ECLI:NL:RBDHA:2024:17669
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van een beroep tegen de verlening van een omgevingsvergunning voor een dakterras en de legalisatie van een aanbouw
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen het besluit van 15 oktober 2021, waarbij een omgevingsvergunning is verleend voor het realiseren van een dakterras met terrasafscheidingen en het vervangen/wijzigen van de achtergevelkozijn voor de locatie in Leiden. Het bestreden besluit van 14 juni 2022 op het bezwaar van eiser heeft de motivering van het primaire besluit aangevuld, maar de rechtbank oordeelt dat verweerder de grondslag van de aanvraag heeft verlaten door niet alleen het dakterras te vergunnen, maar ook de aanbouw te legaliseren waarop het dakterras gerealiseerd zou moeten worden. De rechtbank heeft het beroep op 19 september 2024 behandeld, waarbij eiser en zijn gemachtigde, de gemachtigde van verweerder en derde-partij aanwezig waren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aanvraag om een omgevingsvergunning op 12 augustus 2021 is ingediend, voordat de Omgevingswet in werking trad. Hierdoor blijft de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) van toepassing. De rechtbank concludeert dat de omgevingsvergunning niet kan worden verleend zonder een gerichte aanvraag voor de aanbouw, en vernietigt het bestreden besluit. Eiser krijgt recht op vergoeding van griffierecht en proceskosten.