In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 21 maart 2025 uitspraak gedaan in een geschil over een omgevingsvergunning voor het verschuiven van het bouwvlak van een dubbele woning. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Apeldoorn had op 20 juli 2020 een omgevingsvergunning verleend, omdat de woningen in afwijking van de eerder verleende vergunning enkele meters waren verschoven. De eisers, bestaande uit drie personen, hebben bezwaar gemaakt tegen deze beslissing, maar hun bezwaren zijn ongegrond verklaard. De rechtbank heeft de procedure meerdere keren uitgesteld, maar uiteindelijk op 3 februari 2025 de zaak behandeld. De rechtbank oordeelde dat het college in redelijkheid de omgevingsvergunning heeft kunnen verlenen, omdat er voldaan werd aan de voorwaarden van het bestemmingsplan om hiervan af te wijken. De rechtbank concludeert dat de belangen van de eisers niet onevenredig worden geschaad en dat de verleende vergunning in stand blijft. De eisers krijgen geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.