1.500,00 nihil
17 november 2023 tav € 400,00 nihil
[slachtoffer 9] € 947,01 € 1.000,00 8 november 2023 nihil
[voorletters] . [slachtoffer 10] € 1.750,00 € 1.000,00 28 oktober 2023 nihil
[slachtoffer 12] € 2.870,00 € 1.000,00 16 september 2023 nihil
[slachtoffer 13] - € 1.000,00 16 september 2023 nihil
[voorletters] [slachtoffer 14] € 5.000,00 - 6 september 2023 nihil
[slachtoffer 15] € 1.209,00 € 1.000,00 12 februari 2024 nihil
[slachtoffer 18] € 5.000,00 € 1.000,00 13 februari 2024 nihil
[slachtoffer 19] € 1.570,00 - 18 februari 2024 nihil
[slachtoffer 20] € 209,65 € 1.000,00 22 februari 2024 nihil
[slachtoffer 21] € 2.450,00 € 1.000,00 16 december 2023 nihil
[slachtoffer 22] € 8.650,00 - 7 november 2023 nihil
[slachtoffer 25] € 5.588,00 € 1.000,00 17 september 2023 nihil
[voorletters] . [slachtoffer 28] € 1.120,00 € 1.000,00 2 december 2023 nihil
[slachtoffer 32] € 3.130,00 € 1.000,00 17 februari 2024 nihil
[slachtoffer 33] € 580,00 € 1.000,00 28 november 2023 nihil
[slachtoffer 36] . € 15.100,00 - 7 december 2023 tav € 1.370,00 nihil
1 november 2023 tav € 2.620,00 nihil
22 maart 2024 tav € 870,00 nihil
22 november 2023 tav € 5.120,00 nihil
22 december 2023 tav € 5.120,00 nihil

9.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf en/of maatregel is gegrond op de artikelen 36f, 47, 57, 310, 311, 312 en 326 van het Wetboek van Strafrecht.

10.De beslissing

De rechtbank:
 verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte tot
een gevangenisstraf voor de duur van 7 (zeven) jaren;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde straf in mindering zal worden gebracht;
De beslissing op de vordering van de benadeelde partijen
 veroordeelt verdachte in verband met de feiten 1, 2, 4 en 5 tot betaling van schadevergoeding aan de hierna opgesomde benadeelde partijen van de navolgende bedragen aan materiële schade en/of smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de genoemde datum tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
 veroordeelt verdachte in de kosten die de hieronder opgesomde benadeelde partijen (genummerd 1 tot en met 20) in deze procedure hebben gemaakt en de kosten die de benadeelde partijen mogelijk nog moeten maken om de te noemen bedragen betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nihil.
Benadeelde partij Bedrag(en) Wettelijke rente vanaf
1. [slachtoffer 1] € 1.000,00 en € 1.500,00 10 januari 2024
2. [slachtoffer 2] - € 1.000,00 18 november 2023
3. [slachtoffer 5] - € 1.000,00 20 november 2023
4. [slachtoffer 7] € 1.000,00 - 1 december 2023
5. [slachtoffer 8] € 900,00 en € 1.000,00 16 november 2023
tav € 1.500,00 17 november 2023
tav € 400,00
6. [slachtoffer 9] € 947,01 en € 1.000,00 8 november 2023
7. [voorletters] . [slachtoffer 10] € 1.750,00 en € 1.000,00 28 oktober 2023
8. [slachtoffer 12] € 2.870,00 en € 1.000,00 16 september 2023
9. [slachtoffer 13] - € 1.000,00 16 september 2023
10. [voorletters] [slachtoffer 14] € 5.000,00 - 6 september 2023
11. [slachtoffer 15] € 1.209,00 en € 1.000,00 12 februari 2024
12. [slachtoffer 18] € 5.000,00 en € 1.000,00 13 februari 2024
13. [slachtoffer 19] € 1.570,00 - 18 februari 2024
14. [slachtoffer 20] € 209,65 en € 1.000,00 22 februari 2024
15. [slachtoffer 21] € 2.450,00 en € 1.000,00 16 december 2023
16. [slachtoffer 22] € 8.650,00 - 7 november 2023
17. [slachtoffer 25] € 5.588,00 en € 1.000,00 17 september 2023
18. [voorletters] . [slachtoffer 28] € 1.120,00 en € 1.000,00 2 december 2023
19. [slachtoffer 32] € 3.130,00 en € 1.000,00 17 februari 2024
20. [slachtoffer 33] € 580,00 en € 1.000,00 28 november 2023
 bepaalt ten aanzien van de benadeelde partijen genummerd 2 tot en met 17 en 19 tot en met 21 dat als de medeverdachte [medeverdachte 2] dan wel een onbekend gebleven mededader (een deel van) het schadebedrag betaalt dat bedrag op de betalingsverplichting van verdachte in mindering wordt gebracht;
