ECLI:NL:RBDHA:2024:8528
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een beroep tegen de vaststelling van een dwangsom wegens niet tijdig beslissen op een herzieningsverzoek
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 21 mei 2024, in de zaak tussen [eiseres] BV en de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, wordt het beroep van eiseres tegen de vaststelling van een dwangsom behandeld. Eiseres is het niet eens met het door verweerder vastgestelde bedrag van de dwangsom van € 253,-, die is opgelegd wegens het niet tijdig nemen van een besluit op een herzieningsverzoek. Eiseres heeft een ingebrekestelling per e-mail verzonden, maar verweerder heeft deze niet in behandeling genomen omdat ingebrekestellingen alleen per post of via een digitaal formulier kunnen worden ingediend. De rechtbank oordeelt dat verweerder de elektronische weg niet heeft opengesteld voor het indienen van ingebrekestellingen per e-mail, en dat eiseres niet heeft aangetoond dat zij op de hoogte was van een dergelijke mogelijkheid. De rechtbank concludeert dat de dwangsom correct is vastgesteld op basis van de periode van 15 juni 2023 tot en met 26 juni 2023, en verklaart het beroep ongegrond. Eiseres krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten.