ECLI:NL:RBGEL:2024:1594

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
20 maart 2024
Publicatiedatum
21 maart 2024
Zaaknummer
C/05/423679 / HZ ZA 23-247
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzet tegen verstekvonnis inzake misbruik van identiteitsverschil en onrechtmatige daad

In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 20 maart 2024 uitspraak gedaan in een verzetprocedure tussen STICHTING SHARE CLAIM (hierna: Share Claim) en STICHTING MILLENIUM FOUNDATION (hierna: Millenium). Share Claim, vertegenwoordigd door mr. F. Eikelboom, vorderde een verklaring voor recht dat Millenium zich schuldig maakt aan een onrechtmatige daad door een constructie te handhaven die gericht is op de benadeling van Share Claim. Millenium, vertegenwoordigd door mr. M.E.C. Lok, betwistte deze vordering en stelde dat er geen sprake was van misbruik van identiteitsverschil.

De rechtbank oordeelde dat Millenium ontvankelijk was in het verzet en dat Share Claim de dagvaarding niet te vroeg had uitgebracht. De rechtbank concludeerde dat er wel degelijk sprake was van misbruik van identiteitsverschil, waarbij [betrokkene], de oprichter van Millenium, de voordelen van de Villa buiten zijn vermogen houdt om te voorkomen dat schuldeisers verhaal kunnen halen. De rechtbank wees de vordering van Share Claim tot betaling van € 157.091,70 toe, maar wees de vordering tot verklaring voor recht af, omdat Share Claim niet voldoende onderbouwing had gegeven voor een verdergaande schadevergoeding.

De rechtbank vernietigde het verstekvonnis voor zover daarin was verklaard dat Millenium zich schuldig maakte aan een onrechtmatige daad, maar bekrachtigde het verstekvonnis voor het overige, inclusief de proceskostenveroordeling. Millenium werd veroordeeld tot betaling van de proceskosten in het verzet, die zijn vastgesteld op € 1.142,50, en tot betaling van de wettelijke rente over dit bedrag. Het vonnis is openbaar uitgesproken op 20 maart 2024.

Uitspraak

RECHTBANK Gelderland

Civiel recht
Zittingsplaats Zutphen
Zaaknummer: C/05/423679 / HZ ZA 23-247
Vonnis in verzet van 20 maart 2024
in de zaak van
STICHTING SHARE CLAIM,
te Apeldoorn,
eisende partij,
gedaagde partij in het verzet,
hierna te noemen: Share Claim,
advocaat: mr. F. Eikelboom te Amsterdam,
tegen
STICHTING MILLENIUM FOUNDATION,
te Apeldoorn,
gedaagde partij,
eisende partij in het verzet,
hierna te noemen: Millenium,
advocaat: mr. M.E.C. Lok te ’s-Gravenhage, die zich op 9 januari 2024 heeft onttrokken.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het door deze rechtbank op 19 april 2023 tussen Share Claim en Millenium bij verstek gewezen vonnis onder zaaknummer C/05/416848 / HZ ZA 23-85 (hierna: het verstekvonnis)
- de verzetdagvaarding (aan te merken als conclusie van antwoord)
- de akte houdende overlegging producties van Millenium
- de akte uitlaten producties van Millenium
- de antwoordakte van Share Claim
- de onttrekking van mr. D.E. Kocer als advocaat van Millenium op 22 november 2023
- de rolverwijzing voor vonnis
- het stellen van mr. M.E.C. Lok als advocaat van Millenium op 6 december 2023
- de rolverwijzing voor opgave verhinderdata in verband met het plannen van een mondelinge behandeling
- de onttrekking van mr. M.E.C. Lok als advocaat van Millenium op 9 januari 2024.
1.2.
Nadat mr. Lok zich als advocaat had onttrokken en zich voor Millenium geen andere advocaat had gesteld, heeft Share Claim vonnis gevraagd.

