ECLI:NL:RBGEL:2021:219

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
20 januari 2021
Publicatiedatum
15 januari 2021
Zaaknummer
8277526 \ CV EXPL 20-916
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid Liander voor schade door stroomstoring aan derde partij zonder contractuele relatie

In deze zaak vorderde Vapiano, vertegenwoordigd door mr. F.J.E. Mollema, een schadevergoeding van Liander N.V. na een stroomstoring op 9 maart 2018, die leidde tot schade aan hun restaurant in Amsterdam. Vapiano stelde dat Liander onrechtmatig had gehandeld door een verkeerde kabel door te knippen, wat resulteerde in een grote stroomstoring. Liander, vertegenwoordigd door mrs. N. Dekker en I.P.M. Vadokas-Hofmans, betwistte de aansprakelijkheid en voerde aan dat de algemene voorwaarden, die aansprakelijkheid uitsluiten, van toepassing waren. De rechtbank oordeelde dat er geen contractuele relatie bestond tussen Vapiano en Liander, en dat de algemene voorwaarden van Liander niet doorwerkten naar Vapiano. Hierdoor was Liander niet aansprakelijk voor de schade die Vapiano had geleden. De vordering van Vapiano werd afgewezen, en in reconventie werd Vapiano veroordeeld tot terugbetaling van € 3.500,- aan Liander, vermeerderd met wettelijke rente. De proceskosten werden ook aan Vapiano opgelegd.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK GELDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaakgegevens 8277526 \ CV EXPL 20-916 \ 42693 \ 32568
uitspraak van
vonnis
in de zaak van
de besloten vennootschap
Van der Valk International B.V.,
h.o.d.n. Van der Valk in hoedanigheid als licentiehouder van franchiseketen Vapiano,
gevestigd te Tiel
eisende partij in conventie
verwerende partij in reconventie
gemachtigde mr. F.J.E. Mollema
tegen
de naamloze vennootschap
Liander N.V.
gevestigd te Arnhem
gedaagde partij in conventie
eisende partij in reconventie
gemachtigde mrs. N. Dekker en I.P.M. Vadokas-Hofmans
Partijen worden hierna Vapiano en Liander genoemd.

1.Het procesverloop

Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 17 juni 2020 en de daarin genoemde processtukken
- de conclusie van repliek aan de zijde van Vapiano met producties
- de conclusie van dupliek in conventie tevens conclusie van repliek in reconventie met producties
- de conclusie van dupliek in reconventie.

2.De feiten

2.1.
Deka verhuurt een deel van het pand aan de Herengracht 595 te Amsterdam aan Vapiano, waar Vapiano een restaurant aan de Amstelstraat te Amsterdam (aan de achterkant van het pand) exploiteert.
2.2.
Deka Immobilien Investment GmbH (hierna: Deka) heeft zich per 12 januari 2016 bij Liander aangemeld voor de energieaansluiting voor de locatie Herengracht 595 te Amsterdam. Op 15 januari 2016 hebben partijen een overeenkomst daarvoor getekend. Op de overeenkomst zijn de ‘Algemene Voorwaarden aansluiting en transport elektriciteit voor zakelijke afnemers’ (hierna: de Algemene Voorwaarden) van toepassing verklaard.
In de Algemene Voorwaarde staat onder meer:

21.1
De netbeheerder is jegens de afnemer niet aansprakelijk voor schade, die ontstaat ten gevolge van:
a. onderbreking of beperking van het transport;
b. een gebrek, defect of storing in de aansluiting, de hoofdleiding of andere bedrijfsmiddelen die door de netbeheerder worden beheerd en/of een of meer andere onderdelen van het elektriciteitsvoorzieningssysteem;
c. handelen of nalaten in verband met de aansluiting, de hoofdleiding of andere bedrijfsmiddelen die door de netbeheerder worden beheerd en/of een of meer andere onderdelen van het elektriciteitsvoorzieningssysteem door de netbeheerder, zijn werknemers of ondergeschikten, dan wel niet-ondergeschikten.
21.1
Het in het vorige lid gestelde lijdt uitzondering ingeval de schade ontstaat als gevolg van opzet of grove schuld van de netbeheerder, zijn werknemers of ondergeschikten. Behoudens ingeval de schade ontstaat als gevolg van opzet of grove schuld van de netbeheerder of diens leidinggevende werknemers is de netbeheerder evenwel nimmer gehouden tot vergoeding van bedrijfsschade waaronder begrepen winst- of inkomstenderving en tot vergoeding van immateriële schade.
2.3.
Op 9 maart 2018 zijn er werkzaamheden uitgevoerd aan het elektriciteitsnet van Liander ter hoogte van de Daniël Stalpertstraat / Ruysdaelkade te Amsterdam. Daarbij is een verkeerde kabel doorgeknipt, waarna in het onderstation op het Frederiksplein brand is ontstaan. Er ontstond een grote stroomstoring in de binnenstad van Amsterdam.
2.4.
Bij brief van 16 april 2018 heeft (de gemachtigde van) Vapiano Liander aansprakelijk gesteld voor de schade die Vapiano stelt te hebben geleden door de stroomstoring en het daardoor uitvallen van de vries- en koelcellen.
2.5.
Bij e-mail van 28 mei 2018 heeft Liander een reactie aan Vapiano gestuurd, waarin staat:

Wij hebben de vergoeding van uw schade beperkt tot ten hoogste € 3.500,-. Tot een hoger bedrag zijn wij niet aansprakelijk. Wij wijzen u daarvoor op artikel 17.4 van de algemene voorwaarden voor kleinverbruikers (consumenten en zakelijke klanten). We zullen € 3500,00 overmaken op uw rekeningnummer.
2.6.
Bij e-mail van 13 juni 2018 heeft (de gemachtigde van) Vapiano een reactie aan Vapiano gestuurd, waarin staat:

Vapiano heeft geen afzonderlijke contracten afgesloten met de verschillende nutsbedrijven, zoals bijvoorbeeld Liander. Om die reden betwisten wij nadrukkelijk of Liander zonder meer een beroep toekomst op de door u gememoreerde algemene voorwaarden. Er is immers tussen partijen nooit een overeenkomst tot stand gekomen en derhalve betwisten wij de toepasselijkheid van de door Liander gehanteerde algemene voorwaarden. Dit klemt temeer omdat de algemene voorwaarden nooit ter hand zijn gesteld en Vapiano daarvan redelijkerwijs geen kennis heeft kunnen nemen.
2.7.
Bij e-mail van 20 juli 2018 heeft Liander een reactie aan Vapiano gestuurd, waarin staat:

U stelt dat Vapiano geen contractuele relatie heeft met Liander en de door ons gememoreerde algemene voorwaarden niet van toepassing zijn. Bij nader onderzoek is inderdaad gebleken dat er geen contractuele relatie bestaat tussen Liander en Vapiano op het aangegeven adres. Onze excuses voor de verwarring in deze.
(…)
Van een algemeen recht op levering is uitsluitend sprake binnen een contractuele relatie. Aangezien een dergelijke relatie met Vapiano ontbreekt kan niet gesteld worden dat Liander wanprestatie heeft geleverd. Derden die geen recht op transport van de elektriciteit hebben kunnen daarom geen rechten op schadevergoeding ontlenen aan een stroomonderbreking.
(…)
In bovenstaand dossier is in een eerder stadium € 3.500,- uitgekeerd. Gelet p bovenstaande verzoeken wij u vriendelijk om dit bedrag aan ons terug te storten.

