2.15.[eiser sub 2] heeft op 13 mei 2022 een aanvullende verklaring afgelegd. Het navolgende is (onder meer) in het verslag van dit interview opgenomen, waarbij VI staat voor de vraag van de medewerker van Achmea en A1 voor het antwoord van [eiser sub 2] :
“VI: Op 07 april hebben wij met elkaar gesproken en ik heb u toen ook een aantal vragen gesteld. Hiervan stuurde ik u een verslag toe. U en uw vader [naam vader] hebben dit verslag op 14 april 2022 voor akkoord ondertekend. Is hetgeen in het verslag van 07 april 2022 is weergegeven juist en overeenkomstig de waarheid? Zo nee, wat is niet juist?
A1: Ik heb de verklaring van de week nog even doorgelezen. Het klopt wat er in staat.
V1: Wilt u nog iets toevoegen of wijzigen aan het door u en uw vader ondertekende verslag? Zo ja, wat?
A1: Nee.”
“VI: U vertelde in ons gesprek van 07 april 2022 dat u als laatste in het pand aan de [adres 1] bent geweest en dat u het pand om 10:35 uur heeft verlaten. Hoe weet u dit?
A1: De tijd weet ik niet zeker. Ik kijk niet constant op de klok. Ik heb het een klein beetje gehangen aan de e-mail die ik om 10:35 uur van [betrokkene 1] had gekregen.”
[eiser sub 2] is in het interview door de medewerker van Achmea geconfronteerd met screenshots van de camerabeelden afkomstig van het tankstation gelegen tegenover het pand. In het interview is het navolgende opgenomen:
“V1: Om 9:50 uur (cameratijd) rijdt u weg met de bedrijfsauto. Wat bent u toen gaan doen?
A1: Ik denk dat ik terugging naar het [adres 2] , naar de winkel toe. Er gebeurt zoveel op zo’n dag. Ik had toen geen andere bestemming als het [adres 2] .
V1: Was dit de laatste keer dat u bij het pand bent geweest voordat het pand in brand is geraakt?
A1: Ik heb de tijdlijn van die dag niet in mijn hoofd. Ik kan maar zo twee of drie keer terug zijn geweest in een kwartier. Dat gebeurt wel vaker. Volgens mij ben ik sowieso nog één keer terug geweest om te controleren of de oven wel echt aan stond. Volgens mij was het rond een uur of elf dat ik nog weer terug ben geweest om die ovens te controleren. Dus dan zou je denken dat het hierna nog een keer gebeurd. Ik weet niet of dat zo is, maar dat ga je mij straks laten zien.
VI: Bent u het pand ingegaan?
A1: Ja, om die oven te controleren.
V1: Zo ja, in welke ruimtes bent u geweest en wat deed u daar? Wilt u intekenen op de situatieschets waar u geweest bent?
A1: Uitsluitend in de werkruimte en ik ben de kookruimte ingelopen om de ovens te controleren. Dat zijn die twee vierkantjes. Dat stukje ben ik ingelopen en heb de oven gecontroleerd. Dat was goed. Op het scherm staat hoe het allemaal ingesteld staat dus dat is vrij vlot te doen. Ik denk dat ik meteen weer naar buiten ben gelopen. Er is veel gebeurd die dag, dat heb ik niet meer helemaal paraat. Deze tijdlijn had ik ook niet goed, zeker niet in ons eerste gesprek.
V1: Heeft u binnen in de werkruimte of de kookruimte nog iets gezien geroken, gevoeld of gehoord?
A: Nee, als dat het geval is, had ik zelf de brandweer wel gebeld. Ik heb niets gemerkt. Dat neem ik mezelf nog wel een beetje kwalijk. Ik roep altijd: ik zie alles, ik merk alles. Blijkbaar toch niet zo goed.
V1: Wie is de persoon die de steeg uitloopt op dit screenshot?
A1: Ik. Ik ben dus twee minuten binnen geweest.
V1: Heeft toen iets gevoeld, gezien , gehoord of geroken toen u door de steeg liep op dat moment?
A1: Nee. Dit is wel een beetje het moment. Nog precies 2 minuten, zeg maar. Dan kwam ik er écht net weg.
V1: U heeft mij tijdens ons gesprek van 07 april 2022 verklaard dat u om 10.35 uur het pand verlaten had en dat uw brandweerpieper om 11:10 is afgegaan. Volgens uw verklaring van 07 april 2022 zit daar dus 35 minuten tussen. Uit de zojuist getoonde filmbeelden blijkt dat dit maar hooguit 2 minuten kan zijn. Wat is hier uw reactie?
A1: Wat ik op 07 april 2022 gezegd heb, klopt dus niet. Ik heb niets gemerkt, gevoeld, gehoord of geroken.”