ECLI:NL:RBDHA:2024:9138
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wrakingsverzoek niet-ontvankelijk wegens te late indiening en gebrek aan belang
Op 21 mei 2024 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan op het wrakingsverzoek van een verzoeker, dat was ingediend op 6 mei 2024. Het verzoek was gericht tegen mr. T.F. Hesselink, de rechter in een hoofdzaak waarin op 23 april 2024 een mondelinge behandeling had plaatsgevonden. De verzoeker stelde dat de rechter partijdig had gehandeld door zijn pleitnota te weigeren, terwijl de pleitnota van de wederpartij wel was geaccepteerd. De wrakingskamer oordeelde echter dat het verzoek niet-ontvankelijk was omdat het te laat was ingediend. De verzoeker had geen redelijke verklaring gegeven voor het tijdsverloop van bijna twee weken tussen de mondelinge behandeling en de indiening van het wrakingsverzoek. Bovendien was de rechter al tot uitspraak gekomen in de hoofdzaak op 7 mei 2024, waardoor het doel van de wraking, namelijk de vervanging van de rechter, niet meer kon worden bereikt. De wrakingskamer concludeerde dat verzoeker geen belang meer had bij een inhoudelijke behandeling van het verzoek en verklaarde hem niet-ontvankelijk. De beslissing werd openbaar uitgesproken en er stond geen rechtsmiddel open tegen deze uitspraak.