ECLI:NL:RBGEL:2023:758

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
17 februari 2023
Publicatiedatum
17 februari 2023
Zaaknummer
05-177798-22
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wederrechtelijke vrijheidsberoving, verkrachting, bedreiging en mishandeling met gevangenisstraf en tbs

Op 17 februari 2023 heeft de Rechtbank Gelderland in Arnhem uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van meerdere ernstige misdrijven, waaronder wederrechtelijke vrijheidsberoving, verkrachting, bedreiging en mishandeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte de benadeelde, geboren in 1995, gedurende meer dan 24 uur tegen haar wil in zijn woning heeft vastgehouden. Gedurende deze periode heeft hij haar meermalen seksueel misbruikt en bedreigd met geweld. De rechtbank heeft de verklaringen van de benadeelde als betrouwbaar en consistent beoordeeld, ondersteund door getuigenverklaringen en ander bewijs, waaronder chatberichten van de verdachte die zijn intenties en gedrag bevestigen. De verdachte heeft de feiten ontkend, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat er voldoende bewijs is om de beschuldigingen te ondersteunen.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden, met aftrek van het voorarrest, en heeft daarnaast de maatregel van terbeschikkingstelling (tbs) met voorwaarden opgelegd. De rechtbank heeft rekening gehouden met de ernst van de feiten, de impact op het slachtoffer en het recidivegevaar van de verdachte, die eerder al veroordeeld was voor soortgelijke feiten. De rechtbank heeft ook de psychologische rapporten van deskundigen in overweging genomen, die hebben geconcludeerd dat de verdachte lijdt aan verschillende persoonlijkheidsstoornissen die zijn gedrag beïnvloeden. De rechtbank heeft de vordering van de benadeelde partij voor smartengeld toegewezen, vastgesteld op € 10.000,-, en heeft de verdachte verplicht om dit bedrag te betalen, vermeerderd met wettelijke rente.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Team strafrecht
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05/177798-22 en 03/262997-19 (tul)
Datum uitspraak : 17 februari 2023
Tegenspraak
vonnis van de meervoudige kamer
in de zaak van
de officier van justitie
tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 1995 in [geboorteplaats] ,
ingeschreven [adres 1] ,
waar hij gedetineerd zit in de P.I. Arnhem.
Raadsvrouw: mr. B. Klunder, advocaat in Amsterdam.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de openbare terechtzittingen van
7 oktober 2022, 16 december 2022 en 3 februari 2023.

