Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiser
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 11 juli 2023 uitspraak gedaan in een beroep tegen de maatregel van bewaring van een Marokkaanse vreemdeling, die op 19 februari 2023 was opgelegd door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De eiser heeft tegen het voortduren van deze maatregel beroep ingesteld en verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft bepaald dat een onderzoek ter zitting niet nodig was, omdat het verzoek van de eiser om het beroep op zitting te behandelen niet onderbouwd was. De rechtbank heeft het onderzoek op 7 juli 2023 gesloten.
De rechtbank heeft overwogen dat de maatregel van bewaring rechtmatig was tot het sluiten van het onderzoek op 19 mei 2023. De eiser voerde aan dat er sinds 8 juni 2023 geen rechtmatige uitzettingshandelingen meer waren verricht, omdat het vertrekgesprek van 19 juni 2023 niet volgens de wet was verlopen. De rechtbank oordeelde echter dat er voldoende concrete handelingen waren verricht door de verweerder om de uitzetting van de eiser naar Marokko te bewerkstelligen, en dat het beroep ongegrond was.
De rechtbank heeft ook geoordeeld dat de inzet van een medegedetineerde als tolk tijdens het vertrekgesprek niet tot een schending van de rechten van de eiser heeft geleid, omdat hij voldoende had kunnen deelnemen aan het gesprek en niet had aangetoond dat hij hierdoor benadeeld was. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding afgewezen. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.