ECLI:NL:RBDHA:2023:6345
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen uitblijven besluit asielaanvraag
In deze zaak heeft eiser op 18 januari 2023 beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn asielaanvraag, die op 15 april 2022 was ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder in deze procedure, heeft een verweerschrift ingediend. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De rechtbank overweegt dat de wettelijke beslistermijn van zes maanden voor de asielaanvraag van eiser op 15 oktober 2022 zou eindigen. Echter, door de inwerkingtreding van de WBV 2022/22 is deze termijn verlengd met negen maanden, waardoor de nieuwe einddatum op 15 juli 2023 ligt. De rechtbank heeft eerder geoordeeld dat deze verlenging rechtsgeldig is, en ziet geen reden om in deze zaak van dat oordeel af te wijken. Dit betekent dat de ingebrekestelling van eiser, die op 2 januari 2023 is ingediend, prematuur was, omdat de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken. Daarom verklaart de rechtbank het beroep van eiser tegen het uitblijven van een besluit op zijn asielaanvraag niet-ontvankelijk. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.