In deze zaak vordert ASR Schadeverzekering N.V. als aansprakelijkheidsverzekeraar van onderaannemer [onderaannemer] schadevergoeding van hoofdaannemer [gedaagde] naar aanleiding van een ongeval op de bouwplaats op 24 november 2010. Tijdens de werkzaamheden is een werknemer van [onderaannemer], [werknemer], blijvend letsel opgelopen doordat een staalconstructie omviel. ASR stelt dat [gedaagde] toerekenbaar tekort is geschoten in de uitvoering van de overeenkomst met [onderaannemer] door af te wijken van het goedgekeurde ankerplan en aldus een onveilige situatie heeft gecreëerd. De rechtbank heeft vastgesteld dat [gedaagde] inderdaad is afgeweken van het ankerplan door gebruik te maken van afgezaagde haakankers in plaats van de voorgeschreven boorankers. ASR heeft de aansprakelijkheid van [gedaagde] onderbouwd met verwijzingen naar de Metaalunievoorwaarden en de onrechtmatige daad. [gedaagde] heeft verweer gevoerd en betwist dat zij aansprakelijk is, onder andere door te stellen dat de vordering van ASR gedeeltelijk is verjaard en dat de werkwijze met boorankers gebruikelijk was. De rechtbank heeft behoefte aan deskundigenrapporten om de constructieve stevigheid van de gebruikte materialen te beoordelen en om te bepalen of het ongeval ook zou zijn gebeurd indien [gedaagde] conform het ankerplan had gewerkt. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling en deskundigenonderzoek.