2.De feiten

2.1.
Millenium is opgericht op 21 december 2017. De heer [betrokkene] (hierna: [betrokkene] ) is haar oprichter, enig bestuurder, voorzitter, secretaris en penningmeester. Artikel 3 van de statuten van Millenium luidt als volgt:

Doel.
De Stichting[Millenium – de rechtbank]
heeft ten doel het beheren van (familie)vermogensbestanddelen in de ruimste zin van het woord en niet alleen beperkt tot in het Nederlandse recht omschreven vermogensbestanddelen (waaronder onroerende goederen, roerende goederen, aandelen en certificaten, bank te goeden, patenten) van derden en voorts al hetgeen in de ruimste zin met één en ander verband houdt, daartoe behoort en/of daartoe bevorderlijk kan zijn.
De Stichting tracht haar doel onder andere te bereiken door het als eigenaar van casu quo gerechtigde tot vermogensbestanddelen op treden die economisch geheel of gedeeltelijk tot het vermogen van deze derden behoren – met name tot die van de oprichter en zijn familie leden – zulks op basis van bewindvoering – curatele – executeurschap – volmacht en/of opdracht of elke andere grond ook en verder door elk ander handelen dat bevorderlijk kan zijn voor het bereiken van haar doelstelling.
De Stichting heeft niet ten doel het maken van winst.
2.2.
Op 29 december 2017 heeft Millenium een overeenkomst genaamd “
Overeenkomst van economisch optreden voor een ander” gesloten met de rechtspersoon naar het recht van Hong Kong Millenium Capital Limited (hierna: de Ltd). Daarbij werd zowel Millenium als de Ltd vertegenwoordigd door hun beider bestuurder [betrokkene] . De overeenkomst luidt onder meer als volgt:
“(…)
Door de Stichting(Millenium – de rechtbank)
wordt gekocht en aan haar wordt juridisch geleverd het pand gelegen aan de [adres+plaats 1](…)
.
De stichting is opgericht met het doel om vermogen juridisch te verkrijgen en beheren maar zulks economisch te houden voor derden.
In verband hiermee verklaren partijen dat de juridische levering aan de stichting geschiedt onder gelijktijdige economische verkrijging ten behoeve van de LTD zodat alle lusten en lasten van het registergoed en de feitelijke zeggensmacht geheel toekomt aan de LTD. Er is dus geen sprake van doorlevering (A-B-C) maar rechtstreekse economische verkrijging door de LTD.
(…)”
2.3.
Op 12 juli 2020 heeft [betrokkene] voor € 825.000,00 een villa gekocht aan de [adres+plaats 2] (hierna: de Villa). De Villa is geleverd aan Millenium, die bij de akte van levering van 24 augustus 2020 is opgetreden als koper en in de plaats is getreden van [betrokkene] . De verkopende partij heeft Millenium aanvaard als koper en [betrokkene] ontslagen van zijn rechten en verplichtingen op grond van de koopovereenkomst. Het economisch eigendom en het gebruik van de Villa berusten echter bij [betrokkene] .
2.4.
Op 24 augustus 2020 hebben Millenium en [betrokkene] ten behoeve van Stichting Zekerheden Geldvoorelkaar.nl een recht van hypotheek gevestigd op de Villa, voor een hoofdsom van € 825.000,00. Het hypotheekrecht is verstrekt in verband met een geldleningsovereenkomst die Millenium en [betrokkene] kort daarvoor hadden gesloten met Stichting Zekerheden Geldvoorelkaar.nl en Stichting Klantengelden Geldvoorelkaar.nl.
2.5.
Op 6 januari 2022 is Share Claim opgericht. Share Claim is een stichting met als statutair doel het behartigen van de belangen van personen en bedrijven die financieel zijn benadeeld door het handelen van [betrokkene] , en het verrichten van alles wat hiermee verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn. Volgens de statuten probeert Share Claim haar doel onder meer te bereiken door het overnemen van claims.
2.6.
Bij verstekvonnis van 4 januari 2023 heeft de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, [betrokkene] veroordeeld tot betaling van in totaal € 157.091,70 aan Share Claim. Dit bedrag heeft betrekking op vorderingen op [betrokkene] – uit hoofde van geldleningen en onverschuldigde betalingen – die Share Claim heeft overgenomen van de curatoren in het faillissement van [bedrijf] (hierna: [bedrijf] ).
2.7.
Bij vonnis van 10 oktober 2023 heeft de rechtbank Noord-Nederland, locatie Leeuwarden, [betrokkene] op verzoek van Share Claim in staat van faillissement verklaard.

