Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak van 3 oktober 2023 tussen
[eiser] , v-nummer: [nummer] , eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
isuitgereikt, om die pas vervolgens te ondertekenen, uit te printen en uit te reiken. De rechtbank kan daarom niet vaststellen dát de maatregel van bewaring aan eiser is uitgereikt en dat hij in een taal die hij verstaat op de hoogte is gesteld van de gronden van de maatregel van bewaring en de mogelijkheid om daartegen met gratis rechtsbijstand in beroep te gaan. Het gegeven dat de staatssecretaris het besluit van 22 juni 2023 wel heeft uitgereikt met behulp van een Poolse tolk en een uitreikingsblad, doet daaraan niet af. Het besluit, waarin staat dat eiser niet meer rechtmatig verblijf heeft in Nederland en dient te vertrekken binnen 30 dagen, ziet namelijk niet op de maatregel van bewaring. De rechtbank weegt verder mee dat eiser door het gebrek feitelijk niet in zijn belangen is geschaad, omdat hij na het opleggen van de maatregel van bewaring alsnog beroep heeft ingesteld tegen deze maatregel. De rechtbank ziet daarom aanleiding dit gebrek te passeren.
3b. zich in strijd met de Vreemdelingenwetgeving gedurende enige tijd aan het toezicht op vreemdelingen heeft onttrokken;
3c. eerder een visum, besluit, kennisgeving of aanzegging heeft ontvangen waaruit de plicht Nederland te verlaten blijkt en hij daaraan niet uit eigen beweging binnen de daarin besloten of gestelde termijn gevolg heeft gegeven;
3d. niet dan wel niet voldoende meewerkt aan het vaststellen van zijn identiteit en nationaliteit;
4a. zich niet aan een of meer andere voor hem geldende verplichtingen van hoofdstuk 4 van het Vb 2000 heeft gehouden;
4c. geen vaste woon- of verblijfplaats heeft;
4d. niet beschikt over voldoende middelen van bestaan.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- wijst het verzoek om schadevergoeding af;