Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
mr.A.A. Faulborn, griffier.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 14 maart 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de aanvraag van eiser, een Syrische nationaliteit houder, voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, had de aanvraag niet in behandeling genomen op grond van de Dublinverordening, waarbij Italië als verantwoordelijk land werd aangewezen. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld. De rechtbank heeft de zaak zonder zitting behandeld op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Eiser heeft aangevoerd dat Italië niet langer kan worden beschouwd als een veilig land voor de opvang van asielzoekers, verwijzend naar een circulaire van de Italiaanse autoriteiten van 5 december 2022, waarin werd aangegeven dat Italië tijdelijk geen opvang kan bieden aan Dublin-terugkeerders. De rechtbank heeft vastgesteld dat de Italiaanse autoriteiten herhaaldelijk hebben aangegeven dat de opschorting van overdrachten van Dublinclaimanten tijdelijk is, maar dat deze opschorting inmiddels meer dan drie maanden duurt. Dit heeft de rechtbank doen concluderen dat verweerder niet langer kan volstaan met een beroep op het interstatelijk vertrouwensbeginsel zonder nader onderzoek te doen naar de actuele situatie in Italië.
De rechtbank heeft geoordeeld dat het bestreden besluit niet zorgvuldig is voorbereid en onvoldoende gemotiveerd, en heeft het beroep gegrond verklaard. Het bestreden besluit is vernietigd en verweerder is opgedragen een nieuw besluit te nemen met inachtneming van deze uitspraak. Tevens is verweerder veroordeeld in de proceskosten van eiser, vastgesteld op € 837,00. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een rechtsmiddel tegen deze uitspraak mogelijk.