 wijst de vordering van Coöperatieve [slachtoffer 36] U.A. in verband met feit 5 toe voor een bedrag van
€ 15.100,00aan materiële schade;
 veroordeelt verdachte hoofdelijk tot betaling aan [slachtoffer 36] . van het toegewezen bedrag
vermeerderd met de wettelijke rente
- vanaf 7 december 2023 over een bedrag van € 1.370,00;
- vanaf 1 november 2023 over een bedrag van € 2.620,00;
- vanaf 22 maart 2024 over een bedrag van € 870,00;
- vanaf 22 november 2023 over een bedrag van € 5.120,00;
- vanaf 22 december 2023 over een bedrag van € 5.120,00, telkens tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald, met dien verstande dat indien en voor zover het toegewezen bedrag reeds door medeverdachte [medeverdachte 2] dan wel een onbekend gebleven mededader (gedeeltelijk) is betaald, verdachte (in zoverre) van deze verplichting zal zijn bevrijd;
 wijst af de vordering tot materiële schade van [slachtoffer 2] ;
 verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 16] niet-ontvankelijk in de vordering tot materiële schade en smartengeld;
 verklaart de benadeelde partijen [slachtoffer 6] , [slachtoffer 24] , [slachtoffer 13] , [slachtoffer 26] en [slachtoffer 31] niet-ontvankelijk in de vordering tot materiële schade;
 verklaart de benadeelde partij [slachtoffer 32] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering tot materiële schade;
 verklaart de benadeelde partijen [slachtoffer 13] en [slachtoffer 25] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering tot smartengeld;
 legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat te betalen, ten behoeve van de volgende benadeelde partijen de hierna te noemen bedragen aan materiële en/of immateriële schade. Deze worden vermeerderd met de hiervoor omschreven wettelijke rente tot aan de dag dat de hele bedragen zijn betaald. Als de bedragen niet worden betaald, kunnen de hierna te noemen aantallen dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt:
Benadeelde partij Bedrag(en) Gijzeling
1. [slachtoffer 1] € 1.000,00 en € 1.500,00 16 dagen
2. [slachtoffer 2] - € 1.000,00 9 dagen
3. [slachtoffer 5] - € 1.000,00 9 dagen
4. [slachtoffer 7] € 1.000,00 - 9 dagen
5. [slachtoffer 8] € 900,00 en € 1.000,00 14 dagen
6 [slachtoffer 9] € 947,01 en € 1.000,00 14 dagen
7. [voorletters] . [slachtoffer 10] € 1.750,00 en € 1.000,00 17 dagen
8. [slachtoffer 12] € 2.870,00 en € 1.000,00 20 dagen
9. [slachtoffer 13] - € 1.000,00 9 dagen
10. [voorletters] [slachtoffer 14] € 5.000,00 - 25 dagen
11. [slachtoffer 15] € 1.209,00 en € 1.000,00 14 dagen
12. [slachtoffer 18] € 5.000,00 en € 1.000,00 25 dagen
13. [slachtoffer 19] € 1.570,00 - 11 dagen
14. [slachtoffer 20] € 209,65 en € 1.000,00 10 dagen
15. [slachtoffer 21] € 2.450,00 en € 1.000,00 18 dagen
16. [slachtoffer 22] € 8.650,00 - 31 dagen
17. [slachtoffer 25] € 5.588,00 en € 1.000,00 26 dagen
18. [voorletters] . [slachtoffer 28] € 1.120,00 en € 1.000,00 13 dagen
19. [slachtoffer 32] € 3.130,00 en € 1.000,00 20 dagen
20. [slachtoffer 33] € 580,00 en € 1.000,00 11 dagen
21. [slachtoffer 36] . € 15.100,00 - 44 dagen
 bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partijen in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd;
 bepaalt ten aanzien van de benadeelde partijen 2 tot en met 17 en 19 tot en met 21 dat als de medeverdachte [medeverdachte 2] dan wel een onbekend gebleven mededader (een deel van) de schadebedragen betaalt die bedragen op de betalingsverplichting van verdachte in mindering worden gebracht.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.W.R. Koch (voorzitter), mr. E.S.M. van Bergen en mr. R.D. Leen, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.F.A. Vrede, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 14 augustus 2025.
Mr. M.W.R. Koch is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door verbalisant [verbalisant] van de politie Eenheid Oost-Nederland, district Gelderland-Midden, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2024015798, gesloten op 31 maart 2024 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 1] , p. 101-102.
3.Geneeskundige verklaring [slachtoffer 1] , p. 108.
4.Deskundigenrapportage Forensisch DNA-onderzoek TMFI d.d. 25 januari 2024, p. 133.
5.Proces-verbaal van aanhouding verdachte, p. 8 (PV PD [verdachte] ).
6.Proces-verbaal van bevindingen eerste onderzoek telefoon [verdachte] , p. 838-839.
7.Proces-verbaal van bevindingen eerste onderzoek telefoon [verdachte] , p. 840.
8.Proces-verbaal bevindingen tijdstempels 20240722.1258, p. 876-877.
9.Proces-verbaal van bevindingen (vergelijking/herkenning camerabeelden), p. 904-905.
10.Proces-verbaal van bevindingen (vergelijking MO, kleding en schoenen), p. 878-887.
11.Proces-verbaal van bevindingen (donkerblauwe Moncler trui aangetroffen), p. 933-934.
12.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 2] , p. 138-139.
13.Proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden Geldmaat [plaats] te Duiven), p. 150-163.
14.Proces-verbaal van bevindingen (aanwijzing [adres 31] Duiven), p. 165.
15.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 12 juni 2025.
16.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 3] , p. 167-170.
17.Proces-verbaal van verhoor van slachtoffer, p. 175.
18.Proces-verbaal van bevindingen (diverse camerabeelden), p. 183-187.
19.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 2] Bemmel), p. 189-190.
20.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 12 juni 2025.
21.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 4] , p. 191-193.
22.Proces-verbaal van bevindingen, p. 195.
23.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] d.d. 10 april 2025, p. 2.
24.Proces-verbaal van bevindingen (vergelijking beelden [plaats] ), p. 199-207.
25.Proces-verbaal van bevindingen (aanwijzingen betrokkenheid [straatnaam 1] in Lunteren ), p. 215.
26.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 12 juni 2025.
27.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 5] , p. 216-219.
28.Proces-verbaal van aanvullend verhoor van aangever [slachtoffer 5] , p. 226.
29.Proces-verbaal van bevindingen, p. 229.
30.Proces-verbaal van bevindingen (PVB: vergelijking beelden [straatnaam 1] ) p. 258-259.
31.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 12 juni 2025.
32.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 8] Goor) p. 260.
33.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 7] , p. 288-289.
34.Proces-verbaal van bevindingen (beelden pinner [plaats] Arnhem , 1 december 2023), p. 291-292.
35.Proces-verbaal van bevindingen (PV vergelijking/herkenning camerabeelden), p. 904.
36.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 8] , p. 296-298.
37.Proces-verbaal van bevindingen (analyse camerabeelden [plaats] Nijmegen), p. 307-310.
38.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 10] ), p. 312.
39.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 12 juni 2025.
40.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 9] , p. 313-315.
41.Proces-verbaal van bevindingen, p. 328-329.
42.Proces-verbaal van bevindingen (vergelijking camerabeelden [straatnaam 1] ), p. 331.
43.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 11] Lisse), p. 334.
44.Proces-verbaal van aangifte [voorletters] . [slachtoffer 10] , p, 335-336.
45.Proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden [straatnaam 1] ), p. 346.
46.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 42] ), p. 349.
