ECLI:NL:RBDHA:2023:4890
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en overdracht aan Italië onder de Dublinverordening
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 4 april 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Syrische nationaliteit, zijn asielaanvraag in Nederland had ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder, heeft de aanvraag niet in behandeling genomen op basis van de Dublinverordening, omdat Italië verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de asielaanvraag. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, waarbij hij aanvoert dat Italië niet kan worden vertrouwd op basis van het interstatelijk vertrouwensbeginsel, verwijzend naar een circular letter van de Italiaanse autoriteiten die een tijdelijke opschorting van overdrachten verzoekt. De rechtbank heeft de zaak op 29 maart 2023 behandeld, waarbij beide partijen zich lieten vertegenwoordigen door gemachtigden. De rechtbank concludeert dat Italië in beginsel verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag en dat er geen aanleiding is om af te wijken van het interstatelijk vertrouwensbeginsel. De rechtbank oordeelt dat het tijdelijk feitelijk overdrachtsbeletsel niet afdoet aan de verantwoordelijkheid van Italië en dat de beroepsgrond van eiser niet slaagt. Het beroep wordt ongegrond verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.