ECLI:NL:RBDHA:2023:17696
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging tijdelijke bescherming voor derdelanders uit Oekraïne
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedaan op 17 november 2023, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beoordeeld. Eiser, een derdelander van Marokkaanse nationaliteit, had tijdelijke bescherming aangevraagd op basis van de Richtlijn 2001/55/EG. De staatssecretaris had op 27 augustus 2023 medegedeeld dat de tijdelijke bescherming van eiser zou eindigen op 4 september 2023. Eiser had geen zienswijze ingediend tegen dit voornemen. Tijdens de zitting op 14 november 2023, waar ook een andere zaak werd behandeld, heeft de rechtbank de beroepsgronden van eiser beoordeeld. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris bevoegd is om de tijdelijke bescherming te beëindigen en dat dit niet in strijd is met het rechtszekerheids- en vertrouwensbeginsel. De rechtbank verwijst naar een eerdere uitspraak van 30 oktober 2023, waarin dezelfde bevoegdheid werd bevestigd. Eiser heeft geen overtuigende argumenten aangedragen die de rechtbank zouden doen afwijken van deze eerdere uitspraak. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.