Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- wijst het verzoek om schadevergoeding af;
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag zich gebogen over de vraag of de bewaringsrechter in vreemdelingenzaken het strafrechtelijke voortraject mag toetsen. Eiser, van Marokkaanse nationaliteit, had beroep ingesteld tegen de maatregel van bewaring die op 26 juni 2023 door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid was opgelegd. Eiser stelde dat zijn strafrechtelijke aanhouding, die voorafging aan zijn overname door de vreemdelingenautoriteiten, door de bewaringsrechter getoetst moest worden. De rechtbank oordeelde dat er in bepaalde gevallen ernstige gebreken in het strafrechtelijke voortraject kunnen zijn die de rechtmatigheid van de daaropvolgende vreemdelingenbewaring in gevaar kunnen brengen. Echter, de rechtbank concludeerde dat in het onderhavige geval geen sprake was van een gebrek in het voortraject. De rechtbank oordeelde dat de politie handelde binnen hun bevoegdheden en dat er geen onrechtmatigheid was aangetoond. Eiser voerde verder aan dat hij niet op de juiste wijze was geïnformeerd over zijn rechten, maar de rechtbank oordeelde dat, hoewel er een motiveringsgebrek was, dit niet leidde tot gegrondverklaring van het beroep. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en wees het verzoek om schadevergoeding af, maar veroordeelde de staatssecretaris tot betaling van de proceskosten van eiser.