In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland op 19 november 2014 uitspraak gedaan in een verzoek tot opheffing van de vereffening van de nalatenschap van Iwan Wilgo Breeveld, die op 26 februari 2014 te Arnhem is overleden. De verzoeker, Eugène Arnold Breeveld, heeft het verzoek ingediend met de gemachtigde mr. E.M.C. Tinneveld. De verzoeker heeft aangegeven af te zien van het recht om te worden gehoord en heeft volhard in zijn verzoek.
De feiten van de zaak tonen aan dat de erflater, Iwan Wilgo Breeveld, woonachtig was in Arnhem en dat de baten van de nalatenschap gering zijn. De verzoeker heeft primair verzocht om de vereffening van de nalatenschap op te heffen en om ontheffing van de publicatieplicht. Subsidiair heeft hij verzocht om een kosteloze vereffening van de nalatenschap. De kantonrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift en de bijbehorende correspondentie.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat het verzoek tot opheffing van de vereffening van de nalatenschap toewijsbaar is, gezien de geringe waarde van de baten. Ook het verzoek tot ontheffing van de publicatieplicht is toegewezen, omdat publicatie op rechtspraak.nl voldoende is in het geval van vereffening door beneficiaire erfgenamen. Het verzoek om het eventueel verschuldigde griffierecht niet in rekening te brengen is echter afgewezen, omdat de vereffening wordt opgeheven en het verzoek om kosteloze vereffening niet kan worden toegewezen.
De beslissing van de kantonrechter houdt in dat de vereffening van de nalatenschap wordt opgeheven, de verzoeker wordt ontheven van de publicatieplicht, en dat de griffier de beschikking op rechtspraak.nl publiceert en onverwijld in het boedelregister inschrijft. Het meer of anders verzochte is afgewezen. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door de kantonrechter op 19 november 2014.