1.De inhoud van de tenlastelegging

Aan verdachte is na toewijzing van een vordering tot wijziging van de tenlastelegging ten laste gelegd dat:
1.
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 12 juli 2022 tot en met 13 juli 2022 te Arnhem door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een andere feitelijkheid, [benadeelde] heeft gedwongen tot het ondergaan van een of meer handelingen die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde] ,
te weten
- het brengen van zijn penis in de mond en/of de vagina van die [benadeelde] en/of
- het laten betasten en/of aftrekken van zijn penis door die [benadeelde] , waarbij dat geweld en/of die één of meer andere feitelijkheden en/of die bedreiging met geweld en/of met één of meer andere feitelijkheden er in heeft/hebben bestaan dat verdachte in zijn woning (gelegen aan [adres 2] )
- die [benadeelde] wederrechtelijk van haar vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden en/of
- die [benadeelde] een of meerdere keren heeft mishandeld, waaronder te slaan en/of te schoppen en/of
- die [benadeelde] verbaal heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of een zwaard heeft getoond en/of
- ( dwingend en/of dreigend) tegen die [benadeelde] heeft gezegd dat zij hem, verdachte, moest pijpen en/of dat hij haar ging neuken, althans woorden van soortgelijke aard en/of strekking en/of
- misbruik heeft gemaakt van zijn fysieke en/of psychische overwicht ten opzichte van die [benadeelde] en/of
- voorbij is gegaan aan de verbale en/of non-verbale signalen van verzet/weerstand van die [benadeelde] en/of
- ( hierdoor) een bedreigende situatie heeft gecreëerd waarin die [benadeelde] zich niet, althans onvoldoende aan bovengenoemde handelingen kon of durfde te onttrekken;
2.
hij in of omstreeks de periode van 12 juli 2022 tot en met 13 juli 2022 te Arnhem opzettelijk
[benadeelde] (telkens) wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd gehouden in zijn, verdachtes, woning (gelegen aan [adres 2] ) door
- de deur van voornoemde woning af te sluiten en/of afgesloten te houden en/of
- de telefoon van die [benadeelde] af te pakken en/of bij zich te houden en/of
- een of meerdere keren (dwingend en/of dreigend) tegen die [benadeelde] te zeggen dat zij voornoemde woning niet mocht verlaten, althans woorden van soortgelijke dreigende aard of strekking en/of
- ( dwingend en/of dreigend) tegen die [benadeelde] te zeggen dat zij een probleem had als ze haar telefoon pakte en/of iemand zou appen, althans woorden van soortgelijke dreigende aard of strekking en/of
- duct tape op/over de mond van die [benadeelde] te plakken en/of
- die [benadeelde] een of meerdere keren te mishandelen, waaronder te slaan en/of
te schoppen en/of
- die [benadeelde] verbaal te bedreigen met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of een zwaard te tonen en/of
- ( hierdoor) een bedreigende en/of beangstigende situatie voor die [benadeelde] te creëren, waardoor zij belet/belemmerd werd om voornoemde woning te verlaten, althans waardoor zij die woning niet durfde te verlaten;
3.
hij op een of meerdere tijdstippen in of omstreeks de periode van 12 juli 2022 tot en met 13 juli 2022 te Arnhem [benadeelde] heeft mishandeld door
- die [benadeelde] bij haar keel vast te pakken en/of (vervolgens) in de keel van die [benadeelde] te knijpen en/of
- een brandende aansteker tegen/bij de tong van die [benadeelde] te houden en/of
- het hoofd van die [benadeelde] in een pan, die op een brandend fornuis stond, te drukken/houden en/of
- die [benadeelde] op/tegen haar hoofd en/of lichaam te slaan/stompen en/of te schoppen/trappen en/of
- die [benadeelde] op de grond te gooien/duwen en/of
- aan de haren van die [benadeelde] te trekken en/of
- duct tape op/over de mond van die [benadeelde] te plakken;
4.
hij in of omstreeks de periode van 12 juli 2022 tot en met 13 juli 2022 te Arnhem [benadeelde] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en/of met zware mishandeling, door
- met een zwaard in de richting van die [benadeelde] te wijzen, althans die [benadeelde] een zwaard te tonen en/of
- te zeggen dat hij die [benadeelde] dood ging maken en/of in stukken ging hakken, althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking;
5.
hij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 februari 2022 tot en met 14 juli 2022 te Arnhem, althans in Nederland telkens een aantal afbeeldingen, te weten een aantal foto’s en/of video’s en/of een aantal gegevensdragers, bevattende afbeeldingen, te weten een Oppo CPH2211 telefoon en/of een Umi Max telefoon, van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, heeft verworven en/of in bezit gehad en/of zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft, welke seksuele gedragingen – zakelijk weergegeven – bestonden uit:
het met de/een penis en/of vinger/hand en/of voorwerp oraal en/of vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een penis en/of vinger/hand en/of voorwerp vaginaal penetreren van het lichaam van een persoon door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een voorwerp oraal en/of vaginaal penetreren van het eigen lichaam door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(afbeeldingen 01 en 02 van de toonmap)
en/of
het met de/een vinger/hand betasten en/of aanraken van het geslachtsdeel en/of billen van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of
het met de/een vinger/hand en/of voorwerp betasten en/of aanraken van het eigen geslachtsdeel, billen en/of borsten door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
(afbeelding 03 en 04 van de toonmap)
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon poseert in een erotisch getinte houding (op een wijze) die niet bij zijn/haar leeftijd past/passen en/of (waarna) door de (onnatuurlijke) en/of de uitsnede van de foto's /film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of
billen van deze persoon in beeld gebracht worden, (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(afbeelding 03 en 07 van de toonmap)
en/of
het masturberen boven/bij het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt en/of het houden van een (stijve) penis bij/naast het gezicht en/of lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling
(afbeelding 05 van de toonmap)
en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt.
2. Overwegingen ten aanzien van het bewijs [1]
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gesteld dat wettig en overtuigend bewezen kan worden dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de ten laste gelegde feiten.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft vrijspraak bepleit voor de feiten 1, 2, 4 en 5 wegens gebrek aan bewijs. Voor wat betreft feit 3 kan alleen bewezen worden dat verdachte het slachtoffer heeft geslagen en geschopt. Voor de overige gedachtestreepjes heeft de raadsvrouw vrijspraak bepleit.
Beoordeling door de rechtbank
Feiten 1, 2, 3 en 4
In het dossier bevindt zich een verklaring van het slachtoffer, die heeft verklaard dat ze tegen haar wil in is vastgehouden in de woning van verdachte, tegen haar wil in meermalen seksuele handelingen bij en met verdachte heeft moeten verrichten en dat zij door verdachte is mishandeld en bedreigd. Verdachte heeft ter zitting de mishandeling bekend en de andere aantijgingen ontkend.
De vragen die nu voorliggen aan de rechtbank, is of de verklaring van aangeefster betrouwbaar is en zo ja, of deze verklaring bevestiging vindt in andere bewijsmiddelen. De rechtbank zal de feiten 1, 2, 3 en 4 tegelijk beoordelen gelet op de nauwe onderlinge samenhang. Daarbij wordt ieder bewijsmiddel gebruikt voor het feit waar het blijkens zijn inhoud op ziet.
Bewijsmiddelen
