ECLI:NL:RBGEL:2024:5919
Rechtbank Gelderland
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Gegrondverklaring van het bezwaarschrift wegens ontbreken handtekening en dagtekening van de officier van justitie
Op 21 augustus 2024 heeft de Rechtbank Gelderland, zittingsplaats Arnhem, uitspraak gedaan in een bezwaar tegen de omzetting van een taakstraf in vervangende hechtenis. De veroordeelde had eerder een taakstraf van 50 uren opgelegd gekregen, met de voorwaarde dat bij niet-naleving vervangende hechtenis van 25 dagen zou worden toegepast. Het bezwaar was ingediend op 10 juli 2024, en de rechtbank heeft de gemachtigde advocaat van de veroordeelde, mr. K. Elema, en de officier van justitie gehoord. De veroordeelde zelf was niet verschenen.
De verdediging stelde dat de beslissing tot omzetting van de taakstraf in vervangende hechtenis niet rechtsgeldig was, omdat deze niet was ondertekend door een officier van justitie. De rechtbank oordeelde dat de beslissing tot omzetting niet kon worden vastgesteld als een wilsbesluit van een bevoegde officier van justitie, aangezien de brief waarin de omzetting werd aangekondigd geen handtekening bevatte. De rechtbank verwees naar eerdere uitspraken die bevestigden dat een dergelijke beslissing niet kan worden gedelegeerd aan een andere ambtenaar.
Uiteindelijk verklaarde de rechtbank het bezwaar gegrond en bepaalde dat de vervangende hechtenis niet ten uitvoer gelegd zou worden. De veroordeelde moet de resterende uren van de taakstraf alsnog binnen zes maanden uitvoeren. De beslissing werd openbaar uitgesproken door rechter mr. A. Bonder, in aanwezigheid van griffier R.G. van Geenen.