Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam eiser] , V-nummer: [V-nr.] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
Procesverloop
Overweging
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 21 november 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure waarbij de eiser, een Syrische nationaliteit hebbende persoon, zijn asielaanvraag in Nederland had ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had de aanvraag echter niet in behandeling genomen, omdat Oostenrijk verantwoordelijk werd geacht voor de behandeling van de aanvraag op basis van de Dublinverordening. Eiser heeft beroep ingesteld tegen dit besluit, waarbij hij betoogde dat er geen rechtsgeldig claimakkoord was en dat hij niet kon vertrouwen op een eerlijke behandeling in Oostenrijk.
De rechtbank heeft de zaak op 9 november 2023 behandeld, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk aanwezig was. Eiser voerde aan dat de Oostenrijkse autoriteiten het terugnameverzoek niet op de juiste grondslag hadden geaccepteerd en dat hij bang was voor pushbacks en een onterecht behandeling van zijn asielaanvraag in Oostenrijk. De rechtbank oordeelde echter dat de Oostenrijkse autoriteiten zich aan hun internationale verplichtingen houden en dat er geen aanwijzingen waren dat eiser in Oostenrijk een reëel risico zou lopen op een strijdige behandeling.
De rechtbank concludeerde dat de verantwoordelijkheid van Oostenrijk voor de asielaanvraag van eiser niet in twijfel kon worden getrokken en dat de argumenten van eiser niet voldoende waren om aan te tonen dat hij niet op een eerlijke behandeling kon rekenen. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en oordeelde dat verweerder geen proceskosten hoefde te vergoeden. Deze uitspraak is openbaar gemaakt en biedt inzicht in de toepassing van de Dublinverordening en het interstatelijk vertrouwensbeginsel in asielzaken.