Aangeefster [benadeelde] heeft in haar verhoor verklaard dat zij op 12 juli 2022 rond 17.00 uur naar de woning van verdachte is gegaan om € 50,- op te halen. Toen ze de woning binnen kwam heeft verdachte de deur op slot gedaan en heeft hij haar gedwongen om haar telefoon af te geven. Verdachte heeft vervolgens twee uur lang foto’s verwijderd uit haar telefoon. Verdachte zag daarbij een screenshot tussen [benadeelde] en haar ex, waarna verdachte haar een klap heeft gegeven. Ondertussen kwam de buurjongen aan de deur, [benadeelde] kent deze jongen als ‘ [getuige 3] ’, die eten voor verdachte kwam brengen, hetgeen verdachte heeft opgegeten. Toen verdachte klaar was met het eten is hij naar de app Whatsapp gegaan. Hij zag bij drie jongens dat [benadeelde] schreef: ‘ik mis je’. Verdachte gaf haar daarna een heel harde klap gegeven en sloeg haar met zijn hand en vuist op haar hoofd, oor en arm. [benadeelde] is weggelopen, waarop verdachte zei: ‘Nog 1 woord en ik plak je mond dicht met duct tape’. Hij heeft [benadeelde] vervolgens op de grond gegooid en in haar buik geschopt. Toen [benadeelde] op de bank in slaap was gevallen heeft verdachte haar wakker gemaakt. Verdachte dwong haar om hem te pijpen en ze deed dat, maar werd misselijk. Verdachte gaf toen aan dat ze hem dan maar moest aftrekken. Een moment later zei verdachte dat hij nog niet klaar was en dat hij haar ook ging neuken. Hij heeft haar broek uitgetrokken en is toen van achteren in haar vagina gegaan. Ze gaf aan dat het pijn deed, maar hij was stil en ging door. Daarna zijn ze beiden gaan slapen. [benadeelde] heeft verklaard dat ze niet vrijwillig bij verdachte heeft geslapen. Ze heeft vaak aan verdachte gevraagd of ze weg mocht, maar hij zei dat dat niet mocht en dat ze bij hem moest blijven. [benadeelde] durfde niet weg te gaan. Ze dacht dat ze maar beter ja en amen kon zeggen, zodat het sneller klaar zou zijn.
Om half 6 (
de rechtbank begrijpt: op 13 juli 2022 in de ochtend) werd [benadeelde] wakker gemaakt door verdachte, omdat hij geil was. [benadeelde] werd misselijk wakker. Verdachte zei tegen haar dat ze hem moest pijpen. Dat heeft ze gedaan en hij is klaargekomen in haar mond. [benadeelde] kreeg weer klappen van verdachte en hij is weer verder gaan kijken in haar telefoon. Verdachte zag iets in haar telefoon, sprong op en kneep hard haar keel dicht. [benadeelde] dacht daardoor dat ze dood ging. [benadeelde] heeft toen een klap in haar gezicht gekregen, waar haar gezicht rood door is geworden. Verdachte heeft toen zijn ex [naam 1] (
de rechtbank begrijpt: [naam 1]) opgebeld via videobellen. Verdachte heeft aan [naam 1] laten zien hoe [benadeelde] eruit zag. [benadeelde] moest zich van verdachte helemaal uitkleden en hij zei tegen de telefoon ‘kijk hoe deze kankerhoer zich uitkleedt’. Vervolgens moest ze tegen de telefoon zeggen dat ze een kankerhoer is. Verdachte moest naar een afspraak om zijn taakstraf uit te voeren en wist niet wat hij met [benadeelde] aan moest. Om te voorkomen dat ze op de zolder of in de schuur zou worden opgesloten door verdachte heeft [benadeelde] voorgesteld dat [naam 1] daar naar toe zou komen. Waarop [naam 1] aangaf dat dat wel kon. [naam 1] heeft op verzoek van [benadeelde] make-up meegenomen omdat [benadeelde] niet zo over straat kon met de rode striemen in haar gezicht. Tijdens het videobellen met [naam 1] heeft verdachte haar meermalen geslagen.
Verdachte heeft het fornuis aangedaan met daarop een lege koekenpan. Verdachte heeft haar gezicht in die hete pan geduwd. De pan was niet zo heet dat ze zich verbrandde, maar ze was wel bang. [naam 1] kwam bij de woning van verdachte. Verdachte heeft tegen [naam 1] gezegd dat ze op [benadeelde] moest passen en dat ze niet weg mocht. Verdachte gaf daarbij aan dat hij af en toe wilde videobellen om te kijken of [benadeelde] nog aanwezig was. Verdachte heeft de voordeur op slot gedaan toen hij weg ging. De achterdeur was open en [benadeelde] had op dat moment weg kunnen lopen, maar dat heeft ze niet gedaan, omdat [naam 1] continu met verdachte aan het bellen was en ze bang en in shock was. [naam 1] heeft [benadeelde] geholpen om make-up op haar gezicht te doen. Verdachte zei aan de telefoon dat [benadeelde] moest wachten tot hij thuis kwam, daarna zou hij haar laten gaan. Verdachte is teruggekomen van zijn afspraak en [benadeelde] mocht toen gaan. Ze heeft gelijk haar buurman gebeld en is daar naar toe gegaan, waar ook haar begeleider Juliën is gebeld.
Tijdens dit hele gebeuren heeft verdachte op enig moment duct tape op de mond van [benadeelde] gedaan, omdat zij schreeuwde. De tape heeft zij daarna zelf weggegooid. Ze heeft er een propje van gemaakt en op de bank gegooid. De tape was ongeveer 10 centimeter en was grijs. Ook heeft verdachte haar een aantal keer met een slipper geslagen. Op enig moment moest [benadeelde] haar tong uitsteken, waarbij verdachte een brandende aansteker bij haar tong hield. Ook heeft verdachte haar bedreigd met een touw en met een zwaard. Hij zei daarbij dat hij haar dood ging maken, in stukken ging hakken en dat de politie de stukken kon ophalen. [2]
Betrouwbaarheid verklaringen aangeefster
De rechtbank ziet zich in de eerste plaats voor de vraag gesteld of de verklaringen van [benadeelde] als betrouwbaar kunnen worden aangemerkt en voor het bewijs kunnen worden gebezigd. [benadeelde] heeft op 13 juli 2022 met de politie een informatief gesprek zeden gevoerd en heeft op 15 juli 2022 aangifte gedaan. De rechtbank is van oordeel dat [benadeelde] consistent, accuraat en volledig heeft verklaard en dat haar verklaringen gedetailleerd zijn.
Steunbewijs
De verklaringen van aangeefster worden op belangrijke onderdelen ondersteund door feiten en omstandigheden zoals die blijken uit de volgende bewijsmiddelen.
Verdachte heeft verklaard dat hij [benadeelde] meermalen heeft geslagen en geschopt en dat hij letsel bij haar heeft veroorzaakt. Door de klap in haar gezicht is er letsel in haar gezicht gekomen. Ook heeft verdachte [benadeelde] bij de hals vastgepakt en tegen de muur aan geduwd. Verdachte heeft seks met [benadeelde] gehad en hij is door haar gepijpt, maar dat was allemaal vrijwillig aldus verdachte. [naam 1] is bij de woning van verdachte geweest, omdat hij een afspraak had voor het verrichten van zijn taakstraf. [naam 1] was in de woning omdat [benadeelde] dat aan haar had gevraagd, want ze wilde niet met het zichtbare letsel weer naar buiten. [3] De rechtbank is van oordeel dat de verklaring van aangeefster wordt ondersteund door de verklaring van verdachte, namelijk dat er tussen hem en aangeefster seksuele handelingen hebben plaatsgevonden en dat hij haar heeft geslagen en geschopt. De verklaringen van verdachte dat sprake zou zijn geweest van vrijwilligheid acht de rechtbank onaannemelijk, gelet op de aangetroffen goederen in de woning van verdachte, de verstuurde chatberichten van verdachte en het aangetroffen letsel bij aangeefster. Daarover hieronder meer.
De verklaring van aangeefster wordt voorts ondersteund door de verklaringen van de buurman en de persoonlijk begeleidster van aangeefster. De buurman van [benadeelde] , [getuige 1] , heeft verklaard dat hij haar op 13 juli 2022 aan zag komen lopen bij de deur. Ze liep slecht, langzaam en een beetje voorover gebogen. [getuige 1] zag dat ze veel make-up op had, terwijl ze dat normaal niet heeft. [getuige 1] zag drie blauwe strepen op de linkerkant van haar gezicht. [benadeelde] vertelde hem dat ze naar verdachte toe was gegaan om geld op te halen, dat ze daar toen is mishandeld, hij haar heeft geprobeerd te wurgen, hij haar verkracht heeft en dat ze opgesloten was door hem. Ook heeft ze aan hem verteld dat verdachte haar hele telefoon had doorgespit. [4]
Ook [getuige 2] , de persoonlijk begeleidster van [benadeelde] heeft haar op 13 juli 2022 gezien, omdat zij was gebeld door [getuige 1] . [getuige 2] zag een donkere vlek in het gezicht van [benadeelde] . Ook kwam [benadeelde] onrustig op haar over. Ze vertelde haar dat ze was vastgehouden door een jongen, dat ze bedreigd was met een zwaard en dat ze in doodangst heeft gezeten. Ook heeft ze zich moeten uitkleden, wat die jongen heeft gefilmd. Ook heeft hij haar geslagen en seks met haar gehad. Toen [benadeelde] te veel lawaai maakte heeft hij haar mond dichtgeplakt. [5]
Uit voorgaande bewijsmiddelen blijkt dat [benadeelde] direct in de avond aan [getuige 1] en [getuige 2] heeft verklaard dat ze is mishandeld, verkracht, van haar vrijheid is beroofd en bedreigd. De getuigen hebben bij haar letsel waargenomen en ze komt overstuur op hen over. Het letsel bij [benadeelde] is ook geconstateerd door verbalisant Kemeling [6] en beschreven in de letselrapportage [7] .
In de woning van verdachte zijn onder meer een envelop met drie biljetten van € 50,-, een zwarte aansteker, twee gebruikte stukken duct tape (in een vuilniszak en onder de bank), een touw, een zwaard en een rol duct tape aangetroffen. [8] Ook het aantreffen van deze goederen vormt een ondersteuning voor haar verklaring.
De rechtbank is voorts van oordeel dat de verklaring van aangeefster wordt ondersteund door de verschillende chatberichten die door verdachte zijn verstuurd aan [getuige 3] , de buurjongen van verdachte die eten kwam brengen [9] en [naam 1] . De inhoud van deze berichten luidt, voor zover relevant, als volgt (letterlijk weergegeven, eventuele taal- of spelfouten zijn niet verbeterd):
