ECLI:NL:RBGEL:2024:3885

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
22 mei 2024
Publicatiedatum
26 juni 2024
Zaaknummer
432490
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Incident tot tussenkomst en voeging in civiele procedure over koopovereenkomst en reserveringsovereenkomst

In deze civiele procedure, behandeld door de Rechtbank Gelderland, is op 22 mei 2024 een vonnis in incident gewezen. De zaak betreft een vordering tot tussenkomst en voeging van 7COM B.V. en Tiemex Logistics Services B.V. in een geschil tussen Von Gahlen Nederland B.V. en de Gemeente Zevenaar. Von Gahlen vordert nakoming van een koopovereenkomst met de gemeente, terwijl de gemeente stelt dat er geen overeenkomst tot stand is gekomen en dat de onderhandelingen zijn stopgezet na het Didam-arrest. 7COM en Tiemex hebben een reserveringsovereenkomst met de gemeente en willen hun belangen verdedigen in de hoofdzaak. De rechtbank oordeelt dat 7COM en Tiemex voldoende belang hebben bij hun vordering tot tussenkomst, omdat de uitkomst van de hoofdzaak nadelige gevolgen kan hebben voor hun positie. De rechtbank staat hen toe in de hoofdzaak tussen te komen en houdt de beslissing over de kosten van het incident aan tot de beslissing in de hoofdzaak. De zaak zal op 3 juli 2024 opnieuw op de rol komen voor het nemen van de conclusie van eis in tussenkomst door 7COM en Tiemex.

Uitspraak

RECHTBANK Gelderland

Civiel recht
Zittingsplaats Arnhem
Zaaknummer: C/05/432490 / HA ZA 24-105
Vonnis in incident van 22 mei 2024
in de zaak van
VON GAHLEN NEDERLAND B.V.,
te Didam,
verweerder in het incident,
eiseres in de hoofdzaak,
advocaat: mr. H.H. van Gaal,
tegen
GEMEENTE ZEVENAAR,
te Zevenaar,
verweerder in het incident,
gedaagde in de hoofdzaak,
advocaat: mr. T.E.P.A. Lam,
en

1.1. 7COM B.V.,

te Zevenaar,
en

2.TIEMEX LOGISTICS SERVICES B.V.,

te Zevenaar,
eisers in het incident
advocaat: mr. D. de Jong.
Partijen worden hierna Von Gahlen, de gemeente en 7COM en Tiemex genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de conclusie van antwoord van de gemeente
- de incidentele conclusie tot tussenkomst althans voeging van 7COM en Tiemex
- de conclusie van antwoord in het incident van Von Gahlen
- de conclusie van antwoord in het incident van de gemeente.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
De gemeente is eigenaar van een perceel op het Businesspark 7Poort in Zevenaar, kadastraal bekend gemeente Oud-Zevenaar, sectie M, nummer 2151.
2.2.
Op 14 juli 2021 heeft de gemeente een concept koopovereenkomst aan Von Gahlen toegestuurd met betrekking tot een bouwkavel op het businesspark.
2.3.
Op 13 november 2023 heeft de gemeente een reserveringsovereenkomst gesloten met 7COM en Tiemex met betrekking tot de voornoemde bouwkavel. In art. 7 van deze overeenkomst is, samengevat, bepaald dat de gemeente aan de gegadigde (7COM) een koopovereenkomst zal toesturen indien een schets- en inrichtingsplan door de gemeente is goedgekeurd. Binnen twee weken na de verzenddatum van de koopovereenkomst dient de gegadigde de koopovereenkomst retour te zenden aan de gemeente.

