ECLI:NL:RBDHA:2024:748
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van Georgische nationaliteit met betrekking tot veiligheid en rechtsbescherming
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser, een Georgische nationaliteit, tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag. Eiser heeft op 1 december 2023 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, welke door de staatssecretaris op 13 december 2023 als kennelijk ongegrond is afgewezen. De staatssecretaris heeft daarbij een terugkeerbesluit en een inreisverbod opgelegd, wat eiser ertoe bracht om beroep aan te tekenen.
De rechtbank heeft op 17 januari 2024 de zaak behandeld, waarbij eiser, zijn gemachtigde, een tolk en de gemachtigde van de staatssecretaris aanwezig waren. De rechtbank heeft de beroepsgronden van eiser beoordeeld en geconcludeerd dat de staatssecretaris terecht heeft geoordeeld dat de asielaanvraag ongegrond is. Eiser heeft geen overtuigende argumenten aangedragen die zijn vrees voor vervolging in Georgië onderbouwen, ondanks zijn claims van intimidatie en bedreigingen door politieagenten.
De rechtbank heeft vastgesteld dat Georgië als veilig land van herkomst is aangemerkt en dat eiser niet heeft aangetoond dat hij tot een uitzonderingscategorie behoort. De rechtbank concludeert dat de staatssecretaris zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat eiser niet in aanmerking komt voor een verblijfsvergunning asiel. De uitspraak eindigt met de beslissing dat het beroep ongegrond is verklaard, wat betekent dat eiser geen asielvergunning krijgt en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.