3.De vorderingen

3.1.
Voor de leesbaarheid zullen hierna de vorderingen, zoals beschreven in het tussenvonnis, worden herhaald.
3.2.
Vapiano vordert in conventie - uitvoerbaar bij voorraad - dat Liander wordt veroordeeld om aan Vapiano te betalen een bedrag van € 20.831,38 dat is opgebouwd uit de schade in hoofdsom van € 17.071,82 en buitengerechtelijke kosten van € 3.759,56, te vermeerderen met wettelijke rente. Tevens wordt een proceskostenveroordeling gevorderd.
3.3.
Vapiano legt aan die vordering ten grondslag dat zij als restaurant in Amsterdam schade heeft geleden nadat door Liander een stroomstoring heeft plaatsgevonden in Amsterdam op 9 maart 2018 met stroomuitval tot gevolg. Vapiano heeft onder meer schade geleden doordat zij producten uit de vriescellen heeft moeten vernietigen. Volgens Vapiano heeft Liander een onrechtmatige daad gepleegd door onzorgvuldig handelen, bestaande uit het doorknippen van een verkeerde kabel en een niet functionerend beveiliggingssysteem. Er is geen sprake van doorwerking van algemene voorwaarden. Liander is dus gehouden de door Vapiano geleden schade in zijn geheel te vergoeden.
3.4.
Liander voert gemotiveerd verweer. Zij bestrijdt dat er sprake is van een onrechtmatige daad. Zij voert aan dat de algemene voorwaarden in de weg staan aan aansprakelijkheid en tenslotte betwist zij de schade.
3.5.
Liander vordert in reconventie dat Vapiano wordt veroordeeld tot het terugbetalen van het door Liander onverschuldigd betaalde bedrag van € 3.500,-, vermeerderd met de wettelijke rente. Tevens wordt een proceskostenveroordeling gevorderd.
3.6.
Vapiano voert gemotiveerd verweer.

