ECLI:NL:RBDHA:2023:20032
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging tijdelijke bescherming voor derdelander uit Oekraïne
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen het besluit van verweerder van 9 augustus 2023, waarbij aan eiser is medegedeeld dat zijn recht op tijdelijke bescherming, zoals bedoeld in Richtlijn 2001/55/EG, eindigt op 4 september 2023. Eiser is een derdelander uit Oekraïne en heeft zijn zienswijze ingebracht na het voornemen van verweerder om de tijdelijke bescherming te beëindigen. De rechtbank heeft het beroep op 21 november 2023 behandeld, waarbij eiser niet ter zitting verscheen, maar verweerder vertegenwoordigd was door zijn gemachtigde.
De rechtbank heeft de beëindiging van de tijdelijke bescherming beoordeeld aan de hand van de beroepsgronden van eiser. Bij een eerdere uitspraak van 30 oktober 2023 had de meervoudige kamer van deze rechtbank geoordeeld dat verweerder bevoegd was om de tijdelijke bescherming voor de groep derdelanders, waaronder eiser valt, te beëindigen. Eiser betoogde dat verweerder niet bevoegd was om zijn tijdelijke bescherming te beëindigen, maar de rechtbank volgde de eerder gemaakte overwegingen en zag geen aanleiding om anders te oordelen. De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is en er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling.