ECLI:NL:RBDHA:2023:6400
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Weigering verlenging begunstigingstermijn last onder dwangsom in bestuursrechtelijke context
In deze uitspraak van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 3 mei 2023, wordt het verzoek om een voorlopige voorziening van eiseres, een metaalcoatingbedrijf, afgewezen. Eiseres had verzocht om verlenging van de begunstigingstermijn van een last onder dwangsom die door het college van burgemeester en wethouders van Zuidplas was opgelegd wegens overtreding van het Activiteitenbesluit milieubeheer. De voorzieningenrechter oordeelt dat het college terecht heeft geweigerd de begunstigingstermijn te verlengen, omdat de overtreding nog steeds voortduurt en eiseres niet voldoende heeft aangetoond dat zij niet in staat is om aan de last te voldoen binnen de gestelde termijn.
De voorzieningenrechter stelt vast dat eiseres in het verleden al meerdere verlengingen van de begunstigingstermijn heeft gekregen en dat de totale termijn inmiddels meer dan twee jaar bedraagt. Eiseres had aangevoerd dat zij in afwachting was van een nieuwe lak van BASF die de emissies van vluchtige organische stoffen (VOS) zou verminderen, maar de voorzieningenrechter oordeelt dat het college niet verplicht was om de termijn te verlengen op basis van deze verwachting. Bovendien heeft eiseres niet gemotiveerd dat zij niet in staat zou zijn om de geconstateerde overtreding binnen de gestelde termijn te beëindigen.
De voorzieningenrechter concludeert dat het bestreden besluit van het college in stand blijft en dat het beroep van eiseres ongegrond is. Eiseres krijgt geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. Het verzoek om een voorlopige voorziening wordt eveneens afgewezen.