3.Het geschil

3.1.
Share Claim vordert, samengevat:
I. een verklaring voor recht dat Millenium zich jegens haar schuldig maakt en blijft maken aan een onrechtmatige daad, te weten het voortzetten en handhaven van de opgezette constructie met als oogmerk de benadeling van Share Claim, en dat Millenium uit dien hoofde is gehouden de schade te vergoeden die Share Claim heeft geleden, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;
II. de veroordeling van Millenium tot betaling aan haar van € 157.091,70, te vermeerderen met de wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten;
III. de veroordeling van Millenium in de proceskosten, vermeerderd met de nakosten en wettelijke rente.
3.2.
Share Claim legt aan haar vorderingen ten grondslag dat [betrokkene] misbruik maakt van identiteitsverschil. Zij voert daartoe aan dat [betrokkene] ervoor heeft gezorgd dat het juridisch eigendom van de Villa – waarvan het de bedoeling is dat [betrokkene] niet alleen het volledige genot ervan zou hebben maar ook feitelijk de volledige zeggenschap erover kon uitoefenen – door de verkoper rechtstreeks aan Millenium werd overgedragen, de stichting die door hem wordt beheerd. Volgens Share Claim werd deze weg bewandeld met het uitsluitende oogmerk om te voorkomen dat voor schulden op de Villa verhaal zou kunnen worden gezocht. Op deze manier wordt afbreuk gedaan aan de verhaalsmogelijkheden van Share Claim. Millenium bood bewust – de bedoeling van [betrokkene] geldt immers rechtens als de bedoeling van Millenium – haar medewerking aan deze constructie. Daarom maakt (ook) Millenium zich schuldig aan maatschappelijk onbetamelijk gedrag, aldus Share Claim. Share Claim betoogt dat zij als gevolg van dit onrechtmatig handelen schade lijdt, die eruit bestaat dat (de overwaarde van) de Villa aan het verhaal van Share Claim is onttrokken. De hoogte van de schade zal pas blijken als de Villa is verkocht. Daarom moet de schade volgens Share Claim in een schadestaatprocedure worden begroot. Het onder II gevorderde bedrag heeft betrekking op de aan Share Claim gecedeerde vorderingen van [bedrijf] op [betrokkene] (zie 2.6).
3.3.
De vorderingen van Share Claim zijn bij het verstekvonnis toegewezen, met uitzondering van de vordering tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten, en met dien verstande dat als de gevorderde “wettelijke rente” de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 van het Burgerlijk Wetboek (BW) is toegewezen.
3.4.
Bij verzetdagvaarding van 7 augustus 2023 vordert Millenium, samengevat, dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I. Millenium ontheft van de veroordelingen die bij het verstekvonnis tegen haar zijn uitgesproken en Share Claim niet-ontvankelijk verklaart in haar vorderingen, althans die vorderingen afwijst;
II. Share Claim veroordeelt in de kosten van de verzetprocedure, inclusief de nakosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
3.5.
Millenium legt daaraan ten grondslag dat geen sprake is van misbruik van identiteitsverschil. Verder voert Millenium aan dat de dagvaarding in de onderhavige procedure te voorbarig is uitgebracht, aangezien de verzettermijn van [betrokkene] met betrekking tot het verstekvonnis van de rechtbank Noord-Nederland van 4 januari 2023 op het moment van dagvaarden nog niet was verstreken.
3.6.
De rechtbank zal hierna nader ingaan op de stellingen van partijen, voor zover voor de beoordeling van belang.