47.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 11] , p. 350-351.
48.Proces-verbaal van bevindingen (Vergelijking beelden [straatnaam 1] ), p. 353-356.
49.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 12 juni 2025.
50.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 12] , p. 359-361.
51.Proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden pinnen), p. 370-376.
52.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 14] Beuningen), p. 377.
53.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 12 juni 2025.
54.Proces-verbaal van aangifte [voorletters] [slachtoffer 14] , p. 378-380.
55.Proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever [voorletters] [slachtoffer 14] , p. 383.
56.Proces-verbaal van bevindingen (beelden [straatnaam 1] ), p. 393-396.
57.Proces-verbaal van bevindingen (betrokkenheid bij PL2100_BVH_2023197653), p. 399.
58.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 15] , p. 413-414.
59.Proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden [adres 17] Scherpenzeel), p. 423-424.
60.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 17] Scherpenzeel), p. 431.
61.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 17] , p. 462-464.
62.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 18] Baarn), p. 475-478.
63.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 18] , p. 480-481.
64.Proces-verbaal bevindingen (Beelden [adres 19] Nieuwegein), p. 487-489.
65.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 19] Nieuwegein), p. 490.
66.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 19] , p. 491-492.
67.Proces-verbaal van bevindingen (analyse camerabeelden geldautomaat aan [plaats] te Rosmalen), p. 500-501.
68.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 32] Den Bosch), p. 502.
69.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 20] , p. 503-505.
70.Proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever [slachtoffer 20] , p. 509.
71.Proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden), p. 521-522.
72.Proces-verbaal van bevindingen, p. 512.
73.Proces-verbaal van bevindingen (Zoekslag [adres 33] te Cuijk), p. 530.
74.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 21] , p. 531-532.
75.Proces-verbaal van bevindingen, p. 537.
76.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 22] [geboorteplaats] ), p. 539.
77.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 22] , p. 540-542.
78.Proces-verbaal van bevindingen ( [adres 23] Berkel en Rodenrijs), p. 547-550.
79.Proces-verbaal van bevindingen (overeenkomsten bevindingen), p. 551-552.
80.Proces-verbaal van bevindingen (Zoekslag [straatnaam 1] te Berkel en Rodenrijs), p. 553.
81.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 25] , p. 581-583.
82.Proces-verbaal aanvullend, p. 586.
83.Proces-verbaal van verhoor getuige [slachtoffer 25] , p. 2.
84.Proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden [adres 25] Krimpen a/d IJssel), p. 601-602.
85.Proces-verbaal van bevindingen (Zoekslag [adres 25] Krimpen aan den IJssel), p. 604.
86.Proces-verbaal van aangifte [voorletters] . [slachtoffer 28] , p. 638-640.
87.Proces-verbaal van bevindingen (camerabeelden pinnen), p. 659-662.
88.Proces-verbaal van bevindingen (zoekslag Burgemeester [adres 34] [geboorteplaats] ), p. 664 en proces-verbaal van bevindingen (Tijdstempels), p. 876-877.
89.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 29] , p. 665-667.
90.Proces-verbaal van bevindingen (Zoekslag [plaats] Didam), p. 685.
91.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 30] , p. 686-688.
92.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 12 juni 2025.
93.Proces-verbaal van vergelijking/herkenning camerabeelden, p. 904-905.
94.Proces-verbaal van bevindingen (Zoekslag [adres 35] Gennep), p. 691 en proces-verbaal van bevindingen (Tijdstempels), p. 876-877.
95.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 32] , p. 709-710.
96.Verklaring van verdachte ter terechtzitting d.d. 12 juni 2025.
97.Proces-verbaal van vergelijking/herkenning camerabeelden, p. 904-905.
98.Proces-verbaal van bevindingen (Zoekslag [adres 29] Breda), p. 715.
99.Proces-verbaal van aangifte [slachtoffer 33] , p. 716-717.
100.Proces-verbaal van aanvullend verhoor aangever [slachtoffer 33] , p. 720.
101.Proces-verbaal van bevindingen (Zoekslag [adres 36] Zeist), p. 734 en proces-verbaal van bevindingen (Tijdstempels), p. 876-877.