4.De beoordeling

4.1.
De vraag is of Liander, hoewel zij geen contractuele relatie met Vapiano heeft, aansprakelijk is voor de door Vapiano gestelde schade als gevolg van de stroomstoring.
Van belang daarbij is of Liander een beroep kan doen op haar algemene voorwaarden, waarin aansprakelijkheid voor schade als gevolg van een stroomstoring is uitgesloten. Als Liander zich daar inderdaad op kan beroepen zal zij niet verplicht zijn om schade te vergoeden, los van de vragen of er sprake is van een onrechtmatige daad en causaliteit. De exoneratie in de algemene voorwaarden is overeengekomen tussen Liander en Deka, de verhuurder van Vapiano. Partijen twisten over de vraag of de exoneratie doorwerkt jegens Vapiano.
4.2.
Uitgangspunt is dat contractuele bedingen alleen van kracht zijn tussen partijen bij de overeenkomst (in dit geval Liander en Deka). In bepaalde gevallen kan een uitzondering op dit beginsel worden aanvaard, in die zin dat een derde een contractueel beding in redelijkheid tegen zich moet laten gelden, maar daarvoor zal dan een voldoende rechtvaardiging moeten worden gevonden in de aard van het betreffende geval. Dit kan het geval zijn als -a- sprake is van een op gedragingen van die derde terug te voeren vertrouwen van degene die zich op het beding beroept dat hij dit beding zal kunnen inroepen in relatie tot die derde. Ook -b- de aard van de tegengeworpen overeenkomst en van het betreffende beding in verband met de bijzondere relatie waarin de derde staat tot degene die zich op het beding beroept, kan een uitzondering op het beginsel rechtvaardigen. Voorts moet rekening worden gehouden met -c- het stelsel van de wet, in het bijzonder indien de wet aan bepaalde daarin geregelde overeenkomsten binnen zekere grenzen werking jegens derden toekent en het betreffende geval in dit stelsel moet worden ingepast (zie met name HR 7 maart 1969, ECLI:NL:HR:1969:AB7416 (Gegaste uien), HR 12 januari 1979, ECLI:NL:HR:1979:AC2298 (Securicor), HR 20 juni 1986, ECLI:NL:HR:1986:AD5694 (Citronas) en HR 21 januari 2000, ECLI:NL:HR:2000:AA4429 (Sungreen)).
4.3.
In dit geval verkrijgt Vapiano via Deka de elektriciteit, die Liander aan Deka transporteerde. Daarbij wist Liander tot de claim van Vapiano – wegens de storing – niet dat zij feitelijk elektriciteit aan Vapiano transporteerde. Indien Vapiano direct een overeenkomst met Liander had gesloten met betrekking tot het transport van elektriciteit, dan waren de algemene voorwaarden van Liander (met het exoneratiebeding) van toepassing geweest op de overeenkomst. De verhouding tussen Liander en Vapiano is bijzonder, omdat Liander de elektriciteit wel naar Vapiano transporteert, maar Vapiano geen contractant is. Liander kan zich zonder doorwerking van de exoneratie alleen tegenover Deka beroepen op de algemene voorwaarden. In die lijn doorredenerend geldt dat Deka meer zou doorleveren aan Vapiano, namelijk transport van elektriciteit zonder een exoneratie, dan zij zélf ontvangt van Liander, namelijk transport van elektriciteit met een exoneratie. Vapiano komt zonder doorwerking dus in een gunstigere positie dan (i) in het geval dat zij zelf een overeenkomst met Liander zou sluiten en (ii) dan Deka zelf. De aard van de overeenkomst, het transporteren van elektriciteit door de netbeheerder, speelt ook een rol. Als bij transport van elektriciteit op de een of andere manier iets mis gaat en gebruikers zonder elektriciteit komen te zitten kan dat namelijk, in het algemeen gesteld, leiden tot grote schade. Het hanteren van algemene voorwaarden waarbij eventuele schadevergoeding wordt beperkt, is daarom voor een netbeheerder als Liander belangrijk en gebruikelijk.
De aard van de overeenkomst en het betreffende beding, in verband met de bijzondere relatie waarin Vapiano staat tot Liander, rechtvaardigen daarom (zie 4.2. onder -b-) dat in dit geval sprake is van doorwerking van de algemene voorwaarden. Dit heeft tot gevolg dat Liander terecht een beroep doet op de exoneratie onder 21.1. van haar algemene voorwaarden en dus niet aansprakelijk is voor de door Vapiano gevorderde schade. De vordering van Vapiano wordt afgewezen.
4.4.
Nu de vordering van Vapiano in conventie wordt afgewezen, ligt de door Liander in reconventie gevorderde hoofdsom van € 3.500,- voor toewijzing gereed. Dat Liander het bedrag van € 3.500,- aan Vapiano heeft overgemaakt, terwijl zij kon weten dat Vapiano geen overeenkomst met Liander had, maakt het voorgaande niet anders.
4.5.
De wettelijke rente zal worden toegewezen vanaf de datum van het vonnis, nu uit de overgelegde correspondentie niet blijkt dat Liander een termijn voor betaling aan Vapiano heeft gegeven.
4.6.
Vapiano wordt in conventie en reconventie het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten dragen. Gelet op de samenhang tussen de conventie en reconventie, wordt het salaris in reconventie gehalveerd. De rente over de proceskoten wordt toegewezen vanaf veertien dagen na het vonnis. De nakosten, waarvan Liander in conventie en in reconventie betaling vordert, zullen op de in het dictum weergegeven wijze worden begroot.

5.De beslissing

De kantonrechter
in conventie
5.1.
wijst de vordering af;
5.2.
veroordeelt Vapiano in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de kant van Liander begroot op € 960,- aan salaris voor de gemachtigde, indien Vapiano dit bedrag niet binnen veertien dagen na heden voldoet, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf veertien dagen na heden;
5.3.
verklaart deze veroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
in reconventie
5.4.
veroordeelt Vapiano om aan Liander te betalen een bedrag van € 3.500,-, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf heden tot aan de dag van volledige betaling;
5.5.
veroordeelt Vapiano in de proceskosten, tot deze uitspraak aan de kant van Liander begroot op € 480,- aan salaris voor de gemachtigde, indien Vapiano dit bedrag niet binnen veertien dagen na heden voldoet, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf veertien dagen na heden;
5.6.
verklaart deze veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
5.7.
wijst het meer of anders gevorderde af;
in conventie en reconventie
5.8.
veroordeelt Vapiano, onder de voorwaarde dat zij niet binnen 14 dagen na aanschrijving door Liander volledig aan dit vonnis voldoet, in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 120,-, te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis.
Dit vonnis is gewezen door de kantonrechter mr. S.E. Sijsma en in het openbaar uitgesproken op