Uitspraak
RECHTBANK Den Haag
1.KONINKLIJKE NEDERLANDSE JAGERSVERENIGING,
2.
FEDERATIE PARTICULIER GRONDBEZIT,
3.
NEDERLANDSE ORGANISATIE VOOR JACHT EN GRONDBEHEER,
4.
WILDBEHEEREENHEID ROERSTREEK E.O.,
5.
WILDBEHEEREENHEID AMELAND,
6.
[eiser 6],
7.
[eiser 7],
8.
[eiser 8],
1.STICHTING ANIMAL RIGHTS,
STICHTING FAUNA4LIFE
1.Samenvatting
2.De opbouw van dit vonnis
3.De procedure
4.De feiten
5.Het geschil
i en ii);
iii en iv);
v en vi);
vii en viii).
6.Ontvankelijkheid
7.De beoordeling
gunstigestaat van instandhouding te behouden of te herstellen. Deze doelstelling geldt niet alleen voor diersoorten die onder het internationale recht bijzondere bescherming genieten: [13] artikel 3.10 lid 1 onder a Wnb trekt de bescherming die artikel 3.5 biedt aan door de Habitatrichtlijn beschermde soorten voor wat de jacht betreft door naar de diersoorten genoemd in de bijlage, onderdeel A, bij de Wnb. Ook de haas en het konijn worden daarin genoemd.
die zich lenen voor benutting, die algemeen voorkomen en die bovendien de jachtdruk kunnen verdragen”. [14] Deze toelichting laat veel ruimte voor interpretatie; zij is echter (ook) te rijmen met het in de wet neergelegde doel om inheemse soorten in een gunstige staat van instandhouding te behouden of te herstellen.
besteaan regelgeving ten grondslag kan leggen. Alleen als de door de Staat gebruikte gegevens, uitgangspunten en/of methoden
evident onjuistzijn en de Staat dus in redelijkheid niet heeft kunnen besluiten zoals hij heeft gedaan, is er plaats voor rechterlijk ingrijpen. [21]
Minimum Viable Population, oftewel: MVP) de wetenschappelijke implementatie is van het in de Wnb vastgelegde criterium van een ‘gunstige staat van instandhouding’.
Favorable Reference Population(oftewel: FRP), de
Favorable Reference Range(FRR) en het wettelijke begrip ‘gunstige staat van instandhouding’ – gelet op de door partijen overgelegde deskundigenrapporten – wetenschappelijke discussie mogelijk; reeds daarom kan niet worden gezegd dat de benadering van WEnR evident onjuist is.