ECLI:NL:RBGEL:2015:6832
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Opleggen van een boete wegens schending van de inlichtingenverplichting onder de Wet werk en bijstand
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 10 november 2015 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende het opleggen van een boete aan de eiser, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht. De zaak betreft een boetebesluit van 9 december 2013, waarbij de eiser werd beschuldigd van het schenden van de inlichtingenverplichting onder de Wet werk en bijstand (WWB). De rechtbank heeft in een eerdere tussenuitspraak (ECLI:NL:RBGEL:2014:7280) vastgesteld dat verweerder niet bevoegd was om een boete op te leggen, omdat niet voldaan was aan de voorwaarden zoals gesteld in artikel 5:44, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank heeft in deze einduitspraak bevestigd dat de eerder gemaakte overwegingen nog steeds van toepassing zijn en dat er geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn die een andere beslissing rechtvaardigen.
De rechtbank heeft het beroep van eiser gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd. Tevens heeft de rechtbank zelf in de zaak voorzien door het primaire besluit van 9 december 2013 te herroepen. De rechtbank heeft verweerder ook veroordeeld in de proceskosten van eiser, die zijn vastgesteld op € 2205, en heeft bepaald dat het door eiser betaalde griffierecht van € 45 aan hem moet worden vergoed. De uitspraak is openbaar gedaan door de meervoudige kamer, bestaande uit de voorzitter en twee rechters, en is op dezelfde dag aan de partijen verzonden. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Centrale Raad van Beroep, binnen zes weken na verzending.