Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiseres
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiseres, een vrouw die een aanvraag heeft ingediend voor een machtiging tot voorlopig verblijf in het kader van nareis bij haar referent Soubhi Ali, beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De rechtbank, zittende in Middelburg, heeft op 28 september 2023 uitspraak gedaan. Eiseres had haar aanvraag op 19 oktober 2022 ingediend, en volgens de Vreemdelingenwet 2000 diende verweerder binnen 90 dagen te beslissen. Verweerder heeft de beslistermijn met drie maanden verlengd, maar heeft uiteindelijk niet tijdig beslist. Eiseres heeft verweerder op 30 juni 2023 in gebreke gesteld en op 2 augustus 2023 het beroep ingesteld, dat door de rechtbank als kennelijk gegrond werd aangemerkt.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres recht heeft op vrijstelling van griffierecht, gezien haar financiële situatie. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om binnen twintig weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen op de aanvraag van eiseres. Tevens is er een dwangsom van € 100 per dag opgelegd voor elke dag dat deze termijn wordt overschreden, met een maximum van € 7.500. De rechtbank heeft verweerder ook veroordeeld in de proceskosten van eiseres, vastgesteld op € 418,50, vanwege de door een derde verleende rechtsbijstand. De uitspraak is gedaan door rechter K.M. de Jager, in aanwezigheid van griffier A.S. Hamans, en is openbaar gemaakt.