Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.[gedaagde in de hoofdzaak/eiser in vrijwaring sub 1],
[gedaagde in de hoofdzaak/eiser in vrijwaring sub 2],
[gedaagde in de hoofdzaak/eiser in vrijwaring sub 3],
1.[gedaagde in de hoofdzaak/eiser in vrijwaring sub 1],
[gedaagde in de hoofdzaak/eiser in vrijwaring sub 2],
[gedaagde in de hoofdzaak/eiser in vrijwaring sub 3],
1.[gedaagde in vrijwaring sub 1],
[gedaagde in vrijwaring sub 2],
[gedaagde in vrijwaring sub 3],
1.De procedure in de hoofdzaak
- het tussenvonnis van 17 januari 2018
- het (definitieve) deskundigenbericht
- de conclusie na deskundigenbericht van [eisende partij in de hoofdzaak]
- de antwoordconclusie na deskundigenbericht van [gedaagde partij in de hoofdzaak / eisende partij in de vrijwaring]
2.De procedure in de vrijwaringszaak
- het tussenvonnis van 17 januari 2018
- het (definitieve) deskundigenbericht
- de conclusie na deskundigenbericht van [gedaagde partij in de hoofdzaak / eisende partij in de vrijwaring]
- de antwoordconclusie na deskundigenbericht van [gedaagde partij in de vrijwaring]
3.De verdere beoordeling
in de hoofdzaak en in de vrijwaringszaak
- Grondwaarde in schil 1: ca. € 325,= per m2
- Grondwaarde in schil 2: ca. € 275,= per m2
€ 875.000,=(…)
€ 775.000,=(…)
nietin eigendom is verkregen, maar voor welke gedeelte wel een gebruiksrecht is verkregen.
nietuitgegaan van een in eigendom toebehorende grondoppervlakte van 557 m2 (925 m2 minus 368 m2), maar van 925 m2 waarbij de heer [naam eser] door middel van de bruikleenovereenkomst gebruik kan maken van de onderhavige voorstrook (beheervlakken) met een oppervlakte van 368 m2. Dit is conform het vraagstuk uit het vonnis.
nietuitgaande van eigendom) bovenop genoemde 925 m2.
qua gebruikin beide gevallen uitgegaan van 1.293 m2.
qua eigendomechter wél een verschil, namelijk bij vraagstuk 1 betreft dat een aanname van 1.293 m2 en bij vraagstuk 2 betreft dat 925 m2.
4.De beslissing
1 november 2018,