Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 7 september 2016
- het proces-verbaal van comparitie van 15 december 2016.
2.De feiten
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie
1.158,00(2,0 punten × tarief € 579,00)
Rechtbank Gelderland
In deze zaak, die voor de Rechtbank Gelderland is behandeld, gaat het om een geschil tussen Maatschap Lodder & Co Accountants en Adviseurs en een besloten vennootschap over de geldigheid van een pandrecht op toekomstige vorderingen. Maatschap Lodder heeft een pandrecht gevestigd op de activa van NuAdvies, een accountant die haar boekhouding verzorgde. De rechtbank heeft vastgesteld dat Maatschap Lodder een rechtsgeldig pandrecht heeft op de vorderingen van NuAdvies, ondanks het faillissement van NuAdvies. De rechtbank oordeelt dat de mededeling van het pandrecht aan de gedaagde op de juiste wijze heeft plaatsgevonden, waardoor de inningsbevoegdheid van Maatschap Lodder is ontstaan. De rechtbank wijst de vordering van Maatschap Lodder tot betaling van een bedrag van € 30.970,76 toe, vermeerderd met rente en kosten. De vorderingen van de gedaagde in reconventie worden afgewezen. De rechtbank concludeert dat Maatschap Lodder recht heeft op de betaling van de openstaande facturen, aangezien de gedaagde niet bevrijdend kon betalen aan NuAdvies na de bekendmaking van het pandrecht. De rechtbank legt de proceskosten ten laste van de gedaagde.