Uitspraak
RECHTBANK Gelderland
1.[ged. in conv./eis. in reconv. sub 1] ,
2.
[ged. in conv./eis. in reconv. sub 2],
1.De procedure
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 3 november 2022.
2.Waar gaat deze zaak over?
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling in conventie en reconventie
De huurperiode loopt tot 1 juli 2020, ik dacht dat de huurperiode korter was omdat de verlening van 1 jaar in februari 2019 tot stand is gekomen.”Partijen hebben eind juni 2019 mondeling overeenstemming bereikt over de essentialia van de koopovereenkomst. [ged. in conv./eis. in reconv.] mocht er daarbij van uitgaan dat hij een bedrijfspand kocht, waarvan 142 m2 kantoorruimte verhuurd was aan [naam bedrijf 1] met een huurperiode tot 1 juli 2020.
e-mailbericht is een huurovereenkomst tot stand gekomen met [naam bedrijf 1] voor alle (54 en 142 m2) kantoorruimte in het bedrijfspand voor de duur van vijf jaar.
[eis. in conv./ged. in reconv.] heeft op zitting opgemerkt dat hij tegen [ged. in conv./eis. in reconv.] heeft gezegd dat de huurperiode met [naam bedrijf 1] tot 1 februari of 1 juli 2020 zou duren, vanwege de situatie met de andere huurder ( [naam bedrijf 2] ). Het was volgens [eis. in conv./ged. in reconv.] de vraag of de 54 m2 kantoorruimte in het bedrijfspand wel op 1 juli 2020 vrij zou komen vanwege een weigerachtige houding van [naam bedrijf 2] om te ontruimen. Omdat [naam bedrijf 2] op 1 juli 2020 wel vertrokken bleek te zijn, was [eis. in conv./ged. in reconv.] naar eigen zeggen verplicht om de 54 m2 kantoorruimte conform de optie van artikel 15 van de huurovereenkomst (geciteerd in randnummer 3.3, hierna aan te duiden als “de optie”) aan [naam bedrijf 1] aan te bieden. Wat er ook van die verplichting zij, [eis. in conv./ged. in reconv.] had op dat moment reeds overeenstemming bereikt met [ged. in conv./eis. in reconv.] over de (ver)koop van het bedrijfspand met de aanprijzing en mededeling dat de kantoorruimte (gedeeltelijk) beschikbaar was. [eis. in conv./ged. in reconv.] heeft geen afstemming gehad met [ged. in conv./eis. in reconv.] over het inroepen van de optie bij e-mail van 5 juli 2019. De rechtbank overweegt dat het op de weg van [eis. in conv./ged. in reconv.] had gelegen om [ged. in conv./eis. in reconv.] te informeren over de nadere details van de huurovereenkomst met [naam bedrijf 1] en het inroepen van de optie. Dat heeft [eis. in conv./ged. in reconv.] niet gedaan, terwijl zij slechts kort voordien die afspraak met [naam bedrijf 1] had gemaakt en op de hoogte was van de interesse van [ged. in conv./eis. in reconv.] in de beschikbare kantoorruimte. Gelet hierop heeft [eis. in conv./ged. in reconv.] haar mededelingsplicht geschonden.
heeft geen gronden aangevoerd waarom, bij toewijzing van de vordering van [ged. in conv./eis. in reconv.] , de kosten toch (deels) voor rekening van [ged. in conv./eis. in reconv.] zouden moeten blijven, zodat de rechtbank deze vordering van [ged. in conv./eis. in reconv.] zal toewijzen.
6.De beslissing
25 januari 2023.