ECLI:NL:RBDHA:2023:5645
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en overdracht aan Italië onder de Dublinverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 14 april 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Syrische nationaliteit, zijn asielaanvraag in Nederland had ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, als verweerder, heeft de aanvraag niet in behandeling genomen op basis van de stelling dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag, conform de Dublinverordening. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, waarbij hij werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk aanwezig was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser op 18 september 2022 illegaal Italië is ingereisd en dat Italië op basis van de Dublinverordening verantwoordelijk is voor de behandeling van zijn asielaanvraag. Eiser heeft aangevoerd dat er geen sprake kan zijn van het interstatelijk vertrouwensbeginsel, omdat Italië momenteel geen asielzoekers kan opvangen door een tekort aan opvangfaciliteiten. Hij heeft verwezen naar een circular letter van de Italiaanse autoriteiten en een rapport van AIDA, waarin wordt gesteld dat de Italiaanse asielprocedure gebrekkig is en leidt tot onmenselijke behandeling.
De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiser niet voldoende heeft aangetoond dat Italië zijn verdragsverplichtingen niet nakomt. De rechtbank heeft de argumenten van eiser, waaronder de circular letter en het AIDA-rapport, niet overtuigend geacht om af te wijken van het interstatelijk vertrouwensbeginsel. De rechtbank heeft geconcludeerd dat het beroep ongegrond is en dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk binnen één week na bekendmaking.