ECLI:NL:RBDHA:2023:20038
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- D. Biever
- M.J.J. Roks
- Rechtspraak.nl
Asielaanvraag en interstatelijk vertrouwensbeginsel in het kader van Dublinverordening
In deze zaak heeft eiser, van Eritrese nationaliteit, op 23 augustus 2023 een asielaanvraag ingediend in Nederland. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag echter niet in behandeling genomen, omdat Frankrijk verantwoordelijk is voor de behandeling op basis van de Dublinverordening. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De rechtbank heeft op 19 december 2023 uitspraak gedaan zonder zitting, op grond van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht.
De rechtbank oordeelt dat het bestreden besluit geen gebreken vertoont. Eiser heeft niet aannemelijk gemaakt dat Frankrijk niet langer kan worden vertrouwd om zijn internationale verplichtingen na te komen. De rechtbank stelt vast dat de Europese Unie regels heeft voor de behandeling van asielaanvragen en dat verweerder op basis van het interstatelijk vertrouwensbeginsel mag uitgaan van de goede werking van het asiel- en opvangsysteem in Frankrijk. Eiser heeft weliswaar gewezen op problemen in de opvang, maar de rechtbank concludeert dat deze niet zodanig zijn dat er sprake is van structurele tekortkomingen die de drempel van zwaarwegendheid overschrijden.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en het verzoek om een voorlopige voorziening niet-ontvankelijk, omdat er geen connexiteit meer is. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen hebben de mogelijkheid om verzet aan te tekenen tegen de uitspraak op het beroep binnen zes weken na verzending.