4.De beoordeling

Millenium is ontvankelijk in het verzet
4.1.
Het verzet is tijdig en op de juiste wijze ingesteld, zodat Millenium in zoverre in het verzet kan worden ontvangen.
Share Claim heeft de dagvaarding niet voorbarig uitgebracht
4.2.
Volgens Millenium heeft Share Claim de dagvaarding in deze procedure te vroeg uitgebracht, namelijk op 14 maart 2023, terwijl de verzettermijn in de procedure van Share Claim tegen [betrokkene] pas op 4 april 2023 eindigde. Nog daargelaten dat Millenium hieraan geen expliciete juridische consequentie verbindt, slaagt dit verweer niet. Er is sprake van twee afzonderlijke procedures, tegen twee verschillende gedaagden: de procedure van Share Claim tegen [betrokkene] bij de rechtbank Noord-Nederland (zie hierboven 2.6) en de onderhavige procedure tussen Share Claim en Millenium. Zonder nadere onderbouwing, die Millenium niet heeft gegeven, ziet de rechtbank niet in op welke grond Share Claim eerst had moeten afwachten of [betrokkene] in de eerstgenoemde procedure in verzet zou gaan en eventueel daarna ook nog in hoger beroep, voordat zij de onderhavige procedure tegen Millenium aanhangig maakte.
Er is sprake van misbruik van identiteitsverschil
4.3.
Tussen partijen is in geschil of – zoals Share Claim stelt, maar Millenium betwist – [betrokkene] misbruik maakt van identiteitsverschil. Bij de beoordeling van de vraag of sprake is van misbruik van identiteitsverschil is het door de Hoge Raad op 13 oktober 2000 gewezen Rainbow-arrest richtinggevend (ECLI:NL:HR:2000:AA7480). De in dit arrest verwoorde maatstaf is bevestigd in het arrest van de Hoge Raad van 7 oktober 2016 (ECLI:NL:HR:2016:2285).
4.4.
De Hoge Raad heeft in het Rainbow-arrest vooropgesteld dat door degene die (volledige of overheersende) zeggenschap heeft over twee rechtspersonen misbruik kan worden gemaakt van het identiteitsverschil tussen deze rechtspersonen en dat hetgeen met zodanig misbruik werd beoogd, in rechte niet hoeft te worden gehonoreerd. Het maken van zodanig misbruik zal volgens de Hoge Raad in de regel moeten worden aangemerkt als een onrechtmatige daad, die verplicht tot het vergoeden van de schade die door het misbruik aan derden wordt toegebracht. Deze verplichting tot schadevergoeding zal dan niet alleen rusten op de persoon die met gebruikmaking van zijn zeggenschap de betrokken rechtspersonen tot medewerking aan dat onrechtmatig handelen heeft gebracht, maar ook op deze rechtspersonen zelf, omdat het ongeoorloofde oogmerk van degene die hen beheerst, rechtens moet worden aangemerkt als een oogmerk ook van henzelf. Van een dergelijk misbruik van identiteitsverschil kan ook sprake zijn indien iemand een goed waarvan hij alle voordelen geniet met gebruikmaking van dat identiteitsverschil buiten zijn vermogen brengt of houdt zonder daarmee een zelfstandig belang van de betrokken rechtspersoon of -personen te dienen, maar uitsluitend met het oogmerk dat goed aan verhaal van zijn crediteuren te onttrekken (vgl. Hoge Raad 27 februari 2009, ECLI:NL:HR:2009:BG6445, Stichting Waaldijk/Aerts q.q.).
4.5.
Dit laatste doet zich hier voor, gelet op het navolgende.
Millenium is in 2017 opgericht met als doel het verkrijgen en beheren van vermogensbestanddelen die economisch geheel of gedeeltelijk tot het vermogen van derden behoren. In 2020 heeft [betrokkene] , de oprichter en enig bestuurder van Millenium, de Villa gekocht. Vervolgens is de Villa geleverd aan Millenium, maar bleven het economisch eigendom en het gebruik van de Villa bij [betrokkene] berusten. Het gevolg van deze constructie is dat [betrokkene] de Villa buiten zijn vermogen houdt en deze dus niet beschikbaar is als verhaalsobject voor de schuldeisers van [betrokkene] , omdat deze hem niet juridisch toebehoort. Hoewel [betrokkene] momenteel kennelijk in Thailand woont, geniet hij dus als gevolg van de constructie – anders dan Millenium aanvoert – wel degelijk de voordelen van de Villa. Daarbij is gesteld noch gebleken dat [betrokkene] met deze constructie een zelfstandig belang van Millenium dient. Millenium heeft voorts onvoldoende weersproken dat deze constructie is ontworpen en tot stand gebracht met het vooropgezette doel om vermogensbestanddelen van [betrokkene] buiten het bereik van schuldeisers te houden.