Verdachte naar [getuige 3] :
11 juli 2022 18.22 uur:
Steek je iemand voor barkie? Hij woont niet ver.
[De term 'barkie wordt als straattaal gebruikt voor ’100 euro, verbalisant]
11 juli 2022 18..23 uur:
Verminken.(…)
11 juli 2022 18.24 uur:
Deze moet lijden
12 juli 2022 00.00 uur:
Die man gaan we we sws nog bossen
[De term ‘bossen’ wordt als straattaal gebruikt voor ‘afranselen, in elkaar slaan, kapotmaken
letterlijk of figuurlijk, verb.]
Verdachte naar [naam 1] :
11 juli 2022 18.25 uur:
Zo jongen gaat hem steken. Die Mocro
11 juli 2022 18.27 uur:
Gaat hem steken. Dm haar. Zeg. Dat ze echt de lul is hahaha. Dat jij
hebt gehoord. Dat die guy niet meer veilig is.
12 juli 2022 07.53 uur:
Wjw ik zag haar. [benadeelde] . Ze gingen kk snel rijden ineens. We gaan morgen. En zij moet ook. Niet alleen hij
12 juli 2022 08.00 uur:
Fuck it. Ik wil niet bossen. Ik wil zijn benen of zo. Niet meer kunnen lopen. Allebei zij ook.
Verdachte naar [getuige 3] :
12 juli 2022 10.45 uur en 10:46 uur:
Vandaag word lastig want ik wil eerste die meid zien. Zodat ik die tellie alles verwijder. En kapot maak. En haar ook bos. Op plekken waar je nii kan zien. Want niet alleen hij is verantwoordelijk. Zij ook. En daarna klaren we hem morgen. Want ik hoop dar zij vandaag komt ik probeer dat ze komt.
[De term ‘tellie’ wordt als straattaal gebruikt voor ‘televisie’ (in het Engels) en ook voor
‘mobieltje’(telefoon), verb.]
12 juli 2022 11.05 uur:
Ze gaat komen insallah. Middag. Perfect. Morgen die hoerenzoon aan beurt.
12 juli 2022 13.48 uur:
Ey broer heb je ductae. Ducktape.
12 juli 2022 14.48 en 14.49 uur:
Heb nodig voor kaken dicht je weet toch. Is voor straks zeg maar als dit is niet voor morgen.
12 juli 2022 14.52 uur:
heb al iets.
Verdachte stuurt op 12 juli 2022 om 14.53 uur een afbeelding naar [getuige 3] . De foto is door de verbalisant aangetroffen in de telefoon van verdachte. Op de foto is een wit snoer zichtbaar. Op de rol van de maat is te lezen: ‘Coloured Rope’.
Verdachte naar [naam 1] :
12 juli 2022 18.20 uur:
Ben achter zoveel gekomen. Dat niet waard is haar wat te doen maar ik dwing haar wel tot bepaalde Dingen. Ze is nu kotsen op wc.
Verdachte naar [getuige 3] :
12 juli 2022 19.05 uur:
Bro deze shit gaat nog ff duren dus breng maar tussendoor gewoon.
12 juli 2022 20.53 uur:
Ben haar wiepen en die dingen voordat ik der weggooi
Verdachte naar [naam 1] :
12 juli 2022 21.59 uur:
Yo. Shit loopt wel beetje uit de hand tho. Kon me tochniet inhoude. Kan je bidden aub?
In de telefoon van verdachte is een thumbnail van een video aangetroffen, gewijzigd op 13 juli 2022 om 07:50:22 uur. De verbalisant herkent [benadeelde] in de foto.
Verdachte naar [naam 1] :
13 juli 2022 07.55 uur:
Yo. Is uit de hand gelopen. Te Erg. Videobel me. Outgoing Call.
Uit de telefoongegevens is gebleken dat verdachte om 07.55 uur via Whatsapp heeft uitgebeld naar [naam 1] , met een gespreksduur van 50 minuten en 27 seconden.
Verdachte naar [naam 1] :
13 juli 2022 08.55 uur:
Ik ben kk para [naam 1] .
[naam 1] stuurt om 09.37 uur:
Omw.(
de rechtbank begrijpt: On my way, vertaald naar het Nederlands betekent dit: ik ben onderweg)
Verdachte naar [naam 1] :
13 juli 2022 10.56 uur:
Ik ga haar misleiden. Maar je moet stil houden.
Verdachte naar [getuige 3] :
13 juli 2022 12.59 uur:
Broertje is uit de hand gelopen. Ben nu taakstraf en zij is bij me thuis heb zo meid bij haar gezet.
13 juli 2022 20.48 uur:
Wrm denk je slechtste in mij kwam naar boven. Ik ben ook echt niet blij met mezelf wallah. [10]
Uit de telefoon van de moeder van verdachte, [naam 2] , zijn meerdere chatberichten naar voren gekomen tussen verdachte en [naam 2] . De inhoud van deze berichten luidt, voor zover relevant, als volgt (letterlijk weergegeven, eventuele taal- of spelfouten zijn niet verbeterd):
Op 12 juli 2022 19.44 uur:
En het meisje is bijna weg ben nog dingen aan verwijderen uit haar telefoon
Op 14 juli 2022 16.19 uur:
Per slot van rekening de reactie is wel heftig maar ik ben ook een mens maar als ik gekwetst raak dan moet ik kwetsen Dus als ze niet stopt dan ga ik wraak nemen again. [11]
De verklaring van [benadeelde] dat zij gedwongen werd tot verschillende handelingen vindt steun in de chatberichten die in de telefoon van verdachte zijn gevonden. Verdachte stuurt meerdere berichten waarin duidelijk wordt dat hij van plan is geweld te plegen tegen de buurman en dat ook zij (daarna) aan de beurt is. Uit de berichten volgt dat verdachte van plan is eerst dingen uit haar telefoon te verwijderen en daarna geweld tegen haar te plegen. Ook schrijft verdachte dat hij [benadeelde] tot bepaalde dingen dwingt en dat ze aan het kotsen is op de wc. Daarna stuurt verdachte een bericht dat hij seks met haar heeft en dat hij haar daarna ‘weggooit’. Verdachte schrijft meermalen dat dingen uit de hand zijn gelopen en dat hij zich niet kon inhouden. Ook vraagt verdachte aan [getuige 3] of hij duct tape heeft, omdat hij dat nodig heeft om kaken dicht te houden. Aangeefster heeft verklaard dat zij duct tape op haar mond heeft gekregen en ook zijn in de woning propjes duct tape aangetroffen. In de chatberichten aan zijn moeder schrijft verdachte dat de reactie heftig is, heeft hij het over wraak nemen en als hij gekwetst wordt dan moet hij ook mensen kwetsen. Verdachte heeft geen duidelijke verklaring gegeven over de door hem gestuurde chats. Hij heeft ter zitting verklaard dat hij de chatberichten niet begrijpt en dat hij boos was. De berichten zouden onzin zijn. De rechtbank schuift gelet op het voorgaande de verklaring van verdachte als ongeloofwaardig terzijde en gaat er - anders dan verdachte - van uit dat deze tekstberichten moeten worden gezien in het kader van de door hem gepleegde feiten. De rechtbank acht enige vrijwilligheid dan ook onaannemelijk.
Conclusie feiten 1, 2, 3 en 4
De verklaringen van aangeefster staan niet op zichzelf, maar zijn ingebed in een concrete context en vinden bevestiging in de overige bewijsmiddelen in het dossier. De rechtbank concludeert (wellicht ten overvloede) dat er niet voor elke gedachtestreep een tweede bewijsmiddel aanwezig is, maar door de betrouwbare, consistente en accurate verklaring van aangeefster heeft de rechtbank geen twijfel aan de inhoud daarvan. Ook die feiten acht de rechtbank wettige en overtuigend bewezen. De rechtbank acht op grond van de gebezigde bewijsmiddelen en hetgeen hiervoor is overwogen wettig en overtuigend bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan de wederrechtelijke vrijheidsberoving, de verkrachting, de mishandeling en de bedreiging van [benadeelde] .
Feit 5
Op de telefoon Oppo CPH2211, toebehorend aan verdachte zijn in totaal 56 foto’s en 61 video’s van kinderporno en 1 video van dierenporno aangetroffen in mappen van Telegram Images, Telegram Files, Telegram Documents en Telegram Video. 66 afbeeldingen en 1 video bleken niet toegankelijk voor de gebruiker. Op de telefoon Uni Max, ook toebehorend aan verdachte zijn 11 afbeeldingen van kinderporno aangetroffen, die alle niet toegankelijk waren voor de gebruiker. Uit het dossier komt niet naar voren hoe de afbeeldingen op de telefoons van verdachte terecht zijn gekomen. Op de telefoons zijn geen zoektermen aangetroffen die verband zouden kunnen houden met kinderporno. Verdachte heeft stellig ontkend dat hij kinderpornografische afbeeldingen en/of video’s op zijn telefoon had staan. Verdachte heeft verklaard dat hij mogelijk in Telegramgroepen is geplaatst waar hij geen weet van heeft gehad en dat deze afbeeldingen automatisch zijn gedownload.
De rechtbank oordeelt als volgt.
Niet kan worden uitgesloten dat de verklaring van verdachte klopt en dat hij, zonder dat hij het wist, in de Telegramgroepen is geplaatst waarin afbeeldingen en video’s zijn gedeeld van kinderporno. De meeste afbeeldingen waren niet toegankelijk en veel afbeeldingen en video’s zijn in Telegram mappen aangetroffen. De rechtbank is van oordeel dat gelet op de plaats van de aangetroffen kinderpornografische afbeeldingen en de stellige ontkenning van verdachte niet wettig en overtuigend kan worden bewezen dat bij verdachte sprake was van het opzettelijke bezit van dan wel van het zich opzettelijk de toegang verschaffen tot de aangetroffen kinderpornografische afbeeldingen. Enig bewijsmiddel waaruit dat opzet bij verdachte zou blijken, ontbreekt.
Gelet op het voorgaande zal de rechtbank verdachte vrijspreken van het ten laste gelegde feit 5.

