ECLI:NL:RBDHA:2023:6368
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen uitblijven besluit asielaanvraag
In deze zaak heeft eiseres op 16 februari 2023 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op haar asielaanvraag, die zij op 16 juli 2022 had ingediend. De wettelijke beslistermijn van zes maanden zou eindigen op 16 januari 2023. Echter, de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de beslistermijn verlengd met negen maanden, waardoor deze pas op 16 oktober 2023 zou eindigen. De rechtbank heeft in eerdere uitspraken geoordeeld dat deze verlenging rechtsgeldig was, omdat er op het moment van inwerkingtreding van de wijziging van de Vreemdelingencirculaire 2000 (WBV 2022/22) sprake was van een situatie die dit rechtvaardigde.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de ingebrekestelling van eiseres op 25 januari 2023 te vroeg is ingediend, aangezien de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken. Hierdoor is het beroep van eiseres tegen het uitblijven van een besluit op haar asielaanvraag niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. W. Anker, rechter, in aanwezigheid van mr. R. de Mul, griffier, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie. Eiseres heeft de mogelijkheid om binnen zes weken na de bekendmaking van de uitspraak een verzetschrift in te dienen als zij het niet eens is met de uitspraak.