Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
2.De beoordeling in het incident
3.De beslissing
6 januari 2016voor het nemen van de conclusie van antwoord door Achmea Schadeverzekeringen en Stichting Achmea Rechtsbijstand.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Gelderland op 25 november 2015, zijn incidentele vorderingen tot voeging behandeld. De eiseres in de hoofdzaak, Creditline B.V., heeft Achmea Schadeverzekeringen N.V. gedagvaard wegens vermeende tekortkomingen in de nakoming van een rechtsbijstandsverzekering. Creditline stelt dat Achmea Schadeverzekeringen niet naar behoren heeft gehandeld bij de beoordeling van een door haar aangebrachte zaak, wat heeft geleid tot extra kosten voor Creditline in een gerechtelijke procedure tegen een klant.
Stichting Achmea Rechtsbijstand, die zich in het incident heeft gevoegd, vordert dat zij aan de zijde van Achmea Schadeverzekeringen mag worden toegevoegd. De stichting stelt dat Achmea Schadeverzekeringen de uitvoering van de rechtsbijstandsverzekering aan haar heeft opgedragen en dat zij de partij is die verantwoordelijk is voor eventuele schadevergoedingsverplichtingen.
De rechtbank overweegt dat eenieder die belang heeft bij een aanhangig geding zich kan voegen, mits er sprake is van nadelige gevolgen van de uitkomst van de procedure. De rechtbank concludeert dat Stichting Achmea Rechtsbijstand inderdaad nadelige gevolgen kan ondervinden van de uitkomst van de procedure tussen Creditline en Achmea Schadeverzekeringen. Daarom wordt het verzoek tot voeging toegewezen. De beslissing over de proceskosten wordt aangehouden tot de hoofdzaak.