Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres] ,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Inleiding
1.3 Op 6 september 2022 heeft een zitting plaatsgevonden, waarop eiseres een wrakingverzoek heeft gedaan. Tijdens de zitting van 10 oktober 2022 over het wrakingsverzoek, heeft eiseres het verzoek ingetrokken.
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
8 september 2020 heeft verweerder haar asielaanvraag niet in behandeling genomen op de grond dat Italië verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan. Verweerder heeft vervolgens de overdrachtstermijn verlengd omdat uit informatie van de Vreemdelingenpolitie en van het COa [2] bleek dat eiseres op 11 november 2020 met onbekende bestemming was vertrokken.
Dit betekent dat de beslistermijn op 27 september 2021 verliep. Verweerder heeft deze beslistermijn overschreden. De rechtbank stelt vast dat eiseres verweerder op 30 september rechtsgeldig in gebreke heeft gesteld en dat sindsdien twee weken zijn verstreken. De rechtbank is van oordeel dat het beroep daarom terecht is ingediend”.