Uitspraak
Echtscheiding met nevenvoorzieningen
Beschikking op het op 2 april 2024 ingekomen verzoek van:
[de man] ,
[de vrouw] ,
Procedure
- het verzoekschrift;
- het bericht van 26 juni 2024 van de man;
- het verweerschrift tevens zelfstandige verzoeken van de vrouw;
- het verweer van de man tegen de zelfstandig verzoeken van de vrouw;
- het aanvullende verzoekschrift van de man;
- het verweer van de vrouw tegen het aanvullende verzoekschrift van de man, tevens aanvullend zelfstandig verzoek van de vrouw;
- het bericht met bijlagen van 20 november 2024 van de man;
- het bericht met bijlagen van 3 april 2025 van de man;
- het bericht met bijlagen van 4 april 2025 van de vrouw.
Feiten
- Partijen zijn gehuwd op [datum 1] 1996 op het Marokkaanse Consulaat in Rotterdam.
- Partijen zijn nogmaals gehuwd op [datum 2] 1997 in ’s-Gravenhage.
- Zij zijn de ouders van de volgende minderjarige kinderen:
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum 1] 2007 in [geboorteplaats] ,
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2010 in [geboorteplaats] .
- De ouders oefenen het gezamenlijk gezag uit over de kinderen.
- De kinderen verblijven bij de vrouw.
Verzoek en verweer
- vaststelling van de verdeling van de huwelijksgemeenschap, conform het voorstel van de man;
- toedeling aan de vrouw van het huurrecht van de echtelijke woning,
- vaststelling van de hoofdverblijfplaats van de kinderen bij de vrouw;
- vaststelling van kinderalimentatie van € 160,- per kind per maand, telkens bij vooruitbetaling te voldoen, met ingang van 1 februari 2024;
- vaststelling van de verdeling van de huwelijksgemeenschap, conform
- bepaling dat aan de vrouw een door de man te betalen vergoeding toekomt op basis van artikel 49 Mudawwana van € 20.000,-, althans een door de rechtbank in goede justitie te bepalen bedrag;
- toedeling aan de vrouw van het huurrecht van de echtelijke woning;
BeoordelingEchtscheiding
€ 34.969,- bruto in 2023, gebaseerd op de jaaropgave 2023. Daarnaast houdt de rechtbank rekening met de algemene heffingskorting en de arbeidskorting. De rechtbank houdt geen rekening met de inkomensafhankelijke combinatiekorting, omdat de kinderen toen al ouder waren dan 12 jaar en er dus geen recht meer bestond op die korting.
€ 2.512,- per maand.
€ 38.672,- bruto in 2023, zoals volgt uit de jaaropgave 2023. De rechtbank houdt verder rekening met de algemene heffingskorting en de arbeidskorting.
€ 2.693,- per maand.
- de algemene heffingskorting;
- de arbeidskorting;
- het kindgebonden budget;
- de alleenstaande ouderkop.
€ 342,- per maand.
€ 1.739,- per maand. De draagkracht van de man bedraagt € 50,- per maand.
:‘Beide echtgenoten behouden de bevoegdheid om over hun vermogen te beschikken, onafhankelijk van die van de ander. Binnen het kader van het beheer van vermogensbestanddelen welke zijn verworven gedurende het huwelijk kunnen beide echtgenoten overeenstemming bereiken over het vermogensrechtelijk gebruik en de verdeling ervan. Deze overeenstemming wordt opgenomen in een akte welke onafhankelijk is van de huwelijksovereenkomst.
Beslissing
- [minderjarige 1] , geboren op [geboortedatum 1] 2007 in [geboorteplaats] ,
- [minderjarige 2] , geboren op [geboortedatum 2] 2010 in [geboorteplaats] .
bepaalt dat de man aan de vrouw, met ingang van 18 juni 2024 tot 15 maart 2025 een kinderalimentatie ten behoeve van [minderjarige 1] en [minderjarige 2] van € 342,- per maand moet betalen;