In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 16 november 2023, wordt de aanvraag van eiser om een urgentieverklaring voor een zelfstandige woning behandeld. Eiser, die momenteel bij zijn broer en diens gezin woont, heeft een aanvraag ingediend op basis van psychische problemen, waaronder een agressiestoornis. De aanvraag is door verweerder, het college van burgemeester en wethouders van Den Haag, afgewezen op grond van de Huisvestingsverordening Haaglanden 2019, waarbij verweerder zich beroept op meerdere weigeringsgronden, waaronder de algemene weigeringsgrond dat eiser inwonend is. Eiser stelt dat zijn medische situatie niet is veranderd en dat hij niet in staat is om zelf een oplossing voor zijn woonprobleem te vinden. De rechtbank oordeelt dat verweerder onvoldoende heeft gemotiveerd waarom de hardheidsclausule niet van toepassing zou zijn en biedt verweerder de gelegenheid om het gebrek in de motivering te herstellen. De rechtbank stelt een termijn van twaalf weken voor het herstel en houdt verdere beslissingen aan tot de einduitspraak.