3.De bewezenverklaring

Naar het oordeel van de rechtbank is wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het onder feit 1, 2, 3 en 4 tenlastegelegde heeft begaan, te weten dat:
1.
hij op
een ofmeerdere tijdstippen in
of omstreeksde periode van 12 juli 2022 tot en met 13 juli 2022 te Arnhem door geweld of een andere feitelijkheid en
/ofbedreiging met geweld
of een andere feitelijkheid,[benadeelde] heeft gedwongen tot het ondergaan van
een of meerhandelingen die bestonden uit of mede bestond
enuit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [benadeelde] ,
te weten
- het brengen van zijn penis in de mond en
/ofde vagina van die [benadeelde] en
/of
- het laten betasten en
/ofaftrekken van zijn penis door die [benadeelde] , waarbij dat geweld en
/ofdie
één of meerandere feitelijkheden en
/ofdie bedreiging met geweld en
/of met één of meer andere feitelijkhedener in heeft/hebben bestaan dat verdachte in zijn woning (gelegen aan [adres 2] )
- die [benadeelde] wederrechtelijk van haar vrijheid heeft beroofd en
/ofberoofd gehouden en
/of
- die [benadeelde] een of meerdere keren heeft mishandeld, waaronder te slaan en
/ofte schoppen en
/of
- die [benadeelde] verbaal heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht en
/ofeen zwaard heeft getoond en
/of
-
(dwingend en
/ofdreigend
)tegen die [benadeelde] heeft gezegd dat zij hem, verdachte, moest pijpen en
/ofdat hij haar ging neuken,
althans woorden van soortgelijke aard en/of strekkingen
/of
- misbruik heeft gemaakt van zijn fysieke en
/ofpsychische overwicht ten opzichte van die [benadeelde] en
/of
- voorbij is gegaan aan de verbale en
/ofnon-verbale signalen van verzet/weerstand van die [benadeelde] en
/of
-
(hierdoor
)een bedreigende situatie heeft gecreëerd waarin die [benadeelde] zich niet, althans onvoldoende aan bovengenoemde handelingen kon of durfde te onttrekken;
2.
hij in
of omstreeksde periode van 12 juli 2022 tot en met 13 juli 2022 te Arnhem opzettelijk
[benadeelde] (telkens) wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en
/ofberoofd gehouden in zijn, verdachtes, woning (gelegen aan [adres 2] ) door
- de deur van voornoemde woning af te sluiten en
/ofafgesloten te houden en
/of
- de telefoon van die [benadeelde] af te pakken en
/ofbij zich te houden en
/of
- een of meerdere keren (dwingend en
/ofdreigend) tegen die [benadeelde] te zeggen dat zij voornoemde woning niet mocht verlaten
, althans woorden van soortgelijke dreigende aard of strekkingen
/of
- ( dwingend en
/ofdreigend) tegen die [benadeelde] te zeggen dat zij een probleem had als ze haar telefoon pakte en/of iemand zou appen, althans woorden van soortgelijke dreigende aard of strekking en
/of
- duct tape op/over de mond van die [benadeelde] te plakken en
/of
- die [benadeelde]
een ofmeerdere keren te mishandelen, waaronder te slaan en
/ofte schoppen en
/of
- die [benadeelde] verbaal te bedreigen met enig misdrijf tegen het leven gericht en
/ofeen zwaard te tonen en
/of
-
(hierdoor
)een bedreigende en
/ofbeangstigende situatie voor die [benadeelde] te creëren,
waardoor zij belet/belemmerd werd om voornoemde woning te verlaten, althanswaardoor zij die woning niet durfde te verlaten;
3.
hij op
een ofmeerdere tijdstippen in
of omstreeksde periode van 12 juli 2022 tot en met 13 juli 2022 te Arnhem [benadeelde] heeft mishandeld door
- die [benadeelde] bij haar keel vast te pakken en
/of (vervolgens
)in de keel van die [benadeelde] te knijpen en
/of
- een brandende aansteker
tegen/bij de tong van die [benadeelde] te houden en
/of
- het hoofd van die [benadeelde] in een pan, die op een brandend fornuis stond, te drukken
/houdenen
/of
- die [benadeelde] op/tegen haar hoofd en
/oflichaam te slaan/stompen en
/ofte schoppen
/trappenen
/of
- die [benadeelde] op de grond te gooien
/duwenen
/of
- aan de haren van die [benadeelde] te trekken en
/of
- duct tape op/over de mond van die [benadeelde] te plakken;
4.
hij in
of omstreeksde periode van 12 juli 2022 tot en met 13 juli 2022 te Arnhem [benadeelde] heeft bedreigd met enig misdrijf tegen het leven gericht
en/of met zware mishandeling, door
- met een zwaard in de richting van die [benadeelde] te wijzen, althans die [benadeelde] een zwaard te tonen en
/of
- te zeggen dat hij die [benadeelde] dood ging maken en
/ofin stukken ging hakken
, althans woorden van soortgelijke dreigende aard en/of strekking.
Voor zover er in de tenlastelegging kennelijke taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn die fouten verbeterd. Verdachte is daardoor niet in de verdediging geschaad.
Wat meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard, is niet bewezen.
Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

4.De kwalificatie van het bewezenverklaarde

Het bewezenverklaarde levert op (deels eendaadse samenloop van):
feit 1:
verkrachting.
feit 2:
opzettelijk iemand wederrechtelijk van de vrijheid beroven en beroofd houden.
feit 3:
mishandeling.
feit 4:
bedreiging.

5.De strafbaarheid van de feiten

De feiten zijn strafbaar.

6.De strafbaarheid van de verdachte

Verdachte is strafbaar, nu geen omstandigheid is gebleken of aannemelijk is geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit.