4.6.
Millenium voert nog als verweer aan dat niet [betrokkene] de begunstigde van de Villa is, maar de Ltd. Millenium verwijst in dit verband naar de “
Overeenkomst van economisch optreden voor een ander” tussen Millenium en de Ltd (zie hierboven 2.2). Dit verweer slaagt niet. Nog daargelaten dat deze overeenkomst betrekking heeft op een ander pand en niet op de Villa, geldt dat de bestuurder van de Ltd [betrokkene] is. Ook al zou op grond van deze overeenkomst de Ltd de economisch eigenaar van de Villa zijn, dan zou feitelijk dus [betrokkene] de begunstigde zijn.
4.7.
Ook het verweer van Millenium dat zij (en niet [betrokkene] ) de hypotheekrente aflost, kan haar niet baten. Millenium wil hiermee onderbouwen dat zij niet alleen op papier eigenaar is van de Villa en verwijst daarbij naar haar productie 14. Daarin staat echter alleen te lezen dat op 30 mei 2023 een bedrag van € 6.170,00 is betaald aan Stichting Klantengelden GeldvoorElkaar.nl, met als omschrijving “
Project 22725 + 15 procent”. Dat deze transactie zou zijn verricht door Millenium en betrekking zou hebben op de aflossing van hypotheekrente voor de Villa blijkt er niet uit. Nog daargelaten wat er verder van zij, wordt dit verweer als onvoldoende onderbouwd verworpen.
4.8.
Gezien het voorgaande staat als onvoldoende gemotiveerd weersproken vast dat sprake is van misbruik van identiteitsverschil door Millenium en [betrokkene] . Wat partijen meer of anders hebben aangevoerd, leidt niet tot een ander oordeel en blijft daarom buiten bespreking. Dit oordeel van de rechtbank heeft de volgende consequenties voor de vorderingen van Share Claim.
Vordering II (betaling van € 157.091,70) zal worden toegewezen
4.9.
Het gevorderde bedrag van € 157.091,70 heeft betrekking op de gecedeerde vordering van [bedrijf] (zie hierboven 2.6). Bij het verstekvonnis van 4 januari 2023 heeft de rechtbank Noord-Nederland [betrokkene] veroordeeld tot betaling van dit bedrag aan Share Claim. [betrokkene] is niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzet tegen dat verstekvonnis. Weliswaar vermeldt Millenium in haar verzetdagvaarding dat [betrokkene] voornemens is in hoger beroep te gaan tegen het verstekvonnis van de rechtbank Noord-Nederland, maar onduidelijk is of [betrokkene] inmiddels daadwerkelijk hoger beroep heeft ingesteld. De rechtbank moet daarom in deze zaak uitgaan van de veroordeling van [betrokkene] in de Noord-Nederlandse procedure. Aangezien de rechtbank in het voorgaande heeft geoordeeld dat sprake is van misbruik van identiteitsverschil door Millenium en [betrokkene] , kan Share Claim naast [betrokkene] in beginsel ook Millenium aanspreken tot betaling van het bedrag van € 157.091,70.
4.10.
Millenium voert als verweer aan dat de verkrijging van de Villa niet onrechtmatig kan zijn jegens Share Claim, omdat deze heeft plaatsgevonden in 2020 terwijl Share Claim pas in 2022 is opgericht. Dat Share Claim nog niet bestond op het moment dat Millenium juridisch eigenaar werd van de Villa, doet echter niet af aan de mogelijkheid om een vordering te cederen, ook aan een partij die ten tijde van het ontstaan van de vordering zelf nog niet bestond. Millenium gaat er ook zelf van uit dat de vordering van [bedrijf] aan Share Claim is gecedeerd. Gezien het voorgaande faalt het verweer van Millenium. Vordering II is toewijsbaar.
