ECLI:NL:RBDHA:2023:5420
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen WOZ-beschikking en kostenvergoeding bezwaarfase
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 13 april 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen een eiser en de heffingsambtenaar van de Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland. De eiser had bezwaar gemaakt tegen de WOZ-beschikking van 25 februari 2021, waarin de waarde van zijn woning was vastgesteld op € 183.000. Na het bezwaar werd de waarde verlaagd naar € 172.000. De eiser stelde beroep in tegen deze beslissing, waarbij hij ook vroeg om een kostenvergoeding voor de bezwaarfase, inclusief de kosten voor de taxateur die bij de hoorzitting aanwezig was. De rechtbank oordeelde dat de kosten voor de taxateur niet vergoed konden worden, omdat deze geen relevante bijdrage had geleverd tijdens de hoorzitting. De rechtbank concludeerde dat het beroep ongegrond was en dat er geen sprake was van overschrijding van de redelijke termijn voor de behandeling van de zaak. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees de verzoeken om schadevergoeding en proceskosten af.