ECLI:NL:RBDHA:2025:9640

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
6 mei 2025
Publicatiedatum
2 juni 2025
Zaaknummer
insolventienummer: C/09/25/39 R
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing verzoek tot toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) en afwijzing eerdere ingangsdatum

In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 6 mei 2025 uitspraak gedaan in een verzoek tot toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) van de verzoekster, die zich in een problematische schuldensituatie bevindt. De verzoekster heeft op 29 april 2025 een verzoek ingediend om toegelaten te worden tot de WSNP. Tijdens de zitting waren de verzoekster en haar schuldhulpverleners aanwezig. De rechtbank heeft beoordeeld of de verzoekster voldoet aan de voorwaarden voor toelating tot de WSNP, waarbij gekeken werd naar haar goede trouw en de verwachting dat zij aan de verplichtingen zal voldoen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoekster aan de eisen voldoet en heeft haar toegelaten tot de WSNP, maar heeft het verzoek om een eerdere ingangsdatum van de regeling afgewezen. De rechtbank oordeelde dat de verzoekster niet voldoende had aangetoond dat zij zich maximaal had ingespannen om baten voor de schuldeisers te verwerven. De rechtbank heeft de termijn van de WSNP vastgesteld op achttien maanden, te rekenen vanaf 6 mei 2025, en heeft de bewindvoerder de opdracht gegeven om de post van de verzoekster in te zien gedurende de eerste dertien maanden van de regeling. De beslissing is openbaar uitgesproken door mr. L. Mundt, rechter, in samenwerking met R. Becker, griffier.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANKDEN HAAG
Team Insolventies
insolventienummer: C/09/25/39 R
vonnis van 6 mei 2025
op het verzoek van:
[verzoekster] ,
wonende te [adres] ,
[postcode] [woonplaats] .
Waar deze zaak over gaat
[verzoekster] bevindt zich in een problematische schuldensituatie. Om tot een oplossing voor haar schulden te komen heeft [verzoekster] een verzoek gedaan te worden toegelaten tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). De rechtbank wijst dit verzoek toe. Zij legt hierna uit waarom zij zo beslist.

1.De procedure

1.1.
[verzoekster] heeft een verzoek ingediend om te worden toegelaten tot de WSNP.
1.2.
Het verzoek is behandeld op de zitting van 29 april 2025. Met de uitnodiging voor deze zitting is aan [verzoekster] een WSNP-informatieboekje meegezonden.
Op de zitting zijn verschenen:
- [verzoekster] ;
- de heer [naam 1] en mevrouw [naam 2] , schuldhulpverleners bij de gemeente Alphen aan den Rijn;
- mevrouw [naam 3] , beschermingsbewindvoerder van [verzoekster] .

2.De beoordeling van het verzoek

Toelating tot de WSNP

2.1.
[verzoekster] kan alleen worden toegelaten tot de WSNP als zij zich in een problematische schuldensituatie bevindt en zij te goeder trouw was bij het ontstaan en onbetaald laten van haar schulden. De rechtbank kijkt daarbij vooral naar de afgelopen drie jaar. Ook moet de verwachting bestaan dat [verzoekster] aan de verplichtingen van de WSNP zal voldoen. Daarnaast beoordeelt de rechtbank of er aanleiding is een eerdere ingangsdatum van de WSNP te bepalen.
2.2.
[verzoekster] voldoet aan alle eisen en wordt toegelaten tot de WSNP.
2.3.
De verplichtingen waaraan [verzoekster] tijdens de WSNP moet voldoen staan in het WSNP-informatieboekje beschreven. Samengevat komt dit neer op: een
informatieverplichting, een inspanningsverplichting, een verplichting geen nieuwe schulden te laten ontstaan en een afdrachtverplichting.
2.4.
De wet schrijft voor dat de eerste dertien maanden van het traject een postblokkade geldt. Deze postblokkade geldt gedurende de materiële looptijd van de schuldsaneringsregeling. Als de schuldsaneringsregeling eerder eindigt stopt de postblokkade. Gedurende deze periode zal alle post naar de bewindvoerder gaan.
De bewindvoerder stuurt de post na controle weer door aan [verzoekster] .
2.5.
Het WSNP-traject duurt in principe achttien maanden. Als [verzoekster] zich gedurende die periode houdt aan alle verplichtingen die de WSNP met zich brengt, eindigt het traject na verloop van die achttien maanden met de zogenoemde “schone lei”. Dit betekent dat schuldeisers hun vorderingen ten aanzien waarvan de WSNP werkt niet meer op [verzoekster] kunnen verhalen.
Ingangsdatum termijn van de WSNP
2.6.
Een termijn van een wettelijke schuldsaneringsregeling kan beginnen te lopen vanaf de dag waarop de eerste aflossing is gedaan in het kader van de buitengerechtelijke schuldregeling als bedoeld in artikel 285, eerste lid, onder f Fw. Het moet gaan om een eerste aflossing tijdens ‘het minnelijk traject van schuldhulpverlening’ (HR 20 december 2024, ECLI:NL:HR:2024:1913, r.o. 3.9-3.10). Vanaf dat moment moet de schuldenaar maximaal aflossen op zijn schulden. Daarnaast moet hij zich in de verzochte periode maximaal inspannen om zoveel mogelijk baten voor de schuldeisers te verwerven.
2.7.
[verzoekster] verzoekt de ingangsdatum van de termijn van de WSNP te bepalen op 25 juli 2024, de datum van ondertekening van de schuldregelingsovereenkomst.
Zij heeft verklaard dat zij niets heeft afgelost omdat zij geen afloscapaciteit heeft en dat zij is vrijgesteld van de sollicitatieplicht, zodat zij zich maximaal heeft ingespannen.
2.8.
De rechtbank ziet geen aanleiding tot het bepalen van een eerdere ingangsdatum.
Niet is gebleken dat [verzoekster] zich in het minnelijk traject maximaal heeft ingespannen om zoveel mogelijk baten voor de schuldeisers te verkrijgen.
Zij heeft geen stukken overgelegd waaruit blijkt dat zij op medische gronden volledig arbeidsongeschikt is. [verzoekster] is (dus) niet vrijgesteld van de inspanningsplicht. Daarom had zij, om in aanmerking te kunnen komen voor een eerdere ingangsdatum, (fulltime) moeten werken of naar (fulltime) werk moeten solliciteren. [verzoekster] heeft erkend dat zij dat niet heeft gedaan.

3.De beslissing

De rechtbank:
- spreekt de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling uit ten aanzien van:
[verzoekster]
geboren op [geboortedatum] 1980 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] , [postcode] [woonplaats] ;
- wijst het verzoek tot het bepalen van een eerdere ingangsdatum af;
- stelt de termijn van deze regeling vast op achttien maanden, te rekenen vanaf 6 mei 2025;
- stelt vast dat door deze uitspraak alle gelegde beslagen komen te vervallen;
- benoemt tot rechter-commissaris mr. L. Mundt en tot bewindvoerder: N. Pavljašević,
kantoor houdende te Oslo 4, 2993 LD Barendrecht;
- geeft de bewindvoerder opdracht om de komende dertien maanden de post van [verzoekster] in te zien;
- bepaalt dat de bewindvoerder een voorschot op de vergoeding mag nemen volgens het Besluit vergoeding bewindvoerder schuldsanering. Dit kan alleen:
o zolang de schuldsaneringsregeling loopt en
o voor zover de boedel toereikend is.
Dit is de beslissing van mr. L. Mundt, rechter, in samenwerking met R. Becker, griffier.
Deze beslissing is in het openbaar uitgesproken op 6 mei 2025.