Uitspraak
GEMEENTE NIJMEGEN,
zetelend te Nijmegen,
eiseres, hierna te noemen: de Gemeente,
advocaten mrs. F.J.P. Delissen en J.P.J.M. Naus te Nijmegen,
1.[gedaagde 1] ,wonende te [woonplaats] ,2. [gedaagde 2] ,wonende te [woonplaats] ,3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheidHILZACO BEHEER B.V.,gevestigd te Nijmegen,4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheidIMPORT EXPORT PIEBA B.V.,gevestigd te Nijmegen,5. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid[onderneming verweerder]gevestigd te Nijmegen,verweersters, hierna samen te noemen: [gedaagden] ,advocaten mr. M.A. Oostendorp te Velp Gld. en mr. B.S. Friedberg te Amsterdam
1.De procedure
2.De feiten
€ 8.144,77 aan proceskosten. De vorderingen tegen [naam 1] en [naam 2] , gegrond op bestuurdersaansprakelijkheid, zijn in het vonnis van 4 oktober 2017 afgewezen.
Bijlage I, gelijk Pieba vleesproducten koopt en in eigendom aanvaardt, hierna te noemen “de Voorraad”.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Belang bij de procedure in afwachting van hoger beroep met betrekking tot de aansprakelijkheid van [naam 1] Vleeshandel en Hilzaco
in geen gevaltot benadeling zou kunnen leiden, kan van een onzedelijke strekking geen sprake zijn. Indien dus bij het aangaan van de overeenkomst al vaststond dat de opbrengst van het vlees, vanwege de preferente of separatistische positie van de overige schuldeisers, nooit ten goede van de Gemeente zou zijn gekomen, kan niet worden geconcludeerd dat er een strekking tot benadeling is geweest. In dat geval moet worden aangenomen dat de strekking inderdaad is gelegen in een, zoals [gedaagden] het hebben omschreven, ordentelijke liquidatie van de vennootschap. In dat geval heeft er ook geen benadeling van de Gemeente plaatsgevonden in de zin van artikel 3:45 BW.
5.De beslissing
29 juli 2020bij akte dient uit te laten over het bepaalde onder 4.6 en 4.11,