In deze zaak verzoekt een in Sri Lanka geadopteerde vrouw, die slachtoffer is van een vermeende babywissel, om verbetering van haar geboorteakte en wijziging van haar voornaam. De rechtbank heeft vastgesteld dat er voldoende aanwijzingen zijn dat de vrouw niet de persoon is die in de huidige geboorteakte is vermeld, maar dat zij in werkelijkheid een andere baby is. De rechtbank heeft in een eerdere beschikking van 7 juli 2022 al aangegeven dat de geboorteakte ten onrechte in de registers van de burgerlijke stand is opgenomen. De rechtbank oordeelt dat het doorhalen van de geboorteakte in dit geval onaanvaardbaar zou zijn, en heeft daarom besloten om de geboorteakte van de verzoekster te verbeteren en haar voornaamswijziging toe te wijzen. De kosten van het DNA-onderzoek zijn ten laste van de rijkskas gebracht. De rechtbank heeft geen reden gezien om de ambtenaar van de burgerlijke stand in de proceskosten te veroordelen. De zaak is complex door de juridische implicaties van de adoptie en de babywissel, en de rechtbank heeft de ambtenaar verzocht om zich schriftelijk uit te laten over mogelijke complicaties die de voorgenomen beslissingen met zich mee kunnen brengen voor de registratie van de rechtsfeiten van de verzoekster.