AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd
Bestuursrechtelijke geschillen over handhaving en omgevingsvergunning voor geitenhouderij met betrekking tot stikstofdepositie en overgangsrecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, zijn twee zaken behandeld met betrekking tot een geitenhouderij. De eerste zaak (ARN 25/1762) betreft het beroep van eisers tegen de afwijzing van hun handhavingsverzoek aan het college van Gedeputeerde Staten van Gelderland. Eisers stellen dat de derde-partij, eigenaar van een perceel waar een geitenhouderij is gevestigd, een nieuwe stal bouwt zonder de benodigde omgevingsvergunning. De rechtbank oordeelt dat het college van GS niet handhavend hoefde op te treden, omdat de bouw onder het overgangsrecht valt zoals vastgesteld in een eerdere uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 18 december 2024.
De tweede zaak (ARN 24/3767) betreft het beroep van eiseres tegen de verleende omgevingsvergunning voor de bouw van een nieuwe stal voor 1900 geiten. Eiseres betoogt dat de vergunning ten onrechte is verleend, omdat de m.e.r.-beoordeling niet correct is uitgevoerd en er sprake zou zijn van een toename van geurhinder, wat in strijd zou zijn met artikel 8 EVRM. De rechtbank concludeert dat de m.e.r.-beoordeling niet correct is uitgevoerd, maar dat de stikstofdepositie met de nieuwe stal niet toeneemt ten opzichte van de oude situatie. De rechtbank oordeelt dat de beroepsgronden van eiseres niet leiden tot vernietiging van de vergunning, omdat de gebreken in de beoordeling zijn gepasseerd op grond van artikel 6:22 van de Awb. De beroepen zijn ongegrond verklaard, en de rechtbank heeft bepaald dat de colleges van GS en B&W het griffierecht en proceskosten aan eisers moeten vergoeden.
Voetnoten
3.Deze vergunning is verleend op grond van de toen geldende Natuurbeschermingswet 1998.
6.Dit betreft het Natura 2000-gebied ‘Rijntakken’.
7.STAB-advies ‘Gebouwinvloed bij een AERIUS-berekening i.h.k.v. een handhavingsverzoek oprichting nieuwe geitenstal te [plaats 3] ’, 6 juni 2025, p. 2 in samenhang met de Memo ‘STAB’, 17 juni 2025, p.1.
8.STAB-advies ‘‘Gebouwinvloed bij een AERIUS-berekening i.h.k.v. een handhavingsverzoek oprichting nieuwe geitenstal te [plaats 3] ’, 6 juni 2025, p.6.
9.STAB-advies ‘‘Gebouwinvloed bij een AERIUS-berekening i.h.k.v. een handhavingsverzoek oprichting nieuwe geitenstal te [plaats 3] ’, 6 juni 2025, p.6.
10.STAB-advies ‘‘Gebouwinvloed bij een AERIUS-berekening i.h.k.v. een handhavingsverzoek oprichting nieuwe geitenstal te [plaats 3] ’, 6 juni 2025, p.9.
12.De rechtbank begrijpt: 24 maart 2025.
13.De rechtbank begrijpt: 14 oktober 2024.
14.De rechtbank begrijpt: op 24 maart 2025 is een mail gestuurd.
21.Vergelijk het arrest van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (het Hof) van 8 juli 2003, ECLI:CE:ECHR:2003:0708JUD003602297, r.o. 98 en het arrest van het Hof van 9 juni 2005, ECLI:CE:ECHR:2005:0609JUD005572300, r.o. 102.
24.Zie voor een toelichting daarop: rechtsoverwegingen 6.16 – 6.17.
25.STAB-advies ‘Gebouwinvloed bij een AERIUS-berekening i.h.k.v. een handhavingsverzoek oprichting nieuwe geitenstal te [plaats 3] ’, 6 juni 2025, p. 2 in samenhang met de Memo ‘STAB’, 17 juni 2025, p.1.