7.De overwegingen ten aanzien van straf en/of maatregel

Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat verdachte zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 30 maanden met aftrek van het voorarrest. De officier van justitie heeft verder gevorderd dat aan verdachte de maatregel van terbeschikkingstelling met voorwaarden wordt opgelegd. Voor de voorwaarden dient te worden aangesloten bij de door de reclassering op 19 januari 2023 geadviseerde voorwaarden, met uitzondering van de voorwaarde over het meewerken aan een time-out. Voorts heeft de officier van justitie gevorderd de terbeschikkingstelling met voorwaarden dadelijk uitvoerbaar te verklaren.
Het standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft primair bepleit dat vrijspraak moet volgen voor de feiten waarvoor tbs kan worden opgelegd en een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van het voorarrest voor de mishandeling nu dit bewezen kan worden en echt geen langere gevangenisstraf rechtvaardigt.
Subsidiair heeft de raadsvrouw aangevoerd dat niet moet worden overgegaan tot oplegging van een tbs met voorwaarden, nu een dergelijke maatregel niet proportioneel is. Een voorwaardelijk strafkader is voldoende, verdachte heeft zich bereid verklaard mee te werken aan alle voorwaarden. Een gevangenisstraf kan gecombineerd worden met het opleggen van een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel.
De beoordeling door de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen straf rekening gehouden met de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard en de omstandigheden waaronder dit is begaan. De rechtbank heeft verder rekening gehouden met de persoon en de omstandigheden van verdachte.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft het slachtoffer voor ruim 24 uur van haar vrijheid beroofd. In die tijd heeft hij haar meermalen seksueel misbruikt en verkracht. Als het slachtoffer niet deed wat hij wilde gaf hij haar een of meerdere klappen of schoppen. Het slachtoffer heeft verklaard dat zij door de bedreiging en het geweld zo angstig is geworden dat haar fysieke weerstand uiteindelijk werd gebroken en zij de seksuele handelingen heeft ondergaan. Zij heeft daardoor gedurende lange tijd in een onveilige situatie geleefd en heeft gevreesd voor haar leven. Verdachte heeft door deze handelwijze ernstig inbreuk gemaakt op haar geestelijke en lichamelijke integriteit.
Slachtoffers van dit soort ernstige feiten ondervinden daar vaak nog jarenlang last van en de herinnering eraan hindert hen in hun dagelijks bestaan. Uit de slachtofferverklaring die is voorgelezen blijkt dat dit ook zo is voor dit slachtoffer. Verdachte heeft bij het slachtoffer zeer grote schade aangericht. Door de feiten heeft ze een trauma opgelopen. Ze heeft ter zitting aangegeven dat ze zich dit een lange tijd van haar leven zal herinneren. De rechtbank rekent verdachte dit zeer aan. Het zeer gewelddadig karakter van de door verdachte gepleegde strafbare feiten laat zien dat verdachte er in het geheel niet voor terugschrikt om uit het niets zwaar geweld tegen andere mensen te gebruiken. Verdachte heeft zich bij zijn strafbaar handelen niet bekommerd om de gevolgen voor het slachtoffer. Bovendien houdt de rechtbank rekening met de omstandigheid dat verdachte dit alles heeft ontkend en dus geen enkele verantwoordelijkheid voor zijn handelen heeft genomen en geen inzicht heeft getoond in de ernst ervan.
Ten aanzien van de persoon van verdachte heeft de rechtbank acht geslagen op de inhoud van het hem betreffende uittreksel uit de Justitiële Documentatie van 22 december 2022, waaruit blijkt dat hij eerder onherroepelijk is veroordeeld voor soortgelijke feiten, te weten mishandeling en bedreiging. Deze veroordeling heeft hem er kennelijk niet van weerhouden zich opnieuw aan een soortgelijk ernstig strafbaar feit schuldig te maken.
Het gedragskundig onderzoek
De rechtbank heeft met betrekking tot de persoon van verdachte voorts kennisgenomen van de rapporten die zijn uitgebracht over de persoon van de verdachte:
  • Het NIFP Pro Justitia rapport door [deskundige 1] , psychiater, van 22 december 2022;
  • Het NIFP Pro Justitia rapport door [deskundige 2] , GZ-psycholoog, van 22 december 2022;
  • Het Forensisch Milieuonderzoek door [deskundige 3] , forensisch milieuonderzoeker, van 8 december 2022;
  • Het reclasseringsrapport van 19 januari 2023.
[deskundige 1] heeft geconcludeerd dat verdachte lijdt aan een persoonlijkheidsstoornis met borderline en narcistische trekken, een ernstige stoornis in het gebruik van cannabis en alcohol en beperkte cognitieve mogelijkheden. Deze stoornissen waren aanwezig ten tijde van het plegen van het ten laste gelegde en beïnvloedden de gedragskeuzes en gedragingen van verdachte ten tijde van het tenlastegelegde handelen. Verdachte heeft een problematische gehechtheid en een laag zelfgevoel en heeft anderen nodig heeft om zijn innerlijke leegte op te vullen. Hij doet er alles aan om te voorkomen dat de relatie met de ander strandt en gaat daarbij over grenzen van zichzelf en van de ander. In de relatie met [benadeelde] accepteerde hij langere tijd haar dubbele agenda, maar toen onontkoombaar was dat hij haar eigenlijk kwijt was werd hij - vanuit zijn verlatingsangst - razend en kwam hij tot het tenlastegelegde. [deskundige 1] heeft gelet daarop geadviseerd de ten laste gelegde feiten in verminderde mate toe te rekenen.
[deskundige 2] heeft geconcludeerd dat verdachte lijdt aan een persoonlijkheidsstoornis met borderline, antisociale, paranoïde en narcistische trekken. Door de borderline trekken in zijn persoonlijkheid is verdachte niet goed in staat om alleen te zijn en is hij niet in staat een relatie, zelfs als die destructief is, te beëindigen. Door de emotieregulatieproblemen, samenhangend met de borderline trekken in zijn persoonlijkheid, leiden de gevoelens van onmacht en woede tot agressief gedrag. Dit mechanisme kan bij alle ten laste gelegde feiten worden verondersteld. De persoonlijkheidsstoornissen belemmerden verdachte in zijn wilsvrijheid, gelet daarop adviseert [deskundige 2] de ten laste gelegde feiten in verminderde mate toe te rekenen.
De rechtbank verenigt zich met bovenstaande bevindingen en conclusies van de deskundigen [deskundige 1] en [deskundige 2] en neemt deze over voor zover zij tot de conclusie komen dat verdachte ten tijde van het tenlastegelegde leed aan een gebrekkige ontwikkeling en een ziekelijke stoornis van de geestvermogens. De rechtbank acht verdachte ter zake van het bewezen verklaarde verminderd toerekeningsvatbaar, nu de gebrekkige ontwikkeling en deze stoornis(sen) in forse mate op zijn gedrag hebben doorgewerkt.
De op te leggen straf
Naar het oordeel van de rechtbank kan in het bijzonder gelet op de ernst van het bewezen verklaarde, het justitieel verleden van de verdachte en in verband met een juiste normhandhaving, niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt. Tegelijkertijd heeft de rechtbank oog gehad voor de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde heeft plaatsgevonden. De rechtbank gaat er van uit dat verdachte (mede) tot de delicten is gekomen door zijn stoornis(sen). Hoewel deze context de bewezenverklaarde feiten niet rechtvaardigt of anderszins tot strafuitsluiting leidt, zullen deze omstandigheden wel worden meegewogen bij het bepalen van de op te leggen sancties. Gelet op de ernst van de feiten en de omstandigheden waaronder deze zijn begaan, acht de rechtbank een gevangenisstraf van 30 maanden, zoals door de officier van justitie gevorderd, passend. Een voorwaardelijk strafkader of een gevangenisstraf gelijk aan de voorlopige hechtenis, zoals door de raadsvrouw is bepleit, doet geen recht aan de ernst van de feiten. Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal binnen het wettelijk kader plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting.
De op te leggen maatregel
De rechtbank ziet zich vervolgens voor de vraag gesteld of de verdachte ter beschikking dient te worden gesteld, zoals door de officier van justitie is gevorderd.
Voor de bij verdachte bestaande ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens en het oordeel van de rechtbank daaromtrent wordt verwezen naar de passages hierboven.
Ten aanzien van het bestaan van enig gevaar voor de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen, geldt het volgende.
Met betrekking tot het recidivegevaar houdt de rapportage van psychiater [deskundige 1] het volgende in. Bij verdachte zijn veel risico-indicatoren aanwezig die wijzen op een verhoogd risico op toekomstig gewelddadig gedrag. Het risico op recidive van ernstige geweldsdelicten, met mogelijk ernstig lichamelijk letsel, wordt door [deskundige 1] als hoog ingeschat. De conclusie van psycholoog [deskundige 2] ten aanzien van het recidiverisico is gelijkluidend. Veroordeelde heeft zich eerder niet gehouden aan voorwaarden of voorgeschreven behandelingen werden niet gevolgd dan wel serieus genomen. Behandeling binnen een (ambulante) setting is dan ook niet zinvol. Het risico blijft dan dat verdachte onbehandeld op straat komt te staan als hij niet meewerkt, met alle risico’s van dien. Een meer stevige maatregel wordt noodzakelijk geacht. Geadviseerd wordt een kader op te leggen dat verdachte lange tijd geeft om de - voor de reductie van het recidiverisico - noodzakelijke taken te volbrengen. Deskundigen [deskundige 1] en [deskundige 2] adviseren beiden oplegging van tbs met voorwaarden.
De rechtbank stelt vast dat de onder 1, 2 en 4 bewezenverklaarde feiten misdrijven zijn als bedoeld in artikel 37a, eerste lid onder 2° van het Wetboek van Strafrecht.
De rechtbank is van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen het opleggen van de maatregel van terbeschikkingstelling eist. De ernst van het bewezen verklaarde, de justitiële documentatie en het door de deskundigen hoog ingeschatte recidiverisico heeft de rechtbank daarbij in aanmerking genomen.
De onder 1, 2 en 4 bewezenverklaarde feiten zijn misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen. Op grond van artikel 38e van het Wetboek van Strafrecht is de maatregel dan ook bij een eventuele omzetting naar een terbeschikkingstelling met dwangverpleging niet in duur tot 4 jaar gemaximeerd.
In het reclasseringsadvies van 19 januari 2023, wordt geadviseerd terbeschikkingstelling met voorwaarden op te leggen. In het rapport zijn voorwaarden geformuleerd. Verdachte heeft zich ter zitting bereid verklaard tot medewerking aan de door de reclassering geformuleerde voorwaarden.
Ter bescherming van de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen stelt de rechtbank voorwaarden betreffende het gedrag. De rechtbank neemt de voorwaarden over die de reclassering heeft geadviseerd, met uitzondering van de voorwaarde ‘time-out’. Klinische opname kan worden gezien als een vorm van vrijheidsbeneming (HR 12 februari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY5449; NJ 2013/132). De Hoge Raad heeft in zijn arrest van 12 juli 2022 (ECLI:NL:HR:2022:1027) geoordeeld dat de beslissing of zich de noodzaak voordoet van opneming van de veroordeelde in een zorginstelling en voor welke duur, is voorbehouden aan de rechter. De voorwaarde waarbij de beslissing of de verdachte zich gedurende de proeftijd onder klinische behandeling moet stellen, in handen wordt gelegd van de reclassering dan wel de voor indicatie verantwoordelijke instantie en/of de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing, is onverenigbaar met artikel 14c lid 2, aanhef en onder 10º, Sr. Dit geldt ook voor een kortdurende klinische opname van zeven weken voor crisisbehandeling, detoxificatie, stabilisatie, observatie of diagnostiek of wat dan ook.
De penitentiaire kamer (Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 15 december 2022, ECLI:NL:GHARL:2022:10739) heeft deze lijn doorgetrokken naar het kader van de terbeschikkingstelling. Hoewel er verschillen zijn aan te wijzen tussen bijzondere voorwaarden in tbs-kader en bijzondere voorwaarden bij een voorwaardelijke straf, is er volgens het hof onvoldoende reden om te oordelen dat opname in een zorginstelling tijdens de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege kan plaatsvinden zonder dat de rechter oordeelt over de noodzaak daarvan. Het gaat immers om een zelfde inperking van vrijheden. De penitentiaire kamer daarbij gewezen op de mogelijkheid van een door de rechter-commissaris te bevelen tijdelijke opname op grond van artikel 6.6.10a Sv. Er is geen reden te veronderstellen dat dit anders is bij het opleggen van een terbeschikkingstelling met voorwaarden.
De officier van justitie heeft gevorderd dat de te stellen voorwaarden en het uit te oefenen toezicht dadelijk uitvoerbaar moeten worden verklaard. De rechtbank ziet geen aanleiding de dadelijke uitvoerbaarheid te gelasten.
Een dergelijke beslissing impliceert dat de maatregel meteen na de uitspraak kan worden ten uitvoer gelegd, ook al is deze nog niet onherroepelijk. Vaak gebeurt dat om te bewerkstelligen dat aansluitend op het vonnis meteen met de klinische of ambulante behandeling kan worden begonnen dan wel dat deze kan worden voortgezet. Dat lijkt in dit geval echter weinig zinvol nu verdachte ook wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van dertig maanden en als regel gevangenisstraf als eerste wordt ten uitvoer gelegd (vgl. art 1.4 Regeling tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen).

