Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de meervoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiseres,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
TB-arrest. [12] Hieruit leidt de rechtbank af dat lidstaten die op grond van een facultatieve bepaling de personele werkingssfeer van een richtlijn uitbreiden een aanzienlijke beoordelingsmarge hebben, maar dat deze niet oneindig is. De lidstaten moeten bij invulling van de bepaling het Unierecht eerbiedigen en hun beoordelingsmarge niet op een zodanige wijze gebruiken dat deze afbreuk doet aan het doel en nuttig effect van de richtlijn, het Handvest van de Europese Unie en de algemene beginselen van het Unierecht. De rechtbank wijst verder naar analogie op recente rechtspraak van de ABRvS met betrekking tot mijnbouwschade, waaruit volgt dat uit de bevoegdheid om een begunstigend besluit te nemen, de bevoegdheid tot intrekking daarvan kan worden afgeleid. [13]
overeenkomstigde bepalingen in de Richtlijn (artikel 5, derde lid), wat inhoudt dat de lidstaten de begunstigden een volgens nationale wetgeving opgestelde vergunning, verblijfstitel of toestemming dienen af te geven,
op grond waarvanhet is toegestaan op het grondgebied te verblijven (artikel 2, aanhef en onder g, en artikel 8, eerste lid). Verder bepaalt artikel 2, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit dat de lidstaten het besluit of passende bescherming toepassen
uit hoofde vanhun eigen nationale recht. In de Nederlandse regelgeving is de toestemming tot verblijf voor ontheemden geregeld in artikel 3.1a van het Vb 2000. Het eerste lid, aanhef en onder e, bepaalt ten aanzien van de facultatieve groep dat deze aangewezen moet worden bij ministeriële regeling. Met het gewijzigde artikel 3.9a van het VV 2000 heeft verweerder hieraan invulling gegeven. Verweerder heeft zich daarom terecht op het standpunt gesteld dat met het artikel met terugwerkende kracht in de nationale regelgeving is bevestigd dat eiseres rechtmatig verblijf had in Nederland. De stelling dat het artikel overbodig is, slaagt daarom niet.