ECLI:NL:RBGEL:2015:3075
Rechtbank Gelderland
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid beroep inzake Wet Wajong en arbeidsparticipatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 12 mei 2015 uitspraak gedaan in een beroep van eiseres tegen een besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Eiseres had een uitkering op grond van de Wet Wajong aangevraagd, maar haar aanvraag werd afgewezen. Na bezwaar werd haar aanvraag gedeeltelijk gegrond verklaard, maar eiseres stelde dat haar beperkingen ernstiger waren dan door de verzekeringsarts was aangenomen. Tijdens de zitting op 14 februari 2014 heeft eiseres medische stukken overgelegd ter ondersteuning van haar standpunt. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres, geboren op een onbekende datum, lijdt aan het chronisch vermoeidheidssyndroom en dat zij beperkingen ondervindt bij het verrichten van arbeid. De rechtbank heeft echter geconcludeerd dat eiseres onvoldoende procesbelang heeft bij de beoordeling van haar beroep, omdat de beroepsgronden gericht tegen de Functionele mogelijkhedenlijst (FML) en de geselecteerde functies geen feitelijke betekenis voor haar hebben. De rechtbank heeft het beroep daarom niet-ontvankelijk verklaard, met de overweging dat uit de FML zelf geen verplichtingen voortvloeien en dat het participatieplan geen verplichtingen gericht op arbeidsparticipatie bevat. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat er in de toekomst een herbeoordeling zal plaatsvinden, maar dat dit niet leidt tot voldoende procesbelang voor eiseres. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer en is openbaar uitgesproken.