In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 24 oktober 2013 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, mr. [X], en de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Utrecht. De zaak betreft een informatiebeschikking die aan eiser is opgelegd op 20 april 2012, krachtens artikel 52a van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (AWR), voor het jaar 2006 en de daaropvolgende jaren. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze informatiebeschikking, evenals tegen een eerder opgelegde aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (IB/PVV) voor het jaar 2008. De rechtbank heeft het beroep van eiser gegrond verklaard, de informatiebeschikking vernietigd en geoordeeld dat deze in zijn geheel moet vervallen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de informatiebeschikking niet onherroepelijk was op het moment dat de inspecteur uitspraak deed op het bezwaar tegen de aanslag IB/PVV, waardoor de informatiebeschikking niet kon blijven bestaan. De rechtbank heeft ook de proceskosten van eiser toegewezen, die zijn vastgesteld op € 1.414. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.