4.11.
Voor zover de rechtbank in het verstekvonnis vordering II heeft toegewezen, zal het verstekvonnis dan ook worden bekrachtigd.
Vordering I (verklaring voor recht) zal worden afgewezen
4.12.
Vordering I strekt tot een verklaring voor recht dat Millenium zich ten opzichte van Share Claim schuldig maakt en blijft maken aan een onrechtmatige daad, bestaande uit het voortzetten en handhaven van de opgezette constructie met als oogmerk de benadeling van Share Claim, en dat Millenium op grond daarvan de schade moet vergoeden die Share Claim als gevolg daarvan heeft geleden. Zonder nadere onderbouwing, die Share Claim niet heeft gegeven, ziet de rechtbank echter niet in op grond waarvan Millenium aan Share Claim meer zou zijn verschuldigd dan het onder 4.9 bedoelde en toewijsbare bedrag van € 157.091,70. Share Claim heeft niet gesteld, en ook is niet gebleken, dat zij in het kader van de opgezette constructie buiten het bedrag van € 157.091,70 nog meer vorderingen op Millenium heeft. Bij gebreke daarvan is vordering I niet toewijsbaar.
4.13.
Gezien het voorgaande kan het verstekvonnis niet in stand blijven voor zover daarin vordering I is toegewezen. De rechtbank zal het verstekvonnis in zoverre vernietigen en vordering I alsnog afwijzen.
De buitengerechtelijke kosten zullen worden afgewezen
4.14.
Share Claim vordert vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten. Zij stelt echter niet dat buitengerechtelijke incassowerkzaamheden zijn verricht. De vordering is daarom niet toewijsbaar. Het verstekvonnis blijft op dit punt dan ook in stand.
Millenium wordt veroordeeld in de kosten van het verzet
4.15.
Millenium wordt grotendeels in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten in het verzet (inclusief nakosten) betalen. De kosten van Share Claim worden begroot op:
- salaris advocaat
964,50
(0,5 punt × € 1.929,00)
- nakosten
178,00
(plus de verhoging zoals vermeld in de beslissing)
Totaal
1.142,50
4.16.
De gevorderde wettelijke rente over de nakosten wordt toegewezen zoals vermeld in de beslissing.
4.17.
De proceskostenveroordeling in het verstekvonnis blijft in stand.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
vernietigt het verstekvonnis voor zover daarin voor recht is verklaard dat Millenium zich jegens Share Claim schuldig maakt en blijft maken aan een onrechtmatige daad, te weten het voortzetten en handhaven van de opgezette constructie met als oogmerk de benadeling van Share Claim, en dat Millenium uit dien hoofde is gehouden de schade te vergoeden die Share Claim heeft geleden, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet,
en, opnieuw beslissend,
5.2.
veroordeelt Millenium om aan Share Claim te betalen een bedrag van € 157.091,70, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf veertien dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.3.
veroordeelt Millenium in de kosten van de verzetprocedure van € 1.142,50, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met € 92,00 plus de kosten van betekening als Millenium niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
5.4.
veroordeelt Millenium tot betaling van de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW over de nakosten van de verzetprocedure als deze niet binnen veertien dagen na aanschrijving zijn betaald,
5.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af,
5.7.
bekrachtigt het verstekvonnis voor het overige, inclusief de daarin opgenomen proceskostenveroordeling.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.J.J.M. Weijnen en in het openbaar uitgesproken op 20 maart 2024.
JE/AW