ECLI:NL:RBDHA:2025:16754
Rechtbank Den Haag
- Rekestprocedure
- Rechtspraak.nl
Toewijzing van de wettelijke schuldsaneringsregeling met eerdere ingangsdatum en verlenging van de looptijd
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 25 augustus 2025 uitspraak gedaan in een verzoek tot toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) van de verzoekster, die zich in een problematische schuldensituatie bevindt. De verzoekster heeft op 18 augustus 2025 een verzoek ingediend om toegelaten te worden tot de WSNP, waarbij zij werd bijgestaan door haar dochter en schuldhulpverleners van de gemeente Den Haag. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoekster voldoet aan de eisen voor toelating tot de WSNP, waaronder de vereiste van te goeder trouw zijn bij het ontstaan van de schulden en de verwachting dat zij aan de verplichtingen van de WSNP zal voldoen.
De rechtbank heeft het verzoek om een eerdere ingangsdatum van de WSNP toegekend, waarbij de ingangsdatum is vastgesteld op 30 mei 2024. Dit is gebaseerd op de vtlb-berekening van de verzoekster, die aantoont dat zij zich maximaal heeft ingespannen om baten voor de schuldeisers te verwerven. De rechtbank heeft ook de looptijd van de WSNP verlengd tot 25 februari 2026, om ervoor te zorgen dat de bewindvoerder en de rechtbank voldoende tijd hebben voor alle administratieve werkzaamheden. De verzoekster is vanaf 30 november 2025 ontheven van de verplichting om zich in te spannen voor het verzamelen van inkomsten boven het vastgestelde vrij te laten bedrag (vtlb).
De rechtbank heeft verder een bewindvoerder benoemd en de verplichtingen van de verzoekster tijdens de WSNP uiteengezet, waaronder de informatieverplichting, inspanningsverplichting, en afdrachtverplichting. De beslissing is openbaar uitgesproken en de rechtbank heeft alle gelegde beslagen opgeheven.