In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 1 november 2016 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van een moeder, die optreedt voor haar minderjarige zoon, om inzage in medische gegevens die door de medisch adviseur Veduma zijn verwerkt. De moeder, bijgestaan door haar advocaat mr. J.M. Beer, verzocht om informatie over de bevalling van haar zoon, waarbij een hoge dwarslaesie was geconstateerd. De medisch adviseur Veduma, die was ingeschakeld door de aansprakelijkheidsverzekeraar van het ziekenhuis, heeft de moeder eerder informatie verstrekt, maar weigerde verdere inzage in de medische analyse die zij had uitgevoerd. De rechtbank oordeelde dat de moeder op basis van de Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) slechts recht heeft op inzage in haar feitelijke persoonsgegevens, en niet in de medische analyses die door Veduma zijn gemaakt. De rechtbank benadrukte dat het recht op inzage niet kan worden gebruikt om informatie te verkrijgen die door derden in het kader van een aansprakelijkheidsprocedure is verzameld. De rechtbank wees het verzoek van de moeder af en veroordeelde haar in de proceskosten van Veduma, die op € 1.513,00 werden begroot. De uitspraak is gedaan door mr. J.R. Veerman en openbaar uitgesproken op 1 november 2016.