3.Het geschil

in de hoofdzaak
3.1.
Von Gahlen vordert - samengevat - dat de rechtbank bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
primair
1. de gemeente veroordeelt tot nakoming van haar verbintenissen uit hoofde van de koopovereenkomst versie 14 juli 2021 met inachtneming van de daarin opgenomen termijnen althans aanpassing van die termijnen, een en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 5.000,- per dag met een maximum van € 500.000,-;
subsidiair
2. de gemeente veroordeelt om binnen veertien dagen na het vonnis een aanvang te nemen met onderhandelingen met Von Gahlen over de leemtes in de koopovereenkomst versie 14 juli 2021, met inachtneming van de daarin opgenomen termijnen althans aanpassing van die termijnen, en deze onderhandelingen voort te zetten totdat partijen over deze leemtes overeenstemming hebben bereikt, een en ander op straffe van een dwangsom van € 5.000,- per dag met een maximum van € 500.000,-
primair en subsidiair
3. de gemeente te veroordelen in de proceskosten, de beslagkosten en de nakosten.
3.2.
De gemeente voert verweer. Zij concludeert tot niet-ontvankelijkheid van Von Gahlen dan wel tot afwijzing van de vorderingen van Von Gahlen, met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van Von Gahlen in de kosten van deze procedure. De gemeente stelt dat op 14 juli 2021 een concept koopovereenkomst aan Von Gahlen is toegestuurd en dat nog geen overeenkomst tot stand was gekomen op het moment dat het Didam-arrest (HR 26 november 2021, ECLI:NL:HR:2021:1778) werd gewezen, althans dat een overeenkomst, gezien dat arrest, nietig dan wel vernietigbaar is. Door dit arrest konden en kunnen de onderhandelingen met Von Gahlen niet worden voortgezet. Er is een selectieprocedure gestart. Von Gahlen heeft daaraan deelgenomen maar is uitgeloot. De gemeente heeft een reserveringsovereenkomst met de winnende inschrijver gesloten.
in het incident
3.3. 7
COM en Tiemex vorderen – samengevat – dat de rechtbank bij incidenteel vonnis toestaat dat 7COM en Tiemex (primair) tussenkomen in de hoofdzaak althans (subsidiair) zich voegen aan de zijde van de gemeente, onder veroordeling van Von Gahlen in de kosten van het incident. Zij leggen aan hun vordering ten grondslag dat een reserveringsovereenkomst tot stand is gekomen tussen de gemeente en 7COM en Tiemex met betrekking tot het perceel waarover Von Gahlen eerder met de gemeente heeft onderhandeld. Na goedkeuring van een schets- en inrichtingsplan zal het perceel op grond van de reserveringsovereenkomst aan 7COM en Tiemex worden verkocht.
3.4.
Von Gahlen en de gemeente refereren zich aan het oordeel van de rechtbank.

4.De beoordeling

4.1.
De rechtbank stelt voorop dat ieder die een belang heeft bij een tussen andere partijen aanhangig geschil, kan vorderen zich daarin te mogen voegen of daarin te mogen tussenkomen (art. 217 Rv). Voor het aannemen van een belang bij tussenkomst is voldoende dat de derde partij een eigen vordering wil instellen tegen (een van) de procederende partijen en voldoende belang heeft zich met dat doel te mengen in het aanhangige geding in verband met de nadelige gevolgen die zij van de uitspraak in het hoofdgeding kan ondervinden. Dat belang kan erin bestaan dat in verband met de gevolgen die de uitspraak in de hoofdzaak kan hebben, benadeling of verlies van een recht van de tussenkomende partij dreigt, dan wel diens positie anderszins kan worden benadeeld. [1] Voor het aannemen van een belang bij voeging is voldoende dat de partij die voeging vordert nadelige (feitelijke of juridische) gevolgen kan ondervinden van een uitkomst van de procedure die ongunstig is voor de partij aan wier zijde de derde zich voegt. [2]
4.2.
De rechtbank is van oordeel dat de incidentele vordering tot tussenkomst kan worden toegewezen, omdat de aangevoerde gronden die vordering kunnen dragen. 7COM en Tiemex hebben gesteld dat zij hun belangen willen verdedigen en een zelfstandige vordering willen instellen tegen de gemeente. Zij hebben daartoe aangevoerd dat het perceel waarop het geschil in de hoofdzaak ziet, reeds onderwerp is van een reserveringsovereenkomst tussen hen en de gemeente en aan 7COM zal worden verkocht. De beoordeling van de vorderingen in de hoofdzaak zou ertoe kunnen leiden dat de totstandkoming van een koopovereenkomst tussen 7COM en de gemeente wordt doorkruist en dat het perceel aan Von Gahlen wordt verkocht en geleverd. Gelet daarop kunnen 7COM en Tiemex nadelige gevolgen ondervinden van de uitspraak in de hoofdzaak. Hiermee hebben zij voldoende belang bij de vordering tot tussenkomst.
4.3.
Aangezien de primaire vordering tot tussenkomst wordt toegewezen, behoeft de subsidiaire vordering tot voeging geen bespreking.
4.4.
De beslissing in de hoofdzaak is bepalend voor de beantwoording van de vraag wie de kosten van het incident zal moeten dragen. Om die reden wordt de beslissing over de kosten aangehouden tot de beslissing in de hoofdzaak.

5.De beslissing

De rechtbank
in het incident
5.1.
staat 7COM en Tiemex toe in de hoofdzaak tussen te komen,
5.2.
houdt de beslissing over de kosten van het incident aan,
in de hoofdzaak
5.3.
bepaalt dat de zaak op de rol zal komen van 3 juli 2024 voor het nemen van de conclusie van eis in tussenkomst door 7COM en Tiemex.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.A.L. van de Sande en in het openbaar uitgesproken op 22 mei 2024.

Voetnoten

1.HR 28 maart 2014, ECLI:NL:HR:2014:768.
2.HR 15 november 2019, ECLI:NL:HR:2019:1787.