ECLI:NL:RBDHA:2023:20314
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurlijke boetes opgelegd aan eisers wegens overtreding van de Huisvestingswet
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eisers tegen de bestuurlijke boetes die aan hen zijn opgelegd door het college van burgemeester en wethouders van Den Haag. De boetes zijn opgelegd vanwege een overtreding van de Huisvestingswet, waarbij eisers een woning hebben verhuurd zonder de vereiste huisvestingsvergunning. De rechtbank heeft de zaak op 27 november 2023 behandeld, waarbij eisers en de gemachtigde van verweerder aanwezig waren.
De rechtbank stelt vast dat eisers een bestuurlijke boete van €10.000,- per persoon hebben gekregen, omdat bij inspectie is gebleken dat zij de woning hebben verhuurd zonder de benodigde vergunning. Eisers betwisten de redelijkheid van de opgelegde boetes en de hoogte ervan, maar de rechtbank oordeelt dat verweerder terecht heeft gehandeld. De rechtbank concludeert dat er geen bijzondere omstandigheden zijn die aanleiding geven tot matiging van de boete. De eisers hebben zelf gekozen voor mede-eigendom van het pand en zijn individueel verantwoordelijk voor de overtreding.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de opgelegde boetes van €10.000,- per persoon terecht zijn. Eisers krijgen geen griffierecht terug en ook geen vergoeding van proceskosten. De uitspraak is gedaan door mr. M.M. Meijers en is openbaar uitgesproken op 27 december 2023. Partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.