Uitspraak
1.De procedure
- de dagvaarding van 25 maart 2021;
- de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie;
- de incidentele conclusie inzake vordering tot inzage ex artikel 843a Rv tevens houdende conclusie van repliek in conventie en van antwoord in reconventie;
- de conclusie van antwoord in het incident tevens houdende conclusie van dupliek in conventie en van repliek in reconventie, tevens houdende een wijziging van eis;
- de conclusie van dupliek in reconventie, tevens akte uitlating producties;
- de rolmededeling van 16 juni 2022;
- de akte uitlaten jurisprudentie van Dexia van 24 november 2022;
- de antwoordakte van [eiser] van 22 december 2022.
2.2. De feiten
3.De vordering en het verweer in conventie en in reconventie
3. Dexia zal veroordelen tot voldoening aan [eiser] van al datgene dat [eiser] aan Dexia heeft betaald onder de overeenkomst, vermeerderd met de wettelijke rente daarover,
6. Dexia zal veroordelen in de proceskosten en de nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente.
4.4. Beoordeling van de vorderingen in conventie en in reconventie4.1. Het gaat in deze zaak om een financieel product dat tussen 1990 en 2003 in Nederland ongeveer één miljoen keer is verkocht, namelijk een effectenleaseovereenkomst. Kenmerk van dit product is, dat de afnemer van het product met geleend geld belegt. Na het instorten van de aandelenmarkt zijn vele afnemers geconfronteerd met restschulden en andere verliezen. In de afgelopen 15 à 20 jaar zijn in Nederland hierover duizenden procedures gevoerd, waarbij Dexia vaak één van de procespartijen was. Door belangenbehartigers van afnemers en vertegenwoordigers van aanbieders van deze producten is, in het kader van de WCAM, een regeling getroffen, die bij beschikking van het Gerechtshof Amsterdam van 25 januari 2007 algemeen verbindend is verklaard. Enkele tienduizenden afnemers hebben deze regeling niet geaccepteerd en tijdig een opt-out-verklaring ingediend, onder wie [eiser] .
en de onrechtmatige daad van Dexia.
In deze zaak gaat het om [eiser] die- op advies van Wender de Beet, een financieel adviseur van NBG Finance (hierna te noemen: 'adviseur') een Capital Effect overeenkomst van Bank Labouchere heeft afgesloten.
- een kopie van de overeenkomst van 28 september 2000 met contractnummer 21692306, voorzien van het adviseursnummer ATP00344 NBG Finance;
- een kopie van een op naam van [eiser] gesteld Financieel Totaal Plan van 5 september 2000;
-een kopie van een Prognose Capital Effect op naam van [eiser] , voorzien van de naam van NBG Finance en W. de Beet;
Niet weersproken is dat dat sprake is geweest van meerdere huisbezoeken door de tussenpersoon. Zonder aanwijzingen van het tegendeel, die ontbreken, kan er dan vanuit worden gegaan dat de tussenpersoon daarbij (ook) heeft geïnformeerd naar de financiële omstandigheden en financiële doelen van [eiser] . Aan de hand van een inventarisatie van de
5.Beslissing
€ 660,00(2,5 x tarief € 264,00)