8.De beoordeling van de civiele vordering

De benadeelde partij [benadeelde] heeft in verband met de feiten 1, 2, 3 en 4 een vordering tot schadevergoeding ingediend. De benadeelde partij vordert € 230,- aan materiële schade en € 15.000,- aan smartengeld, beiden vermeerderd met de wettelijke rente. Verder is om oplegging van de schadevergoedingsmaatregel verzocht.
Standpunten
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering van de benadeelde partij kan worden toegewezen, met toekenning van de wettelijke rente, en vordert oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de materiële vordering dient te worden afgewezen, omdat de rechtstreekse schade niet kan worden vastgesteld. Dit feit was in eerste instantie als diefstal tenlastegelegd, maar komt nu niet meer terug op de tenlastelegging. De immateriële vordering dient te worden gematigd naar € 7.000,- bij een veroordeling en de benadeelde partij moet voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering moet worden verklaard.
Overweging van de rechtbank
Materiële schade
De rechtbank overweegt dat er onvoldoende causaal verband bestaat tussen de bewezenverklaarde feiten en de gevorderde schade. De rechtbank zal om die reden de benadeelde partij niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
Smartengeld
Artikel 6:106 van het Burgerlijk Wetboek (hierna BW) geeft een limitatieve opsomming van de gevallen waarin deze bepaling recht geeft op vergoeding van immateriële schade als gevolg van onrechtmatig handelen, onder andere indien sprake is van aantasting in de persoon. Mishandeling, verkrachting en vrijheidsberoving vallen daar onmiskenbaar onder.
De rechtbank houdt rekening met de aard en de ernst van de feiten en de bedragen die Nederlandse rechters in vergelijkbare gevallen toewijzen. Naar maatstaven van billijkheid zal zij het smartengeld op een bedrag van € 10.000,- vaststellen. De rechtbank zal de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk verklaren in de vordering.
Verdachte is vanaf 13 juli 2022 wettelijke rente over het toegewezen bedrag verschuldigd.
De rechtbank ziet aanleiding om op grond van artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht de schadevergoedingsmaatregel aan verdachte op te leggen. Verdachte wordt verplicht het aan de benadeelde partij toegewezen bedrag aan de Staat te betalen. Eventueel toegekende proceskosten zijn daar niet bij inbegrepen.

9.De beoordeling van het beslag

De rechtbank zal als volgt beslissen over de in beslag genomen voorwerpen, waarvan geen afstand is gedaan door verdachte:
  • Nokia telefoon, ringen, mes, simkaarthouder, simkaarten, portemonnee, oorbel, en ondergoed: retour naar rechthebbende;
  • Duct tape, (rol) touw en samoeraizwaard, met betrekking tot welke de feiten zijn begaan: verbeurdverklaren.
Overweging ten aanzien van de twee in beslag genomen telefoons, Oppo CPH2211 en Umi Max
De rechtbank stelt, niettegenstaande de te geven vrijspraak, vast dat op de in beslag genomen en aan verdachte toebehorende telefoons strafbare kinder- en dierenpornografische afbeeldingen zijn aangetroffen. Voornoemde voorwerpen dienen dan ook op grond van artikel 36d van het Wetboek van Strafrecht te worden onttrokken aan het verkeer en zijn daarvoor vatbaar aangezien deze van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit ervan in strijd is met de wet.

10.De vordering tot tenuitvoerlegging (parketnummer 03-262997-19)

De politierechter te Rechtbank Limburg, locatie Roermond heeft verdachte op 26 oktober 2020 veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van twee weken.
De officier van justitie vordert de tenuitvoerlegging van die straf.
De raadsvrouw heeft zich ten aanzien van de vordering tot tenuitvoerlegging gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
Bewezen is dat verdachte zich binnen de proeftijd opnieuw schuldig heeft gemaakt aan strafbare feiten. De rechtbank is van oordeel dat de voorwaardelijk opgelegde straf daarom ten uitvoer moet worden gelegd.

11.De toegepaste wettelijke bepalingen

De oplegging van de straf en maatregel is gegrond op de artikelen 33, 33a, 36b, 36c, 36d, 36f, 38, 38a, 55, 57, 242, 282, 285, 300 van het Wetboek van Strafrecht.

12.De beslissing

De rechtbank:
 spreekt verdachte vrij van het onder 5 ten laste gelegde feit;
 verklaart bewezen dat verdachte de overige ten laste gelegde feiten, zoals vermeld onder ‘De bewezenverklaring’, heeft begaan;
 verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij;
 verstaat dat het aldus bewezenverklaarde oplevert de strafbare feiten zoals vermeld onder ‘De kwalificatie van het bewezenverklaarde’;
 verklaart verdachte hiervoor strafbaar;
 veroordeelt verdachte wegens het bewezenverklaarde tot een
gevangenisstrafvoor de duur van
30 (dertig) maanden;
 beveelt dat de tijd, door verdachte vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering zal worden gebracht;
 gelast dat
verdachte ter beschikking wordt gestelden stelt voor de duur van de terbeschikkingstelling de volgende
voorwaardenbetreffende het gedrag van verdachte:
1. Veroordeelde werkt mee aan het reclasseringstoezicht. Deze medewerking houdt onder andere in:
  • Veroordeelde meldt zich op afspraken bij de reclassering. De reclassering bepaalt hoe vaak dat nodig is;
  • Veroordeelde laat een of meer vingerafdrukken nemen en laat een geldig identiteitsbewijs zien. Dit is nodig om de identiteit van veroordeelde vast te stellen;
  • Veroordeelde houdt zich aan de aanwijzingen van de reclassering. De reclassering kan aanwijzingen geven die nodig zijn voor de uitvoering van het toezicht of om Veroordeelde te helpen bij het naleven van de voorwaarden;
  • Veroordeelde helpt de reclassering aan een actuele foto waarop zijn gezicht herkenbaar is. Deze foto is nodig voor opsporing bij ongeoorloofde afwezigheid;
  • Veroordeelde werkt mee aan huisbezoeken;
  • Veroordeelde geeft de reclassering inzicht in de voortgang van begeleiding en/of behandeling door andere instellingen of hulpverleners;
  • Veroordeelde vestigt zich niet op een ander adres zonder toestemming van de reclassering;
  • Veroordeelde werkt mee aan het uitwisselen van informatie met personen en instanties die contact hebben met Veroordeelde, als dat van belang is voor het toezicht;
2. Veroordeelde gaat niet naar het buitenland of het Caribisch deel van het Koninkrijk der Nederlanden, zonder toestemming van de reclassering;
3. Veroordeelde laat zich opnemen in de [zorginstelling] of in een soortgelijke zorginstelling, te bepalen door de justitiële instantie die verantwoordelijk is voor plaatsing. De opname duurt zolang de reclassering dat nodig vindt. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorginstelling geeft voor de behandeling. Gelet op de problematiek kan hieronder ook het innemen van medicijnen vallen, als de zorginstelling dat nodig vindt. Als de reclassering een overgang naar ambulante zorg, begeleid wonen of maatschappelijke opvang gewenst vindt, werkt veroordeelde mee aan de indicatiestelling en plaatsing;
4. Veroordeelde laat zich tijdens een nazorgtraject behandelen door de forensische verslavingszorg en/of forensische psychiatrie, zorgverlener te bepalen door de reclassering. Veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het afnemen van urinecontroles en het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling;
5. Veroordeelde verblijft na de klinische opname in een instelling voor beschermd wonen of de maatschappelijke opvang, nader te bepalen door de reclassering (in overleg met de kliniek). Het verblijf duurt zolang de reclassering dat nodig vindt;
6. Veroordeelde gebruikt geen drugs en werkt mee aan controle op dit verbod. De controle gebeurt met urineonderzoek. De reclassering bepaalt hoe vaak veroordeelde wordt gecontroleerd;
7. Veroordeelde gebruikt geen alcohol, en werkt mee aan urineonderzoek en ademonderzoek (blaastest) om dit alcoholverbod te controleren. De reclassering bepaalt met welke controlemiddelen en hoe vaak veroordeelde wordt gecontroleerd.
8. Veroordeelde heeft of zoekt op geen enkele wijze - direct of indirect - contact met het slachtoffer, zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt;
9. Veroordeelde bevindt zich niet op het adres van het slachtoffer, zolang het Openbaar Ministerie dit verbod nodig vindt;
10. Veroordeelde werkt mee aan het aflossen van zijn schulden en het treffen van afbetalingsregelingen, ook als dit inhoudt meewerken aan schuldhulpverlening in het kader van de Wet Schuldsanering Natuurlijke Personen. Veroordeelde geeft de reclassering inzicht in zijn financiën en schulden;
11. Veroordeelde werkt mee aan het vinden en behouden van zinvolle dagbesteding.
Beslag
 beveelt de onttrekking aan het verkeer van de telefoons Oppo CPH2211 en Umi Max;
 verklaart verbeurd de voorwerpen duct tape, (rol) touw en samoeraizwaard;
 gelast de teruggave van de voorwerpen Nokia telefoon, ringen, mes, simkaarthouder, simkaarten, portemonnee, oorbel, en ondergoed aan de rechthebbende.
Vordering benadeelde partij [benadeelde]
 veroordeelt verdachte in verband met de feiten onder 1, 2, 3 en 4 tot betaling van schadevergoeding aan de benadeelde partij [benadeelde] van € 10.000,- aan smartengeld, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 13 juli 2022 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald;
 veroordeelt verdachte in de kosten die de benadeelde partij in deze procedure heeft gemaakt en de kosten die de benadeelde partij mogelijk nog moet maken om het toegewezen bedrag betaald te krijgen, tot vandaag begroot op nul;
 verklaart de benadeelde partij [benadeelde] voor het overige niet-ontvankelijk in de vordering tot materiële schade en smartengeld;
  • legt aan verdachte de verplichting op om aan de Staat, ten behoeve van benadeelde partij [benadeelde] , een bedrag te betalen van € 10.000,- aan smartengeld. Dit wordt vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 13 juli 2022 tot aan de dag dat het hele bedrag is betaald. Als dit bedrag niet wordt betaald, kunnen 85 dagen gijzeling worden toegepast zonder dat de betalingsverplichting vervalt;
  • bepaalt daarbij dat met betaling aan de benadeelde partij in zoverre de betaling aan de Staat vervalt en omgekeerd.
Vordering tenuitvoerlegging 05-262997-19
 gelast de tenuitvoerlegging van de op 26 oktober 2020 door de politierechter te Rechtbank Limburg, locatie Roermond voorwaardelijk opgelegde straf, te weten 2 (twee) weken gevangenisstraf (parketnummer 05-262997-19).
Dit vonnis is gewezen door mr. J.A.P. Bakker (voorzitter), mr. F.J.H. Hovens en mr. W. Bruins, rechters, in tegenwoordigheid van mr. S.A. Teger, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 17 februari 2023.

Voetnoten

1.Het bewijs is terug te vinden in het in de wettelijke vorm door [verbalisant] van de politie Eenheid Oost-Nederland, district Gelderland-Midden, opgemaakte proces-verbaal, dossiernummer PL0600-2022318328, gesloten op 2 november 2022 en in de bijbehorende in wettelijke vorm opgemaakte processen-verbaal en overige schriftelijke bescheiden, tenzij anders vermeld. De vindplaatsvermeldingen verwijzen naar de pagina’s van het doorgenummerde dossier, tenzij anders vermeld.
2.Proces-verbaal van verhoor aangeefster [benadeelde] , p. 76-86; Proces-verbaal van informatief gesprek zeden, p. 38-40.
3.Verklaring verdachte op het onderzoek ter terechtzitting van 3 februari 2023.
4.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] , p. 164-167.
5.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 2] , p. 178-180.
6.Proces-verbaal bevindingen 14 juli 2022, p. 94.
7.Letselrapportage Forensische Geneeskunde GGD Gelderland Midden, p. 128-135.
8.Proces-verbaal doorzoeking woning, p. 43-44.
9.Proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] , p. 170.
10.Proces-verbaal van bevindingen, p. 359-374.
11.Proces-verbaal van